Organisatie | Wassenaar |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Regeling Overgangsrecht beloningshoofdstuk gemeente Wassenaar |
Citeertitel | Regeling overgangsrecht beloningshoofdstuk gemeente Wassenaar |
Vastgesteld door | gedelegeerde functionaris |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Deze regeling is vastgesteld door de werkgeverscommissie Wassenaar die ingevolge delegatie de rol van de gemeenteraad als werkgever van de griffier en het personeel van de griffie vervult.
Onbekend
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
05-01-2019 | 01-01-2020 | nieuwe regeling | 28-06-2018 |
Door de invoering van het nieuwe beloningshoofdstuk, hoofdstuk 3 CAR-UWO, zouden medewerkers erop achteruit kunnen gaan. Dit is nadrukkelijk niet de bedoeling van de LOGA-partijen, daarom is er overgangsrecht vastgesteld.
Onderdeel van dit overgangsrecht is dat in overleg met de betreffende medewerker of, als het om een groep medewerkers gaat, met het GO aanvullende afspraken kunnen worden gemaakt. In het GO van 29 oktober 2015 zijn de volgende aanvullende afspraken gemaakt:
Conform punt 13 van het overgangsrecht, geldt voor medewerkers die uiterlijk 31 december 2020 recht hebben op een jubileumtoelage dat zij deze ontvangen op basis van de lokale regeling die op 31 december 2015 verviel.
Voor de hoogte van deze toelage betekent dat tot 31 december 2020 voor onze organisatie, in positieve afwijking van artikel 3.19 van het nieuwe hoofdstuk 3, het volgende:
Ten aanzien van de berekening van de TOR wordt gebruik gemaakt van de standaard berekeningswijze zoals beschreven bij punt 4 van de LOGA-brief van 7 juli 2015, waaronder het aanmerken van 2014 als refertejaar.
Hierbij wordt de Vergoeding BHV, EHBO en interventieteam (artikel 3:17 in het nieuwe beloningshoofdstuk) gezien als een tijdelijke toelage met een overeengekomen 'eindgebeurtenis', die daarom buiten de berekening van de TOR gehouden kan worden. Op deze manier wordt voorkomen dat medewerkers financieel nadeel ondervinden van de invoering van Hoofdstuk 3 als zij na 1 januari 2016 stoppen met BHV/EHBO.
1 In sommige gevallen is het moeilijk te bepalen of er sprake is van het draaien van piketdiensten, omdat medewerkers niet aangewezen worden, maar zich hier periodiek vrijwillig voor opgeven. In die gevallen wordt aangenomen dat een medewerker gestopt is met piket als er 12 maanden geen piket is gedraaid (tenzij er sprake is van langdurige ziekte). De TOR zal dan dus ook pas worden beëindigd 12 maanden nadat een medewerker feitelijk al 12 maanden geen beschikbarheidsoelage ontvangt