Organisatie | Laarbeek |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregel Wet Bibob voor vastgoedtransacties gemeente Laarbeek |
Citeertitel | Beleidsregel Wet Bibob voor vastgoedtransacties gemeente Laarbeek |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2020 | Nieuwe regeling | 10-12-2019 |
Gemeenten krijgen steeds meer te maken met ondermijnende criminaliteit. Ondermijnende criminaliteit bestaat uit allerlei vormen van criminaliteit die een ondermijnend effect hebben op de samenleving. Kenmerkend voor ondermijnende criminaliteit is de verwevenheid tussen de boven- en onderwereld. Criminelen maken gebruik van legale structuren en voorzieningen – zoals vergunningen, subsidies, overheidsopdrachten en vastgoedtransacties met de overheid – om illegale activiteiten uit te voeren. Dit vormt een bedreiging voor de integriteit van het openbaar bestuur.
Het doel van de Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur (Wet Bibob) is het waarborgen van de integriteit van het bestuursorgaan door te voorkomen dat de overheid onbewust of ongewild criminele activiteiten faciliteert.
De Wet Bibob geeft de overheid een instrument in handen om zich tegen het risico van aantasting van de integriteit te beschermen. Als bijvoorbeeld een ernstig gevaar dreigt dat een vergunning zal worden misbruikt, kan het bevoegde bestuursorgaan een aangevraagde vergunning weigeren of een verleende vergunning intrekken. Maar ook als de overheid in zijn privaatrechtelijke hoedanigheid handelt – als rechtspersoon met een overheidstaak – en met een derde een vastgoedtransactie wenst aan te gaan, beschermt de Wet Bibob de integriteit van het openbaar bestuur.
Om eventuele integriteitsrisico’s te kunnen inschatten, voert het bevoegde bestuursorgaan een eigen onderzoek uit. Ook kan het bestuursorgaan aanvullend advies aanvragen bij het Landelijk Bureau Bibob. Langs die weg kan de overheid voorkomen dat zij criminele activiteiten faciliteert en beschermt zij bovendien de concurrentiepositie van bonafide ondernemers.
De Wet Bibob en het daarbij behorende Besluit Bibob zijn van toepassing op diverse gemeentelijke vergunningen en ontheffingen, regelingen en transacties, waaronder:
Bestuursorganen zijn zelf verantwoordelijk voor de toepassing van de Wet Bibob. Daarom worden er voor de verschillende toepassingscategorieën van de wet beleidsregels vastgesteld. In elke beleidsregel staat aangegeven binnen welke branches de wet wordt toegepast. Een helder Bibobbeleid voorkomt willekeur, biedt duidelijkheid voor de burger en is inzichtelijk voor alle betrokkenen. Bovendien kunnen beleidsregels preventief werken.
Deze beleidsregel ziet op toepassing van de Wet Bibob op ‘vastgoedtransacties’ als bedoeld in artikel 1 onderdeel o van de Wet Bibob.
Op grond van de Wet Bibob kan een zogeheten Bibob-toets plaatsvinden in de gevallen waarin de overheid met een derde een vastgoedtransactie wil aangaan.
Concreet betekent dit dat de gemeente Laarbeek in de hierna beschreven gevallen aan de hand van eigen onderzoek, al dan niet aangevuld met een advies van het Landelijk Bureau Bibob, de integriteit van de bij de vastgoedtransactie betrokken (rechts-)personen beoordeelt.
Bij die beoordeling maakt het gemeentebestuur een inschatting van:
De uitkomst van de Bibob-toets weegt in een concreet geval mee bij de beslissing om een vastgoedtransactie waarbij de gemeente Laarbeek partij is al dan niet aan te gaan, hieraan nadere voorwaarden te verbinden of de overeenkomst op te schorten, te ontbinden of anderszins te beëindigen.
Met deze beleidsregel beschrijft de gemeente Laarbeek op welke wijze en bij welke vastgoedtransacties Bibob-onderzoek in de vorm van een Bibob-toets plaatsvindt.
4.1 Uitgangspunten Bibob-onderzoek
De gemeente Laarbeek hanteert bij het Bibob-onderzoek een risico-gestuurde, getrapte aanpak. Dit betekent dat niet elke vastgoedtransactie standaard aan een Bibob-toets wordt onderworpen, maar slechts die transacties waarbij de kans op de kans op criminogene beïnvloeding reëel is (vandaar: risico-gestuurd). Het onderzoek naar de integriteit van bij de vastgoedtransactie betrokken (rechts-) personen vindt bovendien op proportionele wijze plaats: alleen bij aanwijzingen of vermoedens van een mogelijke aantasting van de integriteit van het gemeentebestuur wordt aanvullend advies ingewonnen bij het Landelijk Bureau Bibob.
4.2 Integriteitsclausule met Bibob-beding in vastgoedovereenkomst
De gemeente Laarbeek neemt in alle vastgoedovereenkomsten standaard een integriteitsclausule op. De clausule bevat een juridische grondslag om de overeenkomst over een vastgoedtransactie te beëindigen (door middel van ontbinding of opzegging) die de gemeente kan inroepen in geval aan de wederpartij toerekenbare gedragingen die na het sluiten van de overeenkomst aan het licht komen en een mogelijke aantasting vormen voor de integriteit van het gemeentebestuur.
4.4 Gevallen waarin Bibob-onderzoek plaatsvindt
Een Bibob-toets vindt in elk geval plaats, indien met de vastgoedtransactie een bedrag van minimaal € 500.000 is gemoeid of indien, indien het een lager bedrag betreft van tenminste € 50.000, de vastgoedtransactie betrekking heeft op de volgende risico-categorieën van (bedrijfs-)activiteiten:
Voor het publiek toegankelijke, besloten ruimten waarin bedrijfsmatig, in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was of anders dan om niet seksuele handelingen worden verricht, seksuele diensten worden aangeboden of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden (waaronder prostitutiebedrijven, darkrooms, seksbioscopen, sekswinkels, erotische massagesalons);
Inrichtingen die zijn bestemd om het publiek de gelegenheid te geven een spel door middel van speelautomaten te beoefenen als bedoeld in artikel 30c, eerste lid, onderdeel b, van de Wet op de kansspelen (waaronder speelautomatenhallen en gamecenters);
4.6 Uitzonderingen Bibob-onderzoek
Onverminderd het bepaalde in artikel 4.5 vindt in beginsel geen Bibob-toets plaats in geval van:
vastgoedtransacties van de gemeente Laarbeek met een bedrijf, instelling of organisatie die in overwegende mate, dat wil zeggen in beginsel voor twee derde of meer, door publiek geld is gefinancierd (het financiële vereiste) en waarbij de inhoudelijke criteria voor het verstrekken van geldelijke uitkeringen of voorzieningen in beslissende mate wordt bepaald door de overheid (het inhoudelijke vereiste);
meerdere vastgoedtransacties met een derde binnen een aaneengesloten periode van 12 maanden of binnen één project, mits de wederpartij (betrokkene) aantoont of genoegzaam aannemelijk maakt dat min of meer sprake is van gelijke omstandigheden met betrekking tot de bedrijfsstructuur, financieringsconstructie en/of wijze van financiering, zakelijke partners en dergelijke als ten tijde van de vastgoedtransactie waarbij dit Bibob-onderzoek wel heeft plaatsgevonden.