Organisatie | Westervoort |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Westervoort houdende regels omtrent ambtshalve verminderding gemeentelijke belastingen (Beleidsregels ambtshalve vermindering gemeentelijke belastingen gemeente Westervoort) |
Citeertitel | Beleidsregels ambtshalve vermindering gemeentelijke belastingen gemeente Westervoort |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
21-12-2019 | nieuwe regeling | 17-12-2019 | Z/19/058612 |
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Westervoort,
gelet op artikel 65 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen en de artikelen 231 en
244 van de Gemeentewet juncto artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht.
Beleidsregels voor het toekennen van ambtshalve verminderingen van gemeentelijke belastingen
Artikel 1 Reikwijdte en definities
Van deze beleidsregels zijn uitgezonderd belastingaanslagen, waaraan ingevolge een wettelijk voorschrift een op de voet van hoofdstuk 1V van de Wet waardering onroerende zaken gegeven beschikking tot vaststelling van de waarde ten grondslag heeft gelegen, voor zover op deze aanslagen artikel 18a, eerste lid, onder b, van de Algemene wet inzake rijksbelastingen van (overeenkomstige) toepassing is.
Voor de toepassing van deze beleidsregels wordt verstaan onder:
het bedrag van de vermindering: de vermindering van het belastingbedrag vermeerderd met (het daaraan toe te rekenen gedeelte van) de bestuurlijke boete of de kostenopslag, indien een bestuurlijke boete of een kostenopslag is toegepast. Het bedrag van de vermindering wordt berekend per belastingaanslag.
Artikel 2 Gevallen waarin ambtshalve vermindering wordt verleend
Ingeval het bedrag van de belasting had behoren te zijn vastgesteld op een bedrag dat
lager is dan het te hoog vastgestelde bedrag van die belasting, verleent de heffingsambtenaar ambtshalve de vermindering waarvoor de belanghebbende redelijkerwijs in aanmerking komt, indien:
Artikel 4 Jurisprudentie en beleidsbesluiten
Een uitspraak van de Hoge Raad waarin een toepassing van de belastingwet besloten ligt die voor de belanghebbende gunstiger is dan de bij de heffing van de belasting gevolgde toepassing, leidt niet tot het ambtshalve verlenen van vermindering van belasting indien de belastingaanslag of de voldoening op aangifte onherroepelijk is komen vast te staan voor de dag, waarop de uitspraak door de Hoge Raad is gewezen, onderscheidenlijk voor de dagtekening van het beleidsbesluit of andere schriftelijke aanwijzing, tenzij het college van burgemeester en wethouders op dit punt een afwijkende regeling heeft getroffen.
Hetgeen in het eerste lid is bepaald met betrekking tot een uitspraak van de Hoge Raad, is in daartoe leidende gevallen van overeenkomstige toepassing op prejudiciële beslissingen van het Hof van justitie van de Europese Gemeenschappen alsmede op rechterlijke uitspraken van het Hof en andere supranationale colleges.
Een uitspraak van een rechtbank of gerechtshof is doorgaans geen aanleiding voor het ambtshalve verlenen van vermindering van belasting. Dit lijdt evenwel uitzondering indien het college van burgemeester en wethouders kenbaar heeft gemaakt dat de uitspraak tot richtsnoer moet worden genomen. Het eerste lid is in dat geval van overeenkomstige toepassing.
Het college van burgemeester en wethouders van Westervoort,
Burgemeester,
drs. A.J. van Hout
Secretaris,
P.J.E. Breukers
Toelichting op de beleidsregels
Deze beleidsregels geven het kader voor het verlenen van ambtshalve vermindering van gemeentelijke belastingen. Het modelbeleid van de VNG is hierbij als uitgangspunt genomen.
Aanvullend ten opzichte van het modelbeleid van de VNG is de uitzonderingsgrond van artikel 3, onderdeel c: er wordt niet tot vermindering overgegaan indien, rekening houdend met alle betrokken belangen, niet in redelijkheid van de heffingsambtenaar mag worden verwacht dat hij de aanslag ambtshalve vermindert. Deze uitzondering beoogt met name verstrekkende financiële gevolgen voor de gemeente te voorkomen, bijvoorbeeld als gevolg van massaal onjuiste aanslagen. Dat zou bijvoorbeeld aan de orde kunnen zijn bij een onverbindende verordening, bijvoorbeeld als gevolg van een onjuiste bekendmaking, of bij meer inhoudelijke gebreken daarin. Het financiële of rechtszekerheidsbelang van de gemeente bij de belastingopbrengst kan dan zwaarder wegen dan het belang van de verzoeker bij terugbetaling van de aanslagbedragen. Op grond van artikel 3, onderdeel c, kunnen dan de verzoeken worden afgewezen.