Organisatie | Terschelling |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening precariobelasting 2020 |
Citeertitel | Verordening Precariobelasting 2020 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2022.
artikel 228 van de Gemeentewet
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2023 | 31-12-2022 | bijlage 1 | 23-11-2022 | 2022/91 | |
31-12-2022 | 01-01-2022 | bijlage 1 | 21-12-2022 | ||
07-10-2022 | 01-01-2023 | toelichting | 28-09-2022 | 2022/70 | |
01-01-2022 | 07-10-2022 | bijlage | 15-12-2021 | ||
21-05-2021 | 01-01-2022 | Wijziging regeling | 12-05-2021 | ||
01-01-2020 | 21-05-2021 | Nieuwe regeling | 17-12-2019 |
Deze verordening verstaat onder:
Onder de naam precariobelasting wordt een directe belasting geheven ter zake van het hebben van voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond, bedoeld of genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.
De precariobelasting wordt geheven van degene die het voorwerp of de voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond heeft, dan wel van degene ten behoeve van wie die dat voorwerp of die voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond aanwezig zijn.
In afwijking in zoverre van het eerste lid wordt, indien de gemeente een vergunning heeft verleend voor het hebben van het voorwerp of de voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond, degene aan wie de vergunning is verleend of diens rechtsopvolger aangemerkt als degene bedoeld in het eerst lid, tenzij blijkt dat hij niet het voorwerp of de voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond heeft.
Artikel 5 Maatstaf van heffing en belastingtarief
De precariobelasting wordt geheven naar de maatstaven en tarieven opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel, met inachtneming van het overigens in deze verordening bepaalde.
Artikel 6 Berekening van de precariobelasting
Indien de gemeente een vergunning heeft verleend voor het hebben van het voorwerp of de voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond, wordt voor de berekening van de precariobelasting aangesloten bij de geldigheidsduur van die vergunning, tenzij blijkt dat het belastbaar feit zich gedurende een kortere periode heeft voorgedaan. In dat geval bestaat aanspraak op ontheffing, waarbij het vijfde lid van overeenkomstige toepassing is.
In de gevallen waarin de gemeente een vergunning heeft verleend voor het hebben van het voorwerp of de voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond, is het belastingtijdvak de periode waarvoor de vergunning is verleend, met dien verstande dat bij een kalenderjaaroverschrijdende geldigheidsduur van de vergunning het belastingtijdvak gelijk is aan het kalenderjaar.
In afwijking van het eerste lid wordt de voor een dag verschuldigde precariobelasting geheven door middel van een mondelinge kennisgeving, dan wel gedagtekende schriftelijke kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.
Artikel 9 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang.
Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak aanvangt is de naar jaartarieven geheven precariobelasting verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat tijdvak verschuldigde belasting als er in dat tijdvak, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor de naar jaartarieven geheven precariobelasting voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat tijdvak verschuldigde precariobelasting als er in dat tijdvak, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven, tenzij blijkt dat het bedrag van de ontheffing minder bedraagt dan € 10,00.
Artikel 10 Termijnen van betaling
In afwijking van het eerste lid geldt, zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in acht gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt één maand na de dagtekening van het aanslagbiljet en elk van de volgende termijnen telkens één maand later.
In afwijking van artikel 9, eerste lid van de Invorderingswet 1990, moet de precariobelasting worden betaald ingeval de kennisgeving bedoeld in artikel 8, tweede lid:
Bijlage 1 Tarieventabel behorend bij de Verordening Precariobelasting 2020
Over de periode van 1 januari 2022 tot 1 november 2022 vindt geen heffing van precariobelasting plaats over de tijdelijke uitbreiding van de terrassen (opgenomen in Hoofdstuk 3 van de Tarieventabel precariobelasting 2020), ter uitvoering van de motie van Samen Terschelling van 20 april 2022.
De bedragen genoemd in deze tabel zijn van toepassing vanaf 1 januari 2023.
WEST: Haventerrein, Torenstraat, Boomstraat, Burgemeester Reedekerstraat, Willem Barentszkade, Willem Barentszstraat, Molenstraat, Havenstraat |
Het tarief bedraagt voor het hebben van voorwerpen waarvoor in de volgende hoofdstukken geen afzonderlijk tarief is opgenomen: | ||
Hoofdstuk 2 Bouwmaterialen en overige materialen
Het tarief bedraagt voor het gebruik van grond als terras voor cafés, restaurants, lunchrooms en dergelijke inrichtingen | ||
Hoofdstuk 4 Overige voorwerpen