Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid

Vervangingsregeling directeur Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieOmgevingsdienst Zuid-Holland Zuid
OrganisatietypeRegionaal samenwerkingsorgaan
Officiële naam regelingVervangingsregeling directeur Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid
CiteertitelVervangingsregeling directeur Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid
Vastgesteld doordagelijks bestuur
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

artikel 57b van de Wet gemeenschappelijke regelingen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

15-06-201922-02-2020Vervangen van een bestaande regeling

13-06-2019

bgr-2019-524

Tekst van de regeling

Intitulé

Vervangingsregeling directeur Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid

 

Besluit van het dagelijks bestuur van de Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid houdende de vaststelling van de vervanging en waarneming van de directeur van de organisatie van de Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid

 

Het dagelijks bestuur van de Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid,

 

Gelet op

artikel 23 van de Gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid;

 

Besluit

 

de Vervangingsregeling directeur Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid als volgt vast te stellen.

 

Artikel 1 Begripsbepalingen

 

In deze verordening wordt verstaan onder:

a. adjunct-directeur: de adjunct-directeur als bedoeld in de organisatieregeling;

b. algemeen bestuur: het algemeen bestuur van de Omgevingsdienst;

c. dagelijks bestuur: het dagelijks bestuur van de Omgevingsdienst;

d. directeur: de directeur van de Omgevingsdienst, bedoeld in artikel 23 van de regeling;

e. Omgevingsdienst: de Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid, bedoeld in artikel 2 van de regeling;

f. organisatieregeling: de Regeling ambtelijke organisatie Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid;

g. regeling: de Gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid;

h. voorzitter: de voorzitter, bedoeld in artikel 21 van de regeling.

 

Artikel 2 Algemeen

 

1. Plaatsvervanging, zoals geregeld in deze vervangingsregeling, is bedoeld voor perioden van kortdurende afwezigheid als gevolg van verlof of anderszins voorziene afwezigheid, ziekte dan wel onvoorziene omstandigheden.

2. Waarneming, zoals geregeld in deze vervangingsregeling, is bedoeld voor perioden van afwezigheid die aaneengesloten langer dan tweeënveertig kalenderdagen duren, of naar verwachting zullen duren.

 

Artikel 3 Plaatsvervanging directeur

 

1. De directeur wordt bij afwezigheid van meer dan twee opeenvolgende werkdagen vervangen door de adjunct-directeur.

2. In afwijking van het eerste lid kan plaatsvervanging plaatsvinden in geval van een spoedeisende aangelegenheid. Onder spoedeisende gelegenheid wordt in elk geval het toepassen van spoedeisende bestuursdwang begrepen overeenkomstig het bepaalde in een mandaatbesluit van een deelnemer in de regeling. De directeur maakt hierover nadere afspraken met de plaatsvervanger.

3. De bepalingen in de organisatieregeling over onderlinge vervanging van het management zijn op deze plaatsvervanging niet van toepassing.

 

Artikel 4 Bevoegdheden en instructies

 

1. De plaatsvervanger is bevoegd de taken en verantwoordelijkheden van de directeur uit te oefenen bij diens afwezigheid.

2. De directeur kan instructies stellen aan de uitoefening van diens taken en verantwoordelijkheden door de plaatsvervanger. De instructies worden schriftelijk vastgelegd.

3. Indien een bevoegdheid is uitgeoefend door de plaatsvervanger, dient dit in de ondertekening tot uitdrukking te worden gebracht door de gebruikmaking van de woorden ‘plaatsvervangend directeur’, gevolgd door de eigen naam.

4. Het Besluit nadere regels ten aanzien van taak en bevoegdheid directeur Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid is van toepassing op de plaatsvervanger van de directeur.

 

Artikel 5 Aanwezigheid

 

De directeur draagt er zoveel mogelijk zorg voor dat bij diens afwezigheid de plaatsvervanger aanwezig is.

 

Artikel 6 Waarneming

 

1. In geval de afwezigheid van de directeur langer dan tweeënveertig kalenderdagen duurt, of naar verwachting zal duren, kan het dagelijks bestuur, in afwijking van artikel 3, opdracht geven de functie van directeur waar te nemen. De waarneming kan aan een ander dan de in artikel 3 genoemde functionaris worden opgedragen.

2. Indien een bevoegdheid is uitgeoefend door een waarnemer, dient dit in de ondertekening tot uitdrukking te worden gebracht door de gebruikmaking van de woorden ‘waarnemend directeur’, gevolgd door de eigen naam.

3. Het Besluit nadere regels ten aanzien van taak en bevoegdheid directeur Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid is van toepassing op de waarnemer van de directeur.

 

Artikel 7 Vergoeding

 

Voor het plaatsvervangerschap wordt geen financiële vergoeding toegekend. Inzake de financiële vergoeding voor de waarneming van de functie gelden de voor het personeel van de Omgevingsdienst toepasselijke rechtspositieregelingen.

 

Artikel 8 Onvoorzien

 

In gevallen waarin deze regeling niet voorziet beslist de voorzitter en treft deze zo nodig maatregelen.

 

Artikel 9 Citeertitel

 

Deze regeling wordt aangehaald als: Vervangingsregeling directeur Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid.

 

Artikel 10 Bekendmaking en inwerkingtreding

 

1. De Vervangingsregeling directeur Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid van 8 juli 2016 (publicatieblad gemeenschappelijke regeling van 11 juli 2016, nr. 331) wordt ingetrokken met ingang van de dag waarop deze regeling in werking treedt.

2. Deze regeling wordt bekendgemaakt in het publicatieblad van de gemeenschappelijke regeling en treedt in werking op de dag volgend op de dag van bekendmaking.

 

Aldus vastgesteld in de vergadering van het dagelijks bestuur van de Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid van 13 juni 2019.

 

De directeur,

mr. R. Visser

 

De plaatsvervangend voorzitter,

H. van der Linden