Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Hoeksche Waard

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Hoeksche Waard houdende regels omtrent de raadscommissie Verordening op de raadscommissie Hoeksche Waard 2019

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieHoeksche Waard
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening van de gemeenteraad van de gemeente Hoeksche Waard houdende regels omtrent de raadscommissie Verordening op de raadscommissie Hoeksche Waard 2019
CiteertitelVerordening op de raadscommissie Hoeksche Waard 2019
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervangt de Verordening op de raadscommissies van de gemeente Binnenmaas 2016, de Verordening raadscommissies Cromstrijen, de Verordening op de raadscommissies Korendijk 2016, de Verordening op de raadscommissies Strijen 2008 en de Verordening op de raadscommissies 2008 van de gemeente Oud-Beijerland.

Deze regeling bevat de vroegst mogelijke datum van inwerkingtreding.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

artikel 82, eerste lid, van de Gemeentewet

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

16-01-2019nieuwe regeling

02-01-2019

gmb-2019-8657

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Hoeksche Waard houdende regels omtrent de raadscommissie Verordening op de raadscommissie Hoeksche Waard 2019

De raad van de gemeente Hoeksche Waard;

 

Gelet op de besprekingen in de werkgroep Werkwijze en Ondersteuning en gelet op de voorlopige besprekingen en vaststellingen in de klankbordgroepvergadering van 10 september 2019;

 

gelet op artikel 82, eerste lid, van de Gemeentewet;

 

besluit de volgende verordening vast te stellen:

 

Verordening van op de raadscommissie Hoeksche Waard 2019

 

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

 

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • -

    commissiegriffier: griffier van de raadscommissie of diens plaatsvervanger;

  • -

    commissielid: lid van de raadscommissie of diens plaatsvervanger;

  • -

    burgerlid: lid van de raadscommissie, maar niet tevens lid van de raad;

  • -

    raad: gemeenteraad van de Hoeksche Waard;

  • -

    commissievoorzitter: voorzitter van de raadscommissie of diens plaatsvervanger;

  • -

    griffier: griffier van de raad of diens plaatsvervanger;

  • -

    wet: Gemeentewet.

Artikel 2. Instelling raadscommissie

De raad stelt een raadscommissie in welke adviseert en overlegt over alle onderwerpen die aan de gemeenteraad worden voorgelegd.

 

Artikel 3. Taken

De raadscommissie heeft de volgende taken::

  • a.

    brengt advies uit aan de raad over die onderwerpen waarop haar werkzaamheden betrekking hebben;

  • b.

    kan advies uitbrengen aan de raad over andere onderwerpen dan bedoeld onder a, en

  • c.

    voert overleg met het college of de burgemeester over in ieder geval de door hen verstrekte inlichtingen en het gevoerde bestuur ten aanzien van de onderwerpen, bedoeld onder a.

Artikel 4. Samenstelling; benoeming commissievoorzitter

  • 1.

    De raadscommissie bestaat uit maximaal 37 commissieleden, naar evenredigheid van het aantal zetels in de raad.

  • 2.

    De leden van de raad hebben, met inachtneming van het bepaalde in lid 6, qualitate qua zitting in de commissie. Zij kunnen zich in de commissie laten vervangen door burgerleden.

  • 3.

    Burgerleden worden door de raad op voordracht van de fracties benoemd. Per fractie kunnen maximaal 3 burgerleden worden benoemd.

  • 4.

    De samenstelling van de vertegenwoordiging kan per vergadering en per agendapunt wisselen.

  • 5.

    De artikelen 10, 11, 12, 13, 14 en 15 van de wet zijn van overeenkomstige toepassing op burgerleden.

  • 6.

    De raad benoemt uit zijn midden de commissievoorzitter en twee plaatsvervangende commissievoorzitters.

  • 7.

    De voorzitter is belast met:

    • a.

      het leiden van vergaderingen;

    • b.

      het handhaven van de orde;

    • c.

      het verlenen van het woord en het formuleren van de conclusies;

    • d.

      het doen naleven van deze verordening;

    • e.

      hetgeen deze verordening hem verder opdraagt.

  • 8.

    De voorzitter is geen lid van de commissie.

  • 9.

    Het voorzitterschap rouleert volgens een vooraf vastgesteld schema.

Artikel 5. Zittingsduur en vacatures

  • 1.

    De zittingsperiode van een commissielid en -voorzitter eindigt in ieder geval met het einde van de zittingsperiode van de raad.

  • 2.

    Het lidmaatschap van een burgerlid eindigt als niet meer wordt voldaan aan de in artikel 4, vijfde lid, gestelde eisen.

  • 3.

    De raad kan burgerlid ontslaan op voorstel van de fractie die het lid voor benoeming heeft voorgedragen.

  • 4.

    De raad kan de commissievoorzitter ontslaan.

  • 5.

    Een commissielid en -voorzitter kunnen te allen tijde ontslag nemen. Zij doen daarvan schriftelijk mededeling aan de raad. Het ontslag gaat een maand na de schriftelijke mededeling in of zoveel eerder als hun opvolger is benoemd.

  • 6.

    Als door overlijden of ontslag een vacature ontstaat, beslist de raad zo spoedig mogelijk over de vervulling daarvan.

  • 7.

    Het lidmaatschap van burgerleden , benoemd op voordracht van een fractie die niet langer vertegenwoordigd is in de raad, vervalt van rechtswege.

Artikel 6. De commissiegriffier

  • 1.

    De griffier van de raad wijst ter ondersteuning van de raadscommissie een op de griffie werkzame ambtenaar aan als commissiegriffier.

  • 2.

    De commissiegriffier is aanwezig in de vergaderingen.

  • 3.

    Bij verhindering of afwezigheid wordt de commissiegriffier vervangen door een door de griffier van de raad aangewezen op de griffie werkzame ambtenaar..

  • 4.

    De commissiegriffier kan op uitnodiging van de commissievoorzitter aan beraadslagingen in vergaderingen deelnemen.

Hoofdstuk 2. Vergaderingen

 

Paragraaf 1. Voorbereiding

Artikel 7. Oproep en agenda

  • 1.

    De commissievoorzitter zendt ten minste 7 dagen voor een vergadering de commissieleden een schriftelijke oproep en de voorlopige agenda met de daarbij behorende stukken.

  • 2.

    In spoedeisende gevallen kan de commissievoorzitter na het verzenden van een schriftelijke oproep een aanvullende agenda opstellen. Zo spoedig mogelijk, maar uiterlijk 48 uur voor aanvang van de vergadering, wordt deze met de daarbij behorende stukken aan de leden gezonden.

  • 3.

    Op de stukken, bedoeld in het eerste en tweede lid, is artikel 8, derde lid, van toepassing.

  • 4.

    De agenda wordt bij aanvang van een vergadering door de raadscommissie vastgesteld.

Artikel 8. Ter inzage leggen van stukken

  • 1.

    Stukken die ter toelichting van de onderwerpen of voorstellen op een agenda dienen, worden gelijktijdig met het verzenden van de schriftelijke oproep op het gemeentehuis ter inzage gelegd. Als na het verzenden van de schriftelijke oproep stukken ter inzage worden gelegd, wordt hiervan mededeling gedaan aan de leden van de raadscommissie en zo mogelijk door middel van openbare kennisgeving.

  • 2.

    Elektronisch beschikbare stukken worden op de website van de gemeente geplaatst.

  • 3.

    Stukken waaromtrent op grond van artikel 86, eerste en tweede lid, van de wet geheimhouding is opgelegd, blijven in afwijking van het eerste en tweede lid onder berusting van de griffier en verleent deze de commissieleden op verzoek inzage.

Artikel 9. Openbare kennisgeving

  • 1.

    Commissievergaderingen worden ter openbare kennis gebracht op de gebruikelijke wijze en door plaatsing op de internetsite van de gemeente.

  • 2.

    In spoedeisende gevallen kan de openbare kennisgeving uitsluitend langs elektronische weg plaatsvinden.

     

Paragraaf 2. Vergadering

Artikel 10. Presentielijst

  • 1.

    De commissiegriffier draagt zorg voor het bijhouden van presentielijsten van vergaderingen.

  • 2.

    Bij binnenkomst in de vergaderzaal tekenen commissieleden de presentielijst, die aan het einde van elke vergadering door de commissievoorzitter en de commissiegriffier door ondertekening wordt vastgesteld.

Artikel 11. Opening vergadering en quorum

(gereserveerd)

Artikel 12. Advies; geen stemmingen

  • 1.

    Als een raadscommissie een advies aan de raad uitbrengt, beslissen de leden op voorstel van de commissievoorzitter over de inhoud van het advies.

  • 2.

    In het advies worden opgenomen de standpunten van alle fracties en commissieleden die geen raadslid zijn.

  • 3.

    In een vergadering vinden geen stemmingen plaats, met uitzondering van stemmingen over geheimhouding en met betrekking tot de orde.

Artikel 13. Aantal spreektermijnen

  • 1.

    Beraadslaging over onderwerpen of voorstellen geschiedt in ten hoogste twee termijnen, tenzij de raadscommissie anders beslist.

  • 2.

    Spreektermijnen worden door de commissievoorzitter afgesloten.

  • 3.

    Commissieleden voeren in een termijn niet meer dan éénmaal het woord over hetzelfde onderwerp of voorstel.

  • 4.

    Bij de bepaling hoeveel keer een commissielid over hetzelfde onderwerp of voorstel het woord heeft gevoerd, wordt niet meegerekend het spreken over een voorstel van orde.

Artikel 14. Deelname aan de beraadslaging door anderen

Een raadscommissie kan besluiten dat anderen mogen deelnemen aan de beraadslaging.

Artikel 15. Spreekrecht burgers

  • 1.

    Burgers kunnen in een vergadering het woord voeren (spreekrecht).

  • 2.

    Degene die van het spreekrecht gebruik wil maken, meldt dit vóór 12.00 uur op de dag van de vergadering aan de commissiegriffier onder vermelding van zijn naam, adres en telefoonnummer en het onderwerp waarover hij het woord wenst te voeren.

  • 3.

    Personen die het woord willen voeren over onderwerpen die niet op de agenda staan, krijgen bij de behandeling van het agendapunt “spreekrecht” de gelegenheid om het woord te voeren. Personen die het woord willen voeren over geagendeerde onderwerpen, krijgen de gelegenheid om voorafgaand aan de behandeling van dat onderwerp het woord te voeren.

  • 4.

    De commissievoorzitter geeft het woord op volgorde van aanmelding, tenzij afwijking van die volgorde in het belang is van de orde van de vergadering.

  • 5.

    De inspreker voert het woord, nadat de commissievoorzitter hem dit heeft verleend. De commissievoorzitter kan de deelnemers aan de vergadering toestaan aan insprekers een korte, verhelderende vraag te stellen. Er vindt geen discussie plaats tussen een inspreker en deelnemers van de vergadering.

  • 6.

    De commissievoorzitter of een commissielid doet een voorstel voor de behandeling van de inbreng van de inspreker.

  • 7.

    Het woord kan niet gevoerd worden over:

    • a.

      een besluit van het gemeentebestuur waartegen bezwaar en beroep openstaat of heeft opengestaan;

    • b.

      benoemingen, keuzen, voordrachten of aanbevelingen van personen;

    • c.

      een gedraging waarover een klacht ex artikel 9:1 van de Algemene wet bestuursrecht kan of kon worden ingediend

  • 8.

    Regels voor de spreekrecht burgers:

    • a.

      De totaal beschikbare spreektijd voor het spreekrecht bedraagt maximaal dertig minuten.

    • b.

      Zij die zich als spreker hebben aangemeld, krijgen van de voorzitter gedurende maximaal 5 minuten het woord.

    • c.

      Indien zich meer dan 6 sprekers hebben aangemeld, wordt de totaal beschikbare spreektijd naar evenredigheid verdeeld

  • 9.

    De voorzitter kan iemand het spreekrecht weigeren indien:

    • a.

      hij vreest, dat gezien het onderwerp, de belangen van derden zonder enig redelijk doel ernstig zullen worden geschaad;

    • b.

      degene die zich aanmeldt, bij gebruikmaking van het spreekrecht binnen een onmiddellijk voorafgaande periode van één jaar de orde van de vergadering op ernstige wijze heeft verstoord, en de vrees bestaat dat hij zich opnieuw hieraan schuldig zal maken.

Artikel 16. Handhaving orde en schorsing

  • 1.

    De commissievoorzitter handhaaft de orde in de vergadering.

  • 2.

    Hij kan de raadscommissie voorstellen aan een commissielid dat door zijn gedragingen de geregelde gang van zaken belemmert het verdere verblijf in de vergadering te ontzeggen. Over het voorstel wordt niet beraadslaagd. Na aanneming daarvan verlaat het commissielid de vergadering onmiddellijk. Zo nodig doet de commissievoorzitter hem verwijderen. Bij herhaling van zijn gedrag kan het commissielid bovendien voor ten hoogste drie maanden de toegang tot de vergadering worden ontzegd.

  • 3.

    Hij kan ter handhaving van de orde de vergadering voor een door hem te bepalen tijd schorsen en, als na de heropening de orde opnieuw wordt verstoord, de vergadering sluiten.

  • 4.

    Hij roept sprekers tot de orde als deze zich in beledigende of onbetamelijke uitdrukkingen uitlaten, afwijken van het in behandeling zijnde onderwerp, andere sprekers herhaaldelijk interrumperen, dan wel anderszins de orde verstoren. Sprekers die hieraan geen gevolg geven kunnen door hem het woord ontnomen worden over het aanhangige onderwerp.

Artikel 17. Voorstellen van orde

Commissieleden kunnen tijdens een vergadering mondeling een voorstel van orde betreffende de vergadering doen. De raadscommissie beslist hier terstond over.

Artikel 18. Verslag

  • 1.

    De commissiegriffier draagt zorg voor videoverslagen en verslagen van vergaderingen. Tevens wordt een besluitenlijst opgesteld.

  • 2.

    Uit een verslag blijkt in ieder geval:

    • a.

      de namen van de commissievoorzitter, de griffier, de commissiegriffier, de burgemeester, de wethouders en de commissieleden, allen voor zover aanwezig, alsmede van de overige personen die het woord gevoerd hebben;

    • b.

      een aantekening van welke commissieleden afwezig waren;

    • c.

      een vermelding van de zaken die aan de orde zijn geweest;

    • d.

      een zakelijke samenvatting van het gesprokene met vermelding van de namen van de sprekers;

    • e.

      een samenvatting van het advies aan de raad met vermelding van de namen van de commissieleden die mededeling hebben gedaan van hun goed- of afkeuring en met aantekening van de namen van de commissieleden die zich niet hebben uitgelaten, en

    • f.

      bij het desbetreffende agendapunt de naam en de hoedanigheid van die personen aan wie het op grond van artikel 14 door de raadscommissie is toegestaan deel te nemen aan de beraadslagingen.

  • 3.

    Een conceptverslag wordt gelijktijdig met de verzending aan de commissieleden verzonden aan de overige personen die het woord hebben gevoerd in de vergadering waarop het betrekking heeft.

  • 4.

    Vastgestelde verslagen worden ondertekend door de commissievoorzitter en commissiegriffier.

  • 5.

    Videoverslagen en verslagen worden op de website van de gemeente geplaatst.

     

Paragraaf 3. Besloten vergaderingen

Artikel 19. Toepassing verordening op besloten vergaderingen

Op besloten vergaderingen is deze verordening van overeenkomstige toepassing voor zover dat niet strijdig is met het besloten karakter van de vergadering.

 

Artikel 20. Verslag besloten vergadering

  • 1.

    Conceptverslagen van besloten vergaderingen worden niet verspreid, maar uitsluitend voor de commissieleden ter inzage gelegd bij de commissiegriffier.

  • 2.

    Deze verslagen worden zo spoedig mogelijk in een besloten vergadering ter vaststelling aangeboden. Tijdens deze vergadering neemt de raadscommissie een besluit over het al dan niet openbaar maken van het verslag.

  • 3.

    De vastgestelde verslagen worden door de commissievoorzitter en de commissiegriffier ondertekend.

Artikel 21. Opheffing geheimhouding

Als de raad op grond van artikel 25, derde en vierde lid, van de wet voornemens is de geheimhouding op te heffen, wordt, als de raadscommissie die geheimhouding heeft opgelegd daarom verzoekt, daarover in een besloten vergadering met de raadscommissie overleg gevoerd.

 

Paragraaf 4. Toehoorders en pers

Artikel 22. Toehoorders en pers

  • 1.

    Toehoorders en vertegenwoordigers van de pers wonen openbare vergaderingen uitsluitend bij op de voor hen bestemde plaatsen.

  • 2.

    Het blijkgeven van tekenen van goed- of afkeuring of het op andere wijze verstoren van de orde is hen verboden.

  • 3.

    De commissievoorzitter is bevoegd, wanneer de orde in de vergadering op enigerlei wijze door toehoorders wordt verstoord, deze en zo nodig andere toehoorders te doen vertrekken.

  • 4.

    Hij is bevoegd toehoorders die bij herhaling de orde in de vergadering verstoren voor ten hoogste drie maanden de toegang tot de vergadering te ontzeggen.

Artikel 23. Geluid- en beeldregistraties

Degenen die van een openbare vergadering geluid- of beeldregistraties willen maken, doen hiervan mededeling aan de commissievoorzitter en gedragen zich naar diens aanwijzingen.

Hoofdstuk 3. Slotbepalingen

Artikel 23a Beeldvormende en oriënterende vergaderingen

De artikelen 13 (spreektermijnen), 15 (spreekrecht) en 18 (verslag) zijn niet van toepassing op beeldvormende en oriënterende vergaderingen.

Artikel 24. Intrekking oude verordening

De volgende verordeningen worden ingetrokken:

  • -

    Verordening op de raadscommissies van de gemeente Binnenmaas 2016;

  • -

    Verordening raadscommissies Cromstrijen;

  • -

    Verordening op de raadscommissies Korendijk 2016;

  • -

    Verordening op de raadscommissies Strijen 2008

  • -

    Verordening op de raadscommissies 2008 van de gemeente Oud-Beijerland

Artikel 25. Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2019.

  • 2.

    Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening op de raadscommissie Hoeksche Waard 2019

 

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 2 januari 2019,

De griffier,

E.R.M. Hesen

De voorzitter,

P.A.C.M. van der Velden