Organisatie | West Maas en Waal |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Reglement van Orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van de raad 2020 |
Citeertitel | Reglement van Orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van de raad 2020 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | Reglement van Orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van de raad 2020 |
Geen
artikel 147a van de Gemeentewet
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
13-06-2020 | wijziging reglement | 28-05-2020 | z.36772 | ||
01-01-2020 | 13-06-2020 | nieuwe regeling | 12-12-2019 | Z.32551 |
Vastgesteld bij raadsbesluit van 12 december 2019, kenmerk Z.032551
De raad van de gemeente West Maas en Waal,
gezien het initiatiefvoorstel van de raadsleden S. Vissers, C. van Coolwijk – van Sonsbeek en F. van Echteld, kenmerk Z.0032551,
gelet op artikel 147 a lid 4 van de Gemeentewet
“Reglement van Orde voor vergaderingen en andere werkzaamheden van de raad 2020”
Hoofdstuk 2. Toelating van nieuwe leden; Benoeming wethouders; Fracties
Artikel 7. Onderzoek geloofsbrieven en beëdiging raadsleden
Deze onderzoekt de geloofsbrieven en de daarop betrekking hebbende stukken van de nieuw benoemde raadsleden en brengt vervolgens advies uit aan de raad over de toelating van de nieuw benoemde raadsleden tot de raad. Indien van toepassing, wordt van een minderheidsstandpunt melding gemaakt in dit advies.
Artikel 8. Benoeming wethouders
Deze onderzoekt of de benoeming van de kandidaat-wethouder voldoet aan de vereisten van de artikelen 36a, 36b, 41b, eerste, derde en vierde lid, en 41c, eerste lid, van de wet en vraagt van de kandidaat-wethouder een verklaring omtrent het gedrag als bedoeld in artikel 28 van de Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens.
Hoofdstuk 3. Vergaderingen Paragraaf 1. Tijdstip van vergaderen; Voorbereidingen
Bij aanvang van de vergadering stelt de raad de agenda vast. Op voorstel van een lid van de raad of de voorzitter kan de raad bij de vaststelling van de agenda onderwerpen aan de agenda toevoegen of van de agenda afvoeren. Dit raadslid dient daartoe 48 uur voor een raadsvergadering aan de gemeenteraad mee te delen dat hij een onderwerp aan de agenda wenst toe te voegen of af te voeren. Hij licht daarbij toe waar het onderwerp over gaat, waarom hij een onderwerp wil agenderen of af wil voeren en wat hij van de gemeenteraad vraagt.
Hamerstukken worden in één keer afgehandeld. Indien een raadslid vraagt om een geagendeerd hamerstuk toch als debatstuk aan te merken, wordt dit verzoek 24 uur vóór het begin van de raadsvergadering aan de voorzitter via de griffie ter kennis gebracht. De griffier brengt dit verzoek onmiddellijk aan alle raadsleden en het college van burgemeester en wethouders over.
Artikel 13. Ter inzage leggen van stukken
Stukken die ter toelichting van de onderwerpen of voorstellen op een agenda dienen, worden gelijktijdig met het verzenden van de oproep op het gemeentehuis ter inzage gelegd. Als na het verzenden van de oproep stukken ter inzage worden gelegd, wordt hiervan mededeling gedaan aan de leden en zo mogelijk door middel van openbare kennisgeving.
Paragraaf 2. Orde der vergadering
Bij binnenkomst in de vergaderzaal tekent ieder lid dat deelneemt aan de raadsvergadering de presentielijst. Aan het einde van elke vergadering wordt die lijst door de voorzitter en de griffier door ondertekening vastgesteld.
Artikel 17. Spreekrecht burgers
Per agendapunt krijgt elke spreker maximaal vijf minuten het woord, ongeacht of men inspreekt namens meerdere personen. De voorzitter verdeelt de spreektijd evenredig over de sprekers als er meer dan zes sprekers zijn. De voorzitter kan in bijzondere gevallen afwijken van de maximale lengte van de spreektijd.
Artikel 18. Stemming; procedure hoofdelijke stemming
Een raadslid dat zich bij het uitbrengen van zijn stem vergist, kan deze vergissing herstellen tot het volgende raadslid heeft gestemd. Bemerkt het raadslid zijn vergissing pas later, dan kan deze nadat de voorzitter de uitslag van de stemming bekend heeft gemaakt aantekening vragen van zijn vergissing. Dit brengt geen verandering in de uitslag van de stemming.
Bij de raad ingekomen stukken, waaronder informatienota’s van het college aan de raad, worden op een lijst geplaatst. Deze lijst wordt tegelijkertijd met het verzenden van de schriftelijke oproep voor de raadsvergadering aan de leden van de raad toegezonden, ter inzage gelegd en geagendeerd voor de eerstvolgende besluitvormende raadsvergadering. In spoedeisende gevallen kan een ingekomen stuk na de schriftelijke oproep voor de raadsvergadering worden verzonden.
Artikel 22. Handhaving orde; schorsing
Indien een spreker zich in beledigende of onbetamelijke uitdrukkingen uitlaat, afwijkt van het in behandeling zijnde onderwerp, een andere spreker herhaaldelijk interrumpeert, dan wel anderszins de orde verstoort, wordt hij door de voorzitter tot de orde geroepen. Indien de betreffende spreker, hieraan geen gevolg geeft, kan de voorzitter hem gedurende de vergadering waarin zulks plaats heeft over het aanhangige onderwerp het woord ontzeggen.
Op verzoek van een lid van de raad of op voorstel van de voorzitter kan de raad besluiten de beraadslaging voor een door hem te bepalen tijd te schorsen teneinde het college of de leden de gelegenheid te geven tot onderling nader beraad. De beraadslagingen worden hervat nadat de schorsingsperiode verstreken is.
Artikel 24. Deelname aan de beraadslaging door anderen
Onverminderd artikel 21, eerste en tweede lid, van de wet, kan de raad besluiten dat anderen mogen deelnemen aan de beraadslaging.
Artikel 31. Voorstellen van orde
Raadsleden kunnen tijdens een raadsvergadering mondeling een voorstel van orde betreffende de vergadering doen. De raad beslist hier terstond over.
Artikel 32. Initiatiefvoorstel
Nadat het college schriftelijk wensen of bedenkingen ter kennis van de raad heeft gebracht of kenbaar heeft gemaakt hiertoe niet te zullen overgaan, dan wel nadat de in het tweede lid gestelde termijn is verlopen, wordt het voorstel op de agenda van de eerstvolgende raadsvergadering geplaatst. Als de schriftelijke oproep hiervoor reeds verzonden is wordt het voorstel op de agenda van de daaropvolgende raadsvergadering geplaatst.
Artikel 35. Schriftelijke vragen
Vragen die ten minste 48 uur voor aanvang van een raadsvergadering zijn ingediend worden mondeling beantwoord in de eerstvolgende raadsvergadering. Tenzij het college of de burgemeester de griffier gemotiveerd in kennis stelt dat dit onmogelijk is, waarbij tevens aangegeven wordt binnen welke termijn beantwoording zal plaatsvinden.
Artikel 36. Mondelinge vragen (‘Vragenkwartiertje’)
Het lid van de raad dat tijdens dit agendapunt vragen wil stellen, meldt dit voor aanvang van de vergadering bij de griffier, onder aanduiding van het onderwerp en een korte omschrijving van de vraag. De voorzitter kan na overleg met het presidium weigeren een onderwerp tijdens het ‘vragenkwartiertje’ aan de orde te stellen indien hij het onderwerp niet voldoende nauwkeurig acht aangegeven of indien het onderwerp in de raadsvergadering op diezelfde dag aan de orde komt.
Hoofdstuk 5 Opiniërende raadsvergadering
Op een opiniërende vergadering zijn de artikelen van dit reglement van overeenkomstige toepassing, met uitzondering van artikelen 17, 18, 19 derde lid, 20, 25, 26, 27, 28, 29 30, 31, 33, 34, 35 en 36 en voor zover de artikelen niet strijdig zijn met het karakter van de vergadering.
Hoofdstuk 6. Besloten vergadering
Op een besloten vergadering zijn de bepalingen van dit reglement van overeenkomstige toepassing voor zover deze bepalingen niet strijdig zijn met het besloten karakter van de vergadering.
Van een vergadering met gesloten deuren wordt een afzonderlijk audioverslag opgenomen dat niet openbaar wordt gemaakt, tenzij de raad anders besluit conform het tweede lid. Het audioverslag is door de leden van de raad, fractievolgers, voorzitter, het college, de burgemeester, aanwezige ambtenaren en griffier, op verzoek na te luisteren bij de griffier.
De lijst van toezeggingen en conclusies wordt in de eerstvolgende besluitvormende raadsvergadering ter vaststelling aangeboden. Tijdens deze vergadering neemt de raad een besluit over het al dan niet openbaar maken van het audioverslag en de overige stukken van de besloten raadsvergadering. De lijst van toezeggingen en conclusies wordt door de voorzitter en de griffier ondertekend.
Artikel 43. Opheffing geheimhouding
Als de raad op grond van de artikelen 25, derde en vierde lid, 55, tweede en derde lid, of 86, tweede en derde lid, van de wet voornemens is de geheimhouding op te heffen dan wel niet te bekrachtigen, wordt, als het orgaan dat geheimhouding heeft opgelegd daarom verzoekt, daarover in een besloten raadsvergadering met het desbetreffende orgaan overleg gevoerd.
Hoofdstuk 7. Toehoorders en pers
Artikel 45. Geluid- en beeldregistraties
Degenen die in de vergaderzaal tijdens een openbare vergadering geluid- dan wel beeldregistraties willen maken doen hiervan mededeling aan de voorzitter en gedragen zich naar zijn aanwijzingen. Deze aanwijzingen kunnen niet zover gaan dat zij de vrijheid van pers aantasten.
Artikel 46. Verbod gebruik mobiele communicatiemiddelen
In de vergaderzaal, met inbegrip van de publieke tribune, is tijdens een openbare vergadering het gebruik van alle mobiele communicatiemiddelen, die inbreuk maken op de orde van de vergadering, zonder toestemming van de voorzitter, niet toegestaan.