Organisatie | Amsterdam |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam houdende regels omtrent de subsidieregeling vergroten sociale en fysieke toegankelijkheid |
Citeertitel | Subsidieregeling vergoten sociale en fysieke toegankelijkheid |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen
artikel 4:23 van de Algemene wet bestuursrecht
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
05-10-2019 | nieuwe regeling | 02-07-2019 | |||
21-09-2019 | 05-10-2019 | nieuwe regeling | 02-07-2019 |
Burgemeester en wethouders van Amsterdam
Brengen ter algemene kennis dat zij in hun vergadering van 2 juli 2019 hebben besloten:
een subsidieregeling Vergoten sociale en fysieke toegankelijkheid van Amsterdam vast te stellen.
Subsidie kan alleen worden verstrekt op grond van een wettelijk voorschrift dat regelt voor welke activiteiten subsidie kan worden verstrekt (artikel 4:23 van de Algemene Wet Bestuursrecht). De gemeente Amsterdam heeft aan deze wettelijke verplichting uitvoering gegeven door te bepalen dat een subsidie wordt verstrekt op basis van de Algemene Subsidieverordening Amsterdam, die wordt uitgewerkt in een subsidieregeling voor een bepaald beleidsterrein of in een bijzondere Subsidieverordening (Handleiding wettelijke kaders bij subsidiëring (Gemeenteblad, 17 april 2018, nr. 79812)).
De subsidie kan worden gevraagd voor bouwkundige aanpassingen en voor niet-bouwkundige activiteiten. Het gaat daarbij om bouwkundige aanpassingen aan gebouwen met een publieke functie die een gebouw meer geschikt maken voor mensen met een beperking. Het uitgangspunt bij het realiseren van fysieke toegankelijkheid is de integrale toegankelijkheid standaard (ITS). Voorbeelden van aanpassingen zijn het plaatsen van drempelhulpen, het verbreden van deuren, het plaatsen van een hellingbaan, het verlagen van balies, het toegankelijk maken van het toilet of het plaatsen van automatische deuropener. De bouwkundige aanpassingen moeten noodzakelijk zijn om het gebouw bereikbaar, toegankelijk en bruikbaar te maken voor mensen met een beperking en leiden ertoe dat mensen met een beperking zelfstandig kunnen deelnemen aan de samenleving.
Niet-bouwkundige activiteiten komen voor subsidie in aanmerking mits de activiteiten er aantoonbaar toe leiden dat de sociale toegankelijkheid van een voorziening, activiteit of evenement voor mensen met een beperking wordt vergroot. Het kan daarbij gaan om bijvoorbeeld het trainen van medewerkers of vrijwilligers in de bejegening en omgang met mensen met een beperking. De doelmatigheid van deze activiteiten ligt ter beoordeling van het college.
Activiteiten om de digitale toegankelijkheid komen voor subsidie in aanmerking wanneer aantoonbaar is gemaakt dat de activiteit leidt tot een grotere digitale toegankelijkheid van websites en/of mobiele applicaties voor mensen met een beperking. Het uitgangspunt bij digitale toegankelijkheid is de Europese standaard EN301549.
Een aanvrager kan eenmalig in aanmerking komen voor deze subsidie. Geen subsidie wordt verstrekt voor voorzieningen of activiteiten die, naar oordeel van het college, de toegankelijkheid voor mensen met een beperking, slechts in beperkte mate of voor een te beperkte periode bevorderen. Voorts wordt geen subsidie verstrekt die de doelmatigheid te boven gaat, bijvoorbeeld omdat het gaat om niet noodzakelijke (in verhouding dure) bouwkundige aanpassingen.
Geen subsidie wordt verleend voor activiteiten waarvoor op grond van een andere regeling een tegemoetkoming kan worden verkregen. Het college kan hierop in voorkomende gevallen een uitzondering maken bijvoorbeeld in gevallen waar een bijdrage op grond van een andere regeling is geweigerd of waar die bijdrage niet voldoende blijkt om de activiteit te verwezenlijken en het belang bij realisatie van een voorziening voor mensen met een beperking groot is. Om te voorkomen dat activiteiten binnen een afzienbare termijn niet meer het doel dient waarvoor de subsidie is verleend, kan het college een termijn verbinden aan het subsidiebesluit.
Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen
Artikel 2 Toepasselijkheid Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013
De Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013 is van toepassing, tenzij daarvan in deze regeling uitdrukkelijk wordt afgeweken.
Artikel 3 Subsidiabele activiteiten
Het doel van deze subsidieregeling is om Amsterdam sociaal en fysiek toegankelijker te maken voor mensen met een beperking door activiteiten te subsidiëren die een of meer knelpunten verhelpen.
Artikel 4 Subsidiabele activiteiten
Het college kan een eenmalige subsidie verlenen ten behoeve van de volgende activiteiten:
Artikel 7 Bij de subsidieaanvraag in te dienen gegevens
In aanvulling op artikel 5, tweede lid, van de ASA 2013 worden bij de subsidieaanvraag de volgende gegevens en stukken overgelegd:
Artikel 8 Nadere verplichtingen
Naast de verplichtingen op grond van artikel 10 en 11 van de ASA, kan aan de subsidie de verplichting worden verbonden dat:
In aanvulling op artikel 9, tweede lid, van de ASA 2013 weigert het college geheel of gedeeltelijk subsidie te verlenen als:
In aanvulling op artikel 14 van de ASA, moet de subsidieontvanger gegevens overleggen waaruit blijkt dat de bouw gereed is gemeld en bouwtoezicht akkoord is met de bouw.
Vaststellen van de Subsidieregeling Vergroten sociale en fysieke toegankelijkheid
Burgemeester en wethouders voornoemd,
Femke Halsema,
burgemeester
Peter Teesink,
gemeentesecretaris
Toelichting bij de subsidieregeling
Amsterdam heeft een brede opgave om op geleidelijke wijze de toegankelijkheid van de stad te verbeteren. Het uitgangspunt van het college van B&W is dat deze inzet zoveel mogelijk vanuit de reguliere werkzaamheden en binnen de eigen begroting wordt gerealiseerd. Bijvoorbeeld door bij een geplande verbouwing van gebouwen van de gemeente of bij de herinrichting van de openbare ruimte de toegankelijkheid te verbeteren en ook door zoveel mogelijk inclusief te ontwerpen.
Om extra in te kunnen zetten op het verbeteren van de sociale en fysieke toegankelijkheid en het aanpakken van knelpunten heeft de gemeenteraad bij de Voorjaarsnota 2017 voor zowel 2017 als 2018 extra middelen toegekend van €2,5 miljoen per jaar. Regelmatig hebben organisaties buiten de gemeente, met goede ideeën op gebied van toegankelijkheid, gevraagd of er mogelijkheid was om subsidie aan te vragen. Er was echter geen specifieke subsidieregeling op grond waarvan deze aanvragen in behandeling konden worden genomen.
Voor de bestuursperiode 2018-2022 is € 3 miljoen vanuit de Coalitiemiddelen beschikbaar gesteld voor een Toegankelijkheidsfond. Het college heeft op 27 november 2018 vastgesteld dat een deel van deze middelen voor een subsidieregeling aangewend worden. Op deze manier hoopt het college organisaties en initiatieven te bereiken en goede ideeën op gebied van toegankelijkheid te kunnen steunen en de toegankelijkheid van Amsterdam voor mensen met een beperking te vergroten.
Het is belangrijk dat de samenleving als geheel zich verantwoordelijk gaat en blijft voelen voor het vergroten van de algemene toegankelijkheid in Amsterdam voor mensen met een beperking. Daarom is cofinanciering een belangrijke voorwaarde bij subsidies boven de € 5.000,-. Op deze manier zal de aanvrager zich betrokken voelen bij en verantwoordelijk voor de voorziening of activiteit waarvoor de subsidieaanvraag wordt gedaan.
In 2016 is het VN-verdrag in zake de rechten van personen met een handicap in werking getreden, dit verdrag wordt kortweg ook wel VN-verdrag Handicap genoemd. Het VN-verdrag Handicap heeft tot doel de positie van mensen met een beperking te versterken. Het gaat om zeer diverse mensenrechten zoals het recht op onderwijs, arbeid en deelname aan het cultureel leven. Het doel van het VN-verdrag Handicap is het realiseren van een inclusieve samenleving. De overheid heeft een belangrijke taak in het realiseren van deze doelstelling. Deze subsidieregeling levert daaraan een bijdrage. Een belangrijk uitgangspunt van het VN-verdrag Handicap is dat er overleg gevoerd wordt met mensen met een beperking en hun representatieve organisaties over de ontwikkeling van wetgeving, het beleid en andere besluitvormingsprocessen rond zaken die betrekking hebben op mensen met een beperking.
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
In het eerste artikel zijn een aantal definities opgenomen.
Ad. c. Voor een eenvoudige uitleg van de eisen aan digitale toegankelijkheid zie https://www.digitoegankelijk.nl/onderwerpen/themas/eenvoudige-uitleg
Ad f. zie voor een toelichting van de integrale toegankelijkheid standaard; https://www.pbtconsult.nl/integrale-toegankelijkheid-standaard-2018
Artikel 2 Toepasselijkheid Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013
De Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013 is van toepassing op deze regeling.
Artikel 3 Doel van de subsidieregeling
In de gemeente Amsterdam heeft ongeveer 1 op de 6 mensen een zichtbare of niet zichtbare beperking.
De gemeente vindt het belangrijk dat iedereen, met en zonder beperking gebruik kan maken van de voorzieningen in de stad, toegang hebben tot gebouwen en deel kunnen nemen aan activiteiten. Het toegankelijker maken van de stad is een proces dat tijd nodig heeft en waar stap voor stap aan gewerkt wordt.
In het coalitieakkoord 2019-2022 “Een nieuwe lente, een nieuw geluid” van mei 2018 staat dat een van de ambities van het college is om de stad sociaal en fysiek toegankelijker te maken. Daarnaast is Amsterdam vanaf juni 2018 deelnemer aan het landelijke VNG-Koplopersprogramma “Iedereen doet mee”. Door zich aan dit project te verbinden heeft Amsterdam de ambitie uitgesproken om te werken aan een inclusieve (en toegankelijke) gemeente. Deze subsidieregeling zal bijdragen aan deze doelstelling.
Artikel 4 Subsidiabele activiteiten
Dit artikel bepaalt welk activiteiten subsidiabel zijn.
Ad 4.a. De aanvrager moet eigenaar of huurder zijn van het gebouw waar subsidie voor wordt aan-vraagt. Huurders kunnen alleen subsidie aanvragen voor fysieke aanpassingen als zij daarvoor toestem-ming hebben van de eigenaar. Subsidieaanvragen kunnen ingediend worden voor gebouwen die een publieksfunctie hebben, zoals bijvoorbeeld ;
Het college stelt elk jaar opnieuw een subsidieplafond vast. Er kan een maximum van 50% van de kosten worden vergoed, waarbij het bedrag niet hoger kan zijn dan € 25.000,-. Voor aanvragen tot € 5.000,- komen alle kosten voor subsidie in aanmerking. De subsidie aanvraag wordt behandeld op volgorde van binnenkomst. Deze volgorde wordt bepaald op basis van de datum dat de subsidieaanvraag compleet is ingediend.
Artikel 7 Bij de subsidieaanvraag in te dienen gegevens
Dit artikel bepaalt dat alle, naast de in de ASA 2013 genoemde gegevens en stukken, de aanvraag tevens stukken moet bevatten van eventuele aangevraagde subsidies of andere vormen van financiële bijdragen waarop de aanvrager aanspraak heeft gemaakt voor de uitvoering van de activiteit. Bij bouwkundige activiteiten dient de aanvrager tevens aan te geven wanneer met de bouwkundige werkzaamheden zal worden aangevangen en wanneer deze zullen zijn afgerond. Indien voor bouwkundige activiteiten een omgevingsvergunning noodzakelijk is, dan dient ook deze te worden overlegd bij de aanvraag.
Artikel 8 Nadere verplichtingen
Het college kan aan de subsidie de verplichting verbinden dat, waar het een bouwkundige aanpassing betreft, met de bouwkundige activiteiten waarvoor de subsidie is aangevraagd binnen een door het college te bepalen termijn wordt aangevangen. Het uitgangspunt bij het realiseren van fysieke aanpassingen is de integrale toegankelijkheid standaard (ITS). Daarnaast kan het college als verplichting opnemen dat de bouwkundige werkzaamheden worden getoetst aan de geldende IT-standaarden.
Om te voorkomen dat bouwkundige aanpassingen binnen een afzienbare termijn niet meer het doel dienen waarvoor de subsidie is verleend, kan het college een termijn verbinden aan het subsidiebesluit. Dat betekent dat bijvoorbeeld een subsidie wordt verleend om een gebouw geschikt wordt gemaakt voor een bepaalde doelgroep, dit gebouw niet binnen 10 jaar niet meer kan worden gebruikt door de doelgroepen.
De activiteiten moeten steeds doelmatig zijn. Dit betekent dat de activiteiten de doelen moeten dienen, zoals aangegeven in bijvoorbeeld het VN-verdrag Handicap of het coalitieakkoord en/ of in lijn zijn met de doelstelling uit het manifest van Cliëntenbelang Amsterdam. Geen subsidie wordt verstrekt voor voorzieningen of activiteiten die, naar oordeel van het college, de toegankelijkheid voor mensen met een beperking, slechts in beperkte mate of voor een te beperkte periode bevorderen. Voorts wordt geen subsidie verstrekt die de doelmatigheid te boven gaat, bijvoorbeeld omdat het gaat om niet noodzakelijke (in verhouding dure) bouwkundige aanpassingen.
Artikel 10 Inwerkingtreding De subsidieregeling vergroten sociale en fysieke toegankelijkheid van Amsterdam treedt in werking op de eerste dag na publicatie in het Gemeenteblad en vervalt op 31 december 2022.