Organisatie | Venlo |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Mandaat verblijfsontzeggingen uitgaansoverlast Venlo-centrum 2019 |
Citeertitel | |
Vastgesteld door | burgemeester |
Onderwerp | openbare orde en veiligheid |
Eigen onderwerp |
Geen
N.v.t.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
26-09-2019 | nieuwe regeling | 10-09-2019 |
de bevoegdheid tot het opleggen van een verblijfsontzegging als bedoeld in artikel 2:85 van de Algemene plaatselijke verordening Venlo, onder gelijktijdige intrekking van het mandaatbesluit van 2 oktober 2017, te mandateren aan alle executieve politiefunctionarissen werkzaam in het robuuste politiebasisteam Venlo-Beesel;
Beleidsregels / gebruiksinstructie verblijfsontzeggingen uitgaansoverlast in de binnenstad van Venlo
Als gebied, waar het personen, aan wie overeenkomstig deze beleidsregels / instructie een verblijfsverbod wordt opgelegd, verboden is te verblijven wordt aangewezen:
Het uitgaansgebied in de binnenstad van Venlo begrensd door de Keulse Poort, rotonde Stationsplein, Burgemeester van Rijnsingel, Goltziusstraat, Deken van Oppensingel, Mgr. Boermansstraat, Mgr. Nolensplein, Bolwaterstraat, Maaskade, Havenkade, Maasboulevard (met inbegrip van Werf en Bastion), Prinsessensingel, Flujasplein, Koninginnesingel, Spoorstraat en met inbegrip van deze wegen, voor zover grenzend aan het aangewe¬zen gebied.
Op de bij deze beleidsregels / instructie behorende bijlage is het gebied op een plattegrond aangegeven.
De geadresseerde, zijnde de overlastveroorzaker, is bij de politie bekend als veroorzaker van ernstige vormen van overlast gerelateerd aan uitgaan in de binnenstad van Venlo. Onder overlast wordt het bepaalde onder III. van deze beleidsregels / gebruiksinstructie verstaan. Dit ‘bekend zijn’ kan blijken uit een opgemaakt proces-verbaal i.v.m. overtredingen van het Wetboek van Strafrecht en/of Algemene plaatselijke verordening Venlo. Dit ‘bekend zijn’ kan ook blijken uit persoonlijke waarnemingen van een politiefunctionaris. In het laatste geval wordt bij een voorgenomen oplegging van een verblijfsontzegging een rapport van deze waarneming opgemaakt.
Het criterium van ‘bekend zijn bij de politie’ is een goed hanteerbaar criterium als het gaat om de iden¬tificatie van overlast veroorzakende individuen. De politie is in staat diverse persoonlijke ervaringen met het gedrag van de betrokkenen in de identificatie te betrekken. Deze bekendheid blijkt formeel uit o.a. aanhoudingen en uit verklaringen die over het overlastgevend gedrag zijn afgelegd en opgemaakte processen-verbaal.
Dit criterium is bedoeld ter versteviging van de formele juridische basis van de identificatie van het individu aan wie een verblijfsontzegging zal worden aangezegd. Het is controleerbaar en bezit voldoen¬de hardheid.
Indien de persoon aan wie de verblijfsontzegging gegeven moet worden, kan aantonen dat hij een zwaarwegend belang heeft om zich in het gebied op te houden, wordt daarmede bij het opleggen van de verblijfsontzegging rekening gehouden, in die zin dat het verbod om in het gebied te verblijven niet geldt voor zover de aanwezigheid in het gebied een relatie heeft met het aangegeven zwaarwegende belang. Of iemand een zwaarwegend belang heeft om zich in het gebied op te houden, zal door betrokkene zelf moeten worden aangetoond. Het kan daarbij alleen gaan om belangen in de persoonlijke sfeer, te weten indien betrokkene in het gebied zijn woning heeft, zijn werk of beroep uitoefent of hulpverlenende instanties bezoekt. Zo'n aangevoerd belang zal telkens op zijn inhoud beoordeeld worden.
Met het zwaarwegend belang om zich in het gebied op te houden wordt rekening gehouden door in het besluit een route aan te wijzen (het betreft de kortste route naar de rand van het gebied), langs welke de geadresseerde het gebied dient te betreden dan wel verlaten.
Bij de volgende geconstateerde strafbare feiten dan wel openbare orde verstorende handelingen wordt een verblijfsontzegging gegeven:
Een gebiedsontzegging voor bovengenoemd gebied kan enkel worden opgelegd wanneer er sprake is van:
Hiervan is sprake indien tegen betrokkene in het afgelopen jaar al 1 of meerdere keren eerder proces-verbaal is opgemaakt voor ernstige verstoring van de openbare orde of voor overtreding van één van de hiervoor genoemde artikelen.
Genoemde strafbare feiten en openbare orde verstorende handelingen liggen ten grondslag aan de verblijfsontzegging omdat hieruit kan worden geconcludeerd dat de openbare orde in het desbetreffen¬de gebied in het geding is door de aanwezigheid van de pleger. Het is niet doorslaggevend of de feiten op straat plaatsvinden, maar er moet wel een relatie met de openbare orde zijn. Zo kan het betreden van een openbare inrichting (bijvoorbeeld een horecabedrijf) wel degelijk relevant zijn voor de openbare orde en ten grondslag kunnen liggen aan een verblijfsontzegging.
Indien een persoon zich, met in achtneming van de bepalingen van deze beleidsregels/ gebruiksinstructie, voor de eerste maal schuldig maakt aan de gedragingen als bedoeld onder III wordt een verblijfsontzegging voor de duur van twee aaneengesloten weekenden opgelegd. Onder weekend wordt in dit verband verstaan de periode van donderdag om 18.00 uur tot de maandag daarna om 06.00 uur. De verblijfsontzegging geldt eveneens op alle erkende feestdagen en carnavalsmaandag en –dinsdag aansluitend aan of tussen de weekenden waarvoor de ontzegging geldt, waarbij de verblijfsontzegging alsdan eindigt de dag na deze feest- of carnavalsdagen om 6.00 uur.
Een dergelijke maatregel moet worden gezien als een directe reactie op de verstoring van de openbare orde en is noodzakelijk te achten voor de handhaving van de openbare orde in het betreffende gebied, waarvoor de verblijfsontzegging geldt.
Indien een persoon, met in achtneming van de bepalingen van deze beleidsregels/ gebruiksinstructie, zich binnen een periode van een jaar na een eerste aan hem opgelegde verblijfsontzegging zich wederom schuldig maakt aan de gedragingen als bedoeld onder III wordt een verblijfsontzegging voor de duur van zes aaneengesloten weekenden opgelegd. Onder weekend wordt in dit verband verstaan de periode van donderdag om 18.00 uur tot de maandag daarna om 06.00 uur. De verblijfsontzegging geldt eveneens op alle erkende feestdagen en carnavalsmaandag en –dinsdag aansluitend aan of tussen de weekenden waarvoor de ontzegging geldt, waarbij de verblijfsontzegging alsdan eindigt de dag na deze feest- of carnavalsdagen om 6.00 uur.
In deze situatie kan worden geconcludeerd dat betrokkene er een openbare orde verstorend Ieefpatroon op na houdt, waarin deze gedragingen meer dan incidenteel voorkomen; derhalve wordt de openbare orde in een relatief kort tijdsbestek zo vaak verstoord dat een verblijfsontzegging voor langere duur geboden en gerechtvaardigd is.
Indien een persoon, met in achtneming van de bepalingen van deze beleidsregels/ gebruiksinstructie, zich binnen een periode van een jaar na een tweede aan hem opgelegde verblijfsontzegging zich wederom schuldig maakt aan de gedragingen als bedoeld onder III wordt een verblijfsontzegging voor de duur van twaalf aaneengesloten weekenden opgelegd. Onder weekend wordt in dit verband verstaan de periode van donderdag om 18.00 uur tot de maandag daarna om 06.00 uur. De verblijfsontzegging geldt eveneens op alle erkende feestdagen en carnavalsmaandag en –dinsdag aansluitend aan of tussen de weekenden waarvoor de ontzegging geldt, waarbij de verblijfsontzegging alsdan eindigt de dag na deze feest- of carnavalsdagen om 6.00 uur.
In deze situatie kan worden geconcludeerd dat betrokkene er een hardnekkig openbare orde verstorend Ieefpatroon op na houdt. De duur van twaalf weken is gebaseerd op de overweging dat de openbare orde in het betreffende gebied enkel gebaat is bij een langere periode van rust.
Indien een persoon, met in achtneming van de bepalingen van deze beleidsregels/ gebruiksinstructie, in strijd met een tegen hem uitgevaardigde verblijfsontzegging, zonder aantoonbaar redelijk belang in het betref¬fende gebied wordt aangetroffen en tegen hem een nieuwe verblijfsontzegging wordt uitgevaardigd, gaat deze nieuwe verblijfsontzegging pas in op de datum en tijd waarop de eerdere verblijfsontzegging eindigt.
De hierboven beschreven verblijfsontzeggingen zijn tevens bedoeld als preventieve maatregelen ter vermijding van verdergaande verstoringen van de openbare orde. Het hardnekkig negeren van de verblijfsontzegging duidt er namelijk op dat de kans op herhaling van ordeverstorend gedrag in de toekomst aanwezig is.
Indien de verdachte toestemming geeft, dient een foto van verdachte gemaakt te worden. Deze foto wordt toegevoegd aan de stukken betreffende de verblijfsontzegging.
Van de toepassing van de verblijfsontzeggingen wordt door de chef van het robuuste politie basisteam Venlo-Beesel, een adequate registratie bijgehouden. De chef dient de burgemeester per kwartaal te rapporteren.
Dit besluit treedt in werking daags na bekendmaking, onder gelijktijdige intrekking van het besluit van 2 oktober 2017, in werking getreden op 7 oktober 2017.
Aldus vastgesteld te Venlo op 10 september 2019. De lokale driehoek heeft d.d. # september 2019 schriftelijk ingestemd. Datum inwerkingtreding is # september, daags na publicatie in het Gemeenteblad.
De burgemeester van Venlo
Antoin Scholten
Werkwijze verblijfsontzeggingen uitgaansoverlast in de binnenstad van Venlo
De politiefunctionaris gaat na of er sprake is van recidive. Hiervan is sprake wanneer in het jaar voorafgaand aan de geconstateerde overtreding al tenminste éénmaal eerder proces-verbaal is opgemaakt wegens ordeverstoring of overtreding van een of meer van de eerdergenoemde artikelen en bepalingen.