Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Breda

Besluit van de burgemeester van de gemeente Breda houdende regels omtrent cameratoezicht Aanwijzingsbesluit cameratoezicht binnenstad 2018

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieBreda
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBesluit van de burgemeester van de gemeente Breda houdende regels omtrent cameratoezicht Aanwijzingsbesluit cameratoezicht binnenstad 2018
CiteertitelAanwijzingsbesluit cameratoezicht binnenstad 2018
Vastgesteld doorburgemeester
Onderwerpopenbare orde en veiligheid
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Dit besluit is geldig tot vijf jaar na datum van inwerking treden van dit besluit.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 151c van de Gemeentewet
  2. https://decentrale.regelgeving.overheid.nl/cvdr/XHTMLoutput/Actueel/Breda/CVDR611200.html
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-03-201914-08-2018nieuwe regeling

14-02-2019

gmb-2019-46748

2018-1884

Tekst van de regeling

Intitulé

Besluit van de burgemeester van de gemeente Breda houdende regels omtrent cameratoezicht Aanwijzingsbesluit cameratoezicht binnenstad 2018  

De burgemeester van Breda,

 

  • Overwegende dat ingevolge artikel 151c van de Gemeentewet de raad bij verordening de burgemeester de bevoegdheid kan verlenen om, indien dat in het belang van de handhaving van de openbare orde noodzakelijk is, te besluiten om voor een bepaalde duur camera’s in te zetten ten behoeve van het toezicht op een openbare plaats;

  • Overwegende dat de gemeenteraad in artikel 2.74 van de Algemene Plaatselijke Verordening Breda 2018 de burgemeester de bevoegdheid heeft verleend om overeenkomstig artikel 151c Gemeentewet te besluiten tot plaatsing van camera’s voor een bepaalde duur ten behoeve van het toezicht op openbare plaatsen, in de gehele gemeente Breda;

  • Overwegende dat in artikel 151c, tweede lid, van de Gemeentewet is bepaald dat de burgemeester besluit met inachtneming van het in de verordening van de raad bepaalde:

    • a.

      binnen welk gebied, bestaande uit openbare plaatsen of andere voor een ieder toegankelijke plaatsen als bedoeld in het eerste lid, camera’s worden ingezet;

    • b.

      voor welke duur de gebiedsaanwijzing plaatsvindt;

  • Overwegende dat uit de evaluatie van het cameratoezicht 2014-2018 ter handhaving van de openbare orde in de bij besluit van 14 augustus 2013 aangewezen gebieden blijkt dat dit cameratoezicht onverminderd noodzakelijk is en op enkele locaties als gevolg van de ontwikkeling van het veiligheidsbeeld uitbreiding van het aangewezen gebied vereist;

  • Overwegende dat dit cameratoezicht onderdeel uitmaakt van een breder pakket aan maatregelen, te weten:

    • °

      In het uitgaanscentrum om het veilig uitgaan in het uitgaanscentrum van Breda te waarborgen zoals vastgelegd met partners in het convenant Veilig Uitgaan in Breda;

    • °

      In het zogenoemde VAST gebied (Valkenberg – Station)in het kader van de projectmatige aanpak van de overlastproblematiek aldaar van vooral drugs- en alcoholverslaafden.

  • Overwegende dat gelet op de uitkomst van de voornoemde evaluatie en brede aanpak als vastgelegd in het eveneens voornoemde convenant het cameratoezicht voldoet aan de eisen van proportionaliteit en subsidiariteit;

  • Overwegende dat het in dit aanwijzingsbesluit om gebieden gaat waar de bebouwing niet primair en uitsluitend is bestemd voor bewoning als bedoeld in artikel 2.74 van de Algemene Plaatselijke verordening Breda 2018;

  • Overwegende dat de burgemeester voorafgaand aan dit aanwijzingsbesluit afspraken heeft gemaakt met de officier van justitie zoals genoemd in artikel 151c, derde lid, van de Gemeentewet omtrent de perioden waarin de camera’s daadwerkelijk worden gebruikt en de met de camera’s gemaakte beelden worden opgenomen; 

Gelet op het bepaalde in artikel 151c van de Gemeentewet en artikel 2.74 van de Algemene Plaatselijke Verordening Breda 2018;  

 

BESLUIT:

 

Vast te stellen het navolgende aanwijzingsbesluit cameratoezicht binnenstad 2018

  • 1.

    Het volgende gebied aan te wijzen als gebied waar met camera’s op de openbare weg toezicht wordt gehouden:

    • a.

      het horecaconcentratiegebied dat bestaat uit volgende straten:

      Kasteelplein, Catharinastraat (deel tussen Kasteelplein en Sint Annastraat), Cingelstraat, Kraanstraat, Reigerstraat, Vismarktstraat, Schoolstraat, Havermarkt, Potkanstraat, Hoge Brug, Haven, Tolbrugstraat (inclusief de daaraan grenzende delen van de Nieuwe Weg en Nieuwstraat), Lange Brugstraat, Visserstraat, Torenstraat, Kerkplein, Grote Markt, Veemarktstraat (deel tussen Grote Markt en Molenstraat/Sint Annastraat), Sint Annastraat, Korte Brugstraat, Sint Janstraat, Halstraat, Ridderstraat, Karnemelkstraat (inclusief de daaraan grenzende delen van de Eindstraat en Ginnekenstraat), Houtmarkt (inclusief de daaraan grenzende delen van de Oude Vest en Keizerstraat), Prinsenkade inclusief het daaraan grenzende deel van de Haagdijk, Nieuwe Prinsenkade inclusief het hieraan grenzende deel van de Adriaan van Bergenstraat.

    • b.

      Chasseveld en de daaraan grenzende delen van de Claudius Prinsenlaan, Nieuwe Pasbaan en Nassausingel;

    • c.

      Het NS-station Breda en het centraal busstation voor zover het een openbare plaats betreft, de Gravinnen van Nassauboulevard en de aan het station grenzende delen van de Stationslaan en het Stationsplein;

  • 2.

    Dat dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na bekendmaking en werkt terug tot en met 14 augustus 2018

  • 3.

    Dit besluit is geldig tot vijf jaar na datum van inwerking treden van dit besluit.

Dr. P.F.G. Depla,

Burgemeester van Breda