Organisatie | Zederik |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening tot regeling van het openbaar basisonderwijs in de gemeente Zederik 1994 |
Citeertitel | Verordening tot regeling van het openbaar basisonderwijs in de gemeente Zederik 1994 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | onderwijs |
Eigen onderwerp |
Geen.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-1994 | 01-01-2021 | nieuwe regeling | 20-12-1993 Het Kontakt, 30-12-1993 | -1.851 ZED/1119 |
Geconsolideerde tekst van de regelingOnderwerp:Verordening tot regeling vanhet openbaar basisonderwijs.De Raad der gemeente Zederik;gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 24 november 1993;gelet op de Algemene wet bestuursrecht;b e s l u i t:vast te stellen de volgende: Verordening tot regeling van het openbaar basisonderwijs in degemeente Zederik.
Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen.
Deze verordening is van toepassing op alle gemeentelijke scholen voor basisonderwijs in de zinvan de Wet op het basisonderwijs.
Deze verordening verstaat onder:- School: een school als bedoeld in artikel 1;- Schoolwerkplan: het schoolwerkplan als bedoeld in artikel 11 van de Wet op het basisonderwijs;- Activiteitenplan: het activiteitenplan als bedoeld in artikel 11 van de Wet op het basisonderwijs;- Ouders: ouders, voogden of verzorgers;- Directeur: de directeur(en) als bedoeld in artikel 14 van de Wet op het basisonderwijs;- Leraar: de leraar als bedoeld in de artikelen 15 en 16 van de Wet op het basisonderwijs;- Rijksinspectie: de inspectie als bedoeld in artikel 5 van de Wet op het basisonderwijs;- Directeurconvent: vergadering tussen het bevoegd gezag en de gezamenlijke directeuren van de openbare scholen voor basisonderwijs;- Teamvergadering: de vergadering van de directie van een school met de leraren;- Schooljaar: periode van 1 augustus tot en met 31 juli daaropvolgend;- Burgemeester en wethouders: burgemeester en wethouders van Zederik;- Bevoegd gezag: het college van burgemeester en wethouders, voor zover de raad niet anders bepaalt en, indien de raad dit wenselijk oordeelt;- Basisonderwijs: het onderwijs als bedoeld in hoofdstuk 1 van de Wet op het basisonderwijs;- De wet: de Wet op het basisonderwijs (Stb. 1984, 2).
De directeur van een school draagt er zorg voor dat een overzichtelijke administratie van deinschrijving, de afschrijving en het verzuim van de leerlingen op de school beschikbaar isalsmede van de gegevens van de leerlingen en hun ouders die noodzakelijk zijn voor devaststelling van de formatie ingevolge het formatiebesluit WBO.
Hoofdstuk 6 Overblijven leerlingen.
Wanneer opvang op basis van vrijwilligheid niet mogelijk is, stellen burgemeester enwethouders leerlingen in de gelegenheid onder toezicht de middagpauze in hetschoolgebouw en op het terrein door te brengen, waarbij de kosten voor rekening van deouders komen. Burgemeester en wethouders stellen de schooldirectie op de hoogte van deregeling.
De verdeling van de werkzaamheden, die aan de school moeten worden verricht, onder dedirecteur en de leraren vindt in onderling overleg tussen hen plaats. Indien dit overleg niet totovereenstemming leidt, besluit het bevoegd gezag betrokkenen gehoord. Deze verdelingwordt opgenomen in het activiteitenplan.
De leraar draagt zorg, dat hij in onderling overleg met de andere leraren van zijn school ondereigen verantwoordelijkheid zijn onderwijs zodanig inricht, dat met de individuele aanleg van zijnleerlingen zoveel mogelijk rekening wordt gehouden.
Het is de leraar niet geoorloofd van hetgeen hem door de schoolarts, schoolpsycholo(o)g(e) enandere medische-, paramedische-, en andere schoolbegeleid(st)ers in vertrouwen ismedegedeeld, aan derden kennis te geven, tenzij hiertegen geen bezwaar wordt gemaakt zoweldoor degene die de inlichtingen heeft verstrekt als door de ouders van de leerling, op wie deinlichtingen betrekking hebben. Onder de in de eerste volzin bedoelde derden worden nietverstaan de schooldirectie of andere leerkracht voor wie de informatie van belang is.
Voor zover een en ander de hem toevertrouwde groep(en), eventueel klas, aangaat, is deleraar verantwoordelijk voor de goede gang van het onderwijs, voor de naleving van hetgoedgekeurde schoolwerkplan en het daarbij behorende activiteitenplan en voor de juisteuitvoering van de werkzaamheden, voortvloeiende uit de bepalingen van wetten, algemenemaatregelen van bestuur en ver- ordeningen en uit de opdrachten van of vanwege hetbevoegd gezag en van de teamvergaderingen. Hij is gebonden aanwijzingen van de directeurop te volgen.
Indien over het in het eerste lid genoemde een geschil ontstaat dat niet door overleg kanworden opgelost heeft de leerkracht recht op beroep bij het bevoegd gezag. Het beroep moetbinnen 30 vrije dagen schriftelijk worden ingediend. Een afschrift van het beroepschrift dienttegelijkertijd te worden gezonden naar de andere partij.
De leraar is tenminste een kwartier voor de aanvang van iedere schooltijd in de school aanwezigen treft de nodige voorzieningen, opdat zijn onderwijs tijdig kan aanvangen en voortgang hebben.Als regel is de leraar, los van reguliere overlegstructuren, na iedere schooltijd nog een kwartier inde school aanwezig. Voor zijn vertrek overtuigt hij zich dat al zijn leerlingen het schoolgebouwhebben verlaten, dan wel of zij zich voor het ontvangen van onderwijs of voor andere tot deschool behorende activiteiten onder het toezicht van anderen bevinden.
De leraar is gehouden die maatregelen te treffen, die een normale hervatting van de lessen naiedere vakantie waarborgen.
Met uitzondering voor het begeleiden van leerlingen naar en van gymnastieklokalen, zwembadenen op excursies verlaat onder schooltijd geen van de leraren de school.Mocht dit om dringende redenen noodzakelijk zijn, dan stelt de leraar de directeur direct op dehoogte.
Er wordt in overleg met de gemeentelijke brandweer binnen 12 weken na vaststelling van dezeverordening een plan opgesteld op welke wijze in geval van brand dient te worden gehandeld.
De leraar is verplicht regelmatig zo goed mogelijk te controleren of de te gebruiken leermiddelenen toestellen in zodanige staat verkeren dat het normaal gebruik ervan overeenkomstig debeoogde doelstelling mogelijk is.
In de school wordt niet gerookt. Een uitzondering kan gemaakt worden voor ruimten die niet voorgemeenschappelijk of publiek gebruik bestemd zijn.
Bij afwezigheid van de directeur wordt zijn directietaak waargenomen door de adjunctdirecteur.Bij afwezigheid van de adjunct-directeur wordt diens directietaak waargenomendoor de directeur.Wanneer aan een school geen adjunct-directeur is verbonden, wordt bij afwezigheidvan de directeur zijn directietaak waargenomen door de plaatsvervangend directeur.
De directeur verricht onder meer de volgende taken c.q. is verantwoordelijk voor:
het bevoegd gezag adviseren terzake van het personeelsbeleid op de school en hetmedewerken aan de uitvoering daarvan met inachtneming van de vastgelegde regels vanhet bevoegd gezag, waaronder in ieder geval begrepen het adviseren bij de aanstellingvan leraren, het doen van voorstellen inzake de benoeming in vaste dienst van leraren enhet doen van mededelingen wie er aan de promotiecriteria heeft voldaan;
het binnen de gestelde termijnen kennis geven aan burgemeester en wethouders van dein- en afschrijving van leerlingen op wie de Leerplichtwet 1969 van toepassing is en vande vereiste inlichtingen (artikel 18 Leerplichtwet 1969), alsmede van verzuim zondergeldige redenen (artikel 21 Leerplichtwet 1969);
bij inschrijving van een leerling afkomstig van een andere school het doen van demededeling van die inschrijving aan de directeur van de school die verlaten werd en hetuitschrijven van een leerling na ontvangst van de mededeling van inschrijving op eenandere school (artikel 6 Bekostigingsbesluit *WBO/OWBO);
De directeur is verantwoordelijk voor de goede gang van zaken van het onderwijs, voor denaleving van het goedgekeurde schoolwerkplan, het activiteitenplan en voor de juisteuitvoering van de werkzaamheden, voortvloeiende uit de bepalingen van wetten, algemenemaatregelen van bestuur, verordeningen en uit de opdrachten van of vanwege het bevoegdgezag en besluiten van de teamvergadering.
De directeur stelt na overleg met leraren en onderwijsondersteunend personeel een planvast, waarin wordt geregeld op welke wijze het schoolgebouw ordelijk en in de kortstmogelijke tijd kan worden ontruimd in geval van brand of andere calamiteiten. Bij wijzigingvan bestaande situatie wordt het plan opnieuw vastgesteld
Indien er in het kader van een sollicitatie over een directeur, een leraar of een lid van hetonderwijsondersteunend personeel door derden inlichtingen worden gevraagd aan hetbevoegd gezag of, bij leraren of onderwijsondersteunend personeel, aan de directeur, danworden deze inlichtingen slechts versterkt na voorafgaande toestemming van betrokkene.
Hoofdstuk 15 Slot- en overgangsbepalingen
In gevallen, waarin bij deze verordening niet is voorzien, beslist het bevoegd gezag.De betrokkenen worden zo mogelijk vooraf maar in ieder geval achteraf op de hoogte gesteld.
Deze verordening kan worden aangehaald als “verordening tot regeling van het openbaarbasisonderwijs in de gemeente Zederik 1994”.