Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
DCMR Milieudienst Rijnmond

Ondermandaatbesluit van de directeur DCMR inzake uitvoering van VTH-taken voor Wabo BRZO- en RIE4-bedrijven provincie Zeeland 2018Titel van het besluit

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieDCMR Milieudienst Rijnmond
OrganisatietypeRegionaal samenwerkingsorgaan
Officiële naam regelingOndermandaatbesluit van de directeur DCMR inzake uitvoering van VTH-taken voor Wabo BRZO- en RIE4-bedrijven provincie Zeeland 2018Titel van het besluit
CiteertitelOndermandaatbesluit van de directeur DCMR inzake uitvoering van VTH-taken voor Wabo BRZO- en RIE4-bedrijven provincie Zeeland 2018
Vastgesteld dooralgemeen bestuur
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

N.v.t.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-10-2019Ondermandaatbesluit van de directeur DCMR inzake uitvoering van VTH-taken voor Wabo BRZO- en RIE4-bedrijven provincie Zeeland 2018

26-09-2019

bgr-2019-769

Tekst van de regeling

Intitulé

Ondermandaatbesluit van de directeur DCMR inzake uitvoering van VTH-taken voor Wabo BRZO- en RIE4-bedrijven provincie Zeeland 2018Titel van het besluit

De directeur van de DCMR Milieudienst Rijnmond,

 

 

Gelet op het Mandaatbesluit van Gedeputeerde Staten van Zeeland aan de directeur van de DCMR Milieudienst Rijnmond 2014 d.d. 17 december 2013, Provinciaal Blad nr. 31 van 2013 en het Besluit van Gedeputeerde Staten van Zeeland tot wijziging van het Mandaatbesluit van gedeputeerde staten van Zeeland voor de DCMR Milieudienst Rijnmond 2014 d.d. 22 maart 2016 kenmerk 16004634;

 

Gelet op afdeling 10 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 4, zevende lid van de Instructie voor de directeur DCMR Milieudienst Rijnmond 2016;

 

BESLUIT

 

Artikel 1: Begripsbepalingen

 

In dit besluit wordt verstaan onder:

College: het college van gedeputeerde staten;

Directeur DCMR: de directeur van de DCMR Milieudienst Rijnmond;

Provincie: de provincie Zeeland;

Ondermandaat: de bevoegdheid om in naam van het college van gedeputeerde staten besluiten, in de zin van artikel 1:3 Algemene wet bestuursrecht te nemen;

Ondermachtiging: de bevoegdheid om in naam van het college van gedeputeerde staten handelingen te verrichten die noch een besluit, noch een privaatrechtelijke rechtshandeling zijn.

 

 

Artikel 2: Ondermandaat

1. Aan de leidinggevenden van de DCMR wordt ondermandaat verleend overeenkomstig de bij dit besluit behorende ondermandaatlijst.

2. Het ondermandaat heeft uitsluitend betrekking p taken, genoemd in de ondermandaatlijst behorende bij dit besluit, op het gebied van het omgevingsrecht (Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, de in artikel 51 van deze wet genoemde weten en de Algemene we bestuursrecht) ten aanzien van de BRZO- en RIE4-inrichtingen binnen het geografisch gebied van de provincie Zeeland.

3. De bevoegdheden, bedoeld in het eerste lid, behelzen niet de bevoegdheid tot het beslissen op bezwaarschriften, het intrekken van een vergunning dan wel de bevoegdheden die bij de bij dit besluit behorende mandaatlijst nadrukkelijk zijn uitgesloten.

 

 

Artikel 3: Ondermachtiging

1. Aan de leidinggevenden van de DCMR aan wie overeenkomstig artikel 1, eerste lid ondermandaat is verleend wordt ondermachtiging verleend voor het verrichten van handelingen die bij de ondergemandateerde bevoegdheden behoren.

2. Aan coördinatoren wordt ondermachtiging verleend voor het verrichten van handelingen.

3. Aan medewerkers van de DCMR wordt ondermachtiging verleend voor het verrichten van handelingen, voor zover het standaardbieven betreft, zoals ontvangstbevestigingen, procedurebrieven.

 

 

Artikel 4: Kaders uitoefening bevoegdheden

1. De ondergemandateerden en ondergevolmachtigden houden bij de uitoefening van de aan hen opgedragen bevoegdheden rekening met de relevante door provinciale staten vastgestelde kaders alsmede het door het college vastgestelde beleid.

2. De in het eerste lid genoemde functionarissen passen de algemene dan we specifieke instructies als bedoeld in artikel 10:6 Algemene wet bestuursrecht van het college betreffende de gemandateerde bevoegdheden toe.

3. De directeur zorgt ervoor dat de door hem ondergemandateerden kunnen beschikken over de in de leden 1 en 2 genoemde informatie.

4. Het is niet toegestaan af te wijken van de in dit artikel genoemde kaders en beleid zonder voorafgaand overleg daarover tussen de directeur en het college.

 

Artikel 5: Ondertekening

1. Een besluit in mandaat dan wel ondermandaat overeenkomstig artikel 2 en artikel 3, wordt als volgt ondertekend:

 

Gedeputeerde staten van Zeeland,

namens dezen,

gevolgd door:

- de functieaanduiding,

- de handtekening en

- de naam van de (onder)gemandateerde.

 

2. Indien gebruik wordt gemaakt van machtiging overeenkomstig artikel 6, luidt de ondertekening:

De provincie Zeeland,

namens deze,

gevolgd door:

- de functieaanduiding,

- de handtekening en

- de naam van de (ge(vol)machtigde.

 

Artikel 6: Citeertitel

Dit besluit kan worden aangehaald als: Ondermandaatbesluit van de directeur DCMR inzake uitvoering van VTH-taken voor Wabo BRZO- en RIE4-bedrijven provincie Zeeland 2018

 

Artikel7: Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking op de eerste dag na bekendmaking van dit besluit in het blad Gemeenschappelijke regelingen

 

 

 

Schiedam, 24 september 2019

Drs. M.M. de Hoog

Wnd. directeur DCMR Milieudienst Rijnmond