Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Altena

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Altena houdende regels omtrent de rechtspositie van wethourdes, raads- en commissieleden Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden Altena 2019

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieAltena
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening van de gemeenteraad van de gemeente Altena houdende regels omtrent de rechtspositie van wethourdes, raads- en commissieleden Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden Altena 2019
CiteertitelVerordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden Altena 2019
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 95 van de Gemeentewet
  2. artikel 96, eerste lid, van de Gemeentewet
  3. artikel 96, tweede lid, van de Gemeentewet
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

15-01-201906-08-2019nieuwe regeling

02-01-2019

gmb-2019-7907

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Altena houdende regels omtrent de rechtspositie van wethourdes, raads- en commissieleden Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden Altena 2019

De raad van de gemeente Altena;

 

Gezien het advies van de werkgroep Raad en Griffie d.d. 8 oktober 2018;

 

Gelet op de artikelen 95, 96, eerste en tweede lid en 97 en 147 van de Gemeentewet, de artikelen 22 eerste lid, 23 eerste lid, 27a vijfde lid van het Rechtspositiebesluit wethouders en de artikelen 7a vierde lid, 13 tweede lid en 14 eerste lid van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden;

 

 

besluit:

 

vast te stellen de

 

Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden Altena 2019

Hoofdstuk I Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • -

    commissie: commissie ingesteld op grond van de artikelen 82, 83 of 84 van de Gemeentewet;

  • -

    commissielid: lid van een commissie, bedoeld in artikel 1, onderdeel e, van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden.

Hoofdstuk II Voorzieningen voor raads- en commissieleden

Artikel 2 Vergoeding voor het bijwonen van commissievergaderingen en Altenatafels

  • 1.

    Aan commissieleden wordt een vergoeding voor het bijwonen van de vergaderingen van een commissie en haar subcommissies toegekend die gelijk is aan het voor de van toepassing zijnde inwonersklasse vastgestelde bedrag in tabel IV van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden.

  • 2.

    Aan burgerleden wordt een vergoeding voor het bijwonen van de vergaderingen van een Altenatafel en van de Auditcommissie toegekend die gelijk is aan het voor de van toepassing zijnde inwonersklasse vastgestelde bedrag in tabel IV van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden.

  • 3.

    In afwijking van het eerste lid ontvangt geen vergoeding degene die zitting heeft in een commissie uit hoofde van dan wel als rechtstreeks uitvloeisel van een functie bij een instelling die grotendeels van overheidswege wordt gesubsidieerd.

  • 4.

    In afwijking van het eerste lid kunnen leden van een commissie gezien hun deskundigheid of de zwaarte van hun taak een afwijkende vergoeding ontvangen, vast te stellen door het presidium.

Artikel 3 Reis- en verblijfkosten

  • 1.

    De vergoeding voor reis- en verblijfkosten buiten het grondgebied als bedoeld in de artikelen 96, eerste lid en 97 van de Gemeentewet is:

    • a.

      voor wat betreft de reiskosten gelijk aan het overeenkomstig in artikel 4, onderdeel a en b van de Regeling rechtspositie wethouders bepaalde;

    • b.

      voor wat betreft de verblijfkosten gelijk aan het overeenkomstig in artikel 4, onderdeel c van de Regeling rechtspositie wethouders bepaalde.

  • 2.

    De reiskosten worden voor ten hoogste één bijeenkomst per dag vergoed.

  • 3.

    In afwijking van het eerste lid ontvangt geen vergoeding degene die zitting heeft in een commissie uit hoofde van dan wel als rechtstreeks uitvloeisel van een functie bij een instelling die grotendeels van overheidswege wordt gesubsidieerd.

  • 4.

    De reis- en verblijfkosten worden alleen vergoed als deze gedeclareerd worden overeenkomstig de bepalingen in deze verordening.

Artikel 4 Buitenlandse dienstreis

  • 1.

    De gemeenteraad kan een delegatie uit de gemeenteraad of een raadscommissie toestemming verlenen voor een excursie of reis naar het buitenland als deze door of vanwege de gemeente wordt georganiseerd. De gemeenteraad kan aan de toestemming voorwaarden verbinden.

  • 2.

    De in redelijkheid gemaakte reis- en verblijfkosten komen voor rekening van de gemeente.

Artikel 5 Scholing

  • 1.

    Raads- of commissieleden die willen deelnemen aan niet-partijpolitiek georiënteerde scholing in verband met de vervulling van de functie van raads- of commissielid, dienen daartoe vooraf een gemotiveerde aanvraag in bij de griffier.

  • 2.

    Deze aanvraag gaat vergezeld van inhoudelijke informatie en een kostenspecificatie.

  • 3.

    De griffier beslist op de aanvraag op basis van bewijsstukken, overeenkomstig het tweede lid.

  • 4.

    In voorkomende gevallen beslist het presidium op basis van meerderheid van stemmen.

Artikel 6 Computer en internetverbinding

  • 1.

    Raadsleden ontvangen een tegemoetkoming voor de aanschaf en het gebruik van de eigen computer, bijbehorende apparatuur en software, waarvan de hoogte € 300,- per jaar bedraagt.

  • 2.

    Vanaf aantreden ontvangt het raadslid de in het eerste lid genoemde vergoeding in maandelijkse termijnen.

  • 3.

    Burgerleden ontvangen een tegemoetkoming voor de aanschaf en het gebruik van de eigen computer, bijbehorende apparatuur en software, waarvan de hoogte € 300,- per jaar bedraagt.

  • 4.

    De in het derde lid vermelde vergoeding wordt in twee termijnen half-jaarlijks achteraf uitbetaald.

Artikel 7 Werkkostenregeling

Gezien de Wet op de loonbelasting 1964 wijst de gemeente als eindheffingbestanddeel als bedoeld in artikel 31, eerste lid, onderdeel f van die wet aan de vergoedingen en verstrekkingen als bedoeld in artikel 13a van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden.

Hoofdstuk III Voorzieningen voor wethouders

Artikel 8 Zakelijke reiskosten

  • 1.

    Wethouders hebben recht op een vergoeding voor reis- en verblijfkosten voor reizen gemaakt voor de uitoefening van het ambt overeenkomstig het bepaalde in artikel 4 van de Regeling rechtspositie wethouders.

  • 2.

    De reiskosten als bedoeld in het eerste lid worden alleen vergoed als deze gedeclareerd worden overeenkomstig de bepalingen in deze verordening.

Artikel 9 Buitenlandse dienstreis

  • 1.

    Als de wethouders in het gemeentelijk belang een reis buiten Nederland maken worden de in redelijkheid gemaakte noodzakelijke reis- en verblijfkosten vergoed.

  • 2.

    Voor een reis in het gemeentelijk belang buiten Nederland, niet zijnde een reis naar een Europese instelling, is vooraf toestemming van het college vereist. De gemeenteraad kan aan deze toestemming voorwaarden verbinden.

Artikel 10 Tablet computer

De wethouders aan wie een tabletcomputer in bruikleen ter beschikking wordt gesteld, tekenen hiervoor een bruikleenovereenkomst met de gemeente.

Artikel 11 Communicatieapparatuur

De wethouders aan wie communicatieapparatuur in bruikleen ter beschikking wordt gesteld tekenen hiervoor een bruikleenovereenkomst met de gemeente.

Artikel 12 Reis- en pensionkosten en verhuiskosten bij benoeming

De wethouders die bij benoeming nog niet over woonruimte in de gemeente beschikken hebben ten laste van de gemeente aanspraak op vergoeding van:

  • a.

    reis- en pensionkosten overeenkomstig het bepaalde in artikel 1 van de Regeling rechtspositie wethouders, en

  • b.

    verhuiskosten in verband met de benoeming als wethouder overeenkomstig het bepaalde in artikel 2 van de Regeling rechtspositie wethouders.

Artikel 13 Werkkostenregeling

Gezien de Wet op de loonbelasting 1964 wijst de gemeente als eindheffingbestanddeel als bedoeld in artikel 31, eerste lid, onderdeel f, van die wet aan de vergoedingen en verstrekkingen als bedoeld in artikel 28a van het Rechtspositiebesluit wethouders.

Hoofdstuk IV De procedure van declaratie

Artikel 14 Betaling vaste vergoedingen

De betaling van de vergoeding voor werkzaamheden, de bezoldiging voor wethouders op grond van het Rechtspositiebesluit wethouders, de onkostenvergoedingen en declaraties geschiedt maandelijks of in maandelijkse termijnen als er sprake is van een vergoeding op jaarbasis tenzij het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden, het Rechtspositiebesluit wethouders of de Regeling rechtspositie wethouders anders bepalen.

Artikel 15 Rechtstreekse facturering bij de gemeente

  • 1.

    Raads- en commissieleden en wethouders dragen ten behoeve van het vergoeden van kosten zorg voor rechtstreekse toezending van de factuur aan de gemeente.

  • 2.

    Verantwoording van de vergoeding door het raadslid, het commissielid respectievelijk de wethouder vindt plaats door een door het college vastgesteld formulier volledig in te vullen en te ondertekenen.

  • 3.

    Facturen komen alleen voor vergoeding in aanmerking als voldaan wordt aan de bepalingen in deze verordening.

  • 4.

    Het formulier wordt ter goedkeuring ingediend bij de griffier, respectievelijk de gemeentesecretaris, of een daartoe aangewezen ambtenaar.

Artikel 16 Declaratie van vooruit betaalde kosten

  • 1.

    De declaratie van de kosten die uit eigen middelen vooruit zijn betaald en de vergoeding van reiskosten met de eigen auto vindt plaats door gebruikmaking van een door het college vastgesteld formulier.

  • 2.

    Het formulier wordt binnen twee maanden na de betaling cq de datum van de gemaakte rit volledig ingevuld en ondertekend door het raads- of het commissielid respectievelijk de wethouder en ter goedkeuring ingediend bij de griffier, respectievelijk de gemeentesecretaris, of een daartoe aangewezen ambtenaar, onder bijvoeging van de bewijsstukken.

Hoofdstuk V Citeertitel en inwerkingtreding

Artikel 17 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden Altena 2019.

Artikel 18 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die waarop zij is bekendgemaakt.

 

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden Altena 2019.

 

 

Aldus besloten door de raad van de gemeente Altena in zijn openbare vergadering van

2 januari 2019.

De voorzitter,

M.A. Fränzel MSc

De raadsgriffier,

Drs. S.J. Peet