Organisatie | Ouder-Amstel |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregels vervoer inbrekerswerktuigen Ouder-Amstel |
Citeertitel | Beleidsregels vervoer inbrekerswerktuigen Ouder-Amstel |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | openbare orde en veiligheid |
Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
18-07-2019 | nieuwe regeling | 03-06-2019 |
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Ouder-Amstel:
dat (woning) inbraken door slachtoffers worden ervaren als een ernstige aantasting van de privacy en het veiligheidsgevoel;
dat de gemeente samen met politie/wijkagent en andere partners in het veiligheidsdomein reeds een groot aantal maatregelen ter voorkoming van (woning) inbraken uitvoert;
dat het ingevolge artikel 2:44 lid 1 van de Algemene plaatselijke verordening Ouder-Amstel (hierna: APV) verboden is op een openbare plaats inbrekerswerktuigen te vervoeren of bij zich te hebben;
dat deze verbodsbepaling beoogt het plegen van misdrijven zoals diefstal met braak te voorkomen dan wel te bemoeilijken;
dat, op verzoek van de politie, de Regionale Vijfhoek heeft uitgesproken dat een versterking van deze verbodsbepaling gewenst is teneinde (veel)plegers te beletten (een volgende keer weer) op pad te gaan voor een (woning)inbraak;
dat het college van burgemeester en wethouders (hierna: college) ingevolge artikel 125 van de Gemeentewet en artikel 5:32 van de Algemene wet bestuursrecht over de bevoegdheid beschikt om aan overtreders van artikel 2:44 APV een last onder dwangsom op te leggen;
dat het opleggen van een last onder dwangsom aan overtreders van artikel 2:44 de rechterlijke toets heeft doorstaan (Afdeling bestuursrechtspraak van Raad van State ECLI:NL:RVS:2016:916);
dat van het opleggen van een last onder dwangsom een preventieve werking uitgaat, en dat met het opleggen wordt beoogd herhaling van de overtreding te voorkomen;
gelet op het bepaalde in artikel 2:44 APV, de Algemene wet bestuursrecht en artikel 125 van de Gemeentewet: