Organisatie | Regionale dienst openbare gezondheidszorg Hollands Midden |
---|---|
Organisatietype | Regionaal samenwerkingsorgaan |
Officiële naam regeling | Verordening van het algemeen bestuur van de gemeenschappelijke regeling Regionale Dienst Openbare Gezondheidszorg Hollands Midden houdende regels omtrent financiën Financiële verordening RDOG Hollands Midden 2018 |
Citeertitel | Financiële verordening RDOG Hollands Midden 2018 |
Vastgesteld door | algemeen bestuur |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Deze regeling bevat de vroegst mogelijke datum van inwerkingtreding.
artikel 212 van de Gemeentewet
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
16-03-2019 | nieuwe regeling | 28-03-2018 |
Hoofdstuk 2 Begroting en verantwoording
Dit programmaplan zal elk jaar in maart op de agenda van het Algemeen Bestuur worden geplaatst, inclusief de kaders voor het volgende begrotingsjaar en de drie opvolgende jaren. De bevindingen uit de rapportage van de begrotingsuitvoering, bedoeld in artikel 7, en de jaarstukken, bedoeld in artikel 8, worden hierbij betrokken om te bepalen of aanpassing noodzakelijk is.
Het Dagelijks Bestuur draagt ten behoeve van het getrouwe beeld en de Rechtmatigheid van de jaarrekening zorg voor de jaarlijkse interne toetsing van de getrouwheid van de informatieverstrekking, en de Rechtmatigheid van de beheershandelingen. Bij afwijkingen neemt het Dagelijks Bestuur maatregelen tot herstel.
Het Dagelijks Bestuur draagt zorg voor de jaarlijkse interne toetsing van een aantal bedrijfsonderdelen op juistheid, volledigheid en tijdigheid van de bestuurlijke informatievoorziening, de Rechtmatigheid van beheershandelingen en op misbruik en oneigenlijk gebruik van de regelingen van de RDOG Hollands Midden. Ieder bedrijfsonderdeel van de RDOG Hollands Midden wordt minimaal eens in de acht jaar getoetst.
Artikel 7 Tussentijdse rapportage en informatie
Het Dagelijks Bestuur informeert het Algemeen Bestuur door middel van tussentijdse rapportages over de realisatie van de begroting van de RDOG Hollands Midden over de eerste vier maanden van het lopende boekjaar in de juni-julivergadering van het Algemeen Bestuur en de eerste acht maanden van het lopende boekjaar, in de oktober-novembervergadering van het Algemeen Bestuur.
Het Dagelijks Bestuur informeert in ieder geval vooraf het Algemeen Bestuur en neemt pas een besluit, nadat het Algemeen Bestuur in de gelegenheid is gesteld zijn wensen en bedenkingen ter kennis van het Dagelijks Bestuur te brengen voor zover het betreft niet bij begroting vastgestelde afzonderlijke verplichtingen inzake:
Het Dagelijks Bestuur informeert vooraf het Algemeen Bestuur en neemt pas een besluit nadat het Algemeen Bestuur in de gelegenheid is gesteld zijn wensen en bedenkingen ter kennis van het Dagelijks Bestuur te brengen indien het Dagelijks Bestuur nieuwe meerjarige verplichtingen aangaat waarvan de jaarlijkse lasten groter zijn dan €100.000.
Artikel 10 Waardering en afschrijving vaste activa
De materiele vaste activa met economisch nut, als bedoeld in artikel 35 van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten, worden lineair afgeschreven in:
Machines, apparaten en installaties:
15 jaar nieuwe technische installaties in bedrijfsgebouwen;
10 jaar veiligheidsvoorzieningen bedrijfsgebouwen; veiligheidsvoorzieningen RAV: noodstroomvoorziening; röntgenapparatuur; audiometers; hogedrukreiniger RAV;
5 jaar telefooninstallaties; verbindingsapparatuur/-netwerk RAV;
5 jaar kantoorautomatisering RAV;
5 jaar overige kantoorapparatuur;
5 jaar automatiseringsapparatuur, -infrastructuur en software.
Overige materiële vaste activa:
15 jaar verrijdbaar archief en documentatiecentrum;
10 jaar vergadermeubilair en meubilair directeur; nagelvaste voorzieningen bedrijfsgebouwen; kantoorinventaris RAV; overige bedrijfsmiddelen RAV;
5 jaar kantoorinventaris; medische inventaris RAV; overige voorzieningen (in gebouwen).
De waardering en afschrijving van materiële vaste activa behorend tot het programma ambulancezorg van de sector RAV, welke vallen onder de voorschriften van de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) of de rechtsopvolger(s) daarvan kunnen te eniger tijd worden gewijzigd door de NZa. In die gevallen prevaleren de voorschriften ter zake van de NZa.
Artikel 13 Kostprijsberekening
De geraamde kostprijs van producten en diensten voor het programma GGD wordt in principe bepaald op basis van de integrale kostprijs. Dit betekent dat de indirecte kosten (overhead) in principe worden toegerekend aan alle taakvelden. De kostprijs van markttaken wordt, voor zover mogelijk, bepaald op basis van de integrale kostprijs.
De kostprijs van producten en diensten van het programma RAV, die vallen onder de voorschriften van de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) of de rechtsopvolger(s) daarvan, wordt gebaseerd op een kostprijssystematiek volgens de voorschriften van de NZa. De kostprijs van overige producten en diensten wordt gebaseerd op het principe van de integrale kostprijs.
Artikel 14 Financieringsfunctie
Het Dagelijks Bestuur stelt regels op ter uitvoering van het gestelde onder het eerste lid en legt deze regels alsmede de regels voor taken en bevoegdheden in het kader van de financieringsfunctie, de verantwoordingsrelaties en de bijbehorende informatievoorziening vast in een treasurystatuut. Het Algemeen Bestuur stelt het treasurystatuut vast.
Artikel 15 Registratie bezittingen, activa en vermogen
Het Dagelijks Bestuur draagt er zorg voor dat de registratie en de ontwikkeling van de bezittingen en het vermogen van de RDOG Hollands Midden systematisch worden gecontroleerd, met dien verstande dat de waardepapieren, de voorraden, de uitstaande leningen, de vorderingen, de liquiditeiten, de opgenomen leningen en de schulden jaarlijks worden gecontroleerd en registergoederen en bedrijfsmiddelen tenminste eenmaal in de vier jaar.
Artikel 17 Onderhoud kapitaalgoederen
Bij de begroting en de jaarstukken doet het Dagelijks Bestuur in de paragraaf onderhoud kapitaalgoederen verslag over de voortgang van het geplande onderhoud en het eventuele achterstallige onderhoud aan bedrijfsgebouwen en, indien de actualisering van het meerjaren onderhoudsplan daartoe aanleiding geeft van de (financiële) gevolgen daarvan.
Artikel 19 (Financiële) bedrijfsvoering
In de bedrijfsvoeringsparagraaf in de begroting wordt ingegaan op de tijdelijke en actuele onderwerpen die aandacht behoeven. In de bedrijfsvoeringsparagraaf in het jaarverslag wordt gerapporteerd over de bij de begroting bepaalde onderwerpen aangaande de bedrijfsvoering alsmede over nieuwe ontwikkelingen in de Administratieve organisatie en informatievoorziening.