Organisatie | Zandvoort |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Besluit aanwijzen vuurwerkvrije zones ex artikel 2:73, eerste lid APV |
Citeertitel | Aanwijsbesluit vuurwerkvrije zones |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | openbare orde en veiligheid |
Eigen onderwerp | Aanwijsbesluit Vuurwerkvrije zones |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
08-06-2019 | Nieuwe regeling | 21-05-2019 | 2019/68340 |
Het college van de gemeente Zandvoort;
Gelet op het bepaalde in artikel 2:73, eerste lid, van de Algemene plaatselijke verordening Zandvoort 2017 (hierna APV);
Overwegende dat artikel 2:73, eerste lid, van de APV bepaalt dat het verboden is vuurwerk op een door het college in het belang van de voorkoming van gevaar, schade of overlast aangewezen plaats te bezigen.
Dat het in het belang en ter voorkoming, van overlast wenselijk is plaatsen aan te wijzen waar het verboden is vuurwerk tot ontbranding te brengen;
De organisator van de onder lid 2 a, ben c bedoelde evenementen tevens uiterlijk twee weken voordat het vuurwerk tot ontbranding wordt gebracht een kopie van de goedgekeurde melding/of ontbrandingstoestemming van de Omgevingsdienst naar de gemeente t.a.v. burgemeester heeft gestuurd. Dit onder vermelding van de datum en het tijdstip waarop de ontbranding van het vuurwerk zal plaatsvinden.
Indien het vuurwerk niet bij een evenement in de zin van artikel 2:25 van de APV tot ontbranding wordt gebracht geldt het verbod niet indien:
het onder c bedoelde bedrijf een kopie van de goedgekeurde melding of ontbrandingstoestemming van de Omgevingsdienst stuurt naar de gemeente Zandvoort t.a.v. de burgemeester. Dit gebeurt uiterlijk twee weken voor dat het vuurwerk tot ontbranding wordt gebracht. Bij de kopie van de melding is tevens de datum en het tijdstip waarop de ontbranding van het vuurwerk zal plaatsvinden gevoegd.
Het vuurwerk wordt indien sprake is van de in de leden 2 en 3 bedoelde gevallen, niet tot ontbranding gebracht in de directe omgeving (een straal van 250 meter zoals aangegeven op bijgevoegde kaarten) van verpleeg- en of verzorghuizen, begraafplaatsen en inrichtingen waar dieren worden verzorgd en opgevangen.