Paragraaf 2 Procedure
Artikel 7 Ingediend bezwaarschrift
- 1.
Op het ingediende bezwaarschrift wordt de datum van ontvangst
aangetekend.
- 2.
Het bezwaarschrift met de daarbij overgelegde stukken wordt zo
spoedig mogelijk in handen van de commissie gesteld.
- 3.
Bij het bericht van ontvangst als bedoeld in artikel 6:14 van de
wet wordt vermeld dat een commissie over het bezwaar zal
adviseren.
Artikel 8 Overdracht bevoegdheden
Artikel 8 Overdracht bevoegdheden
De bevoegdheden ingevolge de artikelen
- -
- -
6:6, voor wat betreft het aan de indiener stellen van een
termijn waarbinnen het verzuim in de zin van niet voldoen
aan de vereisten als gesteld in artikel 6:5 van de wet dan
wel anderszins, kan worden hersteld,
- -
6:17, voorzover het betreft de verzending van stukken
tijdens de behandeling door de commissie;
- -
- -
van de wet worden voor de toepassing van deze verordening
uitgeoefend door de voorzitter van de commissie.
Artikel 9 Vooronderzoek
- 1.
De voorzitter van de commissie is in verband met de
voorbereiding van de behandeling van het bezwaarschrift bevoegd
rechtstreeks alle gewenste inlichtingen in te winnen of te doen
inwinnen.
- 2.
De voorzitter kan uit eigen beweging of op verlangen van de
commissie bij deskundigen advies of inlichtingen inwinnen en
dezen zo nodig uitnodigen daartoe in de zitting te
verschijnen.
Indien daaraan kosten zijn verbonden, is vooraf machtiging van
burgemeester en wethouders vereist.
Artikel 10 Hoorzitting
- 1.
De voorzitter van de commissie bepaalt plaats en tijdstip van de
zitting waarin de belanghebbenden en het verwerend orgaan in de
gelegenheid worden gesteld zich door de commissie te doen
horen.
- 2.
De voorzitter beslist over de toepassing van de artikelen 7:3
van de wet.
- 3.
Indien de voorzitter op grond van de in het tweede lid genoemde
artikelen besluit van het horen af te zien doet hij daarvan
mededeling aan:
- a.
- b.
- c.
ingeval van behandeling van een beroepschrift als
bedoeld in artikel 2, derde lid, het beroepsorgaan.
Artikel 11 Uitnodiging zitting
- 1.
De voorzitter deelt de belanghebbenden en het verwerend orgaan
tenminste twee weken voor de zitting schriftelijk mee, dat zij
in de gelegenheid worden gesteld zich te doen horen tijdens de
zitting.
- 2.
De voorzitter is bevoegd in bijzondere omstandigheden af te
wijken of afwijking toe te staan van de termijn als genoemd in
het eerste lid.
Artikel 12 Niet deelneming aan de behandeling
De voorzitter en de leden van de commissie nemen niet deel aan de
behandeling van een bezwaarschrift, indien daarbij hun
onpartijdigheid in het geding kan zijn. Zij laten zich zo nodig
vervangen.
Artikel 13 Openbaarheid zitting
Artikel 13 Openbaarheid zitting
- 1.
De zitting van de commissie is openbaar.
- 2.
De deuren worden gesloten indien de voorzitter van de commissie
of een van de aanwezige leden het nodig oordeelt of indien een
belanghebbende daartoe een verzoek doet.
- 3.
Indien de commissie vervolgens beslist dat gewichtige redenen
aanwezig zijn die zich tegen openbaarheid van de zitting
verzetten, vindt de zitting plaats met gesloten deuren.
Artikel 14 Schriftelijke verslaglegging
- 1.
Het verslag als bedoeld in de artikelen 7:7 van de wet vermeldt
de namen van de aanwezigen, met daarbij een vermelding van hun
hoedanigheid.
- 2.
Het verslag houdt een korte vermelding in van hetgeen over en
weer is gezegd en overigens ter zitting is voorgevallen.
- 3.
Indien de zitting geheel of gedeeltelijk met gesloten deuren
plaatsvond, of indien belanghebbenden respectievelijk hun
gemachtigden niet in elkaars tegenwoordig-heid zijn gehoord,
maakt het verslag hiervan melding.
- 4.
Het verslag verwijst naar de op de zitting overgelegde
bescheiden, die aan het verslag worden gehecht.
- 5.
Het verslag wordt, na instemming van de commissieleden die bij
de hoorzitting aanwezig waren, ondertekend door de voorzitter en
de (plaatsvervangend) secretaris van de commissie.
Artikel 15 Nader onderzoek
- 1.
Indien na afloop van de zitting maar voordat het advies wordt
opgesteld, nader onderzoek wenselijk blijkt te zijn, kan de
voorzitter uit eigen beweging of op ver-langen van de commissie
dit onderzoek houden.
- 2.
De uit het nader onderzoek verkregen informatie wordt in
afschrift aan de leden van de commissie, het verwerend orgaan en
de belanghebbende toegezonden.
- 3.
De leden van de commissie, het verwerend orgaan en de
belanghebbenden kunnen binnen een week na verzending van de in
het eerste lid bedoelde nadere informatie aan de voorzitter van
de commissie een verzoek richten tot het beleggen van een nieuwe
hoorzitting. De voorzitter beslist omtrent een dergelijk
verzoek.
- 4.
Op een nieuwe hoorzitting, als bedoeld in het derde lid, zijn de
bepalingen in deze verordening, die betrekking hebben op de
hoorzitting zoveel mogelijk van overeen-komstige
toepassing.
Artikel 16 Raadkamer en advies
- 1.
De commissie beraadslaagt en beslist achter gesloten deuren over
het door haar uit te brengen advies.
- 2.
a. De commissie beslist bij meerderheid van stemmen over het uit
te brengen advies.
- b.
Indien bij een stemming de stemmen staken dan beslist de
stem van de voorzitter.
- c.
Van een minderheidsstandpunt wordt bij het advies
melding gemaakt, indien die minderheid dat
verlangt.
- 3.
Het advies is gemotiveerd en omvat een voorstel voor de te nemen
beslissing op het bezwaarschrift.
- 4.
In het geval van kennelijk niet-ontvankelijkheid en/of
kennelijke ongegrondheid van het bezwaarschrift, ter beoordeling
van de voorzitter, is bij voorrang de enkelvoudige kamer bevoegd
advies uit te brengen.
Artikel 17 Vaststelling adviezen
1.Ingeval een bezwaarschrift is behandeld tijdens een meervoudige
zitting, wordt het door het secretariaat van de commissie gemaakte
concept-advies ter vaststelling toegezonden aan de desbetreffende
voorzitter en de andere leden van die kamer die bij de behandeling
van de betreffende zaak aanwezig waren.
Het vastgestelde advies wordt alsdan getekend door de
(plaatsvervangend) voorzitter die de zitting waarin het
desbetreffende bezwaarschrift is behandeld, heeft voorgezeten en
door de secretaris.
2.Ingeval een bezwaarschrift is behandeld tijdens een enkelvoudige
zitting, wordt het door het secretariaat van de commissie gemaakte
concept-advies ter vaststelling toegezonden aan de desbetreffende
voorzitter.
Het vastgestelde advies wordt alsdan getekend door de voorzitter van
de commissie dan wel door de plaatsvervangend voorzitter ingeval van
verhindering van de voorzitter en de secretaris.
- 3.
Ingeval van een door het secretariaat van de commissie
gemaakt concept-advies strekkende tot afdoening van een
bezwaarschrift buiten een zitting van de commissie om, wordt
dit ter vaststelling toegezonden aan de voorzitter of de
plaatsvervangend voorzitter van die kamer waarin behandeling
plaatsgevonden zou hebben.
- 4.
Opmerkingen met betrekking tot een ter vaststelling
uitgebracht concept-advies die leiden tot één of meer
wijzigingen van ondergeschikte aard, worden door het
secretariaat van de commissie gemeld bij de voorzitter die
het advies na vaststelling zal tekenen en – zo het een
advies is dat betrekking heeft op een in een enkelvoudige
zitting van de commissie behandeld bezwaarschrift - het lid
dat deze enkelvoudige zitting heeft voorgezeten.
- 5.
Indien opmerkingen van de voorzitter, de plaatsvervangend
voorzitter en de andere leden van de commissie met
betrekking tot een ter vaststelling uitgebracht
concept-advies leiden tot een niet ondergeschikte wijziging
van het voorliggende concept-advies, wordt het gewijzigde
advies wederom ter vaststelling aan alle leden van die kamer
voorgelegd.
- 6.
De leden van de commissie reageren binnen 5 werkdagen na
verzenddatum op een aan hen toegezonden concept-advies.
Artikel 18 Uitbrengen advies
- 1.
Het advies wordt, onder medezending van het verslag als bedoeld
in artikel 14 en eventueel door de commissie ontvangen nadere
informatie, tijdig uitgebracht aan het bestuursorgaan dat op het
bezwaarschrift dient te beslissen.
- 2.
Indien naar het oordeel van de voorzitter van de commissie de
termijn van tien weken, als bedoeld in artikel 7:10, eerste lid
van de wet, ontoereikend is voor achtereenvolgens het uitbrengen
van een advies door de commissie en het nemen van een beslissing
verzoekt hij het in het eerste lid bedoelde bestuursorgaan
tijdig de beslissing te verdagen.
- 3.
Van een besluit tot verdaging ontvangen de commissie, de
belanghebbenden en in het geval van behandeling van een
beroepschrift als bedoeld in artikel 2 derde lid, het verwerend
orgaan, een afschrift.