Besluit van het dagelijks bestuur van Stadsdeel Centrum van de gemeente Amsterdam houdende nadere regels omtrent het Markreglement markt Amstelveld

Op 20 januari 2016 heeft de gemeenteraad de Marktverordening vastgesteld, besluit nummer 22.15A.3a.16.

Conform artikel 5.1 uit de Marktverordening kunnen in een marktreglement nadere regels worden gesteld voor de onderstaande onderwerpen:

Hoofdstuk 2 Het branchepatroon op de markt

Hoofdstuk 3 Het gebruik, de inrichting en de uitvoering van kramen en verkoopinrichtingen

Hoofdstuk 4 De aanvoer, afvoer en opslag van materialen en waren

Hoofdstuk 5 De energie- en watervoorziening op de markt

Hoofdstuk 6 De orde en de veiligheid op de markt

Hoofdstuk 7 De wijze van afvalinzameling en het afvoeren van afval op de markt

Hoofdstuk 8 Het vervangen van marktondernemers op marktplaatsen;

Dit document bevat de nadere regels voor de markthandel op het Amstelveld en treedt in werking op de eerste dag na besluitvorming.

Alle partijen die werken op warenmarkten zijn verplicht zich te houden aan de regels uit de Marktverordening en de nadere regels voor de markthandel.

Artikel 2.1 Gebruik, inrichting en uitvoering van kramen en eigen verkoopinrichtingen

• 1.

  De openingstijden (verkooptijden) van de markt zijn maandag van 9:00 tot 16:00 uur. De marktondernemer bezet zijn marktplaats gedurende de openingstijden van de markt.

• 2.

  Het plaatsen van een verkoopinrichting moet tussen 6:00 en 8:00 uur.

• 3.

  Het is verboden om aan de achterzijde van de marktkraam goederen aan te bieden of te verhandelen.

• 4.

  Het is verboden om overspanningen of luifels te bevestigen aan de marktkraam, met uitzondering van zonne- of regenluifels, niet hoger dan de hoogte van de kraam, met een doorloopruimte onder de luifel bedraagt 2,10 meter en tot een maximumuitval van 0,6 meter bevestigd aan de voorste balk van de kraam.

• 5.

  Voor plaatsen waarop een verkoopinrichting is toegestaan geldt dat dissels, zij- en achterkleppen, deuren en andere voorwerpen in de verkoopopstelling niet mogen uitsteken buiten de toegewezen marktplaats.

Artikel 2.2 Vergunning eigen verkoopinrichting

• 1.

  Een vergunning voor een eigen verkoopinrichting wordt alleen verleend aan vaste plaatshouders en tijdelijke vaste plaatshouders.

• 2.

  De toestemming wordt in ieder geval geweigerd indien:

  • a.

    het eigen materiaal technisch niet inpasbaar is binnen de beschikbare ruimte op de markt;

  • b.

    het eigen verkoopmateriaal niet voldoet aan de technische en esthetische eisen daaraan door of namens het dagelijks bestuur te stellen.

• 3.

  De vergunning voor een eigen verkoopinrichting kan alleen worden verleend indien er ten aanzien van bewaring, bereiding, behandeling of verkoop van de gevoerde waren wettelijke regelgeving geldt.

• 4.

  Bij de vergunningaanvraag voor een eigen verkoopinrichting moet de volgende informatie en documenten worden bijgevoegd:

  • a.

    Offerteaanvraag voor een nieuwe verkoopinrichting met een heldere opgave van het uiterlijk van de verkoopinrichting, schaaltekening en vermelding van afmetingen (lengte, hoogte, breedte en gewicht) bij in- en uitgeklapte toestand, of;

  • b.

    Beschrijving van de bestaande verkoopinrichting, schaaltekening en vermelding van afmetingen (lengte, hoogte, breedte en gewicht) bij in- en uitgeklapte toestand;

  • c.

    Foto’s van de (bestaande) verkoopinrichting.

• 5.

  De vergunning voor een eigen verkoopinrichting is persoonsgebonden en de ondernemer of zijn vervanger mogen met de eigen verkoopinrichting de marktplaats innemen.

• 6.

  Bij vervanging van een eigen verkoopinrichting moet een nieuwe vergunning worden aangevraagd.

Artikel 3.1 De aanvoer, afvoer en opslag van materialen en waren

• 1.

  Het aanvoeren van materialen en waren naar de marktplaats is toegestaan van anderhalf uur voor tot een uur na de dagelijkse indeling om 9:00.

• 2.

  Het afvoeren van materialen en waren van de marktplaats is toegestaan vanaf 15:00 uur tot maximaal één uur na verkooptijd van de markt.

• 3.

  Tenzij door of namens het dagelijks bestuur bij besluit anders is beslist, is het niet toegestaan om na 17:00 uur verkoopinrichtingen en overige materialen en waren op de markt aanwezig te hebben of te laten staan.

• 4.

  Het rijden met voertuigen op de markt mag niet sneller dan stapvoets.

• 5.

  Aanvoermateriaal dat achter de marktplaats is geplaatst, mag niet hoger zijn dan 3,50 en in lengte niet langer dan de toegewezen marktplaats.

• 6.

  Het is niet toegestaan voertuigen te parkeren op de markt, behalve op de hiervoor aangewezen plaatsen achter de marktkraam of eigen verkoopinrichting.

Artikel 4.1 Gevaarlijke situaties

• 1.

  Het Marktbureau is op grond van artikel 7.2 Marktverordening belast met het toezicht op de naleving: de door het college aangewezen ambtenaren, personen of categorieën ambtenaren ziet toe op de orde en veiligheid op de markt en kan - naar haar oordeel - in gevaarlijke situaties de activiteit geheel of gedeeltelijk per direct laten beëindigen.

Artikel 5.1 Afval

• 1.

  De marktondernemer die waren verkoopt die bedoeld zijn voor onmiddellijke consumptie, plaatst aan de voorzijde van zijn marktplaats voldoende afvalvoorzieningen.

• 2.

  Op eerste aanwijzing van de marktmeester verwijdert de marktondernemer het aanwezige vuil en/of afval.

• 3.

  De marktondernemer is zelf verantwoordelijk het afval gedurende de markt in te zamelen en te bewaren, zodanig dat het niet wegwaait en bezoekers, andere ondernemers en omwonende niet hindert. De ondernemer neemt het afval na de marktdag mee.

• 4.

  Het is verboden om de volgende vormen van afval achter te laten of aan te bieden bij de afvalvoorzieningen op de markt:

  • a.

    Vloeibaar afval in de vorm van oliën of vetten;

  • b.

    Dierlijk afval;

  • c.

    Chemisch afval.

• 5.

  De kosten voor het verwijderen of verwerken van onjuist aangeboden of niet opgeruimd afval worden bij de overtreder in rekening gebracht.

Artikel 6.1 Vervangen bij overlijden

• 1.

  Het dagelijks bestuur kan door middel van het doen van een overschrijvingsverzoek, binnen acht weken na het overlijden van de vergunninghouder aan diens levenspartner, kind of geregistreerd vervanger, gelegenheid bieden om van de marktplaats gebruik te blijven maken, voor het regelen van een doorstart of afronding van de bedrijfsvoering.