Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Terneuzen

Verordening Speelautomatenhallen Terneuzen 2019

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieTerneuzen
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening Speelautomatenhallen Terneuzen 2019
CiteertitelVerordening Speelautomatenhallen Terneuzen 2019
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpopenbare orde en veiligheid
Eigen onderwerpcasino speelautomatenhal gokhal
Externe bijlagekaart Speelautomatenhallen Terneuzen 2019

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

artikel 30c van de Wet op de kansspelen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

11-09-2019Vervanging van regeling

28-03-2019

gmb-2019-217701

289726

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening Speelautomatenhallen Terneuzen 2019

De gemeenteraad van Terneuzen,

 

Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 19 februari 2019

Besluit:

1. De verordening Speelautomatenhallen Terneuzen 2019 vast te stellen

2. De verordening Speelautomatenhallen Terneuzen 2011 in te trekken

3. Kennis te nemen van het ontwerp van de ‘Beleidsregel verdeling schaarse speelautomatenhal Terneuzen 2019’.

 

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsbepalingen

  • a.

    De wet: de Wet op de kansspelen;

  • b.

    aanwezigheidsvergunning: vergunning als bedoeld in artikel 30b, eerste lid, van de wet;

  • c.

    beheerder: de natuurlijke persoon of personen die de onmiddellijke feitelijke leiding uitoefent of uitoefenen in de speelautomatenhal.

  • d.

    behendigheidsautomaat: een automaat zoals omschreven in artikel 30, aanhef en onder b, van de wet.

  • e.

    Exploitatievergunning: de vergunning zoals bedoeld in artikel 2, eerste lid.

  • f.

    hoogdrempelige inrichting: inrichting als bedoeld in artikel 30, onder d van de wet;

  • g.

    kansspelautomaat: een speelautomaat, als bedoeld in artikel 30, onder c, van de Wet;

  • h.

    laagdrempelige inrichting: inrichting als bedoeld in artikel 30, onder e van de wet;

  • i.

    Speelautomatenbesluit: het Koninklijk Besluit van 23 mei 2000 (Stb. 2000, 223);

  • j.

    ondernemer: de natuurlijke of rechtspersoon die een speelautomatenhal, een hoogdrempelige inrichting of een laagdrempelige inrichting exploiteert en de wettelijk vertegenwoordiger van die rechtspersoon;

  • k.

    speelautomaat: automaat als bedoeld in artikel 30, onder a, van de Wet;

  • l.

    speelautomatenhal: een inrichting, bestemd om het publiek gelegenheid te geven een spel door middel van speelautomaten te beoefenen, als bedoeld in artikel 30c, eerste lid onder b, van de wet;

  • m.

    speelautomatenexploitant: degene die ingevolge de vergunning als bedoeld in artikel 30h van de wet, speelautomaten exploiteert;

 

Artikel 2 Exploitatievergunning speelautomatenhal

  • 1.

    Het is verboden zonder vergunning van de burgemeester een speelautomatenhal te vestigen of te exploiteren (exploitatievergunning).

  • 2.

    De burgemeester kan uitsluitend vergunning verlenen voor maximaal één speelautomatenhal, die gelegen is in het deel van de gemeente dat op de bij deze verordening behorende kaart is aangegeven (kaart Terneuzen Woonplaatsgrens Verordening Speelautomatenhallen Terneuzen 2019) en die onderdeel uitmaakt van een complex waarin minimaal twee andere recreatieve functies zijn ondergebracht. De speelautomatenhal is ondersteunend aan de andere recreatieve functies.

  • 3.

    In de aanwezigheidsvergunning wordt bepaald hoeveel kansspelautomaten binnen de speelautomatenhal aanwezig mogen zijn. Het totale aantal speelautomaten mag niet hoger zijn dan 100.

  • 4.

    De geldigheidsduur van de vergunning bedraagt maximaal 5 jaar met een eenmalige mogelijkheid tot verlenging van 5 jaar.

  • 5.

    De besluitvorming omtrent de aanvragen geschiedt overeenkomstig de bepalingen in deze verordening en de door de burgemeester vast te stellen beleidsregels.

  • 6.

    Zolang deze beleidsregels nog niet zijn vastgesteld is de burgemeester niet bevoegd een aanvraag in behandeling te nemen.

  • 7.

    De burgemeester is na vaststelling van de beleidsregels bevoegd een termijn te stellen, waarbinnen aanvragen kunnen worden ingediend. Een ontvankelijke aanvraag kan eerst worden ingediend nadat deze termijn is gesteld.

  • 8.

    In laagdrempelige inrichtingen zijn kansspelautomaten niet toegestaan.

  • 9.

    Paragraaf 4.1.3.3. van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) is niet van toepassing.

 

Artikel 3 Aanvraag exploitatievergunning speelautomatenhal

  • 1.

    De ondernemer dient de exploitatievergunning aan te vragen onder overlegging van:

    • a.

      De personalia van de aanvrager tevens ondernemer en de naam, het woonadres en de geboortedatum van de beheerder(s) en de bedrijfsleider(s);

    • b.

      een bewijs van inschrijving bij de Kamer van Koophandel met het inschrijfnummer bij de Kamer van Koophandel, niet ouder dan zes maanden, gerekend vanaf de dag van indiening van de aanvraag;

    • c.

      een bewijs van lidmaatschap van de VAN Kansspelen-brancheorganisatie;

    • d.

      een bewijs, waaruit blijkt dat de ondernemer een certificaat Amusementscentra van de DEKRA heeft, of voornemens is in de eerste periode van twaalf maanden van de exploitatie van de speelautomatenhal een certificaat Amusementscentra van DEKRA te verkrijgen;

    • e.

      een volledig ingevuld en ondertekend vragenformulier in het kader van de Wet Bibob;

    • f.

      het document ‘Conceptomschrijving speelautomatenhal’ met daarin opgenomen:

      • i.

        adres en kadastrale gegevens van de beoogde locatie, inclusief bewijs dat aanvrager kan beschikken over de voorgenomen locatie voor de speelautomatenhal;

      • ii.

        een nauwkeurige beschrijving van de inrichting, waarbij is opgenomen de oppervlakte daarvan, alsmede een plattegrond waarop is aangegeven op welke plaats in de speelautomatenhal en hoeveel kansspelautomaten worden opgesteld;

      • iii.

        een overzicht van de aard en locatie van de overige te realiseren recreatieve functies binnen het complex of gebouw waarin de speelautomatenhal beoogd is te worden gevestigd, of een overzicht van de gevestigde recreatieve functies die de speelautomatenhal met haar functie binnen het complex of gebouw waarin de speelautomatenhal beoogd is te worden gevestigd aan zal vullen en ondersteunen;

      • iv.

        een ondernemingsplan, met inbegrip van stukken, waaruit blijkt welk bedrag met de totale investering is gemoeid en een bewijs dat dit met voldoende zekerheden is afgedekt met een financiering, dan wel uit eigen middelen kan worden gefinancierd.

    • g.

      een verklaring waaruit blijkt dat hij gerechtigd is over de ruimte te beschikken;

    • h.

      het document ’Plan preventie gokverslaving’ met daarin een beschrijving van de wijze waarop kansspelverslaving wordt beoogd te worden voorkomen;

    • i.

      het document ‘Plan van aanpak openbare orde en bijdrage leefbaarheid’ met daarin een beschrijving van de beoogde aanpak van de leefbaarheid, veiligheid en openbare orde in de directe omgeving van de speelautomatenhal.

    • j.

      een verklaring omtrent het gedrag van de ondernemer en de beheerder van de speelautomatenhal, dan wel, indien de ondernemer een rechtspersoon is, van degene(n) die de onderneming krachtens de statuten vertegenwoordigt(en) en van de beheerder en de bedrijfsleider; alsmede een verklaring omtrent het gedrag van de rechtspersoon (VOG voor rechtspersonen: VOG RP). Voor elke verklaring geldt dat deze niet ouder mogen zijn dan drie maanden te rekenen vanaf de datum van indiening van de aanvraag;

    • k.

      een verklaring dat hij beschikt over een exploitatievergunning als bedoeld in artikel 30h, eerste lid van de wet.

  • 2.

    De burgemeester is bevoegd nadere regels te stellen ten aanzien van de indieningsvereisten voor een aanvraag van een exploitatievergunning.

 

Artikel 4 Beslistermijn op aanvraag exploitatievergunning speelautomatenhal

  • 1.

    De burgemeester beslist binnen dertien weken na de datum waarop hij de aanvraag met de bijbehorende bescheiden heeft ontvangen en die aanvraag volledig is.

  • 2.

    De beslissing kan eenmaal voor ten hoogste dertien weken worden verdaagd.

 

Artikel 5 Vergunningsvoorschriften

  • 1.

    Aan een vergunning wordt in ieder geval het voorschrift verbonden, dat de vergunninghouder een convenant dient te ondertekenen met de gemeente en een instelling, die zich richt op het bestrijden van gokverslaving.

  • 2.

    In de vergunning wordt het aantal automaten geregeld, dat mag worden geplaatst.

  • 3.

    Aan een vergunning worden voorschriften verbonden met betrekking tot de openings- en sluitingstijden van de hal en het door de vergunninghouder uit te oefenen toezicht.

  • 4.

    Naast de in de vorige leden genoemde voorschriften kunnen aan een vergunning alle voorschriften worden verbonden, die strekken ter bescherming van het belang van de openbare orde, het woon en- leefklimaat daaronder begrepen, en het tegengaan van gokverslaving.

  • 5.

    De vergunning is locatie gebonden.

  • 6.

    De exploitatievergunning kan uitsluitend worden gesteld ten name van de ondernemer en is niet overdraagbaar. Onder overdracht van de vergunning wordt in dit verband tevens begrepen een aandelenoverdracht van de rechtspersoon waaraan vergunning op grond van deze verordening is verleend, alsmede een wijziging van zeggenschap zoals in artikel 7 bedoeld.

 

Artikel 6 Weigeringsgronden aanvraag exploitatievergunning speelautomatenhal

De exploitatievergunning wordt geweigerd indien:

  • a.

    Het maximum aantal af te geven vergunningen voor speelautomatenhallen is verleend;

  • b.

    In geval het bepaalde in artikel 2, vierde lid, van toepassing is en de aanvraag op basis van de in dat artikel genoemde beleidsregels niet voor honorering in aanmerking komt;

  • c.

    de beheerder(s) de leeftijd van 25 jaar nog niet heeft (hebben) bereikt;

  • d.

    de ondernemer of beheerder van de speelautomatenhal niet voldoet aan de eisen gesteld in artikel 4 van het Speelautomatenbesluit;

  • e.

    de ondernemer of beheerder(s) onder curatele staat (staan);

  • f.

    De ondernemer of beheerder(s) in enig opzicht van slecht levensgedrag is (zijn);

  • g.

    door de aanwezigheid van de speelautomatenhal naar het oordeel van de burgemeester de woon- en leefsituatie in de naaste omgeving op ontoelaatbare wijze nadelig wordt beïnvloed en/of er gegronde vrees is dat het verlenen van de exploitatievergunning ernstig gevaar zou opleveren voor de openbare orde, veiligheid of zedelijkheid;

  • h.

    de exploitatie of vestiging van de speelautomatenhal strijd oplevert met een geldend bestemmingsplan of beheersverordening zonder dat concreet zicht op de vereiste planologische toestemming voor het ter plaatse vestigen van een speelautomatenhal bestaat;

  • i.

    De exploitatie of vestiging van de speelautomatenhal geen onderdeel is van een complex waarin minimaal twee andere recreatieve functies zijn ondergebracht en de speelautomatenhal niet ondersteunend is aan de andere recreatieve functies;

  • j.

    indien de aanvraag naar het oordeel van de burgemeester van onvoldoende niveau is.

 

Artikel 7 Wijziging beheer

  • 1.

    Indien een in de vergunning vermelde beheerder de hoedanigheid van beheerder heeft verloren, dient de ondernemer onder overlegging van de in artikel 3 genoemde bescheiden een nieuwe vergunning aan te vragen binnen twee weken nadat de in artikel 3 onder h bedoelde verklaring omtrent het gedrag aan hem is verzonden.

  • 2.

    De exploitatievergunning vervalt indien geen aanvraag tot wijziging van de exploitatievergunning is ingediend binnen 26 weken na het verlies van de hoedanigheid als bedoeld in het eerste lid.

  • 3.

    Indien de exploitatievergunning ingevolge het tweede lid vervalt, kan de burgemeester toepassing geven aan de procedure als bedoeld in artikel 2 en de nadere regels voor zover de burgemeester opnieuw tot het verlenen van een exploitatievergunning wil overgaan.

 

Artikel 8 Wisseling ondernemer

  • 1.

    Indien een ondernemer de exploitatie van zijn speelautomatenhal beëindigt, vervalt de exploitatievergunning van rechtswege.

  • 2.

    Indien de zeggenschap in de rechtspersoon wijzigt, kan de burgemeester de exploitatievergunning intrekken. Onder wijziging van zeggenschap wordt onder meer verstaan; een wijziging in aandeelhouderschap door overdracht van aandelen, fusie of splitsing alsmede het sluiten van overeenkomsten waarin aan een (ten tijde van de vergunningverlening) minderheidsaandeelhouder met betrekking tot bepaalde beslissingen een doorslaggevende stem wordt toegekend.

  • 3.

    In het geval beëindiging van de exploitatie het gevolg is van het overlijden van een ondernemer dient, indien voortzetting van de exploitatie wordt beoogd, door de rechtsopvolgers binnen twaalf weken een nieuwe exploitatievergunning te worden aangevraagd ter voortzetting van de exploitatie voor de nog resterende termijn zoals aan de overleden ondernemer vergund.

  • 4.

    Indien de exploitatievergunning ingevolge het eerste lid is vervallen of ingevolge het tweede lid is ingetrokken, geeft de burgemeester toepassing aan de procedure als bedoeld in artikel 2 en de nadere regels voor zover de burgemeester opnieuw tot het verlenen van een exploitatievergunning wil overgaan.

  • 5.

    In alle andere gevallen van wisseling van ondernemer dient binnen vier weken na overname van de speelautomatenhal een nieuwe vergunning te worden aangevraagd ter voortzetting van de exploitatie voor de nog resterende termijn zoals aan de oorspronkelijke ondernemer vergund.

  • 6.

    Zolang op een tijdig ingediende aanvraag als bedoeld in het derde lid niet is beslist, is voortzetting van de exploitatie toegestaan met inachtneming van de voorschriften en beperkingen, verbonden aan de van rechtswege vervallen exploitatievergunning.

 

Artikel 9 Aanwezigheidsvergunning

  • 1.

    De aanwezigheidsvergunning kan uitsluitend op naam van de ondernemer worden gesteld.

  • 2.

    In de aanwezigheidsvergunning wordt het adres van de inrichting waar de speelautomaten worden geplaatst vermeld.

  • 3.

    De aanwezigheidsvergunning wordt uitsluitend verleend ten behoeve van de plaatsing van speelautomaten die in eigendom toebehoren aan personen die in het bezit zijn van een exploitatievergunning als bedoeld in artikel 30h van de wet en die voorzien zijn van een merkteken als bedoeld in artikel 30r van de wet.

  • 4.

    De naam van de speelautomatenexploitant wordt in de aanwezigheidsvergunning vermeld. Bij wijziging dient zulks onverwijld bij de burgemeester te worden gemeld, waarna de aanwezigheidsvergunning wordt aangepast.

  • 5.

    Indien de inrichting waarvoor de aanwezigheidsvergunning is verleend, wordt overgenomen door een nieuwe ondernemer, vervalt de aan de vorige ondernemer verleende aanwezigheidsvergunning van rechtswege.

 

Artikel 10 Voorwaarden aanwezigheidsvergunning

  • 1.

    Aan een aanwezigheidsvergunning worden onder meer de volgende voorschriften verbonden:

    • a.

      Dat de beheerder beschikt over een bewijsstuk waaruit blijkt dat hij beschikt over voldoende kennis en inzicht met betrekking tot het gebruik van speelautomaten en de daaraan verbonden risico’s van gokverslaving;

    • b.

      dat het de vergunninghouder verboden is personen beneden de 21 jaar toe te laten;

    • c.

      dat personen ten aanzien waarvan sprake is of kan zijn van overmatig gokgedrag dienen te worden gewezen op de gevaren daarvan en dat ten behoeve daarvan voorlichtingsmateriaal beschikbaar dient te zijn;

    • d.

      dat het verboden is over te gaan tot het uitkeren van geld (middellijke betaling) bij het spelen op een behendigheidsautomaat;

    • e.

      dat alleen speelautomaten mogen worden opgesteld, die in eigendom toebehoren aan (rechts)personen die in het bezit zijn van de in artikel 30h, eerste lid van de wet bedoelde vergunning en die voorzien zijn van een merkteken als bedoeld in artikel 30r van de wet.

  • 2.

    De burgemeester kan nadere voorwaarden stellen.

 

Artikel 11 Intrekkingsgronden

De burgemeester kan de exploitatievergunning en aanwezigheidsvergunning intrekken:

  • a.

    Indien blijkt dat de vergunning ten gevolge van onjuiste of onvolledige gegevens en bescheiden is verleend.

  • b.

    indien gehandeld wordt in strijd met de aan de vergunning verbonden voorschriften of beperkingen.

  • c.

    indien de exploitatie van een speelautomatenhal niet binnen zes maanden na vergunningverlening ter hand is genomen dan wel gedurende een zelfde periode is onderbroken.

  • d.

    indien aannemelijk is dat de ondernemer of de beheerder betrokken is, of hem ernstige nalatigheid kan worden verweten bij activiteiten in of vanuit de speelautomatenhal, die een gevaar opleveren voor de openbare orde of een bedreiging vormen van het woon- of leefklimaat in de omgeving van de speelautomatenhal;

  • e.

    indien niet of niet meer wordt voldaan aan de KEMA-criteria en de erkenningsvoorwaarden van de VAN Kansspelen-brancheorganisatie;

  • f.

    indien in de onderneming strafbare feiten hebben plaatsgevonden dan wel de ondernemer dan wel de beheerder(s) in enig opzicht van slecht levensgedrag zijn.

  • g.

    indien zich in de speelautomatenhal anderszins feiten hebben voorgedaan, die de vrees wettigen dat het geopend blijven van de speelautomatenhal gevaar oplevert voor de openbare orde.

 

Artikel 12 Gebruik van vergunning

Indien een exploitatievergunning is verleend en tevens een omgevingsvergunning dient te worden verkregen mag van de vergunning op basis van deze verordening geen gebruik worden gemaakt totdat de omgevingsvergunning is verleend.

 

Artikel 13 Toezicht

Met het toezicht op de naleving van het bij deze verordening bepaalde zijn belast de bij besluit van de burgemeester aan te wijzen personen.

 

Artikel 14 Strafbepalingen

  • 1.

    Overtreding van enig artikel van deze verordening en van de krachtens deze verordening gegeven voorschriften wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste twee maanden of geldboete van de tweede categorie, al dan niet met openbaarmaking van de rechterlijke uitspraak.

  • 2.

    De opsporing van de in artikel 12 strafbaar gestelde feiten is, behalve aan de in artikel 141 van het Wetboek van Strafvordering genoemde opsporingsambtenaren, opgedragen aan hen die met de zorg voor de naleving van deze verordening zijn belast, ieder voor zover het de feiten betreft die in de aanwijzing zijn vermeld.

  • 3.

    De ambtenaren genoemd in artikel 13 van deze verordening zijn bevoegd tot het verlangen van de noodzakelijke inlichtingen en inzage van stukken voorzover zulks redelijkerwijs voor de vervulling van de taak nodig is.

  • 4.

    Zo dikwijls de zorg voor de naleving van het bij of krachtens deze verordening bepaalde dit vereist, wordt de bevoegdheid te allen tijde de speelautomatenhal, desnoods tegen de wil van de rechthebbende of gebruiker, te betreden verleend aan de ambtenaren:

    • a.

      voor zover zij door het bevoegde bestuursorgaan belast zijn met de uitvoering van bestuursdwang ter handhaving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening;

    • b.

      voor zover zij door het bevoegde bestuursorgaan belast zijn met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening;

    • c.

      voor zover zij belast zijn met de opsporing van overtredingen van het bepaalde bij of krachtens deze verordening.

 

Artikel 15 Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van bekendmaking.

  • 2.

    Met ingang van die dag vervalt de verordening Speelautomatenhallen Terneuzen 2011.

 

Artikel 16 Overgangsbepalingen

Vergunningen die vóór de inwerkingtreding van deze verordening zijn verleend blijven van kracht en gelden als verleend op grond van artikel 2, eerste lid, van deze verordening.

 

Artikel 17 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald onder de naam verordening Speelautomatenhallen Terneuzen 2019

 

 

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 28 maart 2019.

Voorzitter J.A.H. Lonink

Griffier mr. J.H.P. de Jong

Bijlage 1 kaart Terneuzen Woonplaatsgrens Verordening Speelautomatenhallen Terneuzen 2019