| Organisatie | Leiden |
|---|---|
| Organisatietype | Gemeente |
| Officiële naam regeling | Beleidsregel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Leiden houdende regels omtrent vaststellen van en toewijzing op grond van de wachtlijst (Beleidsregel wachtlijst bedrijfsvaartuigen) |
| Citeertitel | Beleidsregel wachtlijst bedrijfsvaartuigen |
| Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
| Onderwerp | bestuur en recht |
| Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
|---|---|---|---|---|---|
| 29-11-2019 | nieuwe regeling | 19-11-2019 |
Vanaf medio 2014 gold er een vergunningstop voor het verlenen van ligplaatsvergunningen voor bedrijfsvaartuigen. Met het vaststellen van de Bedrijfs- en Pleziervaartuigenverordening 2017 is deze stop opgeheven. De beschikbare ligplaatsen die zijn vrijgekomen of nog vrij waren vanaf het Ligplaatsenplan 2009 tot het Ligplaatsenplan 2017, zullen worden verdeeld aan de hand van de door het college vastgestelde wachtlijst en op grond van de bijbehorende beleidsregel. Voor ingeschreven op de wachtlijst die niet in aanmerking zijn gekomen voor een ligplaats geldt dat hun positie op de wachtlijst zal worden meegenomen in een nieuwe, door het college nader vast te stellen, verdelingssystematiek.
Op 13 juli 2018 is de Bedrijfs- en pleziervaartuigenverordening 2017 (hierna Verordening) in werking getreden. In artikel 29 lid 6 van die Verordening is opgenomen dat het college de ligplaatsen voor bedrijfsvaartuigen verdeelt die zijn vrijgekomen tussen 8 juli 2014 en het inwerkingtreden van deze Verordening en die niet in de tussentijd zijn uitgegeven.
Al enige jaren worden belangstellenden voor een ligplaatsvergunning voor een bedrijfsvaartuig geregistreerd op een wachtlijst. Deze wachtlijst dient door het college te worden vastgesteld zodat met voornoemde verdeling kan worden aangevangen.
Om de wachtlijst te kunnen vaststellen en om tot een transparante en eenduidige verdeling te kunnen komen dienen enkele regels te worden opgesteld. Het college heeft, gelet op artikel 16 en artikel 29 lid 6 van de Verordening de volgende beleidsregel vastgesteld.
Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen
artikel 1.1 Definities/begripsomschrijvingen
In deze beleidsregel wordt verstaan onder:
Inventarisatieformulier: het formulier dat ten tijde van de totstandkoming van de (vorige) Verordening op de bedrijfsvaartuigen 2010 en het Ligplaatsenplan bedrijfsvaartuigen 2009, op verzoek van de gemeente door de diverse belangstellenden is ingevuld en waarop ze konden aangeven welke bedrijfsvaartuigen en ligplaatsen ze op dat moment gebruikten en wat hun wensen voor de toekomst waren voor wat betreft het aantal vaartuigen en ligplaatsen.
Ligplaats: dat gedeelte van het openbaar water waar afmeren van een bedrijfsvaartuig is toegestaan gedurende ten minste de periode tussen zonsondergang en zonsopkomst. Binnen de Singels geldt de afmeting van 4 x 12,5 meter per ligplaats, met uitzondering van de ligplaatsen waar speciale maatvoeringen gelden.
Bedrijfsvaartuig: een vaartuig dat in hoofdzaak in gebruik is of in hoofdzaak bestemd is voor bedrijfsmatig gebruik; hieronder wordt ook verstaan een vaartuig dat feitelijk niet geschikt is om te worden gebruikt als middel tot verplaatsing te water (bijvoorbeeld dekschuit), met uitzondering van een dekschuit of vergelijkbaar vaartuig dat wordt gebruikt als terrasboot indien en voor zover voor die terrasboot een vergunning zoals bedoeld in de Algemene Plaatselijke Verordening is verleend en de locatie de aanduiding “Terrasboot” heeft in het vigerende Bestemmingsplan;
Hoofdstuk 3. Toewijzen beschikbare ligplaatsen
Artikel 3.3 Vervallen van de registratie
Het college verwijdert een belangstellende van de wachtlijst:
Artikel 3.4 Overige bepalingen ten aanzien van de wachtlijst
Een aanbod als bedoeld in artikel 3.1 lid 2 kan alleen dan met behoud van registratie en volgorde op de wachtlijst geweigerd worden indien de belangstellende voldoende aannemelijk kan maken dat de aangeboden ligplaats niet kan worden ingenomen met het vaartuig gelet op de omvang en/of diepgang van dat vaartuig.
Hoofdstuk 5 Overige bepalingen
Het college kan in gevallen waarin de toepassing van deze beleidsregel naar zijn oordeel tot een bijzondere hardheid leidt, afwijken van deze beleidsregel.
Toelichting op Beleidsregel wachtlijst bedrijfsvaartuigen
Op 13 juli 2018 is de Bedrijfs- en pleziervaartuigenverordening 2017 (hierna Verordening) in werking getreden. In artikel 29 lid 6 van die verordening is opgenomen dat het college de ligplaatsen voor bedrijfsvaartuigen verdeelt die zijn vrijgekomen tussen 8 juli 2014 en het inwerkingtreden van deze Verordening en die niet in de tussentijd zijn uitgegeven. Deze beleidsregel ziet dan ook alleen op de verdeling van de ligplaatsen in de genoemde periode. Voor de verdeling van ligplaatsen die zijn vrijgekomen ná de inwerkingtreding van de Verordening worden andere beleidsregels opgesteld waarin een verdelingssystematiek op basis van gewogen loting zal worden opgenomen.
Al enige jaren worden belangstellenden voor een ligplaatsvergunning voor een bedrijfsvaartuig geregistreerd op een lijst. Deze lijst werd gehanteerd als wachtlijst, echter deze wachtlijst heeft nimmer formeel die status gekregen. In de Verordening is in artikel 29, vijfde en zesde lid een overgangsregeling opgenomen. Met deze regeling wordt de wachtlijst alsnog geformaliseerd en zullen de gedurende de afgelopen jaren wegens een vergunningstop niet uitgegeven plekken via deze wachtlijst alsnog worden uitgegeven.
Alvorens tot verdeling kan worden overgegaan dient de wachtlijst formeel door het college te worden vastgesteld. Het college heeft belangstellenden die op de meest recente versie van de lijst stonden vermeld aangeschreven met het verzoek om de bij het college bekende gegevens op juistheid te controleren. Op basis van de reacties is een lijst opgesteld die door het college is vastgesteld.
Om op basis van de wachtlijst tot een transparante en eenduidige verdeling van beschikbare ligplaatsen te kunnen komen dienen enkele regels te worden opgesteld. Het college heeft, gelet op artikel 16 en artikel 29 lid 6 van de Verordening de volgende beleidsregels vastgesteld. Aan de hand van deze regels kan worden overgegaan tot het verdelen van de beschikbare ligplaatsen aan belangstellenden op de wachtlijst.
De gemeenteraad heeft bij motie M.180017.2 van 21 juni 2018 de wens geuit om belangstellenden die bij de verdeling op basis van deze beleidsregels niet in aanmerking komen voor een beschikbare ligplaats, mee te nemen bij de uitgifte van ligplaatsen voor bedrijfsvaartuigen. Dit gebeurt op basis van een nog vast te stellen beleidskader dat ziet op de verdeling van ligplaatsen die beschikbaar zijn gekomen na de inwerkingtreding van de Verordening.
Een belangstellende komt slechts eenmaal voor op de wachtlijst. In het geval dat een belangstellende op meerdere momenten de wens kenbaar heeft gemaakt voor een of meerdere ligplaatsen, dan zijn deze verzoeken samengevoegd tot één positie op de wachtlijst. De datum van de eerste registratie is leidend. Het aantal verzochte ligplaatsen van de registraties is bij elkaar opgeteld en het totaal is bij de positie op de wachtlijst aangegeven.
Doordat alle registraties van één belangstellende worden samengevoegd tot één registratie kan het beeld ontstaan dat een belangstellende die op meerdere momenten in de tijd de wens kenbaar heeft gemaakt voor één of meer ligplaatsen in aanmerking te willen komen daardoor met een grotere hoeveelheid gewenste ligplaatsen op de eerste registratiedatum op de wachtlijst komt te staan en daarmee aanspraak zou kunnen maken op onevenredig veel ligplaatsen. Deze situatie wordt voorkomen doordat er in artikel 3.1, derde lid, is bepaald dat per belangstellende maximaal een ligplaats worden uitgegeven.
De belangstellenden voor een ligplaats worden op volgorde van de positie op de wachtlijst schriftelijk benaderd om hun belangstelling voor ten hoogste een van de beschikbare ligplaats kenbaar te maken. De lijst met belangstellenden wordt afgegaan tot het moment dat alle beschikbare ligplaatsen zoals bedoeld in het eerste lid zijn verdeeld.
Hierbij is een maximum van een ligplaats per belangstellende bepaald. Door een maximum te stellen wordt recht gedaan aan het idee van een wachtlijst. Vanwege het feit dat er in het verleden geen indieningsvereisten waren voor een plek op de wachtlijst zijn er belangstellenden geregistreerd met een zeer groot aantal gewenste ligplaatsen. Om te voorkomen dat de verdeling leidt tot het toekennen van alle beschikbare ligplaatsen aan één belangstellende geldt een maximum van een beschikbare ligplaats per belangstellende.
Vergunningen worden verleend met in achtneming van het bepaalde in de Verordening en het bijbehorende ligplaatsenplan. Op grond van het bepaalde in artikel 10 van de Verordening kan een ligplaats voor bepaalde tijd worden vergund. De onder deze regeling verleende vergunningen zullen worden verleend voor een periode van 10 jaar.
Waar in het verleden vergunningen voor onbepaalde tijd werden verleend kiezen we nu voor een beperkte, zij het lange, duur. Hiermee wordt de transparantie en toegankelijkheid van de markt bereikt die wordt bedoeld in de Dienstenrichtlijn. Hiermee wordt aan de vergunninghouder een redelijke termijn geboden om zijn onderneming te voeren. Tevens wordt gezorgd dat periodiek nieuwe ondernemers de kans hebben om toe te treden tot deze markt. Een nieuwe vergunning die met ingang van deze regeling wordt verleend zal worden verleend voor 10 jaar. Nadat deze 10 jaarstermijn is verstreken zal de vergunning van rechtswege vervallen en opnieuw kunnen worden uitgegeven. Het verdelen van die vrijgekomen vergunningen, en alle in de toekomst nieuw vrij te komen ligplaatsen, zal plaatsvinden door middel van een systeem van gewogen loting. Dat systeem zal het college in een nadere beleidsregel verder uitwerken. Het college geeft met deze wijze verdeling, in combinatie met de gekozen bepaalde duur van een vergunning invulling aan het principe dat er voor nieuwkomers een mogelijkheid moet zijn om in een bepaalde markt toe te treden.
Conform het bepaalde in artikel 8 en 18 van de Verordening kunnen er situaties zijn waarbij een aanvraag geweigerd wordt. Deze weigeringsgronden zijn onverkort van toepassing op de toewijzing van ligplaatsen middels deze wachtlijst.
Artikel 3.4 Overige bepalingen ten aanzien van de wachtlijst
Een aanbod als bedoeld in artikel 3.1 lid 2 kan alleen dan met behoud van registratie en positie op de wachtlijst geweigerd worden indien de aangeboden ligplaats(en) niet kunnen worden ingenomen met het een vaartuig gelet op de omvang en/of diepgang van dat vaartuig.
Alleen als het vaartuig vanwege omvang, diepte, hoogte etc. niet geschikt is voor de aangeboden ligplaats kan een aanbod worden geweigerd met behoud van registratie en positie op de wachtlijst. het ligt op de weg van de belangstellende om dit aannemelijk te maken. Dit betekent dat als een aangeboden ligplaats hoewel geschikt en passend voor het vaartuig, vanwege andere redenen wordt geweigerd (bijvoorbeeld omdat de ligplaats niet in het centrum is of te ver verwijderd van andere ligplaatsen) de registratie op de wachtlijst wordt doorgehaald.
De plekken die worden verdeeld volgens de wachtlijst zijn de plekken die in de periode tussen 8 juli 2014 en 13 juli 2018 zijn vrijgekomen. Voor ligplaatsen die na die periode zijn vrijgekomen en vrij gaan komen zal een nieuwe verdelingssystematiek worden toegepast. Dit zal een gewogen loting betreffen waarvan de inrichting, werking en uitvoering nog nader door het college zal worden bepaald. De lijst met belangstellenden die overblijft nadat volgens onderhavige regeling alle beschikbare ligplaatsen zijn verdeeld, zal worden meegenomen in en voor de nieuwe verdelingssystematiek. De positie op de lijst van belangstellenden vertegenwoordigt een waarde binnen die gewogen loting.