Organisatie | Weesp |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Nadere regels Maatschappelijke Ondersteuning gemeente Weesp 2019 |
Citeertitel | Nadere regels behorende bij de Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Weesp 2019 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | algemeen |
Eigen onderwerp | Nadere regels Maatschappelijke Ondersteuning gemeente Weesp 2019 |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
12-03-2019 | 01-01-2019 | 01-01-2020 | Nieuwe regeling | 08-01-2019 | Z. 164683/D.94396 |
Hoofdstuk 3: Bijdrage in de kosten
Artikel 3. Bijdrage in de kosten voor maatwerkvoorzieningen
De bedragen die gelden voor een bijdrage in de kosten van een maatwerkvoorziening zoals bedoeld in artikel 15 lid 1 tot en met 4 en lid 7 en 8 van de verordening, zijn gelijk aan de maximale bedragen zoals opgenomen in artikel 3.1 van het Uitvoeringsbesluit Wmo 2015. Deze bedragen worden, onverminderd artikel 3.8 van het Uitvoeringsbesluit Wmo 2015, jaarlijks gewijzigd bij ministeriële regeling aan de hand van de prijsindex voor de gezinsconsumptie.
De bedragen die gelden voor een bijdrage in de kosten van een maatwerkvoorziening zoals bedoeld in artikel 15 lid 5 en 6 van de verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Weesp 2018, vallen binnen de kaders zoals gesteld in artikel 3.10 van het Uitvoeringsbesluit Wmo 2015 en bedragen nooit meer dan de werkelijke kostprijs van het verblijf.
Wanneer cliënt via het Collectief Vraagafhankelijk Vervoer gecompenseerd wordt (Wmo-taxi) dan is er geen sprake van een bijdrage in de kosten zoals bedoeld in lid 1 tot en met 4 van dit artikel. Er is dan sprake van een reizigersbijdrage (per zone) die overeenkomt met de geldende tarieven van het reguliere openbaar vervoer.
Bij bepaalde vormen van bemoeizorg voor maatschappelijke zorgdoelgroepen is de cliënt geen bijdrage in de kosten voor een maatwerkvoorziening verschuldigd. Het gaat om de doelgroepen, bij wie zorgmijding leidt tot maatschappelijke uitval, of deze in stand houdt. Dit artikel is van toepassing op de volgende vormen van bemoeizorg:
Artikel 4. Bijdrage in de kosten voor opvang
Bij verblijf in de maatschappelijke opvang en vrouwenopvang is een maximale eigen bijdrage verschuldigd indien een persoon van 18 jaar of ouder langer dan één etmaal gebruik maakt van deze 24-uurs verblijfsvoorzieningen. Vaststelling en inning van deze eigen bijdrage is opgedragen aan de opvanginstellingen. De hoogte van de eigen bijdrage zal nooit de werkelijke kostprijs of feitelijke woonlasten te boven mogen gaan.