Organisatie | Rotterdam |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Subsidieregeling Rotterdams Onderwijsbeleid 2019-2020 |
Citeertitel | Subsidieregeling Rotterdams Onderwijsbeleid 2019-2020 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | onderwijs |
Eigen onderwerp |
Geen
Subsidieverordening Rotterdam 2014: gemeenteblad 2013, nummer 128
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
25-07-2019 | 01-08-2020 | Wijziging artt. 3, 6, 7, 8, 9, 19a, 19b | 16-07-2019 | 2019-104 | |
28-02-2019 | 25-07-2019 | Nieuwe regeling | 12-02-2019 | GBL 2019, 21 |
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
In deze regeling wordt verstaan onder:
leerlingenaantal: het aantal leerlingen dat in de administratie van de Dienst Uitvoering Onderwijs staat ingeschreven op een school op 1 oktober van het jaar voorafgaand aan het te subsidiëren school- of kalenderjaar; de gemeente hanteert de tellingen die in januari 2019 op de website van DUO beschikbaar zijn; er vinden geen aanpassingen meer plaats, behalve als er significante groei heeft plaatsgevonden;
norm voortgezet onderwijs: de normen die de Inspectie heeft vastgesteld voor de vier indicatoren van het onderwijsresultatenmodel; een school (of afdeling van die school) die op minstens één van de vier indicatoren onder de inspectienorm in het onderwijsresultatenmodel scoort wordt gedefinieerd als school/afdeling die achterblijft in leerprestaties; hierbij wordt gebruik gemaakt van de meest recent (beschikbare) score op 1 mei 2019;
NPRZ: Nationaal Programma Rotterdam Zuid; een samenwerkingsverband van Rijk, gemeente, schoolbesturen, woningcorporaties, zorginstellingen en werkgevers van Zuid, politie en Openbaar Ministerie met als doel om Zuid in 2030 op het niveau van G4 gemiddeld te komen; dat geldt voor zowel school als werk, als wonen;
ondergrens primair onderwijs: de Inspectie-ondergrens van de schoolvergelijkingsgroep van de door het ministerie goedgekeurde verplichte eindtoets basisschool1; een school die onder deze grens scoort wordt gedefinieerd als een school die achterblijft in leerprestaties. Hierbij wordt gebruik gemaakt van de meest recent (beschikbare) score op 1 mei 2019;
Het bepaalde in deze subsidieregeling is uitsluitend van toepassing op de verstrekking van subsidies door het college voor de in artikel 3 bedoelde activiteiten en doelgroepen.
Artikel 3 Activiteiten en doelgroepen
Subsidies kunnen uitsluitend worden verstrekt voor activiteiten in het kader van de volgende subsidieonderdelen en voor de volgende doelgroepen, gevestigd in Rotterdam:
Activiteiten in het kader van de volgende subsidieonderdelen | |||||||
Deskundigheidsbevordering van leraren en onderwijsprofessionals burgerschap | |||||||
Vermindering ervaren werkdruk of begeleiding startende docenten | |||||||
Doorstroming van jongeren naar hogere onderwijsniveaus en naar arbeidsmarkt | |||||||
x2 |
Artikel 5 Berekening van uurtarieven
Bij het hanteren van uurtarieven in het kader van het beoordelen van de aanvraag worden de volgende standaardberekeningswijzen toegepast:
Voor de subsidieverlening op grond van deze regeling geldt een subsidieplafond conform onderstaande tabel.
Artikel 7 Wijze van verdeling en hoogte van de subsidie
In afwijking van artikel 6, derde lid, van de SVR2014 kunnen aanvragen voor Begeleiding startende docenten of werkdrukvermindering, Innovatiegroep broedplaats en Duurzame inzet leraren worden ingediend vanaf de dag na de dagtekening van het Gemeenteblad waarin zij wordt geplaatst. Aanvragen worden uiterlijk op 15 oktober ingediend.
Hoofdstuk 2 Generieke subsidie
Onverminderd de artikelen 4:37 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 12 van de SVR2014, gelden voor de subsidieontvanger, die een subsidie ontvangt voor activiteiten in het kader van schoolontwikkeling de volgende verplichtingen:
scholen in het po onder de ondergrens po en scholen in het vo onder de norm vo, scholen in groep 1, voeren extra activiteiten uit gericht op verhoging van de schoolprestaties en verbetering van de schoolresultaten en daarmee het verkleinen van schoolverschillen om boven de ondergrens po of norm vo te komen;
indien middelen beschikbaar voor scholen in groep 2 ingezet worden op scholen in groep 1, wordt uitgelegd op welke wijze de inzet van de middelen een bijdrage levert aan de verhoging van de schoolprestaties en aan de verbetering van de schoolresultaten om boven de ondergrens po of norm vo te komen; en
Hoofdstuk 3 Specifieke subsidies
Artikel 13 Deskundigheidsbevordering burgerschap
De subsidie deskundigheidsbevordering burgerschap is voor projecten en initiatieven die bijdragen aan deskundigheidsbevordering van leraren en overige onderwijsprofessionals met als doel van leerlingen democratische Rotterdammers te maken en het versterken van democratisch burgerschap in en om de school.
Artikel 14 Begeleiding startende docenten of werkdrukvermindering
De subsidie begeleiding startende docenten of werkdrukvermindering is voor ondersteuning aan initiatieven ten behoeve van begeleiding startende docenten of werkdrukvermindering. Deze initiatieven stellen hen in staat zich beter te richten op hun kerntaken of dragen bij aan een goede start van leraren in de eerste jaren van hun onderwijsloopbaan.
Artikel 15 Rotterdamse Lerarenbeurs
De subsidie Rotterdamse lerarenbeurs is voor het stimuleren van het beste onderwijs in Rotterdam door medewerkers, die bij de uitoefening van hun beroep direct bijdragen aan de bevordering van het leerproces, te ondersteunen in hun ontwikkeling en te boeien en binden aan het uitoefenen van hun vak in Rotterdam door het instellen van de Rotterdamse lerarenbeurs.
Onverminderd de artikelen 4:37 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 12 van de SVR2014, gelden voor de subsidieontvanger, die een subsidie ontvangt voor activiteiten in het kader van de Rotterdams lerarenbeurs de volgende verplichtingen:
de beurs wordt ingezet voor een activiteit die een bijdrage levert aan de bekwaamheid van de medewerkers die werkzaam zijn in het onderwijs, zoals opgenomen in de Wet op de beroepen in het onderwijs, of de vve én die bij de uitoefening van hun beroep direct bijdragen aan het leerproces van peuters, leerlingen en studenten;
de beurs is niet bedoeld voor leraren die een hogere of tweede bevoegdheid willen halen, omdat zij in eerste instantie gebruik kunnen maken van de landelijke regelingen voor lerarenbeurzen. Alleen wanneer bij de aanvraag onderbouwd wordt beschreven dat de medewerker niet voor een landelijke lerarenbeurs in aanmerking komt, kan de Rotterdamse Lerarenbeurs hierin voorzien;
De subsidie zij-instroom is voor het stimuleren van zij-instroom om druk op de Rotterdamse arbeidsmarkt te verlichten en de diversiteit binnen teams te vergroten. De subsidie kan worden aangevraagd voor zowel het zij-instroom in beroep traject, als voor zij-instromers die deeltijd of duale opleiding volgen.
Artikel 17 Bewust kiezen voor beroepsopleiding en beroepssector
Onverminderd de artikelen 4:37 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 12 van de SVR2014, gelden voor de subsidieontvanger, die een subsidie ontvangt voor activiteiten in het kader van bewust kiezen voor beroepsopleiding en beroepssector de volgende verplichtingen:
de subsidie draagt bij aan overzichtelijke leerroutes met keuzes naar deze functies en beroepen en het begeleiden in het keuzeproces van de leerling inclusief de ouders op een methodische wijze dat leidt tot een portfolio (of LOB-cv) voor de leerling of student en dat stedelijke waarde heeft voor de vervolgopleiding bij intakes;
Artikel 19 Doorstroming van jongeren naar hogere onderwijsniveaus en naar de arbeidsmarkt
Onverminderd de artikelen 4:37 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 12 van de SVR 2014, gelden voor de subsidieontvanger, die een subsidie ontvangt voor activiteiten in het kader van de doorstroming van jongeren naar hogere onderwijsniveaus en naar de arbeidsmarkt de volgende verplichtingen:
Artikel 19a Innovatiegroep Broedplaats
De subsidie stimuleert de inzet van personen die de leergang broedplaats010 hebben afgerond, om deze opgedane competenties in te zetten bij de ontwikkeling en uitvoering van experimenten ingediend voor het thema ‘innovaties anders organiseren’. De subsidie faciliteert in het leveren van tijd. Op deze manier wordt hun denkkracht en expertise beschikbaar gesteld aan het Rotterdamse onderwijs.
Artikel 19b Duurzame inzet leraren
Duurzame inzet leraren bestaat uit:
de subsidie is ter ondersteuning van de ontwikkeling en uitvoering van projecten voor de actielijn ‘anders organiseren van de lerarenaanpak’, ter stimulering van experimenten en pilots die op de lange termijn bijdragen aan een andere opbouw van de organisatie of die bijdragen aan het duurzaam aantrekkelijk maken van het beroep van leraar;
de subsidie heeft als doel het versterken van de inzet van de directies voor de ontwikkeling en uitvoering van initiatieven op het gebied van innovaties anders organiseren, zodat directeuren meer tijd en aandacht kunnen geven aan ontwikkeling en aansturing van initiatieven en de begeleiding van het schoolteam in de veranderopgave;
Hoofdstuk 4 Subsidie voor scholen in de Children’s Zone
De subsidie dagprogrammering is voor dagprogrammering op po scholen in de Children’s Zone. De dagprogrammering draagt bij aan goede onderwijsresultaten, bredere vorming en een evenwichtige sociaal-emotionele ontwikkeling van leerlingen die onderwijs volgen op po-scholen in de Children’s Zone. Voor de po-scholen in de Children’s Zone geldt dat de subsidie Lekker Fit en IKEI deel uit kunnen maken van de dagprogrammering. Dagprogrammering geldt voor po-scholen in de Children’s Zone.
Dagprogrammering beslaat 10 uur per week bovenop de reguliere onderwijstijd. In totaal is dagprogrammering op jaarbasis 400 uur bovenop de reguliere 940 uur. Schoolbesturen dienen op basis van een met de gemeente gezamenlijk op te stellen en vast te stellen programma een aanvraag in voor 10 uur dagprogrammering per week. Een deel van dagprogrammering is subsidiabel, die uren zijn onder regie van school. Een deel van de verstrekking is in natura (zoals Lekker Fit!, IKEI).
Artikel 23 Ieder Kind een Instrument
De subsidie ‘Ieder Kind een Instrument’ biedt kinderen van de basisschool de kans om een instrument te leren bespelen en samen muziek te maken. Het talent voor muziek wordt op school ontdekt en ontwikkeld en het enthousiasme groeit spelenderwijs. In schooljaar 2019-2020 wordt de inzet op de bestaande IKEI-scholen voortgezet. Vanaf schooljaar 2020-2021 kan een verschuiving van de inzet richting scholen in de Rotterdams Children’s Zone plaatsvinden.
Artikel 24 Medewerker ouderbetrokkenheid
Artikel 26 Intrekken oude subsidieregeling
De Nadere regels Rotterdams Onderwijsbeleid 2018-2019 en de Beleidsregel Rotterdams Onderwijsbeleid 2018-2019 worden ingetrokken.
De Nadere regels Rotterdams Onderwijsbeleid 2018-2019 en de Beleidsregel Rotterdams Onderwijsbeleid 2018-2019 blijven van toepassing op subsidies verstrekt op grond van deze regeling en op volledige aanvragen om subsidie die zijn ingediend vóór inwerkingtreding van deze subsidieregeling.
Bijlage 1: Berekening schoolontwikkelingsbudget, als bedoeld in artikel 7
Basisbestanden van DUO: data.duo.nl
Voortgezet onderwijs, leerlingen
Wetten.overheid.nl: Van de Regeling Leerplusarrangement vo, Nieuwkomers vo en eerste opvang Vreemdelingen 2009 de meest recente bijlage 5: Lijst met postcodes van de armoedeprobleemcumulatiegebieden.
Inzet van het beschikbare bedrag
Het beschikbare bedrag van € 21.460.000 wordt als volgt inzet.
Algemene uitgangspunten voor berekening
De beschikbare middelen zijn onderverdeeld naar drie hoofdgroepen: po, vo en (v)so (zie onderstaande tabel). De scholen voor (v)so kunnen maximaal € 10.000 subsidie per vestiging krijgen. De te verdelen middelen voor po en vo worden berekend door het totale budget te verminderen met € 10.000 per schoolvestiging (v)so per hoofdgroep (zie onderstaande tabel).
Berekening schoolontwikkelingsbudget primair onderwijs
Berekening schoolontwikkelingsbudget voortgezet onderwijs
Het resterende bedrag wordt over alle leerlingen (van praktijkonderwijs tot gymnasium) voortgezet onderwijs verdeeld. Het bedrag per leerling wordt bepaald op basis van het beschikbare gecorrigeerde vo-budget, het leerlingaantal op de betreffende schoolvestigingen en het aantal leerlingen dat daarvan woont in een APC-gebied. De berekening is als volgt:
Berekening schoolontwikkelingsbudget voor overgang door nieuwe verdeelsystematiek
schoolontwikkelingsbudget overgang
= schoolontwikkelingsbudget nieuwe + (schoolontwikkelingsbudget oud -schoolontwikkelingsbudget nieuw) /2
Dit gemeenteblad 2019, nummer 21, is uitgegeven op 19 februari 2019 en ligt op werkdagen van 8.30 tot 16.00 uur ter inzage bij het Bestuurlijk Informatiecentrum Rotterdam (BIR), locatie Stadswinkel Centrum, Coolsingel 40 (zijde Doelwater, tegenover hoofdbureau politie)
Zie ook: www.bis.rotterdam.nl – Regelgeving of Gemeentebladen chronologisch
Wordt aangepast aan het nieuwe onderwijsresultatenmodel voor het po zodra deze in gebruik wordt genomen door de Inspectie van het onderwijs. Zie ook: https://www.onderwijsinspectie.nl/onderwerpen/onderwijsresultaten-primair-onderwijs/naar-een-nieuw-onderwijsresultatenmodel