Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Nijkerk

Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Nijkerk houdende regels omtrent maatschappelijke ondersteuning Regeling maatschappelijke ondersteuning 2019

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieNijkerk
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBesluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Nijkerk houdende regels omtrent maatschappelijke ondersteuning Regeling maatschappelijke ondersteuning 2019
CiteertitelRegeling maatschappelijke ondersteuning 2019
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpalgemeen
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervangt de Regeling maatschappelijke ondersteuning 2018.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

http://decentrale.regelgeving.overheid.nl/cvdr/xhtmloutput/Historie/Nijkerk/CVDR621247/CVDR621247_1.html

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

23-02-2019nieuwe regeling

11-12-2018

gmb-2019-63519

5282

Tekst van de regeling

Intitulé

Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Nijkerk houdende regels omtrent maatschappelijke ondersteuning Regeling maatschappelijke ondersteuning 2019

[Deze bekendmaking is slechts een tekstplaatsing. De oorspronkelijke bekendmaking is op 22 februari 2019 beschikbaar via Gemeenteblad 2019, 42603.]

 

Burgemeester en wethouders van de gemeente Nijkerk;

 

gelet op de artikelen 9 lid 6, 11, 12 en 13 lid 2 van de Verordening maatschappelijke ondersteuning 2019;

 

b e s l u i t : vast te stellen de Regeling maatschappelijke ondersteuning 2019

 

 

Paragraaf 1. Dienstverlening en ondersteuning, verstrekkingen

Artikel 1.1 Algemeen

  • 1.

    De hoogte van het pgb wordt vastgesteld op basis van de in deze paragraaf vermelde tarieven en voorts met inachtneming van het volgende:

    • a.

      het pgb stelt de cliënt in staat toereikende ondersteuning in te kopen, voor zover diensten bij een professionele hulpverlener worden ingekocht met inachtneming van het passende bruto cao-loon;

    • b.

      de hoogte van een pgb is begrensd op de kostprijs van de in de betreffende situatie goedkoopst adequate door het college ingekochte maatwerkvoorziening in natura of de offerte, bij ontbreken van een gemeentelijk contract;

  • 2.

    Indien de gemeente een onderhoudscontract met een voorkeursleverancier heeft voor de levering van onderhoud en reparatie, worden de bedragen uit het betreffende onderhoudscontract voor de levering van onderhoud en reparatie bij de kostprijs opgeteld en als zodanig in het pgb opgenomen.

Artikel 1.2 Hulp bij het huishouden

  • 1.

    Bij de toekenning van een pgb voor hulp bij het huishouden wordt onderscheid gemaakt in de niveaus HH1 en HH2.

  • 2.

    De indicatie voor hulp bij het huishouden en de hoogte van het pgb wordt vastgesteld met inachtneming van de daartoe vastgestelde beleidsregels.

  • 3.

    De kostprijs van de door het college ingekochte maatwerkvoorziening hulp bij het huishouden bedraagt per 1 januari 2019 € 25,80 per uur voor zowel HH1 als HH2.

  • 4.

    Het tarief voor hulp bij het huishouden in de vorm van een pgb wordt op basis van de daartoe in de verordening maatschappelijke ondersteuning 2019, artikel 12, opgenomen regels bepaald.

Artikel 1.3 Begeleiding, dagbesteding, verblijf- en respijtzorg

  • 1.

    Bij de toekenning van een pgb voor begeleiding, dagbesteding, verblijf- en respijtzorg wordt onderscheid gemaakt in:

    • individuele begeleiding regulier of specialistisch en

    • dagbesteding of dagbesteding + of voor

    • kortdurend verblijf, in het kader van respijtzorg of als time-out-voorziening

  • 2.

    De indicatie voor begeleiding, dagbesteding, verblijf- en respijtzorg en de hoogte van het pgb wordt vastgesteld met inachtneming van de daartoe vastgestelde beleidsregels.

  • 3.

    De kostprijs van de door het college ingekochte maatwerkvoorzieningen bedraagt voor

    • individuele begeleiding regulier: € 52,19 per klantcontactuur

    • individuele begeleiding specialistisch: € 64,09 per klantcontactuur

    • dagbesteding: € 29,04 per dagdeel van vier uur voor arbeidsmatige dagbesteding en drie uur en vijftien minuten voor ‘overige dagbesteding’

    • dagbesteding + (specialistisch): € 32,69 per dagdeel van vier uur voor arbeidsmatige dagbesteding en drie uur en vijftien minuten voor ‘overige dagbesteding’

    • kortdurend verblijf in het kader van respijtzorg of als time-out-voorziening: € 146,42 per 24 uur

  • 4.

    Het tarief voor begeleiding, dagbesteding, verblijf- en respijtzorg in de vorm van een pgb wordt op basis van de daartoe in artikel 12 van de Verordening maatschappelijke ondersteuning 2019 opgenomen regels bepaald.

Artikel 1.4 Overige dienstverlening en ondersteuning

Het pgb voor overige maatwerkvoorzieningen bedraagt 100% van de kostprijs van de betreffende voorziening in natura, tenzij de aanvrager aantoont dat een hoger budget noodzakelijk is voor het inkopen van kwalitatief goede ondersteuning.

Artikel 1.5 Berekening pgb voor roerende voorzieningen

Het pgb voor een roerende voorziening wordt vastgesteld met toepassing van het volgende rekenschema:

 

Onderdeel van de berekening

 

 

Opmerkingen

Kostprijs voorziening

 

Inclusief accessoires

(Resterende) technische levensduur

7 jaar

84 perioden

Zie opgave leverancier

Kosten voor onderhoud per jaar

x 6

Niet tijdens garantieperiode

Verzekering (WA) per jaar

x 7

 

Totaal pgb-bedrag

 

 

Paragraaf 2. Woonvoorzieningen

Artikel 2.1 Bouwkundige en woontechnische voorzieningen

  • 1.

    Het pgb voor een bouwkundige of woontechnische voorziening op grond van het bezoekbaar of logeerbaar maken wordt op basis van een offerte verstrekt. Deze voorziening kan slechts voor één woning worden toegekend.

  • 2.

    Bij het bepalen van een pgb voor een bouwkundige of woontechnische voorziening worden de volgende elementen meegewogen:

    • a.

      De aanneemsom, waarin begrepen de loon- en materiaalkosten voor het treffen van de voorziening. Indien de voorziening door de bewoner(s) zelf wordt getroffen dan vervalt de post loonkosten en komen alleen de materiaalkosten voor vergoeding in aanmerking.

    • b.

      De risicoverrekening van loon- en materiaalkosten, met inachtneming van het bepaalde in de risicoregeling woning- en utiliteitsbouw (RWU 1991).

    • c.

      Het architectenhonorarium tot ten hoogste 10% van de aanneemsom inclusief btw, voor zover het noodzakelijk is dat een architect voor de woningaanpassing wordt ingeschakeld.

    • d.

      De leges voor de omgevingsvergunning: voor zover deze vergunning betrekking heeft op het treffen van de voorziening.

    • e.

      De verschuldigde en niet verrekenbare of terugvorderbare omzetbelasting.

    • f.

      De door het college goedgekeurde kostenverhogingen, die ten tijde van de raming van de kosten redelijkerwijs niet voorzien hadden kunnen zijn.

    • g.

      De kosten in verband met noodzakelijk en technisch onderzoek en adviezen met betrekking tot het verrichten van de aanpassing.

    • h.

      De kosten van (her)aansluiting op de openbare nutsvoorziening.

    • i.

      De kosten van benodigd verhard pad tussen de openbare weg en de plaats waar toegang is tot de aangebrachte voorziening, op basis van individueel maatwerk en uitgaande van de individuele situatie.

Artikel 2.2 Vergoeding van huurderving

  • 1.

    De vergoeding van huurderving wegens aanpassingswerkzaamheden van de nieuw te betrekken huurwoning bedraagt de werkelijke (dubbele) huurkosten van de te betrekken huurwoning tot ten hoogste zes maanden, met een maximum tot de sociale huurnorm voor een zelfstandige woonruimte en de helft van de sociale huurnorm voor een niet-zelfstandige woonruimte.

  • 2.

    De vergoeding van huurderving wegens reservering van een reeds aangepaste sociale huurwoning voor hergebruik bedraagt de werkelijke maandelijkse huurkosten, met een maximum tot de sociale huurnorm voor een zelfstandige woonruimte en de helft van de sociale huurnorm voor een niet-zelfstandige woonruimte.

Paragraaf 3. Vervoersvoorzieningen

Artikel 3.1 Vervoer van en naar dagbesteding

  • 1.

    Het pgb voor vervoer van en naar dagbesteding wordt berekend met inachtneming van de noodzakelijke wijze van vervoer.

  • 2.

    De hoogte van dit pgb bedraagt 75% van de kostprijs van de betreffende voorziening in natura, tenzij de aanvrager aantoont dat een hoger budget noodzakelijk is. In dat geval geldt als maximum 100% van de werkelijke kosten bij vervoer door of in opdracht van de gemeente.

Paragraaf 4. Financiële tegemoetkomingen

Artikel 4.1 Financiële tegemoetkoming voor een sportvoorziening

  • 1.

    De maatwerkvoorziening financiële tegemoetkoming voor een sportvoorziening, zoals bijvoorbeeld een sportrolstoel, is bestemd voor slechts dat deel van de voorziening dat als aan de beperking gerelateerde meerkosten kan worden aangemerkt op basis van offerte.

  • 2.

    De hoogte van de financiële tegemoetkoming bedraagt maximaal € 3.000 met een gebruiksduur van drie jaar, inclusief de kosten voor reparatie en onderhoud.

Artikel 4.2 Financiële tegemoetkoming voor aanpassen auto

De maatwerkvoorziening financiële tegemoetkoming voor aanpassingen aan een eigen auto jonger dan drie jaar, wordt vastgesteld op grond van offertes gebaseerd op de kosten van de goedkoopst noodzakelijke aanpasbare auto.

Paragraaf 5. Jaarlijkse waardering van mantelzorgers

Artikel 5.1 Doelgroep

Een persoon die langdurig mantelzorg verleent aan een cliënt woonachtig in de gemeente komt in aanmerking voor een jaarlijkse blijk van waardering. Deze waardering wordt toegekend aan mantelzorgers die langer dan drie maanden gedurende meer dan acht uur per week onbetaalde zorgtaken verricht.

Artikel 5.2 Vorm van waardering

De jaarlijkse waardering van mantelzorgers bestaat uit een cadeaubon ter waarde van maximaal € 100,--.

Artikel 5.3 Aanvraag

De waardering wordt toegekend op aanvraag van de mantelzorger. Daarbij wordt gebruik gemaakt van het standaard aanvraagformulier.

Artikel 5.4 Uitvoering in mandaat

  • 1.

    Ter uitvoering van deze paragraaf worden de volgende bevoegdheden gemandateerd aan de Stichting Sigma, gevestigd te Nijkerk:

    • a.

      het beslissen op aanvragen van mantelzorgers en

    • b.

      het uitreiken van cadeaubonnen

  • 2.

    De gemeente stelt Stichting Sigma voldoende cadeaubonnen beschikbaar voor de uitvoering van deze paragraaf.

  • 3.

    De Stichting Sigma heeft schriftelijk met deze mandaatverlening ingestemd.

Paragraaf 6. Slotbepaling

Artikel 6.1 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    De Regeling maatschappelijke ondersteuning 2018, zoals vastgesteld bij collegebesluit van 19 december 2018, wordt ingetrokken.

  • 2.

    Dit besluit treedt in werking op de dag na bekendmaking.

  • 3.

    Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling maatschappelijke ondersteuning 2019.

     

Aldus vastgesteld in de collegevergadering van 11 december 2018,

Burgemeester en wethouders van Nijkerk,

de secretaris,

de heer G. van Beek

de burgemeester,

de heer mr. drs. G.D. Renkema

Bijlage 1. Normering hulp bij het huishouden via pgb

 

De toekenning van een pgb is afhankelijk van de persoonlijke situatie en het gebruik van de woning en de specifieke kenmerken van de gezinssamenstelling. Bij de hoogte van het pgb wordt alleen rekening gehouden met het schoonhouden van de kamers die in gebruik zijn. Uitgangspunt is dat ‘sociale woningbouw als referentiegebouw wordt gehanteerd.

 

HH1 Respijtzorg

1. Licht poetswerk in huis, kamers opruimen: max. 45-60 min p.w.

Activiteiten: Stof afnemen, opruimen, afwassen, bedden opmaken

Factoren meer/minder hulp:

  • PG problematiek/communicatieproblemen.

  • Kinderen onder de 12.

  • Huisdieren: bij allergie: eerst sanering.

  • Allergie voor huisstofmijt, COPD: in gesaneerde woning.

  • Ernstige beperkingen in gebruik van armen en handen.

2. Zwaar huishoudelijk werk: max. 45-60 min p.w.

Activiteiten: Stofzuigen en nat afnemen van vloeren, bedden verschonen

Factoren meer /minder hulp:

  • vervuilingsgraad,

  • COPD problematiek

  • jonge kinderen

3. Verzorging kleding/linnengoed.: max. 45-60 min p.w.

Activiteiten: Kleding en linnengoed sorteren en wasmachine en droger in- en uitruimen, was vouwen, (strijken alleen bovenkleding), wasgoed opbergen

Factoren meer minder werk:

  • Bedlegerige patiënten

  • Extra bewassing i.v.m. overmatige transpiratie, incontinentie, speekselverlies

4. Maaltijdverzorging: max. 15-30 min p.k.

Activiteiten: Maaltijd en/of drinken voorbereiden, bereiden, klaarzetten, tafel dekken en afruimen

 

HH2 Organisatie van het huishouden

5. Dagelijkse organisatie van het huishouden: max. 30 min p.w.

Activiteiten: Plannen en beheren van middelen m.b.t. het huishouden, organisatie huishoudelijke activiteiten, administratie t.b.v. cliënt

Factoren meer/minder werk:

  • Communicatieproblemen

  • (psychosociale) problematiek

6.Opvang en/of verzorging van kinderen/volwassen huisgenoten: max. 40 uur per week

De grondslag ligt bij de ouder. Deze is tijdelijk niet in staat om de ouderrol op zich te nemen, in combinatie met het ontbreken van een sociaal netwerk.

Activiteiten: Wassen en aankleden van jonge kinderen/ hulpbehoevende huisgenoot, hulp bij het eten en/of drinken, maaltijd voorbereiden, sfeer scheppen, spelen, opvoedingsactiviteiten

Factoren meer/minder werk:

  • Aantal kinderen -/+.

  • Leeftijd kinderen -/+.

  • Gezondheidssituatie/functioneren kinderen/huisgenoten.

  • Aanwezigheid gedragsprobleem.