Organisatie | Zutphen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Zutphen houdende bepalingen over handhaving Wet kinderopvang (Beleidsregel handhaving Wet kinderopvang gemeente Zutphen 2019) |
Citeertitel | Beleidsregel handhaving Wet kinderopvang gemeente Zutphen 2019 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | Werk |
Externe bijlage | Beleidsregel handhaving kinderopvang 2019 |
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
15-02-2019 | Nieuwe regeling | 05-02-2019 | 133439 |
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Zutphen,
gelet op artikel(en) 1.61, eerste lid, 1.65, eerste lid, 1.66 en 1.72, eerste lid, van de Wet kinderopvang;
gelet op artikel 4:81 e.v. van de Algemene wet bestuursrecht;
Beleidsregel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Zutphen houdende bepalingen over handhaving Wet kinderopvang (Beleidsregel handhaving Wet kinderopvang gemeente Zutphen 2019)
Deze beleidsregel is van toepassing bij de handhaving van een overtreding van de bij of krachtens de wet gestelde regelgeving en vormt voor het college het kader bij de handhaving.
Artikel 3 Vormen van handhaving
Bij het uitvoeren van het handhavingsbeleid heeft het college de volgende mogelijkheden:
Artikel 5 Herstelsanctie en waarschuwing
Deze termijnen hanteert het college eveneens als begunstigingstermijn als ervoor gekozen is om een last onder dwangsom/ last onder bestuursdwang op te leggen.
Artikel 6 Intrekking toestemming tot exploitatie
Als niet (langer) wordt voldaan aan de definities van de Wet kinderopvang voor wat betreft de geregistreerde voorziening (dagopvang, buitenschoolse opvang, gastouderbureau, voorziening voor gastouderopvang) wordt de gegeven toestemming tot exploitatie ingetrokken door middel van een beschikking overeenkomstig artikel 1.46, vijfde en zesde lid van de wet. Aansluitend wordt de registratie verwijderd uit het landelijk register kinderopvang.
Aldus besloten op 5 februari 2019
Het college van burgemeester en wethouders,
De burgemeester, de secretaris
De beleidsregel handhaving Wet kinderopvang Zutphen 2019 richt zich op het opheffen van overtredingen in plaats van op het bestraffen van overtredingen. Om die reden wordt ook geen gebruik gemaakt van de bestuurlijke boete.
In een herstellend handhavingstraject zijn verschillende stappen te onderscheiden.
stap 1: een waarschuwing of een aankondiging last onder dwangsom/ last onder bestuursdwang.
In het handhavingstraject inzake de Wet kinderopvang volgt het college de Algemene wet bestuursrecht. Afhankelijk van de ernst van de overtreding zoals vastgesteld in de bijlage volgt dus een waarschuwing of een aankondiging van een last onder dwangsom of een last onder bestuursdwang.
De Wet kinderopvang kent een extra instrument, de aanwijzing. Deze gebruikt het college niet, omdat de aanwijzing feitelijk een waarschuwing in de vorm van een besluit is. Er is geen rechtsgevolg, maar wel een bezwaarmogelijkheid. Wil het college na een aanwijzing alsnog gaan handhaven, dan is er alsnog een aankondiging van een last onder dwangsom of een last onder bestuursdwang nodig.
stap 2: hercontrole door toezichthouder.
Nadat de eerste termijn om de overtreding op te heffen verlopen is, voert de toezichthouder van de GGD een hercontrole uit. Deze stap is expliciet opgenomen om duidelijk in het proces te hebben staan dat de controles gedaan worden door de GGD.
stap 3: besluit last onder dwangsom/ last onder bestuursdwang.
De algemene bestuursdwangbevoegdheid is neergelegd in artikel 125 van de Gemeentewet. In gevallen waarin het bestuursorgaan de mogelijkheid heeft om zelf de overtreding te beëindigen (op kosten van de overtreder) kan een last onder bestuursdwang opgelegd worden. De bevoegdheid tot het opleggen van een last onder dwangsom is een van de bestuursdwangbevoegdheid afgeleide bevoegdheid; neergelegd in artikel 5:32 Awb.
De last onder dwangsom kan ook preventief worden opgelegd. Van een preventieve last is sprake als de last wordt opgelegd voordat enige overtreding heeft plaatsgevonden. Hiervoor geldt dat het gevaar van de overtreding klaarblijkelijk dreigt: dat wil zeggen dat de overtreding zich met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid zal voordoen.
stap 4: controles door toezichthouder.
stap 5: verbeuren last onder dwangsom/ effectueren bestuursdwang.
Als een overtreding niet is opgeheven binnen de begunstigingstermijn wordt van rechtswege een dwangsom verbeurd. Het effectueren van bestuursdwang gebeurt niet van rechtswege. Hiervoor zal er van gemeentewege actie moeten worden ondernomen.
stap 6: herhalen van stappen 4 en 5/ aankondiging exploitatieverbod.
Verbeuren van een dwangsom wordt voorafgegaan door een controle van de toezichthouder. Verbeuren vindt plaats tot de maximale dwangsom is verbeurd of de overtreding is opgeheven. Mocht de overtreding niet zijn opgeheven nadat de maximale dwangsom is verbeurd, dan is er een keuze moment.
Ten eerste kan er een nieuwe zwaardere dwangsom worden opgelegd.
Als een eerste last onder dwangsom geen resultaat heeft gehad, kan worden overwogen een nieuwe, hogere last onder dwangsom op te leggen. Dit vereist dan wel een nieuw besluit. Ook kan besloten worden tot een volgende stap in het herstellend handhavingstraject.
Ten tweede kan er ingezet worden op een exploitatie verbod.
Dit is een zwaar middel, maar in denkbare gevallen proportioneel. Aan het exploitatieverbod gaat uiteraard een aankondiging van het voorgenomen besluit vooraf.
stap 7: intrekken van de toestemming tot exploitatie en verwijderen van de registratie uit het landelijk register kinderopvang.
Het college kan de houder verbieden een kindercentrum, een voorziening voor gastouderopvang of een gastouderbureau in exploitatie te nemen dan wel de exploitatie voort te zetten. Dit kan het college onder andere in de volgende gevallen:
Vanaf het moment dat voor een voorziening voor kinderopvang de toestemming tot exploitatie is ingetrokken en de registratie van deze voorziening verwijderd is uit het landelijk register kinderopvang, is er geen sprake meer van kinderopvang in de zin van de wet. Voortzetten van de exploitatie leidt tot niet geregistreerde kinderopvang (illegale kinderopvang) en kan leiden tot een bestuurlijke boete of vervolging door het Openbaar Ministerie op basis van overtreding van de Wet Economische Delicten.
De duur van de hersteltermijn is afhankelijk van de prioriteit die is toegekend aan de kwaliteitseis zoals vermeld in het afwegingsoverzicht, dat als bijlage 1 is opgenomen.
Bij het geven van een waarschuwing gelden de volgende hersteltermijnen:
Deze termijnen worden eveneens gehanteerd als begunstigingstermijn als ervoor gekozen is om een last onder dwangsom/ last onder bestuursdwang op te leggen.
De bedragen die opgenomen zijn in bijlage 1, die bij deze beleidsregel hoort, vormen de richtlijn bij het bepalen van de hoogte van de dwangsom.
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Dit artikel behoeft geen nadere toelichting.
Dit artikel behoeft geen nadere toelichting.
Artikel 3 Vormen van handhaving
In dit artikel worden de vormen van handhaving benoemd. Een waarschuwing heeft voornamelijk gevolgen als na verloop van een jaar de overtreding niet is opgeheven en de herstelmaatregel, gericht op herstel van een overtreding en/of voorkoming van herhaling, niet is uitgevoerd.
De kwaliteitseisen waaraan bij of krachtens de Wet kinderopvang voldaan moet worden staan in de wet zelf en de onderliggende regelgeving. Een volledige opsomming is ook terug te vinden in de door de toezichthouder kinderopvang gebruikte modelrapporten.
Artikel 5 Herstelsanctie en waarschuwing
Voor een uitgebreide toelichting op dit artikel wordt verwezen naar Algemene toelichting.
Artikel 6 Intrekking toestemming tot exploitatie
Als een geregistreerde voorziening, te weten dagopvang, buitenschoolse opvang, gastouderbureau of voorziening voor gastouderopvang niet meer voldoet aan de definitie hiervan in de Wet kinderopvang wordt de gegeven toestemming tot exploitatie door middel van een beschikking ingetrokken en wordt de registratie uit het landelijk register kinderopvang verwijderd. Dit, omdat uitsluitend kinderopvangvoorzieningen die aan de definitie voldoen worden geregistreerd en geëxploiteerd mogen worden. Er wordt in dit geval geen herstellend handhavingstraject ingezet.
Dit artikel behoeft geen nadere toelichting.