Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Losser

Beleidsregel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Losser houdende regels omtrent bestuurlijke boete BRP (Beleidsregel bestuurlijke boete BRP Losser)

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieLosser
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeleidsregel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Losser houdende regels omtrent bestuurlijke boete BRP (Beleidsregel bestuurlijke boete BRP Losser)
CiteertitelBeleidsregel bestuurlijke boete BRP Losser
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

23-11-2019nieuwe regeling

05-11-2019

gmb-2019-283163

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Losser houdende regels omtrent bestuurlijke boete BRP (Beleidsregel bestuurlijke boete BRP Losser)

Het college van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Losser;

 

overwegende dat gelet op het bepaalde in artikel 4.17 van de Wet basisregistratie personen

 

besluit vast te stellen:

 

Beleidsregel bestuurlijke boete BRP Losser

Artikel 1 – Begripsbepalingen

  • 1.

    In deze beleidsregel wordt verstaan onder:

    • a.

      de Wet: de Wet basisregistratie personen

    • b.

      college: het college van burgemeester en wethouders

    • c.

      toezichthouder: de op grond van het bepaalde in artikel 4.2 van de Wet door het college benoemde ambtenaar;

    • d.

      boete: de bestuurlijke boete als bedoeld in artikel 4.17 van de Wet;

    • e.

      overtreder: degene die verwijtbaar niet heeft voldaan aan de verplichtingen als bedoeld in artikel 4.17 onder a van de Wet dan wel zich schuldig heeft gemaakt aan het bepaalde in artikel 4.17 onder b. van de Wet of een valse aangifte heeft gedaan;

  • 2.

    De begripsbepalingen van de Wet zijn op deze beleidsregel onverkort van toepassing.

Artikel 2 – Algemene bepalingen

  • 1.

    Per geconstateerde overtreding kan slecht één bestuurlijke boete worden opgelegd.

  • 2.

    Een bestuurlijke boete wordt binnen drie jaar nadat het college de overtreding heeft geconstateerd, opgelegd.

  • 3.

    In het geval de verplichtingen als bedoeld in de Wet dienen te worden vervuld door een wettelijke vertegenwoordiger of curator wordt de bestuurlijke boete in voorkomend geval opgelegd aan de wettelijk vertegenwoordiger of curator.

  • 4.

    Als de overtreder vóór inning van de opgelegde bestuurlijke boete komt te overlijden, vervalt deze op de datum van overlijden.

Artikel 3 – Verwijtbaarheid en bijzondere omstandigheden

  • 1.

    Als elke vorm van verwijtbaarheid ontbreekt, wordt geen boete opgelegd.

  • 2.

    Van het opleggen van een boete kan worden afgezien als er sprake is van bijzondere omstandigheden.

Artikel 4 – Hoogte van de boete

  • 1.

    De hoogte van de op te leggen standaardboete bedraagt € 240,00.

  • 2.

    De hoogte van de hogere boete bedraagt € 325,00.

  • 3.

    De hoogte van de boete per overtreding is weergegeven in bijlage I bij deze beleidsregels.

Artikel 6 – Valsheid in geschrifte

  • 1.

    Als een tot aangifte verplicht persoon een valse of vervalste aangifte doet, zich uitgeeft voor iemand anders dan wel valse of vervalste documenten overlegt met het oogmerk deze als echt en onvervalst te gebruiken is er sprake van valsheid in geschrifte.

  • 2.

    Van valsheid in geschrifte wordt door de toezichthouder aangifte bij de politie gedaan.

  • 3.

    In het geval strafvervolging plaatsvindt, wordt geen bestuurlijke boete als in deze regeling bedoeld opgelegd.

Artikel 7 – Onvoorziene omstandigheden en afwijkingsbevoegdheid

In de gevallen waarin deze regeling niet voorziet, beslist het college.

Artikel 8 – Citeertitel

Deze beleidsregel kan worden aangehaald als “Beleidsregel bestuurlijke boete BRP Losser”.

Artikel 9 – Inwerkingtreding

Deze beleidsregel treedt in werking op de eerste dag na bekendmaking in het elektronisch Gemeenteblad.

Vastgesteld op 5 november 2019 in de vergadering van het College van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Losser,

De secretaris,

drs. J. van Dam

De burgemeester,

ir. C.A.M. Kroon