Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Alphen aan den Rijn

Verordening grafrechten 2020

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieAlphen aan den Rijn
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening grafrechten 2020
CiteertitelVerordening grafrechten 2020
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Vervangt de Verordening begrafenisrechten 2019

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

artikel 229 van de Gemeentewet

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-202001-01-2021Nieuwe regeling

12-12-2019

gmb-2019-309320

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening grafrechten 2020

 

De raad van de gemeente Alphen aan den Rijn;

Gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 5 november 2019;

Gelet op artikel 229 lid 1 aanhef en onderdelen a en b van de Gemeentewet;

 

B E S L U I T vast te stellen de:

 

Verordening op de heffing en de invordering van grafrechten 2020

 

Artikel 1 Definities

1 In deze verordening wordt verstaan onder:

a afdekplaat: een door de beheerder van de begraafplaats goedgekeurde plaat, welke door de beheerder wordt aangebracht ter afsluiting van een nis;

b algemeen graf: een zandgraf of keldergraf bij de gemeente in beheer waarin gelegenheid wordt geboden tot het doen begraven van overledenen of de stoffelijke resten van overledenen;

c algemene nis: een plaats waar asbussen, zonder bijzondere bestemming, worden bewaard;

d algemeen urnengraf: een ondergronds graf bij de gemeente in beheer waarin gelegenheid wordt geboden tot het doen bijzetten van asbussen met of zonder urnen;

e asbus: een bus ter berging van as van een overledene;

f begraafplaats(en): de Oosterbegraafplaats te Alphen aan den Rijn, de begraafplaats aan het Zuideinde te Aarlanderveen, de begraafplaats Buitendorp te Zwammerdam, de begraafplaats aan de Roemer te Boskoop, de begraafplaats Reijerskoop te Boskoop, de begraafplaats Vrederust te Benthuizen, de begraafplaats te Hazerswoude-Dorp en de begraafplaats te Koudekerk aan den Rijn;

g beheerder: de ambtenaar die belast is met de dagelijkse leiding van de begraafplaats(en) of degene die hem vervangt;

h beheerverordening: verordening op het beheer en het gebruik van de gemeentelijke begraafplaats(en) voor de Gemeente Alphen aan den Rijn 2015;

i belanghebbende: natuurlijk persoon of rechtspersoon aan wie een recht tot gebruik van een ruimte in een algemeen graf of algemeen urnengraf is verleend, dan wel degene die redelijkerwijze geacht kan worden in diens plaats te zijn getreden

j gedenkplaatje: een door de beheerder van de begraafplaats te verstrekken plaatje, welke door de beheerder óf een door de beheerder aangewezen persoon wordt aangebracht op een daarvoor bestemd gedenkteken;

k gedenkplek: een plaats ingericht om te gedenken;

l gedenkteken: voorwerpen die op het graf kunnen worden geplaatst, hieronder mede begrepen een gedenkplaatje, grafmonument, urn, kettingen en hekwerken;

m grafbeplanting: beplanting op een graf, waarmee rekening is gehouden met een door het college vastgestelde maatvoering;

n keldergraf: een betonnen of gemetselde constructie waarin één of meer overledenen worden begraven of asbussen worden bijgezet;

o kindergedeelte: een op de begraafplaats door het college aangewezen gedeelte, waaronder de kindervlinder, waarop uitsluitend kinderen die zijn overleden voordat zij de leeftijd van 12 jaar hebben bereikt, begraven kunnen worden;

p overledene: een lijk als bedoeld in de Wet op de lijkbezorging;

q particulier graf: een zandgraf of keldergraf waarvoor, voor een bepaalde tijd, aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:

1. het doen begraven en begraven houden van overledenen;

2. het doen bijzetten of bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen.

r particulier urnengraf: een particulier graf al dan niet gelegen in een urnentuin, waarin aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon voor bepaalde tijd het uitsluitend recht wordt gegeven tot het boven- of ondergronds plaatsen van een asbus met of zonder urn;

s urnennis: een nis waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon , voor bepaalde tijd, het gebruiksrecht is verleend tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

t rechthebbende: natuurlijk persoon of rechtspersoon aan wie een uitsluitend recht is verleend op een particulier graf, op een particulier urnengraf, of een gebruiksrecht op een urnennis of op een gedenkplaatje;

u urn: een voorwerp ter berging van één of meer asbussen;

v urnentuin: een op de begraafplaats door het college aangewezen gedeelte grond waarop urnen, hetzij ondergronds hetzij bovengronds, geplaatst worden;

w verstrooiplaats: een op de begraafplaats door het college aangewezen gedeelte waarop as wordt verstrooid.

2 De in het eerste lid genoemde door het college aanwijsbare gedeelten kunnen via het Uitvoeringsbesluit Aanwijzing zones door middel van indelingstekeningen ten behoeve van de “Verordening op het beheer en het gebruik van de gemeentelijke begraafplaats(en) voor de gemeente Alphen aan den Rijn 2015” worden vastgesteld.

 

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam grafrechten worden op basis van deze verordening rechten geheven voor het gebruik van de begraafplaats en voor het door de gemeente verlenen van diensten in verband met de begraafplaats.

 

Artikel 3 Belastingplicht

De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.

 

Artikel 4 Vrijstellingen

De rechten worden niet geheven voor het verlenen van diensten op rechterlijk gezag of in opdracht en belang van de gemeente.

 

Artikel 5 Maatstaf van heffing en belastingtarief

1 De rechten worden geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

2 Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

 

Artikel 6 Belastingjaar

1 Met betrekking tot de rechten die per jaar worden geheven is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.

2 Met betrekking tot de rechten bedoeld in hoofdstuk 6, onderdeel 6.3.4 van de tarieventabel is het belastingtijdvak gelijk aan de periode waarvoor wordt afgekocht.

 

Artikel 7 Wijze van heffing

1 De rechten worden geheven door middel van een gedagtekende kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld. Het gevorderde bedrag wordt door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige kenbaar gemaakt.

2 De onderhoudsrechten, als bedoeld in 6.3, 6.3.1, 6.3.2 en 6.3.3 van de tarieventabel, worden geheven bij wege van aanslag.

 

Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld

1 De rechten zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening of bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen.

2 Voor de toepassing van deze verordening wordt het tijdstip van aanwijzing van een graf, een nis of plaats voor een urn op een gemeentelijke begraafplaats als het tijdstip van aanvang van het gebruik van die gemeentelijke begraafplaats aangemerkt.

3 Voor de toepassing van deze verordening wordt het tijdstip, waarop met de voorbereidingen van de omschreven dienst(en) wordt begonnen, als het tijdstip van aanvang van de dienstverlening aangemerkt.

 

Artikel 9 Termijnen van betaling

1 In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de rechten worden betaald binnen zes weken na de dagtekening van de schriftelijke kennisgeving.

2 De algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

 

Artikel 10 Kwijtschelding

Bij de invordering van de grafrechten wordt geen kwijtschelding verleend.

 

Artikel 11 Restitutie

1 Indien het recht op een particulier (urnen)graf of het recht op een nis, is vervallen als gevolg van een besluit tot gehele of gedeeltelijke sluiting van een gemeentelijke begraafplaats, wordt van het vroeger ter verkrijging van dat recht betaalde aan de rechthebbende terugbetaald naar evenredigheid met de tijdsduur, gedurende welke van het recht nog gebruik gemaakt zou kunnen worden.

2 Indien er vrijwillig, dan wel om andere redenen dan genoemd in het eerste lid van dit artikel, afstand wordt gedaan van een recht op een particulier (urnen)graf of het recht op een nis, wordt van het vroeger ter verkrijging van dat recht betaalde, niets aan de rechthebbende terugbetaald.

3 Indien de (jaarlijkse) onderhoudskosten en/of het grafrecht niet worden voldaan, kan het recht op een particulier (urnen)graf of het recht op een (urnen)nis worden ontnomen en wordt van het vroeger ter verkrijging van dat recht betaalde, niets aan de rechthebbende terugbetaald.

 

Artikel 12 Ontheffing

Het college verleent ontheffing van de rechten omschreven in hoofdstuk 6, onderdeel 6.3.1 van de tarieventabel voor onbepaalde tijd aan rechthebbenden op een gedenkteken op de begraafplaats Aarlanderveen, uitgegeven voor 1 januari 1972, ingeval de rechthebbende het gedenkteken zelf aantoonbaar onderhoudt of laat onderhouden.

Artikel 13 Inwerkingtreding en citeerartikel

1 De ‘Verordening begrafenisrechten 2019” van de Gemeente Alphen aan den Rijn, vastgesteld bij raadsbesluit op 13 december 2018 wordt ingetrokken met ingang van 1 januari 2020, met dien verstande dat zij van toepassing blijven op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

2 Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na die van de bekendmaking.

3 De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2020.

4 Deze verordening kan worden aangehaald als de ‘Verordening grafrechten 2020’.

 

Tarieventabel behorend bij de Verordening grafrechten 2020

 

Hoofdstuk 1 Verlenen van rechten op een graf

Particulier graf

2020

1.1 

Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een particulier graf,

voor een periode van 10 jaar, wordt geheven:

1.1.1

voor een zandgraf gelegen buiten het kindergedeelte

1.115

1.1.2

voor een zandgraf gelegen in het kindergedeelte

674

1.2 

Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een particulier graf, 

voor een periode van 20 jaar, wordt geheven:

1.2.1

voor een zandgraf gelegen buiten het kindergedeelte

2.195

1.2.2

voor een zandgraf gelegen in het kindergedeelte

1.313

1.2.3

voor een keldergraf (periode minimaal 20 jaar)

6.525

1.3 

Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een particulier graf, 

voor een periode van 30 jaar, wordt geheven:

1.3.1

voor een zandgraf gelegen buiten het kindergedeelte

3.275

1.3.2

voor een zandgraf gelegen in het kindergedeelte

1.951

1.3.3

voor een keldergraf voor 20 jaar;

6.525

verlengd per 10 jaar

1.070

1.4 

Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een particulier graf, 

voor een periode van 40 jaar (=maximum), wordt geheven:

1.4.1

voor een zandgraf gelegen buiten het kindergedeelte

4.355

1.4.2

voor een zandgraf gelegen in het kindergedeelte

2.589

1.4.3

voor een keldergraf voor 20 jaar;

6.525

verlengd per 20 jaar

2.140

Particulier urnengraf of urnennis

1.5

Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een particulier urnengraf, 

voor een periode van 5 jaar, wordt geheven:

1.5.1

voor een plaats in een particulier urnengraf

357

1.5.2

voor een plaats in de nis, model klein

211

1.5.3  

voor een plaats in de nis, model middel 

259

1.5.4

voor een plaats in de nis, model groot 

306

Gedenkplaatje

1.6

Voor het verlenen van het uitsluitend recht voor een aangebracht 

gedenkplaatje voor een periode van 5 jaar, wordt geheven

93

Hoofdstuk 2 Verlenging van rechten

Particulier graf

2.1

Voor het verlengen van het uitsluitend recht of gebruiksrecht 

onderdelen 1.1, 1.2, 1.3 of 1.4 van deze tarieventabel voor elke periode 

van 5 jaar, wordt geheven:

2.1.1

voor een zandgraf gelegen buiten het kindergedeelte

535

2.1.2

voor een zandgraf gelegen in het kindergedeelte

315

2.1.3

voor een keldergraf 

535

Particulier urnengraf of urnennis

2.2

Voor het verlengen van het uitsluitend recht of gebruiksrecht 

bedoeld in Hoofdstuk 1 onderdeel 1.5 van deze tarieventabel voor 

elke periode van 5 jaar, wordt geheven:

2.2.1

voor een plaats in een particulier urnengraf

321

2.2.2

voor een plaats in de nis, model klein

176

2.2.3

voor een plaats in de nis, model middel 

223

2.2.4

voor een plaats in de nis, model groot 

269

Verlenging bij bijzetting particulier graf

2.3

Voor het verlengen van het uitsluitend recht bedoeld in Hoofdstuk 1 

onderdelen 1.1, 1.2 of 1.3 van deze tarieventabel, wordt alleen in 

geval sprake is van een bijzetting in een bestaand particulier graf, 

voor elke periode van 1 jaar geheven (tot maximaal 9 jaar na een 

bijzetting):

2.3.1

voor een zandgraf

107

2.3.2

voor een keldergraf

€ 

107

2.3.3

voor een kindergraf

63

Gedenkplaatje

2.4

Voor de verlenging van de periode, als genoemd in onderdeel

1.6 voor elke periode van 5 jaar, wordt geheven 

€ 

51

Termijn uitsluitend recht

2.5

De periode van het uitsluitend recht of gebruiksrecht op een 

particulier graf, particulier urnengraf of urnennis of een 

gedenkplaatje, kan inclusief verlenging niet meer bedragen dan 40 

jaar.

Hoofdstuk 3 (Her)begraven

3.1

Voor het (her)begraven van een overledene van 

12 jaar of ouder, wordt geheven:

3.1.1

in een particulier graf

1.078

3.1.2

in een algemeen graf

534

3.2

Voor het (her)begraven van een overledene van

1 jaar tot 12 jaar, wordt geheven:

3.2.1

in een particulier graf

539

3.2.2

in een algemeen graf

284

3.3

Voor het (her)begraven van een overledene tot 1 jaar of

een doodgeborene, wordt geheven:

3.3.1

in een particulier graf

269

3.3.2

in een algemeen graf

160

3.4

Voor het na opgraven weer opnieuw begraven  

de stoffelijke resten van overledene(n) in hetzelfde particuliere 

graf, wordt een recht geheven van 50% van de onder 3.1, 3.2 en 3.3

genoemde rechten.

3.5

Ter bepaling van de leeftijd voor artikel 3.1, 3.2 en 3.3, wordt 

uitgegaan van de leeftijd op het moment van overlijden.

Hoofdstuk 4 Bijzetten van asbussen of urnen 

Bijzetten

4.1

Voor het bijzetten of (her)plaatsen van een asbus of urn wordt geheven:

4.1.1

in een urnennis, ongeacht model nis

233

4.1.2

in een algemeen urnengraf

409

4.1.3

op of in een particulier zandgraf of keldergraf

233

4.1.4 

in een particulier urnengraf

233

4.1.5

indien bij het bijzetten of (her)plaatsen tegelijkertijd nog een asbus 

of urn wordt bijgezet of (her)plaatst, wordt hiervoor geen extra 

tarief in rekening gebracht.

Bewaren

4.2

Voor het ter bewaring afgeven van een asbus wordt geheven

voor een periode van 10 jaar of een gedeelte daarvan;

108

met dien verstande dat de eerste 6 maanden kosteloos zijn.

Afdekplaat

4.3

Voor het verstrekken van een afdekplaat ter afsluiting van

een urnennis wordt geheven:

4.3.1

uitgevoerd in natuursteen

196

4.3.2

uitgevoerd in glas

414

Hoofdstuk 5 Verstrooien van as

Verstrooien

5.1

Voor het verstrooien van as op een verstrooiplaats, wordt per 

verstrooiing geheven

155

Hoofdstuk 6 Onderhoud

Afkoop onderhoud

6.1

Voor het door of vanwege de gemeente onderhouden van de 

begraafplaats, wordt gelijktijdig met het begraven, bijzetten of 

plaatsen geheven:

6.1.1

voor een algemeen graf of voor een algemeen urnengraf, gelegen 

buiten het kindergedeelte, gedurende een periode van 10 jaar 

(=maximum) 

477

6.1.2

voor een algemeen graf of voor een algemeen urnengraf, gelegen in 

het kindergedeelte, gedurende een periode van 20 jaar 

(=maximum) 

747

6.1.3

voor een particulier graf gedurende een periode 

van 10 jaar 

1.060

6.1.4

voor een particulier urnengraf of urnennis, gedurende een periode 

van 5 jaar

274

Verlenging afkoop onderhoud

6.2

Voor de verlenging van de onderhoudsperiode, wordt geheven

6.2.1

voor onderdeel 6.1.3, voor elke periode van 5 jaar

530

6.2.2

voor onderdeel 6.1.4, voor elke periode van 5 jaar

274

6.2.3.

voor onderdeel 2.3, bij een bijzetting in particulier graf voor een jaar

106

Historisch onderhoud

Oude jaarlijkse onderhoudsrechten, waarbij het uitsluitend recht

verleend of verlengd is vóór 1 januari 2015

6.3

Voor het door of vanwege de gemeente onderhouden, wordt voor 

een periode van 1 jaar, geheven:

6.3.1

voor een gedenkteken, waarvan het eerste recht op een graf is 

verleend vóór 1 januari 2008 op de Oosterbegraafplaats

te Alphen aan den Rijn, de Begraafplaats Aarlanderveen en de 

Begraafplaats Buitendorp te Zwammerdam.

138

6.3.2

voor een particulier graf, waarvan het eerste recht op een graf is 

verleend na 1 januari 2008 maar vóór 1 januari 2015 op de

Oosterbegraafplaats te Alphen aan den Rijn, de Begraafplaats

Aarlanderveen, de Begraafplaats Buitendorp te Zwammerdam

138

6.3.3

voor een particulier urnengraf of urnennis, waarvan het eerste recht 

op een graf is verleend na 1 januari 2008 maar vóór 1 januari 2015 

op de Oosterbegraafplaats te Alphen aan den Rijn, de Begraafplaats

Buitendorp te Zwammerdam

70

Afkoop oude onderhoudsrechten, waarbij het uitsluitend recht 

verleend of verlengd is voor 1 januari 2015

6.3.4

De rechten, genoemd in onderdeel 6.3.1, 6.3.2 en 6.3.3 kunnen vanaf

1 januari 2015 worden afgekocht voor de nog niet aangevangen 

 belastingjaren, die in de periode vallen waarvoor het recht als bedoeld

in hoofdstuk 1 nog geldend is. De afkoopsom is gebaseerd op het

tarief genoemd in 6.1.3 en 6.1.4 en wordt naar rato berekend.

6.3.5

Oude onderhoudsrechten vervallen automatisch indien het uitsluitend 

recht als bedoeld in hoofdstuk 1 of het onderhoudsrecht afloopt en 

verlenging van rechten nodig is. Op dat moment dient tot 

onmiddellijke afkoop van onderhoudsrecht te worden overgegaan, 

volgens de tarieven van 6.1.3 en 6.1.4.

6.3.6

Voor het afgeven van een vergunning voor het plaatsen of 

aanbrengen van een gedenkteken op een (urnen)graf, urnennis 

waarvoor het gebruiksrecht of uitsluitend recht is verleend voor 1 

januari 2015, wordt geheven 

73

Hoofdstuk 7 Opgraven, ruimen

Opgraven

7.1

Voor het opgraven van de stoffelijke resten van een overledene 

uit een algemeen of particulier graf binnen 10 jaar na de datum van 

de laatste bijzetting, wordt geheven

1.281

7.2

Voor het opgraven van de stoffelijke resten van een overledene uit 

een algemeen of particulier graf ná verloop van 10 jaar na de 

datum van laatste bijzetting wordt geheven:

7.2.1

voorafgaand aan een reguliere begrafenis in hetzelfde graf

363

7.2.2

niet aansluitend aan een reguliere begrafenis

1.178

7.2.3.

na afstand van het grafrecht

363

7.3

Voor het opgraven van een asbus wordt geheven:

7.3.1

uit een particulier graf

389

7.3.2

uit een algemeen urnengraf

243

7.4

Indien de stoffelijke resten van meer overledenen in één kist zijn 

begraven, wordt bij opgraving als bedoeld in 7.1 en 7.2, per kist 

een recht berekend van 

363

7.5

Indien gelijktijdig stoffelijke resten van meer dan één overledene, als

bedoeld in 7.1 en 7.2 uit een particulier graf worden opgegraven of 

uitgenomen, dan wordt ten hoogste tweemaal het daarbij 

behorende recht berekend.

Ruimen

7.5

Voor het, tijdens of na een algehele ruiming van een grafveld,

afzonderen van de stoffelijke resten van een overledene ten

behoeve van een crematie of een herbegrafenis wordt geheven

176

Hoofdstuk 8 Overige heffingen en toeslagen

8.1

Voor het (her)begraven, op afwijkende tijden zoals bedoeld in 

artikel 10 lid 2 van de Beheerverordening, worden de 

tarieven in hoofdstuk 3 van de tarieventabel verhoogd met

€ 

311

8.2

Voor het bijzetten, (her)plaatsen of verstrooien van as, asbus of urn

op afwijkende tijden zoals bedoeld in artikel 10 lid 2 van de 

Beheerverordening, worden de tarieven in hoofdstuk 4, 5 en 7 

van de tarieventabel verhoogd met

€ 

103

8.3

Voor het gebruik van de gemeentelijke aula, per uur of een 

gedeelte hiervan, wordt geheven 

170

8.4

Voor het opbaren van een overledene in de gemeentelijke aula bij 

de begraafplaats wordt geheven per etmaal of gedeelte daarvan

€ 

56

8.5

Voor het graveren van een gedenkplaatje wordt geheven

35

8.6

Voor het door of vanwege de gemeente leveren van een kist voor 

het (her)begraven of cremeren, wordt geheven:

8.6.1

Kist 40 cm

123

8.6.2

Kist 60 cm

150

8.6.3

Kist 100 cm

165

8.6.4

Kist 195 cm

196

Vastgesteld door de raad van Alphen aan den Rijn in de openbare vergadering van 12 december 2019,

de griffier, de voorzitter,

drs. J.A.M. Timmerman, mr. drs. J.W.E. Spies