Organisatie | Hoorn |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Ontzeggingenbeleid Hoorn 2019 |
Citeertitel | Ontzeggingenbeleid Hoorn 2019 |
Vastgesteld door | burgemeester |
Onderwerp | openbare orde en veiligheid |
Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
26-04-2019 | nieuwe regeling | 16-04-2019 | 1652503 |
Gelezen het voorstel van Juridisch Administratief VVH
- Ontzeggingenbeleid Hoorn 2019
dat in artikel 2.76 A APV is opgenomen dat het degenen aan wie dit door of namens de burgemeester in het belang van de openbare orde of zedelijkheid is bekendgemaakt, verboden is zich anders dan in een middel van openbaar vervoer te bevinden op of aan door de burgemeester aangewezen wegen en plaatsen gedurende de uren daarbij genoemd. Dit verbod geldt gedurende de in de bekendmaking genoemde periode van ten hoogste twaalf weken.
dat wanneer een gemeente in de APV heeft geregeld dat de burgemeester bij overlastgevende verstoringen van de openbare orde aan de betrokkene een verblijfsontzegging kan opleggen, deze regeling dient te worden toegepast en artikel 172 lid a of 172 lid b Gemeentewet dan niet (ook) een grondslag kan bieden voor het opleggen van een verblijfsontzegging.
dat de mogelijkheid om ook buiten het horecagebied een verblijfsontzegging op te leggen optreden tegen verstoringen in heel Hoorn effectiever maakt. Te denken valt aan bijv. overlastgevende jongeren (buiten het horecagebied) die de openbare orde verstoren en door het opleggen van een verblijfsontzegging het verblijf voor een bepaald gebied ontzegd kan worden.
Overtreding van de feiten uit deze beleidsregel maakt direct optreden noodzakelijk. In de beschikkingen tot het opleggen van een verblijfsontzegging wordt geen begunstigingstermijn opgenomen. De spoedeisendheid verzet zich tegen het opnemen van een dergelijke termijn. Bij verstoring van de openbare orde is direct optreden noodzakelijk en gerechtvaardigd. De negatieve impact van deze verstoringen op de leefomgeving- samenleving is groot.
Onder horecagebied wordt verstaan: de Hoge Vest, Breed, Veemarkt en alle zich daarin gelegen straten en stegen. Vismarkt, Appelhaven, Wijde Brugsteeg, Schoolstraat, Breestraat, Kerkplein, Nieuwstraat (tot en met de kruising Wisselstraat), Lange Kerkstraat, Grote Noord (gedeelte vanaf de kruising Lange Kerkstraat en Grote Noord tot Roode Steen), Roode Steen, Proostensteeg, West (gedeelte vanaf de kruising Botterstraat/ West tot de Roode Steen), Botterstraat, Vijzelstraat en alle zich daarin gelegen straten en stegen.
Politie en de boa’s verbaliseren altijd voor het gepleegde feit. De processen-verbaal voor de feiten uit de feitentabel liggen ten grondslag aan de verblijfsontzegging omdat hieruit kan worden geconcludeerd dat de openbare orde of zedelijkheid in het betreffende gebied in het geding is door de aanwezigheid van de pleger.
Bij constatering van een gepleegd feit wordt de pleger direct in de gelegenheid gesteld zich te doen horen. Dit wordt bij schriftelijke verklaring vastgelegd.
Indien de zienswijze geen aanleiding geeft tot het afzien van het opleggen van een verblijfsontzegging wordt deze opgemaakt. Een exemplaar wordt aan de pleger uitgereikt.
Persoonlijke omstandigheden (zoals wonen, werken, bezoek huisarts, advocaat of hulpverleningsinstantie) worden als beperking van de verblijfsontzegging op de ontzegging aangegeven.
Bij oplegging van een verblijfsontzegging tijdens een nog van kracht zijnde ontzegging, gaat deze in op de datum dat de eerder opgelegde ontzegging is afgelopen.
Een (digitaal) afschrift van de in mandaat opgelegde verblijfsontzegging wordt direct verstrekt aan de burgemeester van Hoorn.
De politie en boa’s houden toezicht op de naleving van de opgelegde gebiedsontzeggingen. Ook kunnen buitengewoon opsporingsambtenaren in dienst van de gemeente Hoorn toezien op de naleving.
Het is niet doorslaggevend of de feiten op straat plaatsvinden, maar er moet wel een aantoonbare relatie met openbare orde of zedelijkheid zijn. Ook strafbare feiten die zich afspelen in een voor publiek toegankelijke inrichting kunnen de basis zijn voor een verblijfsontzegging, indien ze aan alle bovengenoemde voorwaarden voldoen. Zo zullen bijvoorbeeld bedreigingen in een winkel wel degelijk relevant zijn voor de openbare orde of zedelijkheid en ten grondslag kunnen liggen aan een verblijfsontzegging.
De verblijfsontzeggingen worden direct opgelegd nadat de pleger geverbaliseerd is voor het gepleegde feit.
Bij samenloop van feiten wordt geverbaliseerd voor het zwaarste feit welke tevens ten grondslag ligt aan de op te leggen verblijfsontzegging.
Het besluit met kenmerk 1340514 wordt ingetrokken op het moment van inwerkingtreding van deze beleidsregel.
De burgemeester mandateert de uitoefening van zijn bevoegdheid tot het opleggen en uitreiken van gebiedsontzeggingen aan:
In geval van uitsluitend het aanwezig hebben van een middel als bedoeld in artikel 2 of 3 Opiumwet wordt een verblijfsontzegging opgelegd indien de aangetroffen hoeveelheid meer is dan die waarbij volgens de daarvoor geldende richtlijn politiesepot wordt toegepast.
Duur van de verblijfsontzegging