Organisatie | IJsselstein |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en invordering van afvalstoffenheffing en reinigingsrechten 2010 |
Citeertitel | verordening reinigingsheffingen 2010 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | belastingen, retributies en heffingen |
Geen
artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet en artikel 15.33 van de Wet milieubeheer
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
07-01-2010 | 01-01-2010 | 01-01-2011 | Nieuwe regeling | 17-12-2009 gemeenteblad 2009-31 | 2009/18910 |
Hoofdstuk II Afvalstoffenheffing
Artikel 3 Aard van de belasting en belastbaar feit
De afvalstoffenheffing als bedoeld in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel wordt naar afzonderlijke grondslagen geheven ter zake van het feitelijk gebruik van een perceel ten aanzien waarvan krachtens artikel 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.
Voor de toepassing van het eerste lid wordt als gebruiker aangemerkt:
ingeval een gedeelte van een perceel ten gebruike is afgestaan: degene die dat gedeelte ten gebruike heeft afgestaan.
Artikel 5 Maatstaf van heffing en belastingtarief
De belasting wordt geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in hoofdstuk 1 van de bij deze verordening behorende tarieventabel.
Met betrekking tot de belasting die per jaar wordt geheven is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.
De belasting bedoeld in hoofdstuk 1.1 van de tarieventabel wordt geheven bij wege van aanslag.
Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang voor de jaarlijks verschuldigde afvalstoffenheffing
Indien de belastingplicht in de loop van het jaar aanvangt, is de belasting, bedoeld in hoofdstuk 1.1 van de tarieventabel, verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat, voor de belasting als bedoeld in hoofdstuk 1.1 van de tarieventabel, aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven, tenzij het bedrag van de ontheffing minder bedraagt dan € 5,-.
Artikel 9 Termijnen van betaling
In afwijking in zoverre van het eerste lid geldt, voor aanslagen die worden opgelegd in het kalenderjaar waarop zij betrekking hebben, in geval het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen, of als het aanslagbiljet maar één aanslag bevat het bedrag daarvan, meer is dan € 68,07, doch minder is dan € 2.178,15, en zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in zoveel gelijke termijnen als er na de maand van dagtekening van het aanslagbiljet nog maanden in het kalenderjaar waarin de aanslagen worden opgelegd overblijven, met dien verstande dat de maand december buiten beschouwing blijft, en dat het aantal termijnen ten minste drie en ten hoogste acht bedraagt. De eerste termijn vervalt één maand na de dagtekening van het aanslagbiljet en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.
In afwijking in zoverre van het derde lid geldt, voor aanslagen die worden opgelegd na het kalenderjaar waarop zij betrekking hebben, in geval het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen, of als het aanslagbiljet maar één aanslag bevat het bedrag daarvan, meer is dan € 68,07, doch minder is dan € 2.178,15, en zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in twee gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt één maand na de dagtekening van het aanslagbiljet en de volgende termijn één maand later.
De Algemene Termijnenwet is niet van toepassing op de in de voorgaande leden gestelde termijnen.
Hoofdstuk III Reinigingsrechten
Onder de naam ‘reinigingsrechten’ worden rechten geheven zowel voor het genot van door het gemeentebestuur verstrekte diensten als voor het gebruik van voor de openbare dienst bestemde gemeentebezittingen, werken of inrichtingen die bij de gemeente in beheer of in onderhoud zijn.
De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.
Artikel 12 Maatstaf van heffing en belastingtarief
Met betrekking tot de rechten die per jaar worden geheven is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.
De rechten bedoeld in hoofdstuk 2 van de tarieventabel worden geheven door middel van een gedagtekende kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld.
Artikel 15 Ontstaan van de belastingschuld voor de overige rechten
De rechten bedoeld in hoofdstuk 2 van de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening of bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen.
Hoofdstuk IV Aanvullende bepalingen
Artikel 16 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de reinigingsheffingen.
Artikel 17 Inwerkingtreding en citeertitel
Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad van de gemeente IJsselstein, gehouden op 17 december 2009.
Tarieventabel behorende bij de ‘Verordening afvalstoffenheffing en reinigingsheffingen 2010.’
De bedragen genoemd in deze tabel zijn inclusief omzetbelasting indien deze verschuldigd is.
Hoofdstuk 1 Maatstaven en tarieven afvalstoffenheffing
Hoofdstuk 1.1 Maatstaven en jaarlijkse tarieven afvalstoffenheffing
aanvangt, bij aanvang van de belastingplicht, wordt gebruikt door twee of meer personen
wordt het overeenkomstig 1.1 berekende bedrag vermeerderd met
Hoofdstuk 1.2 Maatstaven en overige tarieven afvalstoffenheffing
1.1Onverminderd het bepaalde in hoofdstuk 1.1 bedraagt de belasting voor het op aanvraag
1.1 inzamelen van grove huishoudelijke afvalstoffen buiten het regulier bekend gemaakte
1.1 inzamelschema voor grove huishoudelijke afvalstoffen om, per aanvraag € 31,50
Hoofdstuk 2 Maatstaven en tarieven overige reinigingsrechten
2.1.1 het ledigen van beer - of zinkputten, septictanks, en het verwijderen van de daarin
2.1.1.1 voor de eerste rit van de tankwagen € 82,10
2.1.1.2 voor de tweede en volgende rit € 54,50
2.1.2 het achterlaten van afvalstoffen op een daartoe van gemeentewege ter beschikking
gestelde plaats, indien het betreft:
2.1.2.1 puin, bouw- en sloopafval, per m3 (maximaal 100 kg) € 78,95
2.1.2.2 grof afval, per m3 (maximaal 100 kg) € 33,55
2.1.2.3 brandbaar afval, per m3 € 33,55
2.1.2.4 snoeihout, per m3 (maximaal 100 kg) € 33,55
2.1.2.6 een accu, per kg € 0,80
2.1.3 het achterlaten van dode honden en katten op een daartoe van gemeentewege ingevolge de destructieverordening aangewezen verzamelplaats,
2.1.3.2 per hond tot en met een schofthoogte van 35 centimeter € 6,95
2.1.3.3 per hond boven een schofthoogte van 35 centimeter € 13,95
2.1.4het beschikbaar stellen, het gebruik en het ledigen van rolcontainers danwel het
verwijderen van de daarin verzamelde afvalstoffen, uitgezonderd de aan
maatschappelijke instellingen door de gemeente beschikbaar gestelde containers voor