Organisatie | Altena |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Altena houdende regels omtrent de commissie ruimtelijke kwaliteit Verordening Commissie ruimtelijke kwaliteit Altena 2019 |
Citeertitel | Verordening Commissie ruimtelijke kwaliteit Altena 2019 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Deze regeling vervangt de Regeling monumentencommissie 2011, vastgesteld op 22 november 2011 door de gemeenteraad van Aalburg, de Verordening op de erfgoedcommissie 2016, vastgesteld op 15 december 2015 door de gemeenteraad van Werkendam, de Verordening regelende de taak, samenstelling en werkwijze van de Monumentencommissie, vastgesteld op 28 oktober 1991 door de gemeenteraad van Woudrichem, hoofdstuk 9 van de bouwverordening gemeente Aalburg 2012, vastgesteld op 29 januari 2013, hoofdstuk 9 van de bouwverordening 2012 gemeente Werkendam, vastgesteld op 27 maart 2012 en hoofdstuk 9 van de bouwverordening gemeente Woudrichem 2012, vastgesteld op 8 mei 2012.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
15-01-2019 | nieuwe regeling | 08-01-2019 |
De raad van de gemeente Altena,
gelezen het voorstel van de Altenacolleges;
gelet op artikel 84 en 149 van de Gemeentewet, de artikelen 8, vijfde lid, 12, 12a, 12b en 12c van de Woningwet, artikel 9.1, eerste lid onder a van de Erfgoedwet, hoofdstuk 9 van de Bouwverordening gemeente Altena en artikel 8.1 van de Erfgoedverordening;
overwegende dat de monumentencommissie en de welstandscommissie worden samengevoegd tot één Commissie Ruimtelijke Kwaliteit;
Verordening Commissie ruimtelijke kwaliteit Altena Altena 2019
Artikel 1 Commissie Ruimtelijke Kwaliteit
Onverminderd het bepaalde in artikel 12a van de Woningwet, baseert de commissie haar advies als bedoeld in het derde lid op het beleid voor de visuele kwaliteit van de fysieke leefomgeving voor zover dat geformuleerd en openbaar gemaakt is in planologische maatregelen, beleidsnota's, beeldkwaliteitsplannen, dan wel de daarbij behorende ontwerpen en op het beleid voor de bescherming van het onroerend cultureel erfgoed.
De leden van de commissie zijn de personen die op basis van een arbeidsovereenkomst of andere arbeidsrelatie werkzaam zijn voor de onder 1. genoemde externe partij. De leden van de commissie dienen hun taken in onafhankelijkheid uit te kunnen voeren. Dat betekent dat er geen bindingen of relaties mogen bestaan op basis waarvan het advies kan worden beïnvloed.
In de dienstverleningsovereenkomst zoals genoemd onder 1. wordt vermeld op welke wijze de leden worden aangewezen uit de in het tweede lid bedoelde leden. Bij de aanwijzing dient de externe partij zich aan het bepaalde in deze verordening te houden en draagt zij zorg voor een evenwichtige verdeling van deskundigheid op het gebied van architectuur-, bouw- en cultuurhistorie, restauratie en stedenbouw.
Artikel 3 Samenstelling en borging lokale kennis en deskundigheid
De commissie betrekt in beginsel de lokale kennis en deskundigheid op het gebied van de lokale geschiedenis en het lokale culturele erfgoed bij de advisering aan het college van burgemeester en wethouders over wettelijke en niet-wettelijke taken op het gebied van monumentenzorg en cultureel erfgoed.
De afspraken over het betrekken van de lokale kennis en deskundigheid worden vastgelegd in een door de gemeente op te stellen afsprakendocument. Dit document maakt onderdeel uit van de met de externe partij overeen te komen dienstverleningsovereenkomst.
Burgemeester en wethouders zullen in de dienstverleningsovereenkomst met de externe partij het bepaalde in deze verordening nader regelen. Hierin zullen in ieder geval de lokale kennis en deskundigheid, de samenstelling van de commissie, de werkwijze, de vergoedingen voor de werkzaamheden en de jaarlijkse verantwoording worden vastgelegd.