Organisatie | Zederik |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Procedureverordening planschadevergoeding 1994 |
Citeertitel | Procedureverordeing Planschadevergoeding 1994 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | ruimtelijke ordening, verkeer en vervoer |
Eigen onderwerp |
Deze regeling is vervangen door de Procedureregeling planschadevergoeding 2005 (in werking treding 2 septem ber 2005).
Voor 1 september 2005 ingediende planschadeclaims worden nog volgens de "Verordening tot regeling van de procedure bij toepassing van artikel 49 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening (Procedureverordening Planschadevergoeding)" worden afgehandeld. Vanaf 2 september 2005 worden ingediende planschadeclaims volgens de Procedureregelingplanschadevergoeding 2005 afgehandeld.
Nadat alle voor 1 september 2005 ingediende verzoeken zijn afgehandeld zal de "Verordening tot regeling van de procedure bij toepassing van artikel 49 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening (Procedureverordening Planschadevergoeding)" worden ingetrokken door de raad.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
19-12-2002 | 13-11-2009 | art. 1,3,4,5,6,7,8,9,10 | 28-10-2002 Het Kontakt, 07-11-2002 | -1.731.2 ZED 204 |
Geconsolideerde tekst van de regeling
Onderwerp:Procedureverordening planschade-vergoeding 1994.
gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 24 november 1993;
gelet op de artikelen 49 en 72 van de wet op de Ruimtelijke Ordening, de gemeentewet en deAlgemene wet bestuursrecht;
vast te stellen de volgende “Verordening tot regeling van de procedure bij toepassing van artikel49 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening (Procedureverordening Planschadevergoeding).
Indien een belanghebbende meent dat het in artikel 49 bepaalde op hem van toepassing is, kan hij voor het bepalen van de in genoemd artikel bedoelde schade en van de vergoeding daarvan bij de gemeenteraad een gemotiveerde aanvraag indienen.
Van de mondelinge uiteenzetting door de aanvrager en/op zijn gemachtigde en door de vertegenwoordiger van de gemeente wordt door de adviseur een kort verslag gemaakt, dat wordt toegezonden aan de aanvrager en de gemeente en vervolgens tezamen met de eventuele schriftelijke reacties als bijlage aan het planschade-advies wordt gevoegd.
De adviseur gaat allereerst na of naar haar mening de aanvrager ten gevolge van het bepaalde in artikel 49, eerste lid, schade lijdt of zal lijden welke redelijkerwijze niet of geheel te zijnen laste behoort te blijven en waarvan de vergoeding niet of niet voldoende door aankoop, onteigening of anderszins is verzekerd. De adviseur vermeldt het resultaat van dit onderzoek met de beweegredenen in haar rapport.