Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Breda

Beleidsregel van de burgemeester van de gemeente Breda houdende regels omtrent Beleidsregeling sluitingstijden Breda 2019

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieBreda
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeleidsregel van de burgemeester van de gemeente Breda houdende regels omtrent Beleidsregeling sluitingstijden Breda 2019
CiteertitelBeleidsregeling sluitingstijden Breda 2019
Vastgesteld doorburgemeester
Onderwerpopenbare orde en veiligheid
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervangt de beleidsregeling ontheffing horecasluitingstijden 2013 en de beleidsregeling sluitingstijden Breda 2015.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

https://decentrale.regelgeving.overheid.nl/cvdr/xhtmloutput/Historie/Breda/CVDR313992/CVDR313992_3.html

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

20-12-2019nieuwe regeling

20-11-2019

gmb-2019-308417

2019-2335

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregel van de burgemeester van de gemeente Breda houdende regels omtrent Beleidsregeling sluitingstijden Breda 2019

De Burgemeester van Breda:

 

Gelet op artikel 10 lid 1 onder C van de Drank- en horecaverordening Breda 2014,

 

overwegende dat het gewenst beleidsregels als bedoeld in artikel 4.81 van de Algemene wet bestuursrecht vast te stellen in verband met de uitoefening van de bevoegdheden zoals opgenomen onder artikel 10 eerste lid van de Drank- en Horecaverordening Breda 2014 (sluitingstijdenregeling)

  • I

    Besluit in te trekken de beleidsregeling ontheffing horecasluitingstijden 2013 en de beleidsregeling sluitingstijden Breda 2015.

  • II

    Besluit de volgende beleidsregels vast te stellen:

Artikel 1  

In deze beleidsregels wordt verstaan onder verordening: Drank- en Horecaverordening Breda 2014.

Artikel 2 Weigeringsgronden, Intrekkingsgronden.

Met toepassing van de in artikel 10, eerste lid onder d. van de verordening, genoemde weigerings- en intrekkingsgronden:

 

  • A.

    Algemeen.

  • De burgemeester houdt rekening met het vastgestelde handhavingsbeleid.

 

  • B.

    Met betrekking tot het onder artikel 10, eerste lid onder d, lid 1 van de verordening genoemde (levensgedrag leidinggevenden).

  •  

  • De ontheffing wordt niet afgegeven voordat onderzoek is gedaan naar de eisen omtrent het gedrag van de leidinggevenden.

  •  

  • Voor een nieuwe ondernemer betekent dit de normale procedure in verband de aanvraag van de eveneens benodigde Drank- en Horecavergunning. Toetsing op gedrag zal plaatsvinden aan artikel 8 tweede en derde lid van de Drank- en Horecawet en het Besluit eisen zedelijk gedrag Drank en Horecawet 1999. Hierbij zal voor de ontheffing sluitingstijden in het uitgaansgebied een strenger toezichtregime gelden op de gedrag- en zedelijkheidseisen dan voor een andere aanvraag voor een drank- en horecavergunning. Het uitgaansgebied is een bijzonder deel van de stad Breda waar in het kader van de openbare orde en veiligheid strengere eisen worden gesteld en waar bijzondere afspraken gelden.

  •  

  • Strenger in die zin dat bij de niet nader omschreven weigeringsgrond van artikel 8 tweede lid onder b. maximaal op deze weigeringsgrond wordt ingezet. Dat geldt ook voor de jurisprudentie in het kader van het Besluit eisen zedelijk gedrag 1999.

  •  

  • C.

    Het onder artikel 10, eerste lid onder d, lid 4 van de verordening genoemde (indien er vanaf 22.00 uur geen gecertificeerd beveiligingspersoneel werkzaam is /afhankelijk van de wijziging door de raad : indien er geen gecertificeerd beveiligingspersoneel werkzaam is waarvan het aantal en het tijdstip van inzet door de burgemeester wordt bepaald).

  •  

  • Basisregel

  •  

  • De basisregel is dat vanaf 22.00 uur gecertificeerd beveiligingspersoneel werkzaam moet zijn in de inrichting. Het deelnemen in het project sfeerbeheer (SOS teams) kan een reden zijn om van het tijdstip van 22.00 uur af te wijken. Ook andere omstandigheden kunnen aanleiding zijn om van de basisregel af te wijken. Een veiligheidsplan van de onderneming kan een aanleiding vormen net als feitelijke omstandigheden.

  •  

  • Richtlijn hierbij zijn de volgende aantallen:

    • -

      Van 0 tot en met 125 bezoekers tenminste 1 beveiliger

    • -

      Van 126 tot en met 250 bezoekers tenminste 2 beveiligers

    • -

      Van 251 en meer ten minste 3 beveiligers

  • Daarbij is het aan de exploitant om in zijn beveiligingsplan de benodigde beveiligers aan te geven en dit te motiveren.

     

    De burgemeester houdt tevens rekening met het volgende:

    • -

      Het beveiligingsbedrijf dient over een (H)ND vergunning te beschikken. ( HND = particulier beveiligingsbedrijf uitsluitend gericht op horecabeveiliging).

       

    • -

      Het betreffende beveiligingsbedrijf dient in het bezit te zijn van het keurmerk horecabeveiliging van de Nederlandse veiligheidsbranche

       

    • -

      De burgemeester kan horecaondernemers toestaan het aantal vereiste beveiligers te verminderen met 1 indien aangetoond wordt dat men gebruik maakt van een aanwezige pool van flexibel inzetbare beveiligers.

       

    • -

      De burgemeester kan horecaondernemers toestaan het aantal vereiste beveiligers te verminderen of het tijdstip van inzet wijzigen, indien aangetoond wordt dat men gebruik maakt van de SOS-teams, sfeerbeheer.

  • D.

    Het onder artikel 10, eerste lid onder d, lid 5 van de verordening genoemde: indien er een veiligheidsplan ontbreekt of dit niet deugdelijk is of dat niet door de burgemeester goedgekeurd is. De burgemeester houdt hierbij rekening met het in bijlage I opgenomen model.

Artikel 3  

Met de toepassing van artikel 10, eerste lid onder g van de verordening houdt de burgmeester rekening met het volgende:

 

De burgemeester stelt het in bijlage I van deze beleidsregeling opgenomen model vast als minimale inhoud van het veiligheidsplan.

 

De burgemeester kan indien daar aanleiding voor is te allen tijde aanvullende eisen stellen aan het veiligheidsplan.

 

Daarbij zal in het geval van meer dan 300 bezoekers er risico-scenario’s/doelgroepen uitgewerkt moeten worden in het veiligheidsplan. Te denken valt aan , grote vechtpartij, paniek, uitval elektra, extreem weer.

 

Los van het aantal bezoekers zal er ook risico-scenario’s/doelgroepen uitgewerkt moeten worden in het veiligheidsplan als er evenementen worden gehouden of als er sprake is van zaalverhuur.

 

De ondernemer moet aantonen dat hij de veiligheidsrisico’s naar aanleiding van zijn geplande exploitatie, toegangsbeleid. in beeld heeft en kan aangeven hoe hij zich daar op voorbereid. E.e.a. om verstoringen van de openbare orde te voorkomen en de veiligheid van bezoekers en personeel kan garanderen. De burgemeester kan te allen tijde aanwijzingen geven om het veiligheidsplan aan te passen.

Artikel 4  

De burgemeester kan voor de toepassing van deze regels afwijken van hetgeen hierin dwingend of bij richtlijn is voorgeschreven in geval:

  • a.

    de feitelijke toestand of omstandigheden met betrekking tot de horeca-inrichting en/of de exploitatie daarvan hem daartoe aanleiding geven;

 

  • b.

    de inhoud van het ingediende veiligheidsplan hem daartoe aanleiding geeft.

Artikel 5  

Dit besluit treedt in werking op de dag na bekendmaking.

Breda,

dr. P.F.G. Depla,

burgemeester

Bijlage I Inhoudsopgave veiligheidsplan

Algemeen

 

In Breda bestaat de mogelijkheid voor horecaondernemers – in het aangewezen horecaconcentratiegebied – hun zaak open te hebben tot maximaal 04.00 uur. Om voor deze ontheffing van de algemene regels in aanmerking te kunnen komen dient de ondernemer een aantal zaken goed geregeld te hebben. De onderwerpen die het betreft zijn opgenomen in dit model veiligheid- en overlastplan. Dit plan is als voorschrift aan bedoelde ontheffing verbonden.

 

De primaire invalshoek is vanzelfsprekend het bevorderen van veiligheid en het voorkomen van overlast geweest. Daarnaast is een aantal onderwerpen opgenomen die in eerste aanleg meer verbonden zijn aan de gezondheid van jongeren maar in hun uitwerking wel degelijk effect hebben op de sfeer in de binnenstad.

 

Inhoudsopgave modelplan

  • -

    Algemene gegevens exploitant, contactgegevens

 

  • -

    Contactgegevens portiersbedrijf

 

  • -

    Gegevens horecabedrijf bedrijf: bezoekerscapaciteit uitleg over de wijze van exploitatie, op welke bezoekers men zich richt.

 

  • -

    Duidelijke plattegrond

  •  

  • Met nooduitgangen met draairichting deuren, blusmiddelen en alle aanwezige objecten, ehbo, camera’s , vluchtroute (schaal 1:100) met Ontruimingsplan

  •  

  • Hoe wordt de veiligheid gegarandeerd, georganiseerd en maatregelen ter voorkoming overlast en verstoring ( openbare) orde, Risicoanalyse en maatregelen

 

  • 1.

    Voorschriften ten aanzien van beveiliging van de inrichting

     

    • 1a.

      De ondernemer is verplicht tussen 22.00 uur en 04.00 uur gecertificeerd beveiligingspersoneel aanwezig te hebben in de onderneming.

    •  

    • Aantal gecertificeerde beveiligers (afkomstig van het gecertificeerde beveiligingsbedrijf waarmee wordt samengewerkt) in de onderneming is minimaal 1 en verder afhankelijk van de omvang van de onderneming (maximum aantal bezoekers).

    •  

    • Afschriften van contracten met gecertificeerd beveiligingsbedrijf waar mee wordt samengewerkt.

    •  

    • Afschriften van de eigen vergunning van het ministerie van justitie.

    •  

    • Afschriften van de vergunning van de beveiligingsmensen die worden ingezet.

    •  

    • 1b.

      De ondernemer en het personeel van de inrichting, waaronder begrepen de beveiligingsmedewerkers en portiers, bewapenen zich op geen enkele wijze.

    •  

    • Op welke wijze wordt hier door de ondernemer op toegezien?

    •  

    • Op welke wijze wordt het personeel hierover geïnstrueerd?

    •  

    • 1c.

      Aanwezigheid en gebruik van detectieapparatuur gericht op het buiten houden van wapens.

    •  

    • Beschikt de ondernemer over detectieapparatuur?

    •  

    • Indien ja, over welke apparatuur, hoe wordt de bediening ervan en instructie erover verzorgd?

    •  

    • Indien nee, welke andere maatregelen zijn getroffen ter voorkoming van de aanwezigheid van wapens in de onderneming?

    •  

    • 1d.

      Aanwezigheid van camera- en/of videobewaking.

    •  

    • Beschikt de ondernemer over camera en/of videoapparatuur?

    •  

    • Indien ja, op welke wijze worden bezoekers daarover geïnformeerd?

    •  

    • Afschrift van plattegrond waarop cameraplan zichtbaar is.

    •  

  • 2.

    Brandveiligheidsvoorzieningen

     

    De onderneming voldoet aan de gestelde eisen op het gebied van brandveiligheid.

     

    Op welke wijze wordt het personeel hierover geïnstrueerd?

     

    Op welke wijze worden noodzakelijke procedures getraind en beoefend?

     

  • 3.

    Maatregelen ter voorkoming van overlast

     

    • 3a.

      De ondernemer is gehouden de orde binnen de onderneming te handhaven en in de directe omgeving ervan de hinder, veroorzaakt door komende en vertrekkende bezoekers, te voorkomen en zoveel mogelijk te beperken.

       

      Welke maatregelen heeft de ondernemer hiertoe getroffen?

       

      Op welke wijze wordt de stroom komende en vertrekkende bezoekers begeleid?

       

      Welke maatregelen worden getroffen om de activiteiten vanaf een half uur voor sluitingstijd geleidelijk af te bouwen?

       

      Welke instructies worden aan het personeel gegeven?

       

    • 3b.

      De ondernemer houdt zich aan de voorschriften en eisen vanuit de wet milieubeheer – met name met betrekking tot het voorkomen van geluidshinder

       

    • 3c.

      De ondernemer voorziet in instructies en/of trainingen van het personeel met betrekking tot het omgaan met agressie, dronkenschap en het gebruik van verdovende middelen.

       

      Op welke wijze wordt het personeel geïnformeerd?

       

      Welke instructies worden aan het personeel gegeven?

       

      Welke trainingen worden gegeven? Is dat eenmalig of met een hogere frequentie?

       

  • 4.

    Huisregels

     

    • 4a.

      In de inrichting gelden huis- en gedragsregels die zodanig zijn opgehangen en leesbaar zijn dat bezoekers er eenvoudig kennis van kunnen nemen.

       

      Wat zijn de huisregels die in de onderneming gelden?

       

      Op welke wijze wordt het personeel hierover geïnstrueerd?

       

      Op welke wijze wordt opgetreden bij het overtreden van de huisregels?

       

      Afschrift van plattegrond en foto’s waaruit duidelijk wordt hoe en waar de huisregels in de onderneming zijn opgehangen.

       

  • 5.

    Constatering van strafbare feiten en het melden van incidenten

    • 5a.

      De ondernemer en het aanwezige personeel zien erop toe dat er geen strafbare feiten worden gepleegd in de inrichting of de directe omgeving. Het gaat daarbij onder meer om het voorhanden hebben of gebruiken van verdovende middelen, het voorhanden hebben van wapens, geweldpleging, bedreiging of (seksuele) intimidatie.

       

    • 5b.

      Bij constatering van een strafbaar feit wordt onmiddellijk de politie in kennis gesteld.

       

      Op welke wijze is het personeel hierover geïnstrueerd?

       

      Welke afspraken zijn gemaakt over het verwijderen van betrokkene uit de inrichting en het overdragen aan de politie?

       

      Welke afspraken zijn gemaakt met andere horecaondernemers?

       

      Welke meldprocedure wordt gehanteerd?

       

    • 5c.

      Indien de feiten gericht zijn tegen de onderneming, ondernemer of het personeel wordt altijd aangifte gedaan bij de politie.

       

      Welke afspraken zijn hierover binnen de onderneming gemaakt?

       

  • 6.

    (Collectief) lokaalverbod

     

    • 6a.

      Overtreders van de huisregels en plegers van strafbare feiten worden voor een bepaalde periode, afhankelijk van de ernst van het gepleegde feit, de toegang tot de inrichting ontzegd.

       

      Op welke wijze worden bezoekers hierover geïnformeerd?

       

      Op welke wijze worden de maatregelen afgestemd met die van andere horecaondernemers in het horecaconcentratiegebied?

    • 6b.

      De ondernemer participeert in het collectief lokaalverbod binnen het horecaconcentratiegebied.

       

      Alle deelnemende ondernemingen worden direct geïnformeerd van een opgelegd lokaalverbod.

       

  • 7.

    EHBO en afstemming hulpverleningsdiensten

     

    • 7a.

      In de inrichting is minstens één goed geoutilleerde EHBO-koffer aanwezig.

       

      Is in de onderneming een bedrijfshulpverlener aangesteld?

       

      Op welke wijze wordt voorzien in de aanwezigheid van EHBO-ers?

       

      Hoeveel medewerkers zijn aanwezig die een EHBD-U training (Novadic-Kentron) – of een vergelijkbare training - hebben gevolgd?

       

    • 7b.

      De ondernemers zorgt er in voorkomende gevallen voor dat de opvang van hulpdiensten en de medewerking met hen optimaal verlopen.

       

  • 8.

    Deurbeleid

     

    • 8a.

      De ondernemer zorgt voor een eenduidig, controleerbaar, transparant en niet-discriminerend toegangsbeleid. De ondernemer zorgt ervoor dat bij de ingang van de inrichting door middel van een bord wordt aangegeven waar geweigerde personen een klacht kunnen indienen.

       

      Afschrift/foto van het genoemde bord.

       

      Is het toelatingsbeleid vooraf voorgelegd aan het Panel Deurbeleid?

       

      Welke instructies zijn daarover aan het personeel gegeven?

       

    • 8b.

      Indien er sprake is van functionele toelatingseisen in de onderneming, zorgt de ondernemer ervoor dat deze eisen duidelijk en goed leesbaar worden opgehangen bij de toegang.

       

      Afschrift van de gehanteerde toegangseisen.

       

      Afschrift/foto van de wijze waarop de eisen bij de toegang zijn opgehangen.

       

  • 9.

    Alcoholmatiging

     

    • 9a.

      De ondernemer treft maatregelen om overmatig alcoholgebruik in en rond de inrichting te voorkomen.

       

      Maatregelen m.b.t. informatie en trainingen voor het personeel.

       

      Welke werkinstructies bestaan hieromtrent voor het personeel.

       

      Welke maatregelen worden getroffen voor de betrokken bezoekers.

       

      Werknemers gebruiken geen alcohol gedurende werktijd.

       

    • 9b.

      De ondernemer houdt zich aan de eisen en richtlijnen met betrekking tot het schenken van alcohol aan minderjarigen.

       

      Welke leeftijdsgrens hanteert de onderneming?

       

      Welke werkinstructies bestaan hieromtrent voor het personeel.

       

      Welke preventieve maatregelen worden uitgevoerd door de ondernemer?

       

      Hoe wordt voorzien in het volgen van barcode-trainingen voor de medewerkers?

       

    • 9c.

      De ondernemer onthoudt zich van het organiseren van ‘happy hours’, anders dan één keer per week, gedurende één uur en tegen een maximale korting op de consumptieprijs van 50%.

       

    • 9d.

      De ondernemer initieert en/of werkt mee aan preventieve en informatieve acties met betrekking tot alcoholmatiging door jongeren.

       

      Worden er ‘frisavonden’ of andere campagnes gehouden?

       

  • 10.

    Toegang toezichthouders en controleurs

    De ondernemer zorgt ervoor dat toezichthouders en controleurs te allen tijde worden toegelaten tot de inrichting om hun werkzaamheden uit te kunnen voeren.

     

    Op welke wijze is het personeel daarover geïnstrueerd?

     

  •