Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Smallingerland

Besluit van het hoofd en de teamleider van de afdeling Belastingen en Financiële Administratie van de gemeente Smallingerland houdende regels omtrent Mandaat heffingsbevoegdheden

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieSmallingerland
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBesluit van het hoofd en de teamleider van de afdeling Belastingen en Financiële Administratie van de gemeente Smallingerland houdende regels omtrent Mandaat heffingsbevoegdheden
CiteertitelMandaat heffingsbevoegdheden
Vastgesteld doorgedelegeerde functionaris
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

artikel 231, tweede lid, van de Gemeentewet

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-201901-11-2019nieuwe regeling

20-11-2018

gmb-2018-283403

Tekst van de regeling

Intitulé

Besluit van het hoofd en de teamleider van de afdeling Belastingen en Financiële Administratie van de gemeente Smallingerland houdende regels omtrent Mandaat heffingsbevoegdheden

Het hoofd en de teamleider van de afdeling Belastingen en Financiële Administratie, in de hoedanigheid van gemeenteambtenaar ex artikel 231, tweede lid, onderdeel b Gemeentewet;

B E S L U I T :
  • 1.

    het hoofd van de afdeling Publiek te mandateren om namens hem op te treden in de volgende situaties:alle handelingen ter zake van de heffing van leges en begraafrechten, met uitzondering van de bevoegdheden als bedoeld in artikel 25 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen;

  • 2.

    het hoofd van de afdeling Ontwikkeling te mandateren om namens hem op te treden in de volgende situaties:alle handelingen ter zake van de heffing van, voor de afdeling relevante, leges, straat-, kade en havengelden en marktgelden, met uitzondering van de bevoegdheden als bedoeld in artikel 25 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen;

  • 3.

    het hoofd van de afdeling Openbare Werken te mandateren om namens hem op te treden in de volgende situaties:alle handelingen ter zake van de heffing van, voor de afdeling relevante, leges en straat-, kade- en havengelden, met uitzondering van de bevoegdheden als bedoeld in artikel 25 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen;

  • 4.

    het hoofd van de afdeling Bestuursondersteuning te mandateren om namens hem op te treden in de volgende situaties:alle handelingen ter zake van de heffing van leges en straat-, kade- en havengelden, met uitzondering van de bevoegdheden als bedoeld in artikel 25 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen;

  • 5.

    de door het bevoegd gezag aangewezen gemeentelijke medewerkers belast met het uitoefenen van parkeertoezicht om namens hem op te treden in de volgende situaties:alle handelingen ter zake van de heffing van parkeerbelastingen, met uitzondering van de bevoegdheden als bedoeld in artikel 25 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen;

  • 6.

    de coördinator Heffingen van de afdeling Belastingen en Financiële Administratie om namens hem op te treden bij alle handelingen als bedoeld in artikel 25 van de algemene wet inzake de Rijksbelastingen terzake Onroerende-zaakbelasting, Hondenbelasting, Forensenbelasting, Parkeerbelasting, Recognities, Reinigingsrecht, Afvalstoffenheffing, Rioolheffing en Reclamebelasting.

 

Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2019.

 

Drachten, november 2018

Het hoofd voornoemd,