Organisatie | Uitgeest |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening Commissie Muziekschool |
Citeertitel | Verordening Commissie Muziekschool |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | commissie |
Deze versie van de 'Verordening Commissie Muziekschool' is de derde wijziging van de oorspronkelijke 'Verordening Commissie Muziekschool', vastgesteld bij raadsbesluit van 25-05-1978, nummer 78/62.
Gemeentewet, art. 83
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
20-05-2007 | 09-12-2013 | nieuwe regeling | 26-04-2007 Dagblad Kennemerland, 10-05-2007. | nummer 07/25 |
VERORDENING COMMISSIE MUZIEKSCHOOL
Verordening vastgesteld bij Raadsbesluit van 25 mei 1978, nummer 78/62 in werking getreden op 25 mei 1978.
Verordening, regelende de taak, samenstelling, werkwijze en bevoegdheden van de Commissie Muziekschool Uitgeest.
Gebaseerd op artikel 61, lid 1, onder a, van de Gemeentewet, thans artikel 83 van de Gemeentewet.
Bij Raadsbesluit van 24 oktober 1994, nummer 94/100, in werking getreden op 1 november 1994.
Bij Raadsbesluit van 28 november 2002, nummer 02/74, in werking getreden op 28 november 2002.
Bij Raadsbesluit van 26 april 2007, nummer 07/25, gepubliceerd op 10 mei 2007, in werking getreden op 20 mei 2007.
De leden worden benoemd door de gemeenteraad op voordracht van het college de commissie gehoord. Voorgedragen dienen te worden personen, van wie vanwege hun belangstelling voor de doelstelling van de school een actieve bijdrage aan de commissie kan worden verwacht. Bij de voordracht dient er zoveel mogelijk rekening mee te worden gehouden dat tenminste twee leden van de commissie behoren tot de kring van leerlingen of ouders van leerlingen van de school.
De commissie wordt bijgestaan door een door het college aangegeven secretaris, de gemeentesecretaris gehoord.
De commissie vergadert zo dikwijls als de voorzitter dit nodig oordeelt of twee leden daartoe schriftelijk onder op¬gaaf van redenen daartoe de wens te kennen geven. Indien het vereiste getal leden om een vergadering verzoekt, belegt de voorzitter deze binnen veertien dagen nadat het schriftelijk verzoek hem heeft bereikt.
Indien een vergadering in het openbaar wordt gehouden, brengt de voorzitter tegelijk met de oproeping, dag, uur en plaats van de vergadering ter openbare kennis.
De Commissie kan in een besloten vergadering, op grond van een belang, genoemd in artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur, omtrent het in die vergadering met gesloten deuren behandelde en omtrent de inhoud van de stukken die aan de commissie worden overgelegd, geheimhouding opleggen. Geheimhouding omtrent het in een besloten vergadering behandelde wordt tijdens die vergadering opgelegd. De geheimhouding wordt door hen die bij de behandeling aanwezig waren en allen die van het behandelde of de stukken kennis dragen, in acht genomen totdat de commissie haar opheft.
Op grond van een belang, genoemd in artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur, kan de geheimhouding eveneens worden opgelegd door de voorzitter van de commissie, het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester, ieder ten aanzien van de stukken die zij aan de commissie overleggen. Daarvan wordt op de stukken melding gemaakt. De geheimhouding wordt in acht genomen totdat het orgaan dat de verplichting heeft opgelegd, dan wel de raad haar opheft.
Indien het bij het eerste lid vereiste getal leden niet is opgekomen belegt de voorzitter een nieuwe vergadering met inachtneming van het bepaalde in de artikelen 7 en 8. Tussen de verzending van de oproepbriefjes en het uur van de vergadering behoeven in dat geval slechts 24 uren te verlopen. In deze vergadering wordt over de in de oproepingsbriefjes vermelde zaken een besluit genomen door de tegenwoordige leden of het tegenwoordige lid.
Ten aanzien van stemming en besluitvorming zijn, voor zover niet anders is bepaald, de artikelen 55 t/m 57 van de gemeentewet van overeenkomstige toepassing.