Organisatie | Zederik |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening havengelden 1998 |
Citeertitel | Verordening havengelden 1998 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
De historie bij 'Het overzicht van in de tekst verwerkte wijzingen' is mogelijk niet compleet.
Gemeentewet, art. 229, lid 1, aanhef en de onderdelen a en b
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2004 | 01-01-2021 | bijlage tarieventabel | 15-12-2003 Het Kontakt, 18-12-2003 | -1.714 ZED 101 |
Geconsolideerde tekst van de regelingOnderwerp:Verordening havengelden 1998.De raad van de gemeente Zederik;gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 24 februari 1998;gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en de onderdelen a en b van de Gemeentewet;gelet op het positieve advies van commissie IV d.d. 5 maart 1998;b e s l u i t :vast te stellen de verordening op de heffing en invordering van haven-, kade-, opslag-, kraan- enmeetgeld 1998.
Onder de naam van havengeld wordt een recht geheven wegens het gebruik maken van de haven tenbehoeve van vaartuigen.
Artikel 6 Maatstaf van heffing
Indien een vaartuig, waarvoor het havengeld bij abonnement is voldaan, in de loop van een jaar wordtvervangen door een ander vaartuig, wordt op schriftelijk verzoek van de houder het abonnement geldigverklaard voor het nieuwe vaartuig. Zou voor het nieuwe vaartuig het havengeld hoger zijn dan voor hetvaartuig, waarvoor het abonnement is afgegeven dan moet het verschil in havengeld, berekend over eenvol jaar, worden bijbetaald.
Kadegeld wordt geheven van een ieder, die goederen ontvangt of verzendt met enig vaartuig, dat in dehaven lost of laadt en wel overeenkomstig de in de bij deze verordening behorende tarieventabelopgenomen tarieven.
Ingeval de hoogte van het te heffen kadegeld eerst kan worden vastgesteld nadat met het lossen ofladen is aangevangen of nadat het lossen of laden is beëindigd, kan aan de belastingplichtige eenvoorlopige aanslag opgelegd worden tot het bedrag waarop de aanslag vermoedelijk zal wordenvastgesteld.De voorlopige aanslag wordt verrekend met de aanslag.
Onder de naam van opslaggeld wordt een recht geheven wegens het gebruik maken van de kade tenbehoeve van het daarop plaatsen van voorwerpen en gebouwen, met uitzondering van de installatie alsbedoeld in hoofdstuk 5, of het opslaan van goederen.
Hoofdstuk 7 Algemene beplaingen
De rechten worden geheven naar de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorendetarieventabel.
Onverminderd het bepaalde in artikel 47 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen is deretributieplichtige verplicht het betalingsbewijs, bedoeld in het eerste lid, op de eerste aanvraag van deambtenaren van de gemeentelijke belastingen te tonen of af te geven tegen een ontvangstbewijs, dat inde plaats treedt van het betalingsbewijs.
Bij de invordering van haven-, kade-, opslag-, kraan- en meetgeld wordt geen kwijtschelding verleend.
Artikel 21 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en deinvordering van haven-, kade-, opslag-, kraan- en meetgelden.
Artikel 22 Inwerkingtreding en citeertitel
De 'Verordening havengelden 1997' van 23 december 1996, nadien gewijzigd op 27 oktober 1997, wordtingetrokken met ingang van de in het vierde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dienverstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebbenvoorgedaan.
In afwijking in zoverre van het in het voorgaande leden bepaalde, blijft, indien de datum vaninwerkingtreding van deze verordening ligt na de in het vierde lid genoemde datum van ingang van deheffing, de ingetrokken verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindendebelastbare feiten voor zover terzake daarvan de heffing in die periode plaatsvindt.
Aldus vastgesteld in de openbare vergade-ring van de raad van de gemeente Zederik,gehouden op 30 maart 1998.De secretaris, De voorzitter,
3e wijziging Tarieventabel, behorende bij de 'Verordening Havengelden 1998.HOOFDSTUK 2 HAVENGELD2.1 Het havengeld bedraagt voor vaartuigen, zeevaar- tuigen en pleziervaartuigen per m3 waterverplaat- sing € 0,152.2 Voor de in lid 1 vermelde vaartuigen, zeevaartuigen en pleziervaartuigen ten behoeve waarvan langer dan veertien dagen onafgebroken van de haven ge- bruik wordt gemaakt, wordt opnieuw havengeld ge- heven voor elk volgend tijdvak van veertien dagen.2.3 Voor vaartuigen, zeevaartuigen als bedoeld in het eerste lid ten behoeve waarvan voor een tijdsduur van 24 uur of een gedeelte daarvan gebruik wordt gemaakt van de haven zonder dat daarbij goederen worden gelost of geladen bedraagt het havengeld € 17,102.4 Het havengeld voor vaartuigen, zeevaartuigen en pleziervaartuigen bedraagt, indien het per tijdvak wordt berekend, voor een jaar per m3 waterverplaat- sing € 3,25HOOFDSTUK 3 KADEGELD3.1 Voor alle goederen, welke per kg berekend kunnen worden aangevoerd of afgevoerd per vaartuig, per keer en per enkelvoudig cognossement per ton van 1000 kg € 0,203.2 Voor alle goederen, welke niet per kg berekend kun- nen worden per m3 € 0,40HOOFDSTUK 4 OPSLAGGELD4.1 Het opslaggeld bedraagt: per week per m2 € 0,40 per maand per m2 € 1,45 per kwartaal per m2 € 3,55 per jaar per m2 € 10,654.2 Indien aan de houder van een abonnement het ge- not wordt opgezegd, zullen aan hem worden geres- titueerd zoveel twaalfde gedeelten van de restribu- tie, als hij volle maanden het genot niet heeft gehad.HOOFDSTUK 5 KRAANGELD5.1 Het kraangeld bedraagt: voor iedere mobiele installatie: bij gebruik van de kade gedurende 1 dag € 8,30 bij gebruik van de kade gedurende 1 week € 41,40 bij gebruik van de kade gedurende 1 maand € 140,705.2 voor iedere periode van twaalf maanden voor iedere vaste of mobiele installatie, verhoogd met het bedrag genoemd in hoofdstuk 4, sub 4.1 berekend over de kadeoppervlakte, welke door de installatie bestreken kan worden € 102,60HOOFDSTUK 6 MEETGELD6.1 Het meetgeld bedraagt voor elke meting € 17,10Behoort bij raadsbesluit d.d. 15 december 2003,de griffier,