Organisatie | 's-Hertogenbosch |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Reglement van orde 2019 |
Citeertitel | Reglement van Orde 2019 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
artikel 149 van de Gemeentewet
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-08-2022 | Toevoeging artikel 2 lid 1 f | 12-07-2022 | |||
11-12-2021 | 01-08-2022 | Wijziging in de regeling | 07-12-2021 | ||
28-02-2019 | 11-12-2021 | Nieuwe regeling | 27-02-2019 |
De gemeenteraad van ’s-Hertogenbosch, bijeen in zijn openbare vergadering van 27 februari 2019;
Gezien het voorstel van het presidium d.d. 24 januari 2019, registratienummer 8683567,
Gelet op de wettelijke grondslag van artikel 16, 33, 107a, 107e, 147a van de Gemeentewet alsmede gelet op de overige bepalingen van de Gemeentewet,
Het Reglement van Orde 2019 vast te stellen onder gelijktijdige intrekking van het reglement van orde 2015, Commissiestatuut 2015 en de Verordening ambtelijke bijstand 2015.
Hoofdstuk I. Algemene bepalingen
Het presidium geldt als een commissie ex. artikel 84 Gemeentewet, tenzij sprake is van besluiten met externe werking. Alsdan geldt het presidium als een commissie ex. artikel 83 Gemeentewet. De vergaderingen van het presidium zijn niet openbaar, maar wel vrij toegankelijk voor de raadsleden. Het presidium kan bepalen, indien noodzakelijk, in algehele beslotenheid te vergaderen.
Hoofdstuk II Toelating van nieuwe leden/Fracties/Benoeming wethouders
Indien boven de kandidatenlijst een aanduiding was geplaatst, voert de fractie binnen de raad deze aanduiding als naam. Indien geen aanduiding boven de kandidatenlijst was geplaatst, deelt de fractie in de eerste vergadering van de raad aan de voorzitter mee welke naam deze fractie in de raad wil voeren.
wordt hiervan zo spoedig mogelijk schriftelijk mededeling gedaan aan het presidium en de raadsvoorzitter, met daarbij, voor zover van toepassing, de vermelding van de te voeren fractienaam.
Het presidium kan besluiten de in lid 4 bedoelde naam te weigeren indien sprake is van een situatie zoals bedoeld in artikel G 3, vierde lid van de Kieswet.
Artikel 5 Benoeming en ontslag commissieleden niet-raadsleden
Deze leden worden door de fracties voorgedragen bij het presidium. Bij de voordracht overlegt de fractie de documenten die aantonen dat de aangemelde persoon voldoet aan de gestelde eisen. Daarnaast voegt de fractie de volgende door de aangemelde persoon ondertekende verklaring bij: "Ondergetekende verklaart dat hij/zij om voor de functie van commissielid in aanmerking te komen, direct of indirect, aan geen persoon onder welke naam of voorwendsels ook, enige giften of gaven beloofd of gegeven heeft. Hij/zij verklaart, dat hij/zij de functie van commissielid naar eer en geweten zal vervullen in overeenstemming met de wet.”
De zittingsperiode van commissieleden niet-raadsleden is gelijk aan die van raadleden in een commissie en eindigt aan het einde van de zittingsperiode van de raad. Het lidmaatschap eindigt verder van rechtswege bij commissieleden niet-raadsleden bij het niet meer voldoen aan de eisen zoals bedoeld in lid 2.
Hoofdstuk III Raadsvergaderingen
Paragraaf 1 Voorbereidingen/Algemeen
Artikel 7 Vergaderdag en Aanvangstijden
Als de raadsvergadering niet voor 23.00 uur kan worden afgerond, kan de raad op voorstel van de raadsvoorzitter beslissen de agenda de volgende dag af te handelen. Deze voortgezette vergadering wordt niet als een afzonderlijke vergadering beschouwd. Ook kan de raad beslissen om de resterende agendapunten aan te houden en te agenderen voor de eerstvolgende reguliere vergadering.
Indien de raad, de burgemeester, het college, het presidium of een raadscommissie een stuk als “geheim” hebben aangemerkt, is dat stuk bij de griffie voor de raadsleden ter inzage.
Paragraaf 2 Orde van de raadsvergadering
Artikel 16 Opening vergadering
Onmiddellijk na het openen van de vergadering verzoekt de raadsvoorzitter enkele ogenblikken stilte voor overweging in acht te nemen.
Artikel 22 Spreektijdverdeling
De spreektijd is per fractie per onderwerp beperkt tot maximaal 4 minuten in de eerste termijn en tot maximaal 2 minuten in de tweede termijn. De spreektijd voor de leden van het college of burgemeester is per onderwerp beperkt tot maximaal 7,5 minuut in de eerste termijn en tot maximaal 5 minuten in de tweede termijn.
Op verzoek van een raadslid of op voorstel van de raadsvoorzitter kan de raad besluiten de beraadslaging voor een door hem te bepalen tijd te schorsen teneinde het college of de raadsleden de gelegenheid te geven tot onderling nader beraad. De beraadslagingen worden hervat nadat de schorsingsperiode verstreken is.
Paragraaf 3 Besloten vergadering
Artikel 26 Notulen besloten vergadering
Deze notulen worden door de raad vastgesteld in een vergadering, die, tenminste voor de duur dat die vaststelling aan de orde is, besloten is. Tijdens deze vergadering neemt de raad een besluit over het al dan niet openbaar maken van deze notulen. De vastgestelde notulen worden door de raadsvoorzitter en de griffier ondertekend.
Paragraaf 4 Beslissing/Procedures bij stemming
Artikel 31 Herstemming over personen
Wanneer ook bij deze tweede stemming door niemand de volstrekte meerderheid is verkregen, heeft een derde stemming plaats tussen twee personen, die bij de tweede stemming de meeste stemmen hebben gekregen. Zijn bij de tweede stemming de meeste stemmen over meer dan twee personen verdeeld, dan wordt bij een tussenstemming uitgemaakt tussen welke twee personen de derde stemming zal plaatshebben.
Paragraaf 5 Publiek/Toehoorders/Pers
Artikel 34 Geluid en beeldregistraties
Degene die tijdens de raadsvergadering beeld- of geluidsregistraties wil maken, mag daarbij niet de orde of voortgang van de vergadering verstoren. Voor het maken van deze registraties anders dan vanaf de publieke tribune is vooraf toestemming vereist van de raadsvoorzitter.
Hoofdstuk IV Commissievergaderingen
Paragraaf 1 Voorbereidingen/Algemeen
Artikel 39 Deelname door college of burgemeester
Wethouders of de burgemeester kunnen in de commissievergaderingen deelnemen aan de beraadslagingen over onderwerpen uit hun portefeuille. Zij kunnen zich laten vervangen door een ander lid van het college.
Artikel 41 Dag, aanvangs- en sluitingsuur van de commissievergadering
Als de commissievergadering niet voor 23.00 uur kan worden afgerond, kan de commissie op voorstel van de commissievoorzitter beslissen de agenda op een andere dag af te handelen. Het bepaalde in het tweede lid is hierbij van overeenkomstige toepassing. Deze voortgezette vergadering wordt niet als een afzonderlijke vergadering beschouwd. Ook kan de commissie beslissen om de resterende agendapunten aan te houden en te agenderen voor de eerstvolgende reguliere commissievergadering.
In afwijking van het door het presidium vastgestelde vergaderschema, vergadert een commissie bovendien zo vaak als de commissievoorzitter of tenminste drie van het aantal zitting hebbende leden dit nodig oordelen. In het laatste geval delen de betrokken leden de wenselijkheid van het houden van een vergadering onder opgaaf van redenen mede aan de commissievoorzitter. Dag en tijdstip van deze vergadering worden bepaald met in acht name van de in artikel 42 lid 1 van dit reglement genoemde termijnen.
Paragraaf 2 Orde van de commissievergadering
Indien op het vastgestelde uur niet het op grond van het bepaalde in het eerste lid vereiste aantal leden is opgekomen, wordt de opening ten hoogste vijftien minuten uitgesteld, met dien verstande dat, zodra het vereiste aantal leden is opgekomen, de commissievoorzitter de vergadering terstond opent.
Artikel 49 Spreektijdverdeling
De spreektijd is per fractie per onderwerp beperkt tot maximaal 4 minuten in de eerste termijn en tot maximaal 2 minuut in de tweede termijn. De spreektijd per onderwerp voor college of de burgemeester is beperkt tot maximaal 7,5 minuut in de eerste termijn en tot maximaal 5 minuten in de tweede termijn.
Op verzoek van een commissielid of op voorstel van de commissievoorzitter kan de commissie besluiten de beraadslaging voor een door haar te bepalen tijd te schorsen teneinde burgemeester en wethouders of de commissieleden de gelegenheid te geven tot onderling nader beraad. De beraadslagingen worden hervat nadat de schorsingsperiode verstreken is.
Artikel 51 Sluiting beraadslaging
Wanneer niemand meer het woord vraagt en dit, overeenkomstig het bepaalde in de voorgaande artikelen ook niet meer kan verkrijgen, sluit de commissievoorzitter de beraadslaging.
Indien de commissievoorzitter bij het vaststellen van de agenda constateert dat over een raadsvoorstel door geen van de aanwezige commissieleden beraadslagingen worden verlangd, concludeert hij dat de commissie de raad adviseert om het raadsvoorstel als “voorstel waarover geen discussie meer wordt verwacht” te behandelen.
Artikel 55 Verslag openbare vergadering
Van elke vergadering wordt onder verantwoordelijkheid van de secretaris een verslag gemaakt met een beknopte en zakelijke weergave van wat er in de vergadering aan de orde is geweest. Tevens wordt in het verslag vermeld wie aan de vergadering hebben deelgenomen en welke leden, al dan niet met voorafgaande kennisgeving, niet aanwezig waren.
Paragraaf 3 Besloten vergadering
Voor de afloop van een besloten vergadering beslist de commissie overeenkomstig artikel 86, eerste lid, van de Gemeentewet of omtrent de inhoud van de stukken en het verhandelde geheimhouding zal gelden. De commissie kan besluiten de geheimhouding op te heffen.
Artikel 60 Notulen besloten vergadering
Deze notulen worden door de commissie vastgesteld in een vergadering, die, tenminste voor de duur dat die vaststelling aan de orde is, besloten is. Tijdens deze vergadering neemt de commissie een besluit over het al dan niet openbaar maken van deze notulen. De vastgestelde notulen worden door de commissievoorzitter en de secretaris ondertekend.
Paragraaf 4 Publiek, toehoorders en pers
Artikel 63 Geluid en beeldregistraties
Degene die tijdens de commissievergadering beeld- of geluidsregistraties wil maken, mag daarbij niet de orde of voortgang van de vergadering verstoren. Voor het maken van deze registraties anders dan vanaf de publieke tribune is vooraf toestemming vereist van de voorzitter.
Hoofdstuk V Hearings, informatiebijeenkomsten en inspreekmogelijkheden
In afwijking van het eerste lid wordt niet ingesproken over benoemingen, keuzen, voordrachten of aanbevelingen van personen, boodschappen met commerciële doeleinden, danwel over onderwerpen waarover reeds eerder door dezelfde inwoner/organisatie is ingesproken en waarbij er geen nieuwe feiten of omstandigheden aan de orde zijn.
Hoofdstuk VI Instrumenten van de raadsleden
Het verzoek tot het houden van een interpellatie wordt, behalve in naar het oordeel van de raadsvoorzitter spoedeisende gevallen, tenminste vierentwintig uur voor de aanvang van de vergadering schriftelijk bij de raadsvoorzitter ingediend. Het verzoek bevat een duidelijke omschrijving van het onderwerp waarover inlichtingen worden verlangd alsmede de te stellen vragen.
Artikel 71 Schriftelijke vragen
Bestaan zodanige bezwaren niet, dan antwoordt het college of de burgemeester het betrokken lid schriftelijk en zo spoedig mogelijk, maar uiterlijk binnen één maand nadat de vragen zijn binnengekomen. Is beantwoording binnen die termijn niet mogelijk, dan wordt dit, onder opgave van de reden, aan het betrokken lid medegedeeld. De raadsvoorzitter zendt het antwoord op de gestelde vragen tegelijkertijd aan de overige leden van de raad toe.
Het college of de burgemeester kunnen, op verzoek van de vragensteller, besluiten de vragen mondeling te beantwoorden. Deze beantwoording geschiedt dan, zo mogelijk, in de eerstvolgende raadsvergadering. Bij deze beantwoording worden de raadsleden in de gelegenheid gesteld een korte aanvullende vraag te stellen.
Het lid dat tijdens het vragenhalfuur vragen wil stellen, meldt dit onder aanduiding van het onderwerp met de te stellen vragen ten minste acht uur voor aanvang van de vergadering bij de voorzitter behalve in naar het oordeel van de voorzitter spoedeisende gevallen. De voorzitter kan weigeren een onderwerp tijdens het vragenhalfuur aan de orde te stellen indien hij het onderwerp niet voldoende nauwkeurig acht aangegeven of indien het onderwerp in de raadsvergadering van die dag aan de orde komt.
Hoofdstuk VIII Lidmaatschap van andere organisaties
Een raadslid, een wethouder, de burgemeester of de gemeentesecretaris, die door de gemeenteraad is aangewezen tot lid van het algemeen bestuur van een openbaar lichaam of van een ander gemeenschappelijk orgaan, ingesteld op grond van de Wet gemeenschappelijke regelingen, doet schriftelijk verslag aan de raad over zaken die in het algemeen bestuur als bedoeld aan de orde zijn.
Wanneer een raadslid een persoon als bedoeld in het eerste lid ter verantwoording wenst te roepen over zijn wijze van functioneren als zodanig, besluit de raad over het toestaan daarvan. De regels voor het houden van een interpellatie ex artikel 70 van dit reglement zijn van overeenkomstige toepassing.
Over een voorstel tot ontslag van een door de raad aangewezen lid van het algemeen bestuur van een openbaar lichaam of van een ander gemeenschappelijk orgaan, als bedoeld in het eerste lid, wordt niet beraadslaagd dan nadat in een vergadering, ten minste veertien dagen tevoren gehouden, is besloten te verklaren dat de betrokken persoon niet meer het vertrouwen van de raad bezit als lid van het bedoeld bestuur.