Organisatie | Gelderland |
---|---|
Organisatietype | Provincie |
Officiële naam regeling | Besluit van Gedeputeerde Staten van de provincie Gelderland houdende regels omtrent regionale waterkeringen Uitvoeringsbesluit Gelderse regionale waterkeringen waterschap Rivierenland 2017 |
Citeertitel | Uitvoeringsbesluit Gelderse regionale waterkeringen waterschap Rivierenland 2017 |
Vastgesteld door | gedeputeerde staten |
Onderwerp | milieu |
Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-03-2019 | nieuwe regeling | 19-02-2019 | 2017-017700 |
Bekendmaking van het besluit van 19 februari 2019 – zaaknummer 2017-017700 tot vaststelling van een regeling
Gedeputeerde Staten van Gelderland
Gelet op de artikelen 2.2, vijfde lid, en 2.5, eerste lid, van de Waterverordening waterschap Rivierenland;
vast te stellen het volgende besluit:
Uitvoeringsbesluit Gelderse regionale waterkeringen waterschap Rivierenland 2017
Artikel 5 Evaluatie van het uitvoeringsbesluit
Dit uitvoeringsbesluit wordt na iedere toetsronde, bedoeld in artikel 3, geëvalueerd.
Gedeputeerde Staten van Gelderland voornoemd
Gepubliceerd te Arnhem
Gedeputeerde Staten van Gelderland
J.C.G.M. Berends - Commissaris van de Koning
P.G.G. Hilhorst - secretaris
Ter uitvoering van de Waterverordening waterschap Rivierenland dienen door gedeputeerde staten van Gelderland nadere besluiten te worden genomen. Dat betreft besluiten betreffende a) het ‘tijdstip-op-orde’ van regionale waterkeringen en b) het periodiek verslag over de algemene waterstaatkundige toestand van de waterkering (tijdstip rapportage en frequentie rapporteren). Deze besluiten worden op grond van de waterverordening genomen na overleg met het dagelijks bestuur van het waterschap.
Er is afgesproken dat een toetscyclus van 12 jaar wordt aangehouden. Dit houdt in dat er in 2024 en 2036 en verder toetsronden afgerond worden. Alle waterkeringen moeten in 2030 en daarna iedere 12 jaar voldoen aan de veiligheidsnormen.
Artikel 2 Tijdstippen waarop regionale waterkeringen voldoen aan de veiligheidsnorm
Het is belangrijk dat de keringen die niet voldoen aan de veiligheidsnorm binnen een redelijke termijn aan de normen voldoen. Voor de regionale waterkeringen die bij het toetsingen van 2024 met ‘onvoldoende’ worden beoordeeld, is bepaald dat deze in 2030 aan de veiligheidsnormen moeten voldoen.
Artikel 3 tijdstippen periodieke toetsronden
Het is belangrijk dat er met een bepaalde frequentie getoetst wordt. Hiervoor is in dit besluit een toetsfrequentie vastgelegd van 12 jaar. Dit betekent dat de regionale waterkeringen in 2024, 2036, etc getoetst dienen te zijn.
Als peildatum voor het toetsen wordt de eerste dag van het jaar van toetsen aangehouden. Voor de toetsing van 2024 is de peildatum dus 1 januari 2024, voor de toetsing van 2036 is de peildatum 1 januari 2036, etc.
Het verslag van deze gebiedsdekkende veiligheidstoetsing waarin waterkeringen, kunstwerken en niet waterkerende objecten op alle faalmechanismen zijn getoetst, verwachten wij vóór 31 december 2024, 31 december 2036 etc. In de Waterverordening Waterschap Rijn en IJssel is aangegeven dat, indien de beoordeling daartoe aanleiding geeft, deze verslagen, een omschrijving van de voorzieningen bevatten die op een daarbij aan te geven termijn nodig worden geacht.
Artikel 4 Uitvoeringsprogramma regionale waterkeringen
De uitvoering van de opgave die volgt uit artikel 2 en artikel 3 kan van grote impact zijn op de formatie en financiën van de beheerders. Om het waterschap de ruimte te geven om de benodigde werkzaamheden efficiënt en doelmatig uit te voeren, is vastgelegd dat gewerkt wordt met een uitvoeringsprogramma regionale waterkeringen. In dit uitvoeringsprogramma beschrijft het waterschap hoe het de benodigde werkzaamheden aan de regionale waterkeringen gaat aanpakken. Het uitvoeringsprogramma voor de periode 2018-2024 dient te worden aangeboden voor 1 juli 2018. De uitvoeringsprogramma`s voor de toekomstige toetsrondes dienen steeds in het eerste jaar van de dan lopende rondes te worden aangeboden. In artikel 4 lid 1 is aangegeven uit welke onderdelen dit programma dient te bestaan.
In artikel 4, lid 3, is vastgelegd dat het dagelijks bestuur jaarlijks verslag uitbrengt van de voortgang van de werkzaamheden in het Uitvoeringsprogramma. Daarnaast brengt het dagelijks bestuur hierbij bijzonderheden in beeld die zijn waargenomen bij de reguliere inspecties van de regionale waterkeringen. Het heeft de voorkeur dat deze voortgangsrapportage zoveel mogelijk aansluit op de rapportage over de voortgang van de uitvoering van het beheerplan. Zoals voorgeschreven in de waterverordening voor elk van de waterschappen wordt deze ook jaarlijks toegestuurd aan gedeputeerde staten.
Artikel 5 Evaluatie van het uitvoeringsbesluit
In dit uitvoeringsbesluit zijn diverse afspraken vastgelegd over toetsronden, tijdstippen waarop de keringen op orde moeten zijn en het uitvoeringsprogramma. Toekomstige werkzaamheden op het gebied van de regionale waterkeringen kunnen aanleiding zijn om afspraken te herzien. In dit artikel is vastgelegd dat wij in ieder geval na afronding van de toetsing in 2024 de afspraken evalueren. Wij doen dat in overleg met het dagelijks bestuur.
Dit uitvoeringsbesluit is van toepassing op alle regionale waterkeringen die in de waterverordening als zodanig zijn aangewezen.
Indien bij een wijziging van de verordening het stelsel van regionale keringen wordt uitgebreid zal van geval tot geval in overleg met het dagelijks bestuur worden bepaald of deze keringen onder het regime van dit uitvoeringsbesluit zullen vallen.