Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Buren

Verordening participatieraad sociaal domein gemeente Buren 2019

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieBuren
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening participatieraad sociaal domein gemeente Buren 2019
CiteertitelVerordening participatieraad sociaal domein 2019
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpalgemeen
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 84 van de Gemeentewet
  2. artikel 2.1.3, derde lid, van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015
  3. artikel 2.10 van de Jeugdwet
  4. artikel 47 van de Participatiewet
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

12-11-2019Nieuw

01-10-2019

gmb-2019-273169

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening participatieraad sociaal domein gemeente Buren 2019

De raad van de gemeente Buren;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 27 augustus 2019;

gelet op  

  • 1.

    artikel 84 van de Gemeentewet,

  • 2.

    de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (artikel 2.1.3, derde lid), de Jeugdwet (artikel 2.10) en de Participatiewet (artikel 47)

 

besluit:

 

vast te stellen de:

 

Verordening participatieraad sociaal domein gemeente Buren 2019

Artikel 1 Begrippen

 

  • 1.

    De wet: de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (artikel 2.1.3, derde lid); de Jeugdwet (artikel 2.10); de Participatiewet (artikel 47) en de Gemeentewet (artikel 84).

  • 2.

    Cliënten- en burgerparticipatie in beleid: De gestructureerde wijze waarop het college cliënten en vertegenwoordigers van cliëntgroepen vroegtijdig in de gelegenheid stelt om voorstellen voor het beleid betreffende het sociaal domein (Jeugdwet, Wet maatschappelijke ondersteuning, Participatiewet en aanverwante beleidsgebieden) advies uit te brengen bij de besluitvorming over verordeningen en beleidsvoorstellen betreffende het sociaal domein, en hen voorziet hen van ondersteuning om hun rol effectief te kunnen vervullen.

  • 3.

    Integraal gemeentelijk beleid voor het sociaal domein: de samenhangende wijze waarop de gemeente in al haar beleid en verantwoordelijkheden, werkt aan de maatschappelijke ondersteuning aan inwoners, hulp aan jeugdigen en hun ouders/opvoeders en om meer mensen, ook mensen met een arbeidsbeperking, aan de slag te krijgen.

  • 4.

    De Participatieraad Sociaal Domein: de door de gemeente benoemde groep van deskundige en/of betrokken inwoners die zich verantwoordelijk en betrokken voelen bij het sociaal domein in de gemeente Buren.

  • 5.

    Het college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Buren.

  • 6.

    De raad; de gemeenteraad van de gemeente Buren.

Artikel 2 Instellen, taken en bevoegdheden participatieraad

  • 1.

    De raad bevordert het instellen en het in stand houden van een lokale participatieraad voor het sociaal domein op grond van de wet.

  • 2.

    De Participatieraad Sociaal Domein heeft tot taak:

    • a.

      het gevraagd en ongevraagd verstrekken van adviezen aan het college over het gevoerde en te voeren gemeentelijk beleid met betrekking tot het sociaal domein.

    • b.

      Het op een actieve wijze verzamelen van zoveel mogelijk relevante informatie om genoemde adviesfunctie zo goed mogelijk uit te voeren.

  • 3.

    De Participatieraad Sociaal Domein heeft geen bevoegdheden betreffende individuele klachten en bezwaarschriften en andere zaken met betrekking tot een individueel persoon.

Artikel 3 Samenstelling, benoeming en zittingsduur van de participatieraad

  • 1.

    De Participatieraad Sociaal Domein bestaat, inclusief de voorzitter, uit minimaal 5 en maximaal 8 leden. Bij de samenstelling wordt zoveel mogelijk rekening gehouden met een representatieve vertegenwoordiging uit de kernen en doelgroepen in de gemeente;

  • 2.

    Het college benoemt en ontslaat de leden van de participatieraad na voordracht door de participatieraad;

  • 3.

    In afwijking van artikel 3, lid 1 van deze verordening kunnen op verzoek van de participatieraad maximaal 2 vertegenwoordigers van erkende landelijke c.q. provinciale belangenverenigingen op het gebied van het sociaal domein in de participatieraad worden opgenomen;

  • 4.

    (Burger)leden van de gemeenteraad Buren, leden van het college en medewerkers van de gemeente Buren kunnen geen lid zijn van de participatieraad;

  • 5.

    Inwoners die namens het college opdrachten op het terrein van het sociaal domein uitvoeren kunnen geen lid zijn van de participatieraad;

  • 6.

    De participatieraad kiest uit haar midden een voorzitter, secretaris en penningmeester;

  • 7.

    De leden zijn woonachtig in de gemeente Buren, de voorzitter mag van buiten de gemeente komen;

  • 8.

    De benoeming ter voorziening in tussentijds opengevallen plaatsen vindt bij voorkeur plaats binnen drie maanden na het ontstaan van de vacature;

  • 9.

    De leden worden aangesteld voor de duur van maximaal 4 jaar en zijn herbenoembaar;

  • 10.

    De participatieraad spant zich in om een netwerk (eerste schil) op te zetten van professionals op het terrein van het sociaal domein;

  • 11

    De participatieraad spant zich in om een netwerk (tweede schil) op te zetten van vrijwilligers en overige geïnteresseerde inwoners;

  • 12

    Benoeming vindt plaats op persoonlijke titel, zonder last van de organisatie van waaruit het lid eventueel is voorgedragen;

  • 13

    Bij de instelling van de Participatieraad Sociaal Domein gaan de zittende (aspirant)leden van de Participatieraad Wmo en Jeugdhulp over naar de nieuwe participatieraad.

Artikel 4 Reikwijdte van de participatie door de participatieraad en het huishoudelijk reglement

  • 1.

    De participatieraad bestrijkt de volle breedte en daarmee alle aspecten van het gemeentelijk beleid met betrekking tot het sociaal domein;

  • 2.

    De participatieraad realiseert zich dat onderdelen van dit gemeentelijk beleid op bovenlokale schaal worden ontwikkeld, uitgevoerd, gemonitord en beoordeeld;

  • 3.

    De participatieraad stelt een huishoudelijk reglement op. Dit bevat in ieder geval:

    - de visie en missie van de participatieraad,

    - haar werkwijze,

    - het overzicht van de zittingstermijnen,

    - de vereiste competenties van de voorzitter,

    - de na te streven samenstelling van de participatieraad.

  • 4.

    De participatieraad legt het huishoudelijk reglement ter kennisgevind voor aan het college.

Artikel 5 Faciliteiten voor de participatieraad

 

  • 1.

    De gemeenteraad neemt voor de participatieraad een budget op in de jaarlijkse gemeentebegroting.

  • 2.

    Dit budget is bedoeld voor de kosten van de participatieraad, waaronder:

    - vergoeding van onkosten en presentie van de leden;

    - vergoeding voor deskundigheidsbevordering en deelname aan congressen en scholing;

    - aanschaf van documentatie, literatuur en vaktijdschriften,

    - middelen voor de inschakeling van eigen (professionele) ondersteuning op inhoudelijk en organisatorisch gebied;

    - middelen ter financiering van niet reguliere-, projectmatige activiteiten;

    - middelen waarmee de participatieraad de relatie met doelgroepen en belangstellenden kan onderhouden;

    - de kosten van aansluiting/deelname aan regionale samenwerking met betrekking tot beleidsparticipatie binnen het sociaal domein.

  • 3.

    Voor de besteding van dit budget legt de participatieraad declaraties en aanvragen voor aan het college. Het college beslist over deze aanvragen.

  • 4.

    Het college stelt aan de participatieraad vergaderruimte ter beschikking. De participatieraad verzoekt het college gemeente minimaal één week van te voren om het beschikbaar stellen van de benodigde vergaderruimte.

  • 5.

    Het college stelt een ambtelijk secretaris aan als 1e aanspreekpunt van zowel de participatieraad als het college.

Artikel 6 Overige participatie activiteiten

  • 1.

    Naast gestructureerd overleg met en advisering door de participatieraad kan het college andere communicatie- en participatie activiteiten inzetten.

  • 2.

    De inzet, het tijdstip en de vormgeving daarvan wordt door het college bepaald op grond van wettelijke verplichtingen, actuele ontwikkelingen in regelgeving en uitvoeringspraktijk, communicatieplannen met betrekking tot het sociaal domein en verzoeken/signalen van cliënten, inwoners en maatschappelijke organisaties.

  • 3.

    Het college kan daarvoor putten uit een veelheid aan werkvormen, zoals onderzoek, spreekuren, thema- en voorlichtingsbijeenkomsten, overleg, workshops, analyse van klachten en meldingen, casusonderzoek en polls.

  • 4.

    Voor de participatie activiteiten geldt dat ze tijdig georganiseerd moeten worden, zodat de geleverde inbreng van invloed kan zijn op het beleid dat bepaald wordt.

Artikel 7 Slotbepalingen en overgangsbepalingen

  • 1.

    In alle gevallen waarin deze verordening niet voorziet met betrekking tot participatie in gemeentelijk beleid met betrekking tot het sociaal domein beslist het college, nadat zij de participatieraad gehoord hebben.

  • 2.

    De Participatieraad Wmo en Jeugdhulp houdt op te bestaan met het in werking treden van deze verordening.

  • 3.

    Op grond van deze verordening wordt de nieuwe participatieraad ingesteld en zijn de zittende (aspirant)leden van de Participatieraad Wmo en Jeugdhulp benoemd als lid van de nieuwe Participatieraad Sociaal Domein met ingang van de inwerkingtreding van deze verordening.

Artikel 8 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na bekendmaking.

Artikel 9 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als “Verordening participatieraad sociaal domein 2019”.

 

Vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 1 oktober 2019

de griffier,

G. van Droffelaar

de burgemeester,

J.A. de Boer MSc