Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gorinchem

Marktverordening gemeente Gorinchem 2011

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieGorinchem
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingMarktverordening gemeente Gorinchem 2011
CiteertitelMarktverordening gemeente Gorinchem 2011
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerpMarktverordening

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-2011n.v.t.

16-12-2010

2010-523

Tekst van de regeling

Intitulé

Marktverordening gemeente Gorinchem 2011

De raad van de gemeente Gorinchem;

Gelezen het voorstel van het college van 12 oktober 2010;

BESLUIT:

vast te stellen de volgende Marktverordening gemeente Gorinchem 2011. 

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder: a. anciënniteitlijst: de lijst van vergunninghouders van een vaste standplaats; b. branche: een door het college te bepalen soort of assortiment van waren of goederen;c. dagplaats: de standplaats die per marktdag ter beschikking wordt gesteld aan een vergunninghouder, omdat deze niet als vaste standplaats is toegewezen dan wel ingenomen; d. markt: de door het college ingestelde warenmarkt (weekmarkt en jaarmarkten); e. marktmeester: de persoon die als zodanig is aangewezen door het college;f. marktterrein: het gebied zoals aangegeven op de situatietekeningen die behoren bij het Instellingsbesluit warenmarkten;g. standplaats: de ruimte die voor de duur van de markt is aangewezen voor het uitoefenen van de markthandel; h. de standplaatshouder: de natuurlijke persoon, aan wie krachtens deze verordening is toegestaan om op een markt een standplaats te bezetten;i. standwerken: de activiteit waarbij de vergunninghouder publiek om zich heen verzamelt en dat publiek door een aansprekende uiteenzetting probeert over te halen tot de aankoop van een artikel;j. standwerkersplaats: de standplaats die per marktdag ter beschikking wordt gesteld om te standwerken; k. vaste standplaats: de standplaats die voor onbepaalde tijd ter beschikking is gesteld aan een vergunninghouder; l. vergunninghouder: degene aan wie door het college vergunning is verleend voor het innemen van een standplaats; m. verkoopwagen/markavan: een uitklapbare en/of uitschuifbare marktwagen;n. wachtlijst: de lijst van gegadigden voor een vaste standplaats. 

Artikel 2 Plaats, dag en tijd van de markten

  • 1

    Deze verordening is van toepassing op de door het college op grond van artikel 160 eerste lid onder h, van de Gemeentewet ingestelde gewone marktdagen en jaarmarktdagen. (Bijlage 1). 

  • 2

    Het college kan bepalen dat, in verband met door of met toestemming van het college te organiseren evenementen, de markt gedurende een nader te bepalen aantal dagen tijdelijk op een andere locatie binnen de gemeente wordt georganiseerd. In het uitzonderlijke geval dat de markt ten behoeve van een ander evenement dan de kermis in oktober/november wordt verplaatst, wordt hierover vooraf een gemotiveerd besluit genomen. Hiervoor vindt vooraf overleg plaats met de betrokkenen en worden alle betrokken belangen zorgvuldig afgewogen. Er worden concrete afspraken gemaakt met de betrokkenen. 

  • 3

    Het college stelt de vergunninghouders tijdig op de hoogte van een evenement als bedoeld in lid 2 van dit artikel. 

  • 4

    Vergunninghouders die op grond van deze verordening een vergunning hebben en door de in lid 2 van dit artikel genoemde evenementen tijdelijk geen gebruik kunnen maken van hun vaste standplaats, of om dringende redenen zoals genoemd in artikel 6 lid 3 tijdelijk een andere standplaats toegewezen krijgen, kunnen geen aanspraak maken op een vergoeding in welke vorm dan ook. 

Artikel 3 Marktindeling

  • 1

    Het college bepaalt voor de markt:a. het aantal en de verdeling van de standplaatsen; b. de afmetingen van de standplaatsen; c. de opstelling en indeling van de markt; d. welke standplaatsen worden toegewezen als vaste standplaats en welke als standwerkersplaats;e. de locatie waar en de tijdstippen waarop de markt wordt gehouden.

     

  • 2

    Het college kan voor de markt vaststellen: a. een lijst met artikelengroepen of branches; b. een maximumaantal standplaatsen per branche;c. een maximum aantal te plaatsen verkoopwagens/markavans.

     

  • 3

    Het is verboden andere artikelen dan die zijn vermeld op de in lid 2 van dit artikel genoemde lijst op de markt aanwezig te houden, uit te stallen, te koop aan te bieden of te verkopen. 

  • 4

    Het college kan in bijzondere omstandigheden, in afwijking van het bepaalde in dit artikel, tijdelijke maatregelen treffen in het belang van de goede gang van zaken. 

Artikel 4 Nadere regels

Het college is bevoegd nadere regels te stellen betreffende het bepaalde in deze verordening.

Artikel 5 Voorschriften

  • 1

    Het college kan voorschriften verbinden aan een krachtens deze verordening verleende vergunning of ontheffing, ter bescherming van de belangen in verband waarmee de vergunning of ontheffing is vereist.  

  • 2

    Degene aan wie krachtens deze verordening een vergunning of ontheffing is verleend, is verplicht de daaraan verbonden voorschriften in acht te nemen.  

Artikel 6 Standplaatsvergunning

  • 1

    Het is verboden zonder vergunning van het college op het marktterrein een standplaats in te nemen, kramen, tafels en dergelijke te plaatsen of op te slaan of gebruik te maken van verkoopwagens of ander mobiel materiaal. 

  • 2

    Het college kan vergunningen voor vaste standplaatsen, dagplaatsen en standwerkersplaatsen verlenen.  

  • 3

    Het college kan, indien dringende redenen die de markt betreffen dit noodzakelijk maken, aan een vergunninghouder tijdelijk een andere standplaats op de markt toewijzen.  

  • 4

    De vergunning dient duidelijk zichtbaar aan de marktkraam te zijn bevestigd. 

Artikel 7 Inhoud vaste standplaatsvergunning

  • 1

    Een vaste standplaatsvergunning vermeldt in ieder geval: a. de naam en voornamen, de geboortedatum en -plaats, het adres en de woonplaats van de vergunninghouder; b. een duidelijke omschrijving van de toegewezen vaste standplaats met vermelding van het nummer en de afmetingen daarvan;c. de kraam, verkoopwagen of markavan of andere verkoopmaterialen die de vergunninghouder bij het innemen van de standplaats mag gebruiken;d. het soort artikelen dat de vergunninghouder mag verhandelen of de branche waartoe de vergunninghouder behoort;e. de datum waarop aan de vergunninghouder voor het eerst vergunning is verleend en zijn volgnummer op de anciënniteitlijst;f. dat de vergunninghouder zelf zorg draagt voor de inzameling en afvoer van zijn afval en dat hij zijn standplaats schoon oplevert;g. de wijze waarop de vergunninghouder zijn elektriciteit betrekt;h. welke geluidsapparatuur op de standplaats is toegestaan en welke kook-, bak- en verwarmingsapparatuur zijn toegestaan. 

  • 2

    Aan de vergunning wordt een bewijs ter identificatie gehecht.  

Artikel 8 Volgorde toewijzing vaste standplaatsen

Indien voor de toewijzing van een beschikbare vaste standplaats meer aanvragers in aanmerking komen, wordt de standplaats achtereenvolgens toegewezen aan: 1. de vergunninghouder van een vaste standplaats die aan het college schriftelijk de wens te kennen heeft gegeven van standplaats te willen veranderen, in volgorde van plaatsing op de anciënniteitlijst;2. degene die zich op de wachtlijst heeft laten inschrijven, in volgorde van inschrijving op deze lijst, met dien verstande dat aan een branche die nog niet op de markt vertegenwoordigd is voorrang wordt verleend, tenzij de beschikbaar gekomen vaste standplaats een branche betreft, die door het beschikbaar komen dreigt uit te sterven.  

Artikel 9 Overschrijving vaste standplaatsvergunning

  • 1

    In geval van beëindiging van het bedrijf door de vergunninghouder, kan de vastestandplaatsvergunning worden overgeschreven op de echtgenoot, de geregistreerde partner of een andere persoon met wie hij duurzaam samenwoont. 

  • 2

    In geval van overlijden van de vergunninghouder, kan de vastestandplaatsvergunning worden overgeschreven op de echtgenoot, de geregistreerde partner of een andere achterblijvende persoon met wie hij duurzaam samenwoonde. 

  • 3

    Indien de vergunning niet kan worden overgeschreven op grond van het eerste of tweede lid, kan een kind van de vergunninghouder de vergunning voor een vaste standplaats krijgen indien hij ten minste drie jaar onafgebroken in loondienst van het marktbedrijf van de vergunninghouder heeft gewerkt of gedurende eenzelfde periode als mede-eigenaar in dit bedrijf heeft gefunctioneerd. 

  • 4

    Indien de vergunning niet kan worden overgeschreven op grond van het eerste, tweede of derde lid, kan een werknemer van de vergunninghouder de vergunning voor een vaste standplaats krijgen indien hij ten minste drie jaar onafgebroken in het marktbedrijf van de vergunninghouder heeft gewerkt of gedurende eenzelfde periode als mede-eigenaar in dit bedrijf heeft gefunctioneerd. 

  • 5

    Een aanvraag tot overschrijving wordt ingediend binnen twee maanden na het optreden van een van de in lid 1 of 2 van dit artikel genoemde omstandigheden. 

  • 6

    Het college is bevoegd in bijzondere omstandigheden af te wijken van het bepaalde in dit artikel.  

Artikel 10 Persoonlijk innemen standplaats

  • 1

    De vergunninghouder neemt de standplaats die hem is toegewezen persoonlijk in en hij mag de standplaats niet aan een ander afstaan of in gebruik geven. 

  • 2

    De vergunninghouder mag zich op de standplaats doen bijstaan. 

  • 3

    Het is de vergunninghouder verboden zich, behoudens toestemming van de marktmeester, langer dan zestig minuten van zijn standplaats te verwijderen.  

Artikel 11 Aantal keren innemen vaste standplaats

De vergunninghouder van een vaste standplaats neemt ten minste eenmaal per twee weken en tienmaal per dertien weken zijn standplaats op de markt in, dit met inachtneming van het bepaalde in de artikelen 17 en 18.

Artikel 12 Inschrijving op de anciënniteitlijst

  • 1

    Vergunninghouders van vaste standplaatsen worden ingeschreven op een doorlopend genummerde lijst met vermelding van, en in volgorde van, de datum waarop aan hen voor het eerst een vaste standplaats is toegewezen. Bij deze inschrijving wordt tevens vermeld de soort artikelen die de vergunninghouder mag verhandelen of de branche waartoe hij behoort.  

  • 2

    De anciënniteit van een kind of werknemer van de vergunninghouder die te kennen geeft later de standplaats van de vergunninghouder wenst over te nemen, start op het tijdstip dat het kind of de werknemer zich heeft laten inschrijven op de wachtlijst en vanaf dat tijdstip ook daadwerkelijk wekelijks meewerkt op de markt op de standplaats van de vergunninghouder.  

Artikel 13 Inschrijving op de wachtlijst

  • 1

    Het college schrijft de aanvrager op zijn verzoek in op de wachtlijst als aan hem geen vaste standplaats kan worden toegewezen. 

  • 2

    Het college vermeldt bij de inschrijving in ieder geval: a. de naam en voornamen, de geboortedatum en -plaats, het adres en de woonplaats van de aanvrager;b. de datum waarop de aanvraag door hem is ontvangen;c. de soort artikelen die de aanvrager wil verhandelen of de branche waartoe hij behoort; d. de kraam, de verkoopwagen, markavan of andere verkoopmaterialen die de aanvrager wil gebruiken. 

  • 3

    Het college verstrekt de aanvrager een schriftelijk bewijs van inschrijving. 

  • 4

    De inschrijving op de wachtlijst blijft gehandhaafd, indien deze door de ingeschrevene jaarlijks voor 1 januari schriftelijk wordt verlengd.  

  • 5

    De inschrijving op de wachtlijst van een kind of een werknemer van de vergunninghouder uitsluitend met het doel om de vergunninghouder te zijner tijd op te volgen, blijft eveneens gehandhaafd als het kind of de werknemer een vrijgekomen standplaats in dezelfde branche niet aanvaardt.

Artikel 14 Toewijzing dagplaats

  • 1

    Toewijzing van een dagplaats geschiedt door afgifte van een vergunning door het college op het moment dat de standplaats niet als vaste standplaats wordt ingenomen.  

  • 2

    De dagplaats wordt toegewezen overeenkomstig de plaats op de wachtlijst van de gegadigden die zich daarvoor op de dag zelf tussen 7.00 uur en 7.30 uur aanmelden bij de marktmeester, met dien verstande dat aan een branche die nog niet op de markt vertegenwoordigd is, voorrang wordt verleend. 

Artikel 16 Toewijzing standwerkersplaats

  • 1

    Het college wijst een standwerkersplaats toe door middel van loting. 

  • 2

    Het is een ingeschrevene op de wachtlijst niet toegestaan deel te nemen aan de loting voor een standwerkersplaats zolang deze inschrijving niet definitief is vervallen. 

  • 3

    Indien een standwerker zich wil doen bijstaan, meldt hij dit vooraf aan de marktmeester onder vermelding van de naam van degene die hem zal bijstaan. Degene die hem zal bijstaan, mag niet op eigen naam deelnemen aan de loting.  

Artikel 17 Afwezigheid wegens ziekte, vakantie of bijzondere omstandigheden

  • 1

    De vergunninghouder van een vaste standplaats die wegens ziekte, vakantie of bijzondere omstandigheden verhinderd is zijn vaste standplaats in te nemen, deelt dit schriftelijk mee aan het college. Bij vakantie geeft de vergunninghouder aan hoe lang zijn afwezigheid duurt. 

  • 2

    De schriftelijke mededeling wordt tijdig voor de desbetreffende marktdag gedaan. Plotselinge verhindering wordt mondeling of telefonisch aan de marktmeester gemeld, gevolgd door een schriftelijke bevestiging daarvan aan het college.  

Artikel 18 Ontheffing en vervanging

  • 1

    In geval van ziekte, vakantie of bijzondere omstandigheden kan het college op aanvraag van de vergunninghouder van een vaste standplaats hem tijdelijk ontheffing verlenen van de verplichting om ten minste eenmaal per twee weken en tienmaal per dertien weken de standplaats op de markt in te nemen. 

  • 2

    Het college kan op aanvraag van de vergunninghouder hem vergunning verlenen zich op zijn standplaats te laten vervangen door een met name genoemde persoon.  

Artikel 19 Legitimatie en identiteit vergunninghouder

  • 1

    Degene die een standplaats op de markt inneemt of wenst in te nemen, dient op eerste aanvraag van de marktmeester aan te tonen dat hij de vergunninghouder is.  

  • 2

    De vergunninghouder dient bij zijn standplaats duidelijk zichtbaar zijn naam en eventuele bedrijfsnaam aan te geven.  

Hoofdstuk 2 Maatregelen van orde

Artikel 20 Tijdstip innemen standplaats/aan- en afvoer goederen

  • 1

    Degene aan wie een vaste standplaats is toegewezen is geboden deze plaats uiterlijk bezet te hebben op het tijdstip dat is vermeld in het in artikel 2 bedoelde besluit van het college. 

  • 2

    Het is voor vergunninghouders verboden op het marktterrein op andere dagen en tijdstippen dan die door het college zijn aangewezen met een voertuig, goederen of anderszins ruimte in te nemen of goederen aan of af te voeren of te verkopen. 

  • 3

    Het college kan van het aanvangstijdstip voor het oprijden van de weekmarkt ontheffing verlenen. 

  • 4

    Het is verboden voertuigen, waarmee goederen of waren ter markt worden of zijn aangevoerd, tijdens de markt aanwezig te hebben op een andere plaats dan die welke door de marktmeester is aangewezen.  

  • 5

    De vergunninghouder is verplicht zijn standplaats tot de sluitingstijd van de markt te blijven innemen en de koopwaar op zijn kraam uitgestald te houden en ter verkoop aan te bieden. Het college kan hiervan ontheffing verlenen. 

  • 6

    Indien de vergunninghouder zijn vaste standplaats niet uiterlijk op het tijdstip zoals genoemd in het in artikel 2 bedoelde besluit heeft ingenomen, wordt de desbetreffende standplaats voor die dag als dagplaats aangemerkt, tenzij de marktmeester de standplaats op tijdig verzoek van de vergunninghouder voor hem beschikbaar houdt.  

  • 7

    De standplaatshouder dient op het in het in artikel 2 bedoelde tijdstip (Bijlage 1) de markt te hebben ontruimd. 

Artikel 21 Intrekking, wijziging en schorsing

  • 1

    Het college trekt een vaste standplaatsvergunning in:a. op schriftelijk verzoek van de vergunninghouder;b. bij overlijden van de vergunninghouder, tenzij op grond van artikel 9 de vergunning wordt overgeschreven;c. Indien degene op wie een vergunning op grond van artikel 9 is overgeschreven, al vergunning heeft voor een andere vaste standplaats op dezelfde markt, wordt laatstgenoemde vergunning ingetrokken.

     

  • 2

    Het college kan een vaste standplaatsvergunning of ontheffing intrekken, wijzigen of schorsen indien:a. de vergunning- of ontheffinghouder ter verkrijging van de vergunning of ontheffing onjuiste dan wel onvolledige gegevens heeft verstrekt;b. indien niet meer wordt voldaan aan de vereisten voor het verkrijgen van een vergunning of ontheffing;c. het bepaalde bij of krachtens deze verordening of de voorschriften van de vergunning of ontheffing wordt overtreden;d. de vergunning- of ontheffinghouder meer dan eens de regelgeving die betrekking heeft op de te verkopen producten overtreedte. indien de vergunning- of ontheffinghouder wegens ziekte gedurende één jaar zijn standplaats niet heeft kunnen innemen;f. indien de vergunning- of ontheffinghouder, anders als bedoeld onder e, minder dan tien maal per kwartaal zijn standplaats heeft ingenomen;g. indien de vergunning- of ontheffinghouder blijft volharden in het overtreden van de vergunningvoorschriften en/of het bepaalde in de Marktverordening Gorinchem 2007; h. indien de vergunning- of ontheffinghouder niet of niet tijdig het verschuldigde marktgeld voldoet, dat wordt geheven op grond van artikel 229 van de Gemeentewet.

     

  • 3

    Het college kan een vergunninghouder van een dagplaats of een standwerkerplaats van de toewijzing van een dagplaats of standwerkerplaats uitsluiten voor ten hoogste acht marktdagen, gelegen binnen een periode van één jaar na de bekendmaking van het besluit tot uitsluiting, indien de vergunninghouder of een persoon die hem bijstaat:a. het bepaalde bij of krachtens deze verordening overtreedtb. blijft volharden in het overtreden van de vergunningvoorschriftenc. niet als standwerker actief is op een hem toegewezen standwerkersplaats;d. niet of niet tijdig het verschuldigde marktgeld voldoet, dat wordt geheven op grond van artikel 229 van de Gemeentewet.  

Artikel 22 Voertuigen

  • 1

    Het is verboden zich op het marktterrein met een voertuig te bevinden of op het marktterrein een voertuig aanwezig te hebben dan wel het marktterrein zodanig te gebruiken en/of hierop zodanige handelingen te verrichten dat een ongestoorde voortgang van de markt wordt belemmerd. 

  • 2

    Het is verboden om vanaf het tijdstip dat wordt begonnen met de opbouw van de markt een voertuig op het terrein waar markt zal worden gehouden te parkeren.  

  • 3

    Het in het eerste lid gestelde verbod geldt niet ten aanzien van de standplaatshouders voor het aan en afvoeren van goederen of waren op de markt noch voor invalidenwagens, kinderwagens. 

  • 4

    Het college kan van het verbod als bedoeld in 22.1 ontheffing verlenen onder door hen gestelde voorwaarden. 

  • 5

    De gemeentelijke wegsleepverordening is ook van toepassing op het marktterrein. 

Artikel 23 Venten

  • 1

    Het is verboden op het marktterrein tijdens de duur van de markt met goederen, diensten of waren ten verkoop rond te lopen of te rijden. 

  • 2

    Van het bepaalde in het eerste lid kan door het college ontheffing worden verleend. 

Artikel 24 Extreme weersomstandigheden

  • 1

    1. De marktmeester is door het college gemandateerd om besluiten te nemen inzake wijziging van de markttijden dan wel het afgelasten van een markt in geval van extreme weersomstandigheden.

     

Hoofdstuk 3 Maatregelen over het gebruik van de standplaats

Artikel 25 Verzorging standplaats

De vergunninghouder is verplicht: a. er zorg voor te dragen dat zijn standplaats, ter beoordeling van de marktmeester, steeds een goed verzorgd aanzien biedt; b. zijn kraam aan de voorzijde tussen verkoopblad en grond af te schermen; c. van transparante zijzeilen gebruik te maken; d. bij hoek- en kopkramen gebruik te maken van transparante achterzeilen;e. geen waren voor de kraam uit te stallen waardoor de looproute wordt belemmerd.  

Artikel 26 Verlichting en elektrische energie

  • 1

    Het is de standplaatshouder verboden op zijn standplaats a. gebruik te maken van andere dan elektrische verlichting; b. elektriciteit te betrekken van een ander dan degene die door het college voor het leveren daarvan is aangewezen of om hierin zelf te voorzien.  

  • 2

    Het college kan van het in het eerste lid gestelde verbod ontheffing verlenen.  

Artikel 27 Afval

  • 1

    De vergunninghouder aan wie vergunning is verleend om op de standplaats geringe eet- en drinkwaren voor consumptie gereed te maken en te verkopen, plaatst aan de voorzijde van de marktkraam, verkoopwagen of markavan twee afvalbakken of afvalkorven en leegt deze wanneer zij vol zijn.  

  • 2

    De vergunninghouder zamelt tijdens de markt op en rondom zijn standplaats zijn afval, verpakkingsmaterialen en dergelijke zelf in;  

  • 3

    De vergunninghouder levert, alvorens het marktterrein te verlaten zijn standplaats en de onmiddellijke omgeving daarvan, schoon op en neemt het afval mee. Hij overhandigt het college desgevraagd een kopie van het contract en/ of afvalstroomnummer van de afvalinzamelaar of afvalverwerker.  

Artikel 28 Geluidsapparatuur en geluidoverlast

  • 1

    Het is verboden op de standplaats gebruik te maken van luidsprekers, versterkers en andere middelen ter versterking van het geluid. 

  • 2

    Het aanwezig hebben van radio’s, cd-spelers en overige geluidsapparatuur op de standplaats, voor een ander doel dan verkoop daarvan, is verboden.  

  • 3

    Het college kan ontheffing verlenen van de in het eerste en tweede lid gestelde verboden.  

  • 4

    De vergunninghouder dient er voor te zorgen dat de door hem gebruikte apparatuur geen geluidoverlast veroorzaakt. 

Artikel 29 Koken, bakken en verwarmen

  • 1

    Het is de vergunninghouder verboden elektrische verwarmingstoestellen of bak- en kookinstallaties te gebruiken.  

  • 2

    Het college kan van het in het eerste lid gestelde verbod ontheffing verlenen.  

Artikel 30 Enqueteren

  • 1

    Het is verboden zonder vergunning van het college tijdens de markt op het marktterrein te enquêteren.  

  • 2

    Het is verboden tijdens de duur van de markt op het marktterrein met gedrukte of geschreven stukken of afbeeldingen te venten of deze te verspreiden, dan wel godsdienstige, politieke of andere propaganda te voeren. 

Hoofdstuk 4 Strafbepalingen

Artikel 31 Strafbepaling

Overtreding van het bepaalde bij of krachtens deze verordening wordt gestraft met een geldboete van de tweede categorie of hechtenis van ten hoogste drie maanden en kan bovendien worden gestraft met openbaarmaking van de rechterlijke uitspraak.

Artikel 32 Onmiddellijke verwijdering

Onverminderd het bepaalde in artikel 125 van de Gemeentewet kan het college een vergunninghouder gelasten zich onmiddellijk van de markt te verwijderen indien hij:a. het bepaalde bij of krachtens deze verordening of de voorschriften van de vergunning overtreedt;b. niet als standwerker actief is op een hem toegewezen standwerkersplaats.  

Artikel 33 Toezichthouders

Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de marktmeester en de bij besluit van het college aangewezen personen.

Hoofdstuk 5 Slotbepalingen

Artikel 34 Overgangsbepaling

  • 1

    Besluiten van het college die genomen zijn krachtens de Marktverordening Gorinchem 2007 gelden als besluiten genomen krachtens deze verordening. 

  • 2

    De bestaande anciënniteits- en wachtlijsten worden gelijkgesteld met de anciënniteit- en wachtlijsten in de zin van deze verordening. 

  • 3

    Indien voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening een aanvraag om vergunning op grond van de Marktverordening Gorinchem 2007 is ingediend en voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening niet definitief op de aanvraag is beslist, wordt daarop deze verordening toegepast.  

Artikel 35 Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking op een nader door het college te bepalen datum.

Artikel 36 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Marktverordening gemeente Gorinchem 2011.

Aldus vastgesteld door de raad van Gorinchem op 16 december 2010.De voorzitter,                                                                                     De griffier,