Organisatie | Uitgeest |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Subsidieverordening stads- en dorpsvernieuwing gemeente Uitgeest |
Citeertitel | Subsidieverordening stads- en dorpsvernieuwing gemeente Uitgeest |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | ruimtelijke ordening, verkeer en vervoer |
Eigen onderwerp | subsidie |
Dit is de vierde wijziging van de oorspronkelijke 'Subsidieverordening stads- en dorpsvernieuwing gemeente Uitgeest', vastgesteld bij Raadsbesluit van 17 december 1984, nummer 84/156, in werking getreden op 1 januari 1985.
Onbekend.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
05-08-1994 | 31-03-2016 | nieuwe regeling | 21-07-1994 Dagblad Kennemerland, 28-07-1994 | No. 94/57 |
SUBSIDIEVERORDENING STADS- EN DORPSVERNIEUWING
Gebaseerd op artikel 41 van Wet op de Stads- en Dorpsvernieuwing.
Verordening, vastgesteld bij Raadsbesluit van 17 december 1984, nummer 84/156, in werking getreden op 1 januari 1985.
Bij Raadsbesluit van 28 april 1987, nummer 87/48.
Bij Raadsbesluit van 4 september 1986, nummer 86/101.
Bij Raadsbesluit van 17 december 1992, nummer 92/137, in werking getreden op 18 december 1992.
Bij Raadsbesluit van 21 juli 1994, nummer 94/57, in werking getreden op 5 augustus 1994.
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder stads- en dorpsvernieuwing, verder te noemen stadsvernieuwing, de stelselmatige inspanning, zowel op stedenbouwkundig als op sociaal, economisch, cultureel of milieuhygiënisch gebied, gericht op behoud, herstel, verbetering, herindeling of sanering van bebouwde gedeelten van het gemeentelijk grondgebied.
De gemeenteraad neemt jaarlijks binnen 2 maanden na de bekendmaking van de uitkering aan de gemeente door de provincie een besluit en/of meerdere besluiten waarin wordt aangegeven welk bedrag voor een bepaald jaar beschikbaar wordt gesteld in het belang van de stadsvernieuwing aan natuurlijke of rechtspersonen voor de verschillende sectoren van de samenleving, waaronder in elk geval de bewoners van huur- en eigen woningen, en in het bijzonder ten behoeve van de versterking van de positie van de bewoners, het bedrijfsleven en sociale en culturele instellingen. De bedragen voor deze sectoren worden bekend gemaakt op de voor de gemeente gebruikelijke wijze.
De gemeenteraad is bevoegd een voor een bepaalde sector van de samenleving bestemd bedrag te verlagen, wanneer, mede gelet op het totaal van de voor het betreffende jaar voor die bepaalde sector reeds ingediende aanvragen, redelijkerwijze kan worden aangenomen dat voor die bepaalde sector van de samenleving aan het eind van het desbetreffende jaar gelden zullen resteren.
De gemeenteraad kan de werkingssfeer van deze verordening of onderdelen daarvan naar tijd en plaats beperken.
Een daartoe strekkend besluit wordt bekendgemaakt als voorgeschreven in artikel 1.2.
Burgemeester en wethouders kennen slechts steun toe voor zover de op grond van artikel 1.2 begrote financiële middelen voor de desbetreffende sector van de samenleving toereikend zijn.
HOOFDSTUK II - VERBETERING VAN DOOR DE EIGENAAR BEWOONDE WONIN¬GEN
Aan de eigenaar-bewoner kan een bijdrage ineens worden toegekend ter tegemoetkoming in de kosten van:
Toekenning van de bijdrage ineens geschiedt overeenkomstig het prioriteitenschema als bedoeld in artikel 2.11 aan de aanvragers, die gedurende ten minste vijf achtereenvolgende jaren onmiddellijk voorafgaande aan het tijdstip van indiening van de aanvrage eigenaar-bewoner was van de woning waarvoor de bijdrage wordt gevraagd, in dier voege, dat eerst de aanvragen om een bijdrage ineens voor een voorziening van categorie A worden toegekend, vervolgens die voor categorie B en zo verder.
Voor zoveel de beschikbare middelen zulks toelaten nadat artikel 2.4 toepassing heeft gevonden, worden de aanvragen om bijdrage ineens, ingediend buiten de in artikel 2.3 genoemde termijn, en ingediend door hen, die niet ten minste vijf achtereenvolgende jaren onmiddellijk voorafgaande aan het tijdstip van indiening eigenaar-bewoner was van de woning waarvoor de bijdrage wordt gevraagd, toegekend in de volgorde van binnenkomst der aanvragen, onafhankelijk van het prioriteitenschema.
De bijdrage-ineens wordt slechts toegekend, indien:
de woning waaraan de voorzieningen, bedoeld in artikel 2, worden getroffen, niet later dan 35 jaar voor het tijdstip van indiening van de aanvrage om geldelijke steun voor bewoning is gereedgekomen en niet later dan tien jaren voor laatstbedoeld tijdstip met geldelijke steun van overheidswege ingrijpend is verbeterd;
de netto-oppervlakten van alle in de woning gelegen ruimten waaraan voorzieningen worden getroffen, na voltooiing van de voorzieningen gezamenlijk ten hoogste 125 m² bedragen, waarbij onder netto-oppervlakte hetzelfde wordt verstaan als in de norm NEN 2320, zoals in 1962 uitgegeven en in 1975 aangevuld door het Nederlands Normalisatie- Instituut;
In zoverre in afwijking van het bepaalde in het eerste lid, onder d, kunnen burgemeester en wethouders toestaan, dat de voorzieningen in fasen, doch uiterlijk binnen twee jaren, worden getroffen, mits in de eerste fase voor zover niet aanwezig een closet met waterspoeling en een douche in de woning worden aangebracht.
Indien meer dan de helft van de werkzaamheden, verbonden aan het treffen van de voorzieningen, wordt verricht door de eigenaar-bewoner, anders dan in de uitoefening van zijn bedrijf, al dan niet met behulp van anderen, zonder dat bij de hulp sprake is van uitoefening van een bedrijf, wordt het in het eerste lid onder e genoemde bedrag met 55% verminderd.
De vermindering, bedoeld in het derde lid, vindt slechts plaats indien van de kosten van het geheel van de werkzaamheden, berekend alsof geen van de werkzaamheden overeenkomstig het in dat lid bepaalde wordt verricht door de eigenaar-bewoner, meer dan de helft moet worden toegerekend aan de werkzaamheden die worden verricht door de eigenaar-bewoner.
Voor het zelf aanleggen van een elektrische installatie conform het bepaalde in artikel 2.11 wordt uitsluitend overeenkomstig het bepaalde in het 3e lid, subsidie verstrekt, indien bij de aanvraag tevens een vergunning of machtiging van het PEN is overgelegd, waaruit blijkt, dat het is toegestaan om zelf de installatie aan te leggen.
Onder de in dit hoofdstuk bedoelde kosten van de voorzieningen worden in elk geval begrepen de geraamde en door of namens de burgemeester en wethouders goedgekeurde bedragen van:
De bijdrage-ineens, bedoeld in het eerste lid, wordt slechts toegekend indien ten minste de helft of meer van de woningen ten behoeve waarvan de voorzieningen na het treffen van de voorzieningen in haar geheel beschouwd, doch ten minste ten aanzien van haar bouwtechnische staat, zal voldoen aan de eisen van bewoonbaarheid die redelijkerwijs aan een woning moeten worden gesteld.
Indien aan een aantal min of meer bijeengelegen woningen projectgewijs voorzieningen als bedoeld in artikel 2.2 worden getroffen en daarbij artikel 2.11, derde lid, toepassing vindt, kunnen in daarvoor naar het oordeel van burgemeester en wethouders in aanmerking komende gevallen, waarin ten behoeve van die voorzieningen bijzondere maatregelen worden getroffen, bijdragen worden toegekend ter tegemoetkoming in de kosten van die maatregelen.
In daarvoor naar het oordeel van burgemeester en wethouders in aanmerking komende gevallen, waarin aan woningen voorzieningen worden getroffen met het oog op de tijdelijke instandhouding van die woningen, kunnen bijdragen-ineens worden toegekend ter tegemoetkoming in de kosten van het treffen van één of meer van de voorzieningen, bedoeld in artikel 2.11, lid 3, en artikel 2.12, lid 1.
In daarvoor naar het oordeel van burgemeester en wethouders in aanmerking komende gevallen kan op verzoek van de aanvrager, indien 50% of meer van de in de aanvraag vermelde werkzaamheden zijn verricht en akkoord bevonden, een voorschot op de bijdrage-ineens wordt verstrekt van maximaal 50% van de toegekende bijdrage.
HOOFDSTUK 3 VERBETERING VAN BEELDBEPALENDE PANDEN
In dit hoofdstuk wordt verstaan onder:
Beeldbepalende pand: een pand, dat is opgenomen op de gemeentelijke monumentenlijst, zoals vastgesteld door de Gemeenteraad, met uitzondering van die panden, die tevens zijn opgenomen op hetzij de rijksmonumentenlijst hetzij een provinciale monumentenlijst. Beeldbepalende panden kunnen woningen dan wel niet-woningen zijn.
De bijdrage wordt slechts toegekend voor zoveel de op grond van artikel 2 begrote financiële middelen van dit hoofdstuk toereikend zijn, met dien verstande, dat voor beeldbepalende panden, die tevens woningen zijn, in eerste instantie wordt geput uit het deel van het budget dat door de Provincie in het kader van de stads- en dorpsvernieuwing beschikbaar is gesteld, en dat voor de overige beeldbepalende panden slechts wordt geput uit dat deel van het budget dat door de Gemeente in het kader van de monumentenzorg beschikbaar is gesteld.
Bij hun beslissing om een bijdrage houden Burgemeester en wethouders in ieder geval rekening met:
Het toekennen van een bijdrage op grond van dit hoofdstuk sluit het toekennen van een bijdrage op grond van een ander hoofdstuk van deze verordening voor eenzelfde voorzieningen niet uit, met dien verstande, dat voor enige voorziening nimmer een grotere bijdrage kan worden verkregen dan het maximum, dat voor deze voorziening in enig hoofdstuk van deze verordening is opgenomen.
Indien de werkzaamheden, verbonden aan het treffen van de voorzieningen, voor een deel of in het geheel door de eigenaar, anders dan in de uitoefening van het bedrijf, worden verricht, al dan niet met behulp van anderen, zonder dat daarbij sprake is van de uitoefening van een bedrijf, worden de in artikel 3.11 genoemde bedragen met 45% verminderd.