Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Belastingsamenwerking Gouwe-Rijnland

Verordening van het algemeen bestuur van de gemeenschappelijke regeling Belastingsamenwerking Gouwe-Rijnland houdende regels omtrent financiële bijdragen deelnemers BSGR Verordening vaststelling financiële bijdragen deelnemers BSGR 2016

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieBelastingsamenwerking Gouwe-Rijnland
OrganisatietypeRegionaal samenwerkingsorgaan
Officiële naam regelingVerordening van het algemeen bestuur van de gemeenschappelijke regeling Belastingsamenwerking Gouwe-Rijnland houdende regels omtrent financiële bijdragen deelnemers BSGR Verordening vaststelling financiële bijdragen deelnemers BSGR 2016
CiteertitelVerordening vaststelling financiële bijdragen deelnemers BSGR 2016
Vastgesteld dooralgemeen bestuur
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling bevat de vroegst mogelijke datum van inwerkingtreding.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

27-04-2019nieuwe regeling

01-12-2016

bgr-2019-424

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening van het algemeen bestuur van de gemeenschappelijke regeling Belastingsamenwerking Gouwe-Rijnland houdende regels omtrent financiële bijdragen deelnemers BSGR Verordening vaststelling financiële bijdragen deelnemers BSGR 2016

Het algemeen bestuur van de Belastingsamenwerking Gouwe-Rijnland;

 

Gelet op artikel 32, lid 2 van de Gemeenschappelijke regeling Belastingsamenwerking Gouwe-Rijnland;

 

Besluit

 

Vast te stellen de:

 

Verordening financiële bijdragen deelnemers Belastingsamenwerking Gouwe-Rijnland 2016

 

Hoofdstuk 1: Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsbepalingen

  • a.

    Regeling: De Gemeenschappelijke Regeling Belastingsamenwerking Gouwe-Rijnland;

  • b.

    Samenwerkingsverband: het Openbaar Lichaam Belastingsamenwerking Gouwe-Rijnland;

  • c.

    Deelnemer: de aan de regeling deelnemende gemeenten en het hoogheemraadschap;

  • d.

    Kostprijscalculatiemodel: het door het algemeen bestuur van het Samenwerkingsverband in de vergadering van 16 juni 2016 vastgestelde model ten behoeve van de berekening van de bijdrage van de deelnemers;

  • e.

    Voorlopige bijdrage: het bedrag dat een deelnemer krachtens de begroting voor een boekjaar aan het Samenwerkingsverband is verschuldigd;

  • f.

    Definitieve bijdrage: het bedrag dat een deelnemer over het betreffende boekjaar daadwerkelijk is verschuldigd.

Artikel 2 Doel

Deze verordening regelt de grondslag en de wijze van berekening van de door de deelnemers per boekjaar verschuldigde financiële bijdrage aan het Samenwerkingsverband.

Artikel 3 Grondslag voor bijdrage

  • 1.

    Met ingang van 1 januari 2018 is iedere deelnemer jaarlijks een bijdrage verschuldigd in de kosten van het Samenwerkingsverband op basis van het kostprijscalculatiemodel gekoppeld aan de door de deelnemer afgenomen soorten en hoeveelheid producten van het Samenwerkingsverband.

  • 2.

    Over het boekjaar 2018 wordt een gemitigeerde vorm van de doorrekening van het kostprijscalculatiemodel als grondslag voor de deelnemersbijdragen gehanteerd. De deelnemers die als gevolg van de invoering van het kostprijscalculatiemodel een hogere bijdrage verschuldigd zijn ten opzichte van de bijdrage over 2017 worden door de deelnemers die als gevolg van de invoering van het kostprijscalculatiemodel een lagere bijdrage verschuldigd zijn ten opzichte van de bijdrage over 2017 voor 50% van het nadelige verschil eenmalig gecompenseerd.

  • 3.

    Met ingang van 1 januari 2019 wordt de deelnemersbijdrage volledig gebaseerd op doorrekening op basis van het kostprijscalculatiemodel.

Artikel 4 Vaststelling voorlopige bijdrage

  • 1.

    Het dagelijks bestuur van het Samenwerkingsverband zendt vóór 15 april van het jaar voorafgaande aan dat waarvoor de begroting dient de algemene financiële en beleidsmatige kaders en de voorlopige jaarrekening aan de vertegenwoordigende organen van de deelnemers (artikel 31, lid 1, van de regeling).

  • 2.

    In de begroting wordt de door elke deelnemer voor het jaar waarop de begroting betrekking heeft voorlopige bijdrage (artikel 32, lid 1, van de regeling) aangegeven. De voorlopige bijdrage is gebaseerd op de doorrekening van het kostprijscalculatiemodel op basis van de vastgestelde jaarrekening van het boekjaar uiterlijk drie jaar voorafgaand aan het begrotingsjaar. Eventuele indexaties, taakstellingen en andere voor het Samenwerkingsverband geldende financiële kaders worden in de voorlopige bijdrage van de deelnemers verwerkt.

  • 3.

    Indien op grond van het vorige lid voor een deelnemer nog geen voorlopige bijdrage kan worden bepaald, dan wordt als voorlopige bijdrage uitgegaan van het bedrag dat met die deelnemer is afgesproken voor het afnemen van de door het Samenwerkingsverband te leveren diensten.

Artikel 5 Vaststelling definitieve bijdrage

  • 1.

    Het algemeen bestuur onderzoekt de jaarrekening over het afgelopen jaar en stelt haar met ten minste drie vierde meerderheid van stemmen vast waarna het dagelijks bestuur mededeling doet aan de vertegenwoordigende organen van de deelnemers als bedoeld in artikel 33 lid 3 en lid 5 van de regeling

  • 2.

    De definitieve bijdrage van de deelnemers wordt vastgesteld op basis van doorrekening van de vastgestelde jaarrekening van het betreffende boekjaar in het kostprijscalculatiemodel.

  • 3.

    De definitieve bijdrage van de deelnemers bestaat uit een drietal componenten:

    • a.

      een bedrag op basis van het aantal van het Samenwerkingsverband afgenomen producten vermenigvuldigd met de daarvoor geldende prij(s)zen;

    • b.

      een bedrag, zijnde de aan de deelnemer toekomende invorderingsopbrengsten

    • c.

      een bedrag uit de verdeling van het exploitatiesaldo.

  • 4.

    Het aan een deelnemer toekomende bedrag uit de verdeling van het exploitatiesaldo is gebaseerd op de relatieve deelnemersbijdrage. De relatieve deelnemersbijdrage is het bedrag zoals vermeld onder artikel 5, lid 3, sub a, minus het bedrag vermeld onder artikel 5, lid 3, sub b.

Artikel 6 Regeling voor onvoorziene gevallen

In gevallen waarin deze regeling niet voorziet, beslist het algemeen bestuur conform de geest van het Reglement en deze verordening.

Artikel 7 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt, na bekendmaking, in werking op 1 januari 2017.

Artikel 8 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als ‘Verordening vaststelling financiële bijdragen deelnemers BSGR 2016’.

Vastgesteld in de vergadering van het algemeen bestuur van 1 december 2016.

De directeur,

Mevrouw drs. E.T.M. van Kesteren

de voorzitter,

de heer mr. E.P. Beimers