Organisatie | Veiligheidsregio Groningen |
---|---|
Organisatietype | Regionaal samenwerkingsorgaan |
Officiële naam regeling | Besluit van het bestuur Veiligheidsregio Groningen tezamen met Bijzonder Georganiseerd Overleg houdende regels omtrent Sociaal Statuut (Sociaal Statuut Veiligheidsregio Groningen 2013) |
Citeertitel | Sociaal Statuut Veiligheidsregio Groningen 2013 |
Vastgesteld door | algemeen bestuur |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Deze regeling is vastgesteld door bestuur Veiligheidsregio Groningen tezamen met Bijzonder Georganiseerd Overleg.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
09-10-2019 | 01-01-2014 | nieuwe regeling | 18-06-2013 | 20130618a |
De gemeentelijke brandweerorganisaties binnen de veiligheidsregio Groningen zullen per 1 januari 2014 opgaan in Veiligheidsregio Groningen. Het personeel (beroeps, dagdienst en vrijwilligers) zal per die da-tum in dienst treden bij Veiligheidsregio Groningen. Voordat deze stap gezet kan worden, dienen de werkgevers- en werknemersvertegenwoordigingen onder andere een ‘nieuw’ pakket aan arbeidsvoorwaar-den en een sociaal statuut af te spreken. Deze afspraken dienen als één van de bouwstenen van het fun-dament voor een geruisloze overgang van het personeel.
Tussen het veiligheidsbestuur en de gezamenlijke vakorganisaties is in het Bijzonder Georganiseerd Over-leg (BGO) van 29 mei 2013 een Sociaal Statuut overeengekomen, bedoeld om de zorgvuldige overgang van de betrokken medewerkers naar Veiligheidsregio Groningen te borgen en te garanderen. De afspra-ken zijn bindend voor de werkgevers- en voor de werknemersorganisaties. Afgesproken is verder dat er vóór het einde van 2013 een Sociale Leidraad Veiligheidsregio Groningen wordt overeengekomen. Deze Sociale Leidraad wordt gebruikt als algemeen kader bij eventuele volgende organisatiewijzigingen in Veiligheidsregio Groningen.
Op grond van dit Sociaal Statuut is Veiligheidsregio Groningen in opdracht van en namens de aangeslo-ten gemeenten en het bestuur van de aangesloten gemeenschappelijke regelingen verantwoordelijk voor het uitvoeren van een individuele pakketvergelijking.
De overgang van gemeentelijke brandweertaken naar Veiligheidsregio Groningen heeft gevolgen voor de medewerkers die vanuit de gemeentelijke organisaties en de intergemeentelijke samenwerkingsregelingen worden overgedragen. Dit Sociaal Statuut is overeengekomen ter regeling van de rechtspositionele ge-volgen voortvloeiend uit de vorming van één gezamenlijke brandweerorganisatie als onderdeel van Veilig-heidsregio Groningen en het daarbij behorende plaatsingsproces.
Het Bestuur van Veiligheidsregio Groningen kent door middel van dit Sociaal Statuut ten behoeve van die overgang enkele basisgaranties toe aan het personeel:
Hoofdstuk I Inleidende bepalingen
Werkgever: De organisatie zijnde een van de gemeenten, of de aangesloten gemeenschappelijke regelingen in de provincie Groningen bij wie de medewerker is aangesteld.
Medewerker: Degene die als ambtenaar of op grond van een arbeidsovereenkomst hetzij voor onbepaalde tijd, hetzij voor bepaalde tijd met uitzicht op een dienstverband voor onbepaalde tijd in dienst is van de werkgever en door de werkgever wordt overgedragen aan Veiligheidsregio Groningen.
Vrijwilliger: Degene die als ambtenaar of op grond van een arbeidsovereenkomst hetzij voor onbepaalde tijd, hetzij voor bepaalde tijd met uitzicht op een dienstverband voor onbepaalde tijd op grond van hoofdstuk 19 CAR-UWO in dienst is van de werkgever en door de werkgever wordt overgedragen aan Veiligheidsregio Groningen.
Salaris: Het bedrag van de schaal dat aan de medewerker is toegekend als bedoeld in artikel 3:1 van de CAR-UWO of, indien voor de betrekking een vast bedrag geldt, dit bedrag.
Salarisperspectief: De opeenvolgende salarisperspectieven tot en met het hoogste bedrag van de schaal waarin de medewerker op het moment van de overgang is ingepast.
Uitloopschaal: Een schaal boven de functieschaal waar de medewerker in wordt ge-plaatst als de medewerker aan criteria voldoet die in de arbeidsvoorwaarden van de organisatie waar de medewerker is geplaatst, zijn vastgesteld.
Bezoldiging: Het salaris, vermeerderd met het bedrag van de aan de medewerker toegekende emolumenten en toelagen, niet zijnde onkostenvergoedingen.
Functionele toelage: Toelagen die sterk gerelateerd zijn aan de uitoefening van bepaalde functies. Hier vallen onder de toelage onregelmatige dienst en inconveniententoelage.
Persoonlijke toelage: Een toelage op basis van een uitstekende individuele prestatie.
Oude functie: Het samenstel van werkzaamheden dat de medewerker is opgedragen en als zodanig vastgelegd in een vastgestelde functiebeschrijving of dat is vastgelegd in een afzonderlijk besluit door de huidige werkgever.
Nieuwe functie: De functie uit het functieboek van Veiligheidsregio Groningen en dat als uitgangspunt geldt voor de plaatsing op grond van dit Statuut.
Ongewijzigde functie: Een functie die gelijk of nagenoeg gelijk is aan de functie die de medewerker voor de overgang naar Veiligheidsregio Groningen vervulde.
Passende functie: Een functie die de medewerker in verband met zijn kennis en ervaring, zijn omstandigheden en de voor hem bestaande vooruitzichten in redelijkheid kan worden opgedragen, of een functie waarvoor de medewerker door middel van om- en bijscholing in de regel binnen één jaar de benodigde geschiktheid en bekwaamheid kan verwerven. Een passende functie is doorgaans van hetzelfde functieniveau als de oude functie, maar kan ook hoger of lager zijn dan de oude functie.
Geschikte functie: Een functie die niet valt onder het begrip passende functie, maar die de medewerker bereid is te vervullen.
Herplaatsingskandidaat: De medewerker die (nog) niet geplaatst is in een ongewijzigde, passende of geschikte functie zoals bedoeld in art 21:6 van dit Sociaal Statuut.
Functies op tactisch niveau: De clustercommandanten, de programmacoördinator crisisbeheersing en de teamleiders.
Plaatsingscommissie: De commissie als bedoeld in artikel 15:9 van dit Sociaal Statuut.
Toetsingscommissie: De commissie als bedoeld in artikel 20 van dit Sociaal Statuut.
Regeling arbeidsvoorwaarden: Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling - Uitwerkingsovereenkomst (CAR-UWO)
Functieboek: Het overzicht van de, binnen Veiligheidsregio Groningen, voorkomende nieuwe functies en hun beschrijving en (indicatieve) waardering.
Hoofdstuk II Algemene bepalingen
Veiligheidsregio Groningen in bedrijf wordt gesteld, in dienst zijn van de werkgever, zijnde de ge-meenten, of de aangesloten gemeenschappelijke regelingen in de provincie Groningen. Deel A is van toepassing op de medewerkers. Deel B is van toepassing op de vrijwilligers. De inleidende bepalingen van hoofdstuk I, de algemene bepalingen van hoofdstuk II en de slotbepalingen van hoofdstuk V zijn van toepassing op zowel medewerkers als vrijwilligers.
Eventuele nadelige effecten ten opzichte van de bestaande rechtspositie die niet zijn geregeld in dit Sociaal Statuut kunnen aan de orde gesteld worden in het ‘lokale’ georganiseerd overleg. De kosten van de afspraken die uit dit overleg voortvloeien zijn voor rekening en risico van de latende organisatie.
Hoofdstuk III Bepalingen inzake de arbeidsvoorwaarden en rechtspositie
Artikel 7 Salaris- en inkomensgarantie
Indien er bij aanstelling sprake zou zijn van een lager salaris bij Veiligheidsregio Groningen dan de huidige werkgever, wordt het verschil hem gegarandeerd in de vorm van een garantietoelage. De garantietoelage wordt aangemerkt als salaris en kan, behoudens het bepaalde in lid 7:5, niet worden ingetrokken. Tegelijkertijd hebben werkgever en medewerker een gezamenlijke inspanningsverplichting, om te zorgen dat de medewerker binnen redelijke termijn alsnog geplaatst wordt op een functie die qua niveau overeenkomt met de salarisschaal.
Indien bij het vaststellen van de garantietoelage blijkt dat de medewerker in het jaar voorafgaand aan de oprichting van Veiligheidsregio Groningen een salarisstijging, of een persoonlijke toelage van meer dan 3% van het bruto loon heeft ontvangen, vindt de berekening de garantietoelage voor de uitvoering van dit artikel als volgt plaats: Indien de bezoldiging (met uitzondering van de functionele toelagen) van de medewerker in het jaar voorafgaand aan de overgang naar Veiligheidsregio Groningen bij de werkgever hoger is dan de bezoldiging (met uitzondering van de functionele toelagen) op jaarbasis bij Veiligheidsregio Groningen, dan wordt het verschil gegarandeerd in de vorm van een garantietoelage. De garantie-toelage wordt aan gemerkt als salaris en kan, behoudens het bepaalde in lid 7:5, niet worden ingetrokken.
De bij de werkgever en diens rechtsvoorgangers als ABP-diensttijd aangemerkte jaren worden geacht ABP-diensttijd bij Veiligheidsregio Groningen te zijn geweest en tellen derhalve mee voor de toepassing van de rechtspositieregelingen van Veiligheidsregio Groningen waarin deze diensttijd van belang is.
Artikel 12 Extra reiskosten woon-werkverkeer
Indien de afstand van de woning van de medewerker naar de nieuwe plaats van tewerkstelling groter is dan de afstand van de woning naar de huidige plaats van tewerkstelling, ontvangt de medewerker hiervoor gedurende 4 jaar een compensatie van € 0,37/km, waarvan € 0,19 netto en € 0,18 bruto, voor de meerkilometers op basis van de vergoeding van een dienstreis overeenkomstig het Reisbesluit Binnenland.
Medewerkers nemen het saldo aan vakantieverlof, waarover zij beschikken op het moment van overgang mee naar Veiligheidsregio Groningen, met een maximum van 57,6 uren bij een voltijds aanstelling. Deeltijders nemen het saldo aan vakantieverlof mee naar rato van de omvang van hun aanstelling met inachtneming van het maximum van 57,6 uren bij een voltijds aanstelling. Indien het aantal verlofuren op de implementatiedatum hoger is dan het maximum van 57,6 uren, doet de leidinggevende voorafgaand aan de overgang een opname-/uitbetalingsvoorstel aan de betreffende medewerker.
Een medewerker die in 2013 diensttijd- of leeftijdsverlofdagen heeft en op het moment van vaststellen van deze regeling een aanstelling heeft, behoudt het recht op deze dagen. Het aantal dagen waarop de medewerker in 2013 recht heeft, wordt gemaximeerd tot dit aantal en zal dus niet meer stijgen, tenzij de CAO hierover anders bepaalt. Voor medewerkers die (nog) geen recht hebben op deze dagen of na de datum van vaststelling in dienst treden bij de gemeente, geldt dat zij geen recht hebben op verhoging van vakantieverlof op grond van leeftijd en/of diensttijd.
Hoofdstuk IV Plaatsingsprocedure
Artikel 15 Uitgangspunten bij plaatsing
Er is een toetsingscommissie als genoemd in artikel 20 van dit Sociaal Statuut. Deze toetst of de gevolgde procedure zorgvuldig en correct is verlopen en adviseert de plaatsingscommissie over ingediende zienswijze. Medewerkers kunnen hun zienswijze indienen bij de toetsingscommissie, binnen 14 dagen nadat zij hun voorgenomen plaatsingsbesluit hebben ontvangen.
Artikel 17 Plaatsing beroepsblusploegen, vrijwilligers en overige medewerkers
Artikel 20 De toetsingscommissie
De toetsingscommissie bestaat uit een onafhankelijk voorzitter, een lid namens het BGO en een lid namens de werkgever. Zij heeft als taak de plaatsingscommissie te adviseren over de door de medewerkers ingediende zienswijze tegen hun voorgenomen plaatsingsbesluit en te toetsen of de gevolgde procedure zorgvuldig en correct is verlopen.
Artikel 21 Plaatsingsbesluiten
De plaatsingscommissie stelt daarna het definitieve personeelsplaatsingsplan op en legt het ter finale besluitvorming voor aan het bevoegd gezag. Het bevoegd gezag neemt, op basis van een advies van de plaatsingscommissie, gewogen het advies van de toetsingscommissie, een besluit tot plaatsing van de medewerkers.
De medewerker, voor wie in de plaatsingsprocedure geen passende of geschikte functie is gevonden, wordt aangewezen als herplaatsingskandidaat en door het bevoegd gezag zo spoedig mogelijk schriftelijk van dit besluit in kennis gesteld. Daarbij worden afspraken gemaakt over de verdere stappen die worden gezet om te komen tot een nieuwe functie voor de medewerker. Deze afspraken worden schriftelijk vastgelegd.
Ondertekening onderhandelingsakkoord
Aldus overeengekomen op 18 juni 2013 tussen vertegenwoordiging van de werkgevers en de vakorgani-saties vertegenwoordigd in de commissie voor Bijzonder Georganiseerd Overleg.
Voor akkoord,
Dhr. G. Bulthuis, AbvaKabo FNV
Mw. A. de Jonge, CNV Publieke Zaak
Dhr. A. Datema, CMHF
Dhr. A. Meijerman, voorzitter van de Stuurgroep Regionalisering Veiligheidsregio Groningen
Dhr. P. Smit, namens de Stuurgroep Regionalisering Veiligheidsregio Groningen
Dhr. E. van Zuidam, Regionaal Commandant Veiligheidsregio Groningen