Organisatie | Oldenzaal |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Oldenzaal houdende regels omtrent de heffing en invordering van begraafplaatsrechten (Verordening begraafrechten 2020) |
Citeertitel | Verordening begraafrechten 2020 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Deze regeling vervangt de Verordening begraafplaatsrechten 2019.
De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2020.
artikel 229, eerste lid, van de Gemeentewet
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2020 | nieuwe regeling | 16-12-2019 |
De raad van de gemeente Oldenzaal;
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 19 november 2019, nr. 42/7, reg.nr. INTB-19-04317;
gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet;
vast te stellen de Verordening op de heffing en de invordering van begraafplaatsrechten 2020
_______________________________________________________________
Op basis van deze verordening worden rechten geheven voor het gebruik van de begraafplaats en voor het door de gemeente verlenen van diensten in verband met de begraafplaats.
De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.
De rechten als bedoeld in 1.1, 1.2, 1.3, 1.7 en 1.9 van de bij deze verordening behorende tarieventabel worden niet geheven indien:
de aanvrager van het gebruik of de diensten aan de hand van een kwitantie, afgegeven door de kerkvoogdij der Nederlandse Hervormde Gemeente gedateerd vóór de datum van overdracht van de N.H. begraafplaats aan de gemeente, in casu 22 december 1972, kan aantonen koper te zijn van een grafruimte op de voormalige N.H.- begraafplaats of kan aantonen dat degene te wiens behoeve het gebruik of de diensten worden aangevraagd of verleend koper is van een grafruimte op de voormalige N.H. begraafplaats;
de aanvrager van het gebruik of de diensten aan de hand van een kwitantie afgegeven door of vanwege de R.K. kerkhofcommissie gedateerd vóór de datum van overdracht van de begraafplaats aan de gemeente, in casu 18 augustus 1975, kan aantonen huurder te zijn van een grafruimte op de voormalige R.K.- begraafplaats of kan aantonen dat degene te wiens behoeve het gebruik of de diensten worden aangevraagd of verleend huurder is van een grafruimte op de voormalige R.K.- begraafplaats;
Als door een rechthebbende afstand is gedaan van de rechten op een particulier graf, particuliere urnenkelder, particulier kindergraf of particuliere urnennis en indien van toepassing de wettelijke minimum grafrusttermijn is verstreken, bestaat aanspraak op ontheffing voor de rechten bedoeld in hoofdstuk 1 van de tarieventabel voor zoveel tiende, respectievelijk twintigste, respectievelijk dertigste gedeelten van de geheven rechten als er na het tijdstip van het afstand doen, nog volle kalenderjaren overblijven.
Artikel 8 Termijn van betaling
In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagen worden betaald uiterlijk één maand na de dagtekening van het aanslagbiljet. Dit geldt ook in geval het totaalbedrag van de op één aanslag verschuldigde bedrag door middel van automatische betalingsincasso van de betaalrekening van de belastingschuldige kan worden afgeschreven.
De Verordening begraafplaatsrechten 2019 van 11 december 2018 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 11, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
Vastgesteld in de openbare vergadering van 16 december 2019,
de griffier,
J.H. Brokers
de voorzitter,
P.G. Welman
Bijlage 1 Tarieventabel bij de verordening Begraafrechten 2020