Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Capelle aan den IJssel

Klachtenregeling seksuele intimidatie

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Capelle aan den IJssel
Officiële naam regelingKlachtenregeling seksuele intimidatie
CiteertitelKlachtenregeling seksuele intimidatie
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerppersoneel en organisatie
Eigen onderwerppersoneel en organisatie

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Arbeidsomstandighedenwet 1994

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

08-06-199901-01-2011nieuwe regeling

07-06-1999

IJsselpost, 22-10-2008

Verzameling 1999, nr. 17 / a
08-06-1999nieuwe regeling

07-06-1999

IJsselpost, 22-10-2008

Verzameling 1999, nr. 17 / a

Tekst van de regeling

Intitulé

Klachtenregeling seksuele intimidatie

De raad van de gemeente Capelle aan den IJssel;

Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders;

Gelet op het bepaalde in de Arbeidsomstandighedenwet 1994;

Overwegende dat seksuele intimidatie moet worden bestreden en voorkomen;

B e s l u i t

Vast te stellen de navolgende klachtenregeling seksuele intimidatie:

Artikel 1 Begripsbepaling

Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:

  • 1.

    Bevoegd gezag:

    het college van burgemeester en wethouders.

  • 2.

    Klager:

    de natuurlijke persoon die medewerker is in dienst van de gemeente Capelle aan den IJssel dan wel als stagiaire, uitzend- of inleenkracht of vrijwilliger werkzaam is bij de gemeente en die zich wendt tot de vertrouwenspersoon dan wel een klacht over discriminatie of seksuele intimidatie indient bij de klachtencommissie.

  • 3.

    Beklaagde:

    de persoon tegen wie de klacht gericht is.

  • 4.

    Seksuele intimidatie op de werkplek:

    ongewenste seksuele toenadering, verzoeken om seksuele gunsten of ander verbaal, non-verbaal of fysiek gedrag van seksuele aard waarbij tevens sprake is van één van de volgende punten:

    - onderwerping aan dergelijk gedrag wordt hetzij expliciet hetzij impliciet gehanteerd als voorwaarde voor de tewerkstelling van een persoononderwerping aan of afwijzing van dergelijk gedrag door een persoon wordt gebruikt ofmede gebruikt als basis voor beslissingen die het werk van deze persoon rakendergelijk gedrag het doel heeft de werkprestaties van een persoon aan te tasten en/of een intimiderende, vijandige of onaangename werkomgeving te creëren, dan wel tot gevolg heeft dat de werkprestaties van een persoon worden aangetast en/of een intimiderende, vijandige of onaangename werkomgeving wordt gecreëerd.

  • 5.

    Vertrouwenspersoon:

    de functionaris tot wie de klager zich kan wenden voor advies en ondersteuning, wanneer deze meent dat hij/zijet slachtoffer is van seksuele intimidatie.

  • 6.

    Klachtencommissie:

    de commissie die belast is met het onderzoek naar een klacht over seksuele intimidatie ingediend door een klager.

  • 7.

    Klacht:

    een mondelinge en/of schriftelijke bij de vertrouwenspersoon, de klachtencommissie of het college van burgemeester en wethouders ingediende gemotiveerde klacht met betrekking tot seksuele intimidatie.

  • 8.

    Direct betrokkenen

    de klager en de aangeklaagde.

Artikel 2 Het indienen van een klacht

  • 1. Een klacht kan worden ingediend bij de vertrouwenspersoon, de klachtencommissie of het bevoegd gezag.

  • 2. Een klacht kan zowel mondeling als schriftelijk worden ingediend. Op verzoek van de klager kan de klacht namens hem/haar worden ingediend door de vertrouwenspersoon.

  • 3. Een mondeling ingediende klacht wordt onmiddellijk op schrift gesteld en ondertekend door de klager en door degene(n) bij wie de klacht wordt ingediend. De klager krijgt een afschrift van het verslag toegezonden.

  • 4. Een klacht die in eerste instantie bij de klachtencommissie of het bevoegd gezag is ingediend, wordt na verkregen toestemming van de klager ter behandeling doorgezonden naar de vertrouwenspersoon. De klager wordt van de doorzending schriftelijk in kennis gesteld.

  • 5. De klacht omvat een omschrijving van de confrontatie met seksuele intimidatie met zo mogelijk de vermelding van tijd, plaats, omstandigheden, de inhoud van het gedrag, de beschrijving van de door klager reeds ondernomen stappen, de naam van de beklaagde en van eventuele getuigen.

  • 6. De klager ontvangt binnen twee weken een ontvangstbevestiging van de ingediende klacht

  • 7. Klachten die betrekking hebben op gebeurtenissen die langer dan twee jaar voor de indiening van de klacht hebben plaatsgevonden, worden niet in behandeling genomen.

  • 8. Anonieme klachten worden niet in behandeling genomen.

Artikel 4 De vertrouwenspersoon

  • 1. Er zijn ten minste twee vertrouwenspersonen.

  • 2. Eén vertrouwenspersoon wordt aangewezen door het bevoegd gezag op voordracht van de ondernemingsraad. De ondernemingsraad kan meerdere voordrachten doen.

    De tweede vertrouwenspersoon is werkzaam bij de bedrijfsgezondheidsdienst.

  • 3. De vertrouwenspersoon is tot geheimhouding verplicht omtrent alle zaken die hij/zij in de functie van vertrouwenspersoon verneemt. De plicht tot geheimhouding geldt niet ten opzichte van de klachtencommissie, de klager, de beklaagde en eventueel artsen en justitie.

  • 4. De vertrouwenspersoon is voor de uitvoering van zijn/haar taken uitsluitend verantwoording verschuldigd aan het bevoegd gezag.

  • 5. Het bevoegd gezag stelt de vertrouwenspersoon in de gelegenheid zijn/haar taken naar behoren te vervullen.

Artikel 5 Taken van de vertrouwenspersoon

De vertrouwenspersoon heeft in ieder geval de volgende taken:

  • a.

    het verzorgen van de eerste opvang van degene die te maken heeft gehad met seksuele intimidatie op de werkplek en hulp en advies nodig heeft;

  • b.

    de betrokken medewerker informeren over de verschillende wegen die open staan om het probleem tot een oplossing te brengen en/of zonodig doorverwijzen naar deskundigen;

  • c.

    het begeleiden en ondersteunen van de betrokken medewerker indien deze de zaak wil laten bemiddelen of aan de orde wil stellen bij de klachtencommissie;

  • d.

    het verschaffen van informatie aan de klachtencommissie bij de behandeling van een klacht;

  • e.

    nazorg geven aan de betrokken medewerker en toezien dat het indienen van een klacht geen tegenmaatregelen in de werksituatie tot gevolg heeft;

  • f.

    na te gaan of na behandeling van de klacht het ongewenste gedrag is opgehouden;

  • g.

    het bijhouden van een anonieme registratie waarin enerzijds de privacy van de betrokkenen wordt gewaarborgd en anderzijds ongefundeerde verdachtmakingen worden vermeden;

  • h.

    het verzorgen van een jaarverslag over het aantal binnengekomen klachten, alsmede de afhandeling daarvan aan het bevoegd gezag;

  • i.

    het signaleren van knelpunten in het beleid ter voorkoming en bestrijding van seksuele intimidatie en het gevraagd en ongevraagd adviseren daarover aan het bevoegd gezag.

Artikel 6 De klachtencommissie

Er is een klachtencommissie seksuele intimidatie, die tot taak heeft klachten over seksuele intimidatie te onderzoeken, daaromtrent aan het bevoegd gezag te rapporteren en te adviseren over eventueel te nemen sancties of maatregelen in de preventieve sfeer.

Artikel 7 Klachtencommissie, instelling en samenstelling

  • 1. De klachtencommissie bestaat uit drie leden, waaronder de voorzitter

  • 2. a. een lid, aangewezen door het bevoegd gezag en niet werkzaam binnen de gemeentelijke

    organisatie, voorzitter;

    • b.

      een lid, aangewezen door de vakorganisaties zoals vertegenwoordigd in de commissie voor

      Georganiseerd Overleg;

    • c.

      een lid, aangewezen door het bevoegd gezag.

  • 3. Voor elk lid van de klachtencommissie wordt een plaatsvervanger aangewezen.

  • 4. Ieder lid van de commissie heeft het verschoningsrecht.

  • 5. Het bevoegd gezag wijst een ambtelijk medewerker aan als secretaris van de commissie en een ambtelijk medewerker als plaatsvervangend secretaris.

  • 6. De leden van de klachtencommissie alsmede het secretariaat zijn verplicht tot geheimhouding.

  • 7. Het bevoegd gezag stelt de klachtencommissie in de gelegenheid haar taak naar behoren te vervullen.

Artikel 8 Taken en werk wijze van de klachtencommissie

  • 1. De klachtencommissie stelt een onderzoek in naar iedere klacht over seksuele intimidatie die bij haar wordt ingediend.

  • 2. De klachtencommissie stelt de partijen die bij de klacht betrokken zijn in de gelegenheid te worden gehoord. De klachtencommissie kan ook derden horen en kan de situatie ter plaatse in ogenschouw nemen.

    Indien de beklaagde weigert te worden gehoord, maakt de klachtencommissie per aangetekend schrijven de klacht bekend en nodigt de beklaagde uit daarop alsnog schriftelijk of mondeling te reageren binnen een termijn van één week. Voldoet de beklaagde ook hieraan niet, dan wordt de klacht als onbetwist in de procedure opgenomen. Hiervan wordt de beklaagde per aangetekend schrijven in kennis gesteld.

  • 3. De klager en de beklaagde kunnen zich tijdens het onderzoek laten bijstaan door een raadsman.

  • 4. De zittingen van de klachtencommissie zijn niet openbaar.

  • 5. De klager en de beklaagde worden door de klachtencommissie afzonderlijk gehoord, tenzij de betrokkenen te kennen geven geen bezwaar te hebben in elkaars aanwezigheid te worden gehoord.

  • 6. Van iedere zitting waarbij de klager, beklaagde of een derde wordt gehoord, wordt een verslag gemaakt. De verslagen worden zo spoedig mogelijk na de hoorzitting aan de gehoorde toegezonden. Het verslag moet door de gehoorde en de voorzitter van de commissie worden getekend. Indien een gehoorde dit weigert, wordt de reden daarvan in het verslag aangetekend.

  • 7. De klager en beklaagde ontvangen zo spoedig mogelijk een afschrift van het verslag.

    De betrokken derden ontvangen een afschrift van het verslag voorzover deze betrekking hebben op hetgeen door hen aan de klachtencommissie is medegedeeld.

  • 8. De klager en de beklaagde hebben inzage in de stukken die rechtstreeks verband houden met de klacht en ten grondslag liggen aan de beoordeling van de klacht, zulks met in achtneming van de regels die zijn gesteld aan de inzage van personeelsdossiers.

  • 9. De klachtencommissie brengt binnen acht weken na ontvangst van de klacht schriftelijk advies uit aan het bevoegd gezag. Zowel de betrokken partijen als de vertrouwenspersoon ontvangen een afschrift van het advies.

    De termijn van acht weken kan met redenen omkleed met ten hoogste vier weken worden verlengd

  • 10. De klachtencommissie brengt haar advies uit met meerderheid van stemmen.

Artikel 9 Besluit bevoegd gezag

  • 1. Binnen zes weken na ontvangst van het advies van de klachtencommissie neemt het bevoegd gezag een gemotiveerd besluit.

  • 2. Het bevoegd gezag brengt het besluit en de bijbehorende motivering schriftelijk ter kennis van de direct betrokkenen en stuurt een afschrift naar de klachtencommissie en de vertrouwenspersoon.

  • 3. Vooruitlopend op het advies van de klachtencommissie kan het bevoegd gezag een voorlopige maatregel treffen indien de vertrouwenspersoon en/of de klachtencommissie hierom verzoeken.

  • 4. Bezwaren tegen het besluit van het bevoegd gezag kunnen binnen zes weken na de dag, waarop het besluit is bekendgemaakt, schriftelijk en gemotiveerd worden ingediend bij het college van burgemeester en wethouders.

Artikel 10 Rechtsbescherming

  • 1. Het bevoegd gezag draagt er zorg voor dat het indienen van een klacht over seksuele intimidaties niet leidt tot benadeling van de indiener in zijn positie als medewerker.

  • 2. Het bevoegd gezag draagt er zorg voor dat bij het niet ontvankelijk of ongegrond verklaren van de klacht dit niet leidt tot benadeling van de beklaagde in zijn positie als medewerker.

Artikel 11 Overige bepalingen

  • 1. In gevallen waarin deze regeling niet voorziet beslist het college van burgemeester en wethouders.

  • 2. Deze regeling kan worden aangehaald als "Klachtenregeling seksuele intimidatie".

Artikel 12 Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na vaststelling.

Vastgesteld in de openbare vergadering van 7 juni 1999,

De secretaris, de voorzitter,