Organisatie | Baarn |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Financieel besluit maatschappelijke ondersteuning en jeugdhulp Baarn 2019 |
Citeertitel | |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | algemeen |
Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2019 | 31-12-2019 | 13-11-2018 |
Burgemeester en wethouders van Baarn
- de verordening maatschappelijke ondersteuning en jeugdhulp Baarn 2019
- de nadere regels Verordening maatschappelijke ondersteuning en jeugdhulp Baarn 2019
het volgende financiële besluit vast te stellen:
Financieel besluit bij de verordening en nadere regels maatschappelijke ondersteuning en jeugdhulp Baarn 2019
De volgende definities zijn van belang bij het hanteren van de gedifferentieerde tarieven voor diensten zoals is bepaald in hoofdstuk 2 van de verordening maatschappelijke ondersteuning en jeugdhulp Baarn 2019.
Professionele instelling: een organisatie, die is ingeschreven in het handelsregister en/of KvK als zijnde verlener van maatschappelijke ondersteuning en die voldoet aan door het college vast te stellen kwaliteitseisen voor onder meer de medewerkers die bij de instelling in dienst zijn;
Zelfstandig werkend ondernemer: een ondernemer die geen personeel in dienst heeft, waarbij voor de vaststelling of er sprake is van een ondernemer in ieder geval de volgende criteria gelden:
• zelfstandigheid bij de inrichting van de eigen werkzaamheden en het uitvoeren daarvan;
• het voor eigen rekening en risico verrichten van werkzaamheden.
• Beroepsmatig gekwalificeerd zijn voor de betreffende ondersteuning, blijkend uit een diploma van een erkende Nederlandse instelling voor beroepsonderwijs.
Particulier: een zelfstandig werkende hulp bij het huishouden die niet in dienst is van een professionele instelling. Voor huishoudelijke hulp gelden de criteria die genoemd zijn voor een zelfstandig werkend ondernemer niet. Bij huishoudelijke hulp spreken we van een particulier. Hiervoor geldt een tarief dat gebruikelijk is in de markt.
a. om als instelling te worden gekenmerkt door gemeenten heeft de Jeugd GGZ- aanbieder aantoonbaar per 1-1-2019 minimaal 10 regiebehandelaren in dienst.
b. Een niet als instelling gekenmerkte organisatie heeft minder dan 10 regiebehandelaren in dienst.
Verder geldt dat alle begrippen die in dit Financieel besluit worden gebruikt en niet nader worden omschreven dezelfde betekenis hebben als in de Wmo 2015 (de wet), de Jeugdwet (de wet) de op die wetten gebaseerde lagere regelgeving, zoals de verordening maatschappelijke ondersteuning en jeugdhulp Baarn 2018 en de Algemene Wet bestuursrecht (Awb).
De genoemde bedragen zijn inclusief BTW, voor zover van toepassing.
De maximale vergoeding voor verhuiskosten, zoals bedoeld in artikel 3.8 lid 2 van de Verordening maatschappelijke ondersteuning en jeugdhulp Baarn 2018, op declaratiebasis bedraagt € 3.427,00. Uitbetaling vindt plaats na ontvangst van een kopie van het definitieve huur-/koopcontract.
Huurderving op basis van de werkelijke kosten, met een maximum van 100% van de maximale
huur, waarbij huurtoeslag wordt verstrekt. Hierbij geldt een duur van maximaal 6 maanden.
Voor vervanging vloerbedekking niet ouder dan 7 jaar bedraagt de financiële tegemoetkoming maximaal € 35,00 m2 (inclusief arbeid, noodzakelijke materialen en BTW).
a. Maximaal € 693 per maand bij zelfstandige woonruimte.
b. Maximaal € 346 per maand bij niet-zelfstandige woonruimte.
Voor sportvoorzieningen geldt de volgende bevoorschotting:
Onderhoud, keuring en reparatie plus overige voorzieningen in een keer per (ten minste) 3 jaar.
Sportvoorzieningen worden uitsluitend verstrekt als financiële tegemoetkoming en deze bedraagt maximaal € 3.433. Dit bedrag is bedoeld als tegemoetkoming in aanschaf (maximaal € 2739 en onderhoud (€ 693) van een sportrolstoel of vergelijkbare voorziening voor een periode van ten minste 3 jaar.
Voor gebruik van eigen auto, taxi en rolstoeltaxi zijn normbedragen op jaarbasis vastgesteld. Op de norm wordt een korting toegepast op grond van verblijf in een WLZ-instelling, een samenvallende vervoersbehoefte, een beperkte vervoersbehoefte of andere aanwezige vervoersvoorzieningen.
Individueel taxivervoer (2000 km x € 1,76) per jaar € 3.525,00.
Individueel rolstoeltaxivervoer (2000 km x € 2,02) per jaar € 4.049,00.
Autokosten (2000 km x € 0,35) per jaar € 691,00.
Individueel taxivervoer per jaar € 2.644,00.
Individueel rolstoeltaxivervoer per jaar € 3.037,00.
75% per paar, voor echtparen die beiden zijn geïndiceerd
Individueel taxivervoer per jaar € 5.288,00.
Individueel rolstoeltaxivervoer per jaar € 6074,00.
Autokosten per jaar € 1.036,00.
25% aanvullend op collectief vervoer
Individueel taxivervoer per jaar € 881,00.
Individueel rolstoeltaxivervoer per jaar € 1.012,00.
Individueel taxivervoer per jaar € 741,-.
Individueel rolstoeltaxivervoer per jaar € 1.112.
De afschrijvingstermijn van de voorziening is ten minste zeven jaar, behoudens overzetbare voorzieningen wordt deze voorziening daarom slechts toegekend indien de aan te passen auto niet ouder is dan drie jaar. De kosten van de noodzakelijke aanpassingen worden gebaseerd op de goedkoopst aanpasbare auto, de opties m.b.t. de uitrusting van de auto (zoals automatische transmissie, stuurbekrachtiging, airco, etc.) zijn van de vergoeding uitgesloten.
De hoogte van het persoonsgebonden budget voor een losse woonvoorziening is gelijk aan de door het college goedgekeurde offerte, eventueel verhoogd met instandhoudingkosten bedoeld voor reparatie en onderhoud van de desbetreffende voorziening.
Indien de gemeente een onderhoudscontract met een voorkeursleverancier heeft afgesloten voor de levering van onderhoud en reparatie gelden de prijzen uit het desbetreffende onderhoudscontract - exclusief eventueel bedongen korting - als uitgangpunt.
Indien een voorziening in bruikleen wordt verstrekt zal betaling rechtstreeks met de desbetreffende leverancier worden verrekend.
De kosten voor bouwkundige of woontechnische woonvoorzieningen worden betaald aan de eigenaar van de woning en bedragen maximaal 100% van de goedgekeurde offertekosten.
Indien de geschatte aanpaskosten hoger zijn dan € 6.807,00 dienen minimaal drie offertes (gesplitst in kosten van volumes/onderdelen, gebruikte materialen en arbeid) te worden aangevraagd. Daarbij gelden voor bouwkundige of woontechnische voorzieningen de volgende maxima:
· € 949,00 in een woonwagen die binnen 5 jaar is afgeschreven of waarvan de standplaats binnen 5 jaar wordt opgeheven.
· € 949,00 in een woonschip dat binnen 5 jaar is afgeschreven of waarvan binnen 5 jaar de ligplaats weg moet.
· € 6.807,00 voor het bezoekbaar maken van een woning.
Onderhoud en reparatie van woonvoorzieningen
De vergoeding bedraagt 100% van de werkelijke kosten en wordt uitsluitend verstrekt voor de onderstaande voorzieningen voor zover binnen deze regeling verstrekt en (nog) noodzakelijk geacht:
- alle vormen van hef- en trapliften
- mechanisme voor een hoog / laag verstelbaar keukenblok
- elektromechanische openings - en sluitingsmechanisme van deuren
- intercom met elektrische slotplaat
- onderspoeling- en föhninrichting
Indien de gemeente een onderhoudscontract met een voorkeursleverancier heeft afgesloten voor de levering van onderhoud en reparatie gelden de prijzen uit het desbetreffende onderhoudscontract - exclusies eventueel bedongen korting - als uitgangpunt.
Indien een woonvoorziening tot meerwaarde van de woning heeft geleid, en deze aangepaste woning wordt binnen 6 jaar verkocht dan geldt onderstaand terugstort schema:
a. voor het eerste jaar 100 % van de meerwaarde;
b. voor het tweede jaar 80 % van de meerwaarde;
c. voor het derde jaar 70 % van de meerwaarde;
d. voor het vierde jaar 60 % van de meerwaarde;
e. voor het vijfde jaar 40% van de meerwaarde;
4. Hulpmiddelen voor vervoer en wonen
Hulpmiddelen voor vervoer en wonen (zoals rolstoelen, scootmobielen, driewielfietsen en tilliften) zijn beschikbaar binnen een standaard leveringsassortiment, ingedeeld in categorieën.
Uit concurrentieoverwegingen kunnen de categorieprijzen niet worden gepubliceerd.
Voor de hulpmiddelen hebben de gezamenlijke regiogemeenten namelijk niet vooraf een tarief per eenheid bepaald.
Indien de voorziening in bruikleen wordt verstrekt zal betaling rechtstreeks met de desbetreffende leverancier worden verrekend.
De hoogte van het persoonsgebonden budget voor aanschaf van een hulpmiddel voor vervoer of wonen is gelijk aan de kostprijs van het goedkoopst passende hulpmiddel zoals deze door de gemeente kan worden aangeschaft bij de gecontracteerde leverancier, zo nodig verhoogd met kosten van individuele aanpassingen en een bedrag voor instandhoudingskosten per jaar zolang de technische levensduur van de voorziening niet is verstreken en de kosten niet vallen onder garantiebepalingen van de leverancier.
5. Maximum pgb-tarieven voor maatschappelijke ondersteuning
De pgb-tarieven zijn berekend op basis van 100%, 75% en 50% van de tarieven voor de ingekochte Zorg In Natura (ZIN). Onder het hoofdstuk Algemene bepalingen van dit Financieel besluit zijn de definities opgenomen van een professionele instelling (het 100%-tarief) en een zelfstandig werkend ondernemer(het 75%-tarief). Voor personen uit het sociaal netwerk als bedoeld in de Wet maatschappelijke ondersteuning geldt een tarief van 50%.
6. Maximum pgb-tarieven Jeugdhulp
De pgb-tarieven zijn berekend op basis van 100%, 75% en 50% van de tarieven voor de ingekochte Zorg In Natura (ZIN). Onder het hoofdstuk Algemene bepalingen van dit Financieel besluit zijn de definities opgenomen van een professionele instelling (het 100%-tarief) en een zelfstandig werkend ondernemer(het 75%-tarief). Voor personen uit het sociaal netwerk als bedoeld in de Jeugdwet geldt een tarief van 50%.
Maximum PGB-tarieven voor dyslexie
Voor Dyslexie gelden de volgende maximale tarieven die als volgt worden bepaald:
• De aanbieder stelt naar aanleiding van de diagnose een behandelplan op;
• Indien de diagnose EED luidt, wordt er een behandelplan opgesteld met een advies over het aantal behandelingen die noodzakelijk zijn om de dyslexiedoelen te behalen;
• De diagnose is maximaal 12 uur;
• In een behandelplan wordt maximaal 50 uur gegeven;
• Indien de aanbieder inschat dat het maximaal aantal behandelingen per jeugdige wordt overschreden, neemt de aanbieder contact op met de verwijzer/poortwachter. Deze beoordeelt in overleg met de school en de aanbieder of een nieuwe verwijzing nodig is om het gewenste resultaat te behalen.
• De maximum PGB-tarieven bedragen 100% voor een professionele instelling en 75% voor een zelfstandig werkend ondernemer.
7. Maximum PGB tarieven Beschermd Wonen
Uit artikel 3.3 van de Nadere Regels maatschappelijke ondersteuning gemeente Amersfoort 2019 volgt dat verblijf bij ouders of wettelijke vertegenwoordigers, niet wordt aangemerkt als een accommodatie. In die gevallen wordt geen PGB verstrekt.
7.2Overgangsrecht tarief Beschermd wonen in de vorm van een PGB
• (nog) niet voldoen aan het wonen in een door het college goedgekeurde accommodatie; en
• een toekenningsbesluit hebben ontvangen met een maximaal toegekend PGB voor extramurale inzet;
• kiezen voor beschermd wonen in natura,
wordt de hoogte van het PGB vastgesteld op het bedrag dat eerder is toegekend tot uiterlijk 31 december
2019 of zoveel eerder als het AWBZ indicatiebesluit vermeld.
7.3.Wooninitiatieven toeslag voor wonen met een PGB ZZP-C arrangement
De hoogte van de wooninitiatieventoeslag zoals bedoeld in artikel 5.4 van de Verordening maatschappelijke ondersteuning Amersfoort 2019, bedraagt jaarlijks maximaal € 4.266,85 per cliënt.
Het financieel besluit maatschappelijke ondersteuning en jeugdhulp Baarn 2018 wordt ingetrokken.
Het financieel besluit maatschappelijke ondersteuning en jeugdhulp Baarn 2019 treedt in werking op de dag na de bekendmaking.
Dit financieel besluit wordt aangehaald als: Financieel besluit maatschappelijke ondersteuning en jeugdhulp Baarn 2019.
Aldus vastgesteld in de vergadering van burgemeester en wethouders van Baarn, gehouden op 13 november 2018