Organisatie | Nieuwegein |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Nieuwegein houdende regels omtrent de uitgifte van parkeervergunningen Besluit uitgifte parkeervergunningen 2019 |
Citeertitel | Besluit uitgifte parkeervergunningen 2019 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | ruimtelijke ordening, verkeer en vervoer |
Eigen onderwerp |
Deze regeling vervangt het Besluit uitgifte parkeervergunningen 2018.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2019 | 01-01-2020 | nieuwe regeling | 18-12-2018 | 161a |
Het college van burgemeester en wethouders van Nieuwegein;
overwegende dat het gewenst is voor het aanvragen en verlenen van parkeervergunningen de volgende regels te stellen;
gelet op artikel 3, tweede lid, van de Parkeerverordening 2019;
besluit vast te stellen het: “Besluit uitgifte parkeervergunningen 2019”
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
In dit besluit wordt verstaan onder:
een al dan niet commerciële organisatie, zoals een instelling, politiediensten, met dien verstande dat beroepen en bedrijven worden beschouwd als één bedrijf indien de vestigingsadressen dezelfde zijn of het een aaneengesloten bebouwing betreft, dan wel sprake is van een juridische constructie waaruit moet worden geconcludeerd dat het in wezen één beroep of bedrijf betreft, tenzij het tegendeel wordt aangetoond;
parkeerplaats op eigen terrein:
een parkeerplaats waarover de aanvrager kan beschikken in een garage of op een perceel, omdat deze volgens een raadsbesluit, een bouwvergunning, een erfpachts- of splitsingsakte of een huur- of koopovereenkomst voor de woning van de aanvrager bestemd is, met uitzondering van de met de woning verbonden ruimte die de bestemming garage heeft alsmede een losse garagebox, die niet direct met de woning verbonden is;
zorginstelling: een organisatie die onder de Kwaliteitswet zorginstellingen valt, met dien verstande dat daar in ieder geval onder begrepen wordt dat de organisatie tot doel heeft om gezamenlijke zorg te verlenen waarbij tenminste twee zorgverleners op een gelijkwaardig hiërarchisch niveau samenwerken;
Artikel 2. Uitgifteplafond parkeervergunningen
Per 1 januari 2019 bedraagt het uitgifteplafond Zakelijk, Detailhandel en Horeca en Scholen, met uitzondering van een werkparkeervergunning als bedoeld in artikel 12:
met dien verstande dat de daadwerkelijk te verlenen parkeervergunningen Zakelijk, Detailhandel en Horeca en Scholen 95 procent van het uitgifteplafond per parkeerzone bedraagt.
Artikel 3. Uitgiftecriteria parkeervergunning Bewoners
Een parkeervergunning Bewoners wordt verleend aan een bewoner van een zelfstandige woning, gelegen in de parkeerzone behorende bij het adres waar die bewoner staat ingeschreven, met dien verstande dat die bewoner tevens houder is van een motorvoertuig waarvoor de parkeervergunning Bewoners wordt aangevraagd.
Indien de aanvrager beschikt over minimaal één parkeerplaats op eigen terrein van voldoende afmeting (minimaal 2,5 meter bij 5 meter, inclusief uitstapruimte) wordt geen eerste parkeervergunning Bewoners verleend. Indien door deze aanvrager een tweede parkeervergunning Bewoners wordt aangevraagd, kunnen in afwijking van het derde lid, onderdeel b, maximaal drie kentekens worden opgenomen op de tweede bewonersparkeervergunning, met dien verstande dat tenminste één kenteken op naam van de bewoner, bedoeld in het eerste lid, staat.
Indien de aanvrager beschikt over twee naast elkaar gelegen parkeerplaatsen op eigen terrein van voldoende afmeting (minimaal 4,5 meter bij 5 meter, inclusief uitstapruimte) worden een eerste en tweede bewonersparkeervergunning niet verleend. Indien een derde bewonersparkeer-vergunning is aangevraagd, kunnen in afwijking van het tweede lid, onderdeel c, maximaal drie kentekens worden opgenomen op de derde bewonersparkeervergunning, met dien verstande dat tenminste één kenteken op naam van de bewoner, bedoeld in het eerste lid, staat.
Aan bewoners woonachtig aan de Goudvink oneven huisnummers 19 t/m 25 en even huisnummers 16 t/m 24 kunnen bewonersparkeervergunningen worden verstrekt voor parkeerzone D2. In het betreffende gedeelte van deze straat zijn geen openbare parkeerplaatsen. Bewoners zijn voor het parkeren aangewezen op een openbaar parkeerterrein dat is gelegen in parkeerzone D2.
Aan bewoners woonachtig aan de Richterslaan huisnummers 161 t/m 183 en huisnummers 73 t/m 111 kunnen bewonersparkeervergunningen worden verstrekt voor parkeerzone W1. In het betreffende gedeelte van deze straat zijn geen openbare parkeerplaatsen. Bewoners zijn voor het parkeren aangewezen op parkeerplaatsen gelegen in parkeerzone W1.
Aan bewoners woonachtig aan de Kuifduiker huisnummers 1 t/m 6 kunnen bewonersparkeer-vergunningen worden verstrekt voor parkeerzone D2. De betreffende straat is niet voor motorvoertuigen toegankelijk en er zijn daarom geen openbare parkeerplaatsen. Bewoners zijn voor het parkeren aangewezen op een openbaar parkeerterrein dat is gelegen in parkeerzone D2.
Artikel 4. Afwijkende geldigheid parkeervergunning Bewoners
Tijdens evenementen die plaatsvinden op het evenemententerrein De Brinkwal in Nieuwegein zijn de parkeervergunningen voor de parkeerzone M3 ook geldig in de parkeerzones M1 en M2.
Artikel 5. Uitgifte parkeervergunning Bewoners
Een eerste parkeervergunning Bewoners wordt bij voorrang verleend op een tweede parkeervergunning Bewoners. Een tweede parkeervergunning Bewoners wordt bij voorrang verleend op een derde parkeervergunning Bewoners. Een derde parkeervergunning Bewoners wordt bij voorrang verleend op een vierde parkeervergunning Bewoners.
Indien op hetzelfde woonadres drie of meer aanvragen voor een parkeervergunning Bewoners, als bedoeld in artikel 3, derde tot en met vijfde lid worden ingediend, worden de aanvragen in volgorde van binnenkomst beoordeeld. Bij gelijktijdige binnenkomst van aanvragen voor een parkeervergunning Bewoners wordt de volgorde van uitgifte bepaald aan de hand van de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens, waarbij de aanvraag van degene die het langst staat ingeschreven op het betreffende adres, het eerst wordt beoordeeld.
Indien op hetzelfde woonadres drie of meer aanvragen voor een parkeervergunning Bewoners als bedoeld in artikel 3, derde tot en met vijfde lid worden ingediend, geldt vanaf de derde parkeervergunning Bewoners het parkeertarief Bewoners 3e en volgende parkeervergunning, zoals vastgelegd in de Tarieventabel behorende bij en deel uitmakende van de geldende Parkeerbelastingverordening.
Artikel 6. Wachtlijst parkeervergunning Bewoners
Indien het aantal aangevraagde parkeervergunningen Bewoners het uitgifteplafond overschrijdt, worden de aanvragen per parkeerzone op een wachtlijst geplaatst. Bij de afhandeling van de aanvragen die op de wachtlijst vermeldt staan is artikel 5 van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat de aanvragen op de wachtlijst voor parkeervergunningen Bewoners bij voorrang worden behandeld op nieuwe aanvragen voor een parkeervergunning Bewoners.
Artikel 7. Bezoekersparkeren Bewoners
Per zelfstandige woning, gelegen in de parkeerzone waarbinnen het woonadres is gelegen en waar de bewoners staat ingeschreven, wordt één bezoekersparkeerpas Bewoners of één account voor de digitale bezoekersregeling Bewoners verstrekt, met dien verstande dat per bezoekersparkeerpas of digitale bezoekersregeling tegelijkertijd meerdere parkeertickets kunnen worden aangeschaft danwel meerdere online parkeeracties kunnen worden gestart, met in achtneming van het derde lid.
Met een bezoekersparkeerpas Bewoners of een digitale bezoekersregeling Bewoners kan per kwartaal voor maximaal 150 euro tegen het parkeertarief Bezoekersparkeren Bewoners, zoals vastgelegd in de Tarieventabel behorende bij en deel uitmakende van de geldende Parkeerbelastingverordening, parkeertijd worden aangeschaft.
Artikel 8. Uitgiftecriteria parkeervergunning Zakelijk
Artikel 10. Uitgifte parkeervergunning Zakelijk
Parkeervergunningen Zakelijk wordt overeenkomstig het bepaalde in artikel 8 naar evenredigheid verleend.
Artikel 11. Wachtlijst parkeervergunning Zakelijk
Indien het aantal aangevraagde parkeervergunningen Zakelijk het maximum aantal te verlenen parkeervergunningen overschrijdt, worden de aanvragen per parkeerzone op een wachtlijst geplaatst. Bij de afhandeling van de aanvragen die op de wachtlijst vermeldt staan is artikel 10 van overeenkomstige toepassing met dien verstande dat de aanvragen op de wachtlijst voor parkeervergunningen Zakelijk bij voorrang worden behandeld op nieuwe aanvragen voor een parkeervergunning Zakelijk.
Artikel 12. Uitgiftecriteria Werkparkeervergunning voor alle zones
Aan een bedrijf wordt op aanvraag een werkparkeervergunning verleend, indien wordt aangetoond dat voor het uitvoeren van werkzaamheden in een of meerdere parkeerzones het gebruik van een motorvoertuig onmisbaar is en bovendien de noodzaak van een werkparkeervergunning wordt aangetoond. Hiervan is sprake indien:
Artikel 14. Uitgiftecriteria parkeervergunning Detailhandel en Horeca
Het aantal per bedrijf te verlenen parkeervergunning Detailhandel en Horeca wordt bepaald op basis van het aantal het aantal Fte´s bij een bruto vloeroppervlakte kleiner of gelijk aan 350 vierkante meters, waarbij de volgende criteria gelden:
Met dien verstande dat bij een detailhandels- of horecazaak met een bruto vloeroppervlakte van meer dan 350 vierkante meter maximaal 1 parkeervergunning Detailhandel en Horeca per 70 vierkante meter bruto vloer oppervlakte wordt verleend met een maximum van 700 vierkante meter bruto vloeroppervlakte;
Artikel 15. Bezoekersparkeren Zakelijk
Per bedrijf of instelling, gelegen in de parkeerzone behorende bij het adres waar het bedrijf of de instelling gevestigd is, wordt per 2 fulltime medewerkers (36 uur per medewerker) één bezoekersparkeerpas Zakelijk of één digitale bezoekersregeling Zakelijk verstrekt, met dien verstande dat per bezoekersparkeerpas of digitale bezoekersregeling tegelijkertijd meerdere parkeertickets kunnen worden aangeschaft danwel meerdere online parkeeracties kunnen worden gestart, met in achtneming van het tweede lid.
Per bezoekersparkeerpas Zakelijk of digitale bezoekersregeling Zakelijk kan per kwartaal tegen het parkeertarief Bezoekersparkeren Zakelijk, zoals vastgelegd in de Tarieventabel behorende bij en deel uitmakende van de geldende Parkeerbelastingverordening, parkeertijd worden aangeschaft overeenkomstig onderstaande tabel. Dit betreft de maximale parkeertijd.
Artikel 21. Verlenging van parkeervergunningen
Een parkeervergunning als bedoeld in artikel 3, lid 3, onderdelen a en b, artikel 8, artikel 13, artikel 14, artikel 16, ten behoeve van een arts, artikel 19 en artikel 20 wordt jaarlijks verlengd, indien de parkeerbelasting als bedoeld in artikel 2, onderdeel b, van de Parkeerbelastingverordening 2019 binnen de betalingstermijn is betaald, met dien verstande dat de leden twee tot en met vier van toepassing zijn.
Artikel 22. Beperking geldigheid parkeervergunningen
Een parkeervergunning kan beperkt worden tot één of meer parkeerzones of nader aangeduide straten in één of meer parkeerzones van maandag tot en met zondag.
Artikel 23. Ingetrokken parkeervergunningen
Indien een parkeervergunning gedurende een kalenderjaar wordt ingetrokken, wordt een nieuwe aanvraag voor een parkeervergunning bij de aanvang van het daarop volgend kalenderjaar ingediend.
Artikel 24. Aanvraag parkeervergunning
Een parkeervergunning kan op meerdere manieren worden aangevraagd. Online, 24 uur per dag,
via het e-loket op de website van de parkeerdienstverlener. Hiervoor heeft men een DigiD inlogcode (bewoner) of zakelijk variant hiervan nodig. Een aanvraag kan ook worden gedaan door gebruik te maken van de aanvraagformulieren op de website van de parkeerdienstverlener en deze ingevuld middels een e-mailbericht te versturen aan de parkeerbalie van de parkeerdienstverlener. Tot slot kan men persoonlijk een aanvraag doen tijdens openingsuren van de parkeerbalie, gevestigd in de parkeergarage Stadshuis, Tinnegieterstede 1 te Nieuwegein.
Aldus vastgesteld in de vergadering van 18 december 2018,
de secretaris,
P.J.M. Liebregts
de burgemeester,
F.T.J.M. Backhuijs
Toelichting op het Besluit uitgifte parkeervergunningen 2019
Het parkeren voor vergunninghouders en betaald parkeren worden geregeld in de gemeentelijke Parkeerverordening. De bevoegdheid om nadere regels met betrekking tot het uitgiftebeleid van parkeervergunningen vast te stellen, vindt zijn grondslag in de Parkeerverordening 2019. Op grond van artikel 3, tweede lid, van de Parkeerverordening 2019 kan het college regels stellen voor het aanvragen en verlenen van parkeervergunningen. Het onderhavig besluit voorziet hierin.
Het belanghebbendenparkeren maakt onderdeel uit van het fiscaal regime met betrekking tot het parkeerbeleid. Bij het belanghebbendenparkeren wordt een parkeerbelasting betaald voor het verkrijgen van een parkeervergunning. De belastingplicht, de maatstaf en wijze van heffing, de betaling en de naheffingsaanslag worden geregeld in de Parkeerbelastingverordening 2019.
De gemeente Nieuwegein heeft ervoor gekozen om binnen de vastgestelde parkeerzones waar parkeervergunninghouders kunnen parkeren ook parkeerapparatuur neer te zetten of online parkeersystemen actief te hebben waardoor parkeerders, na betaling, via een tijdelijk parkeerbewijs (parkeerticket of online parkeeractie) kunnen parkeren. Om de druk op de schaarse parkeerruimte niet nodeloos te verhogen is het wenselijk om het aantal te verlenen parkeervergunningen per parkeerzone te maximeren. In dit besluit zijn daarom uitgifteplafonds vastgesteld. Voor het belanghebbendenparkeren in de daarvoor bedoelde parkeerzones worden in dit besluit uitgiftecriteria geregeld. Hiermee wordt beoogd om een rechtvaardige verdeling van de schaarse parkeerruimte te bevorderen. In artikel 3, derde lid, van de Parkeerverordening 2019 wordt opgesomd welke soorten parkeervergunningen en bezoekerspassen kunnen worden verleend. Bij de opbouw van dit besluit is die volgorde als leidraad gehanteerd bij de bepaling van de uitgiftecriteria.
Relevante aspecten bij de uitgiftecriteria zijn onder andere:
Om een eenduidige uitleg van de gehanteerde begrippen in dit besluit te bewerkstelligen wordt in dit artikel een aantal begrippen gedefinieerd. Daarbij zijn de gehanteerde begrippen in de Parkeerverordening 2019 uitgangspunt. Volledigheidshalve wordt opgemerkt dat in het eerste lid niet specifiek de citeertitel van de Parkeerbelastingverordening 2019 wordt vermeld, maar verwezen wordt naar de op dat moment geldende parkeerbelastingverordening. Dit is gedaan omdat de parkeerbelasting jaarlijks opnieuw wordt vastgesteld. Praktijk is dat in de citeertitel daarbij telkens het jaartal wordt opgenomen. Om te voorkomen dat dit artikellid jaarlijks gewijzigd moet worden is de voormelde omschrijving opgenomen.
Bij de definitie van zorginstelling is aansluiting gezocht bij de definitie zoals bepaald in de Kwaliteitswet zorginstellingen.
In onderdeel e wordt de definitie van de afkorting Fte ingevoegd. Deze definitie is opgenomen omdat in artikel 14 de uitgiftecriteria zijn gewijzigd. Het hanteren van de rekeneenheid die wordt gebruikt om de omvang van het personeelsbestand aan te duiden is een objectievere maatstaf dan wanneer uitgegaan wordt van het aantal voltijd medewerkers.
Werkparkeervergunningen worden ook verleend aan medewerkers van de gemeente Nieuwegein. Aangezien de gemeente strikt genomen niet onder de definitie van bedrijf kan worden gevat is een tweede lid opgenomen waarin is bepaald dat onder bedrijf ook de gemeente Nieuwegein wordt bedoeld.
Bij het begrip mantelzorg wordt verwezen naar de definitie daarvan in de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). In het kader van de Wmo is mantelzorg een kernbegrip zodat aangesloten wordt bij deze definitie en binnen de reikwijdte van dit besluit wordt dezelfde betekenis toegekend aan dit begrip. Mantelzorg wordt in artikel 1, onderdeel b, van de Wmo als volgt gedefinieerd:
Mantelzorg: langdurige zorg die niet in het kader van een hulpverlenend beroep wordt geboden aan een hulpbehoevende door personen uit diens directe omgeving, waarbij zorgverlening rechtstreeks voortvloeit uit de sociale relatie en de gebruikelijke zorg van huisgenoten voor elkaar overstijgt;
In dit artikel wordt het maximale aantal te verlenen parkeervergunningen geregeld. Het uitgifteplafond van parkeervergunningen wordt per parkeerzone jaarlijks voor aanvang van het nieuwe kalenderjaar berekend en vastgesteld door het college. De geldigheid van een parkeervergunningen loopt van 1 april tot en met 31 maart van een kalenderjaar of vanaf moment van verkrijging tot en met 31 maart daaropvolgend.
Er wordt in het derde lid en vijfde lid een procentuele marge aangehouden van het beschikbaar betaald parkeerplaatsen om te voorkomen dat het aantal verleende parkeervergunningen niet strookt met de feitelijk beschikbare parkeerplaatsen. De marge in het derde lid wordt gehanteerd om in de loop van het jaar nieuwe eerste bewonersparkeervergunningen te kunnen verlenen.
Dezelfde redenering geldt voor de procentuele marge in het zesde lid met dien verstande dat deze marge wordt aangehouden voor de aldaar betreffende parkeervergunningen. Zo nodig kan het college het uitgifteplafond per parkeerzone aanpassen indien het aantal beschikbare betaald parkeerplaatsen met meer dan 5 procent toe- of afneemt (tweede lid). De beschikbare betaald parkeerplaatsen in een parkeerzone worden jaarlijks geteld. De aantallen die staan vermeld in het derde en zesde lid zijn 100 procent aantallen. Duidelijkheidshalve worden hierna de aantallen vermeld op basis van de 95 procent van het uitgifteplafond per parkeerzone voor parkeervergunningen bedoeld in het derde en vijfde lid:
Parkeervergunningen Zakelijk, Detailhandel en Horeca en Scholen:
De aantallen in het derde en vijfde lid zijn berekend op basis van de daadwerkelijke parkeercapaciteit, de verhouding tussen woningen en bedrijven en gehanteerde aanwezigheidspercentages uit de CROW-publicatie 182. De naam CROW is een afkorting van Centrum voor Regelgeving en Onderzoek in de Grond-, Water- en Wegenbouw en de Verkeerstechniek. Deze volledige naam wordt tegenwoordig bijna nooit meer gebruikt.
Het uitgifteplafond parkeervergunningen Bewoners kan de parkeercapaciteit overschrijden doordat dubbelgebruik van parkeerplaatsen mogelijk is. Voor het berekenen van dubbelgebruik is gebruik gemaakt van kengetallen van CROW-publicatie 182. Conform de berekeningen van het CROW zal in de praktijk dubbelgebruik van parkeerplaatsen aan de orde zijn, omdat de verschillende doelgroepen niet op hetzelfde moment aanwezig zijn.
De aanvraag voor parkeervergunningen wordt getoetst aan de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens. Daarmee wordt bedoeld dat bekeken wordt of de aanvrager voor een parkeervergunning Bewoners daadwerkelijk is opgenomen in de gba en de naam en adresgegevens overeenstemmen met die in de gba (eerste lid).
In het tweede lid wordt bepaald welke gegevens verstrekt moeten worden om een aanvraag voor bewonersparkeervergunning te kunnen beoordelen.
In het vierde lid wordt bepaald dat bewoners met een eigen parkeerplaats geen recht hebben op een eerste bewonersparkeervergunning. Een voorbeeld hiervan zijn de bewoners van appartementen boven Cityplaza met een parkeerplaats op eigen terrein (in de parkeergarage).
In het zesde t/m achtste lid wordt specifiek bepaald dat aan bewoners woonachtig aan de Goudvink huisnummers 19 t/m 25 en huisnummers 16 t/m 24, bewoners woonachtig aan de Richterslaan huisnummers 161 t/m 183 en huisnummers 73 t/m 111 en bewoners woonachtig aan de Kuifduiker huisnummers 1 t/m 6 bewonersparkeervergunningen kunnen worden verstrekt voor parkeerzone waaraan deze straten grenzen. Dit is gedaan omdat deze bewoners niet in de betreffende parkeerzone wonen terwijl de parkeergelegenheid van deze bewoners zich aantoonbaar in de betreffende parkeerzone bevindt.
Tijdens evenementen op het evenemententerrein De Brinkwal (bijvoorbeeld circus of kermis) wordt het toegestaan dat houders van bewonersparkeervergunning voor de parkeerzone M3 gedurende het evenement ook in de parkeerzones M2 kunnen parkeren. Gelet op het feit dat deze evenementen van relatieve korte duur zijn wordt het redelijk geacht dat er tijdelijk een verhoogde parkeerdruk in deze parkeerzones kan ontstaan.
Er wordt uitgegaan van een bepaalde rangorde tussen eerste tot en met de vierde bewonersparkeervergunning. In de parkeerzones met voornamelijk een woonfunctie kunnen per woonadres, indien er voldoende feitelijke parkeerruimte is, eerste tot en met vierde bewonersparkeervergunningen worden verleend.
Omwille van een goede verdeling van de beschikbare parkeerplaatsen wordt in artikel 5 lid 3 een prijsdifferentiatie ingesteld naar rato van het aantal aangevraagde parkeervergunningen per woonadres. Vanaf de derde parkeervergunning wordt een hoger parkeertarief gehanteerd.
Bij de wachtlijst voor een parkeervergunning Bewoners wordt dezelfde rangorde gehanteerd als bij reguliere parkeervergunningverlening. Logisch hierbij is dat aanvragen op een wachtlijst voor parkeervergunningen Bewoners voorrang hebben op nieuwe aanvragen.
Bij een aanvraag voor een bezoekerspas Bewoners dient vermeld te worden voor welk adres (woning) een bezoekerspas gewenst is. De gemeentelijke basisadministratie wordt geraadpleegd om te bepalen welke parkeerzone van toepassing is (eerste lid). De aanvrager is verplicht om zich met een geldig legitimatiebewijs (paspoort, Europese identiteitskaart, rijbewijs) te identificeren.
Het gebruik van een bezoekerspas is gemaximeerd. Dit is gedaan om de parkeerbalans in de parkeerzone in tact te houden. Afhankelijk van de parkeerzone geldt er een maximum van 150, 300 of 450 uren per kwartaal. Het maximum is gekoppeld aan de hoogte van het reguliere parkeertarief. Vanuit billijkheidsoverwegingen geldt voor een bezoekerspas Bewoners een gereduceerd tarief in overeenstemming met het bepaalde in de tarieventabel van de geldende parkeerbelastingverordening (tweede lid).
In het centrumgebied wordt aan bedrijven één parkeervergunning Zakelijk per zeventig vierkante meter bruto vloer oppervlakte verleend. In de parkeerzone B2 geldt hierbij tot nadere orde een uitgiftenorm van anderhalf parkeervergunning per zeventig vierkante meter bruto vloer oppervlakte. Voor de parkeerzones D1, D2, M1, M2, M3 en W1 geldt het uitgiftecriterium één parkeervergunning per vijfenveertig bruto vloeroppervlak per bedrijf. In de parkeerzone M2 geldt hierbij tot nadere orde een uitgiftenorm van anderhalf parkeervergunning per vijfenveertig vierkante meter bruto vloer oppervlakte. Het bruto vloer oppervlakte is het totaal aantal vierkante meters waarover een bedrijf kan beschikken en kan derhalve hoger zijn dan het aantal vierkante meters dat effectief wordt gebruikt. Deze gegevens kunnen bijvoorbeeld herleid worden uit een plattegrondtekening van een bedrijf. In het centrumgebied is in verhouding tot de overige parkeerzones (D1, D2, M1, M2, M3 en W1) de parkeerdruk hoger en daardoor is de parkeerruimte voor bedrijven schaarser. Bij de bepaling van de verhouding tussen het aantal parkeervergunningen aan het bruto vloer oppervlakte is de locatie van de parkeerzone (al dan niet centrumgebied) een beslissende factor. In de parkeerzones buiten het centrum kunnen dan ook relatief gezien meer parkeervergunningen zakelijk worden verleend (eerste lid). Indien een bedrijf beschikt over parkeergelegenheid op eigen terrein wordt het maximaal aantal te verlenen parkeervergunningen gereduceerd met het feitelijk aantal plaatsen op eigen terrein van het bedrijf (tweede lid onderdeel a). Indien een bedrijf op basis van een contract met de gemeente Nieuwegein afspraken heeft gemaakt over het aantal parkeerplaatsen dat gerealiseerd had moet worden (maar nog niet zijn gerealiseerd), worden deze nog te realiseren parkeerplaatsen in mindering gebracht op het maximaal te verlenen parkeervergunningen Zakelijk. In dit geval heeft een bedrijf de mogelijkheid om de gemeente een afkoopsom te betalen ten behoeve van de aanleg van openbare parkeerplaatsen (tweede lid, onderdeel b).
De volgorde van de verlening van parkeervergunningen Zakelijk vindt plaats aan de hand van de norm in artikel 8. Daarbij wordt bij de verlening naar evenredigheid ingevuld. Hierbij wordt tevens verwezen naar het bepaalde in artikel 21, tweede lid.
Dit artikel spreekt voor zich.
Voor het laden en lossen van zaken evenals het doen van financiële afdrachten kan geen werkvergunning worden aangevraagd. Dit type handelingen hebben een incidenteel karakter die vaak van kortdurende aard zijn en daarom – gelet op de schaarse parkeerruimte – het niet redelijk wordt geacht om hiervoor werkparkeervergunningen te verlenen. Voorbeelden van artikel eerste lid, onderdeel b zijn een verhuisbedrijf, een cateringbedrijf of een makelaar. De werkparkeervergunning staat niet op kenteken. In artikel 1, tweede lid, is een verruiming van het begrip op genomen op grond waarvan ook aan medewerkers van de gemeente Nieuwegein een werkparkeervergunning kan worden verleend voor zo ver dat in het kader van de uitvoering van hun functie noodzakelijk is.
De verstrekking van een uittreksel uit het handelsregister van de Kamer van Koophandel is niet van toepassing voor medewerkers van de gemeente Nieuwegein.
Het aantal leslokalen van een school welke de school daadwerkelijk in gebruik heeft als leslokalen is bepalend voor het aantal te verlenen parkeervergunningen.
Bij het bepalen van het aantal parkeervergunningen Detailhandel en Horeca wordt het hanteren van het aantal Fte als een objectieve maatstaf beschouwd. Voor het bepalen van het aantal parkeervergunningen Detailhandel en Horeca is op basis van het aantal Fte´s een evenredig verdeelcriterium opgenomen. Voor de detailhandel en horeca wordt vanaf januari 2010 getoetst op het aantal voltijdwerkers (of parttimermedewerkers omgerekend naar voltijdwerkers) en niet meer op basis van het bruto vloeroppervlak. Met deze norm wordt rekening gehouden met intensieve en extensieve detailhandel (en horeca). Bijvoorbeeld: kapperszaken hebben veel medewerkers op een kleiner bruto vloeroppervlakte ten opzichte van andere type winkels. Echter indien een detailhandels- of horecazaak beschikt over een bruto vloeroppervlak groter dan 350 vierkante meter (met een maximum van 700 vierkante meter) wordt wel gekeken naar het aantal vierkante meter bruto vloeroppervlak waar de zaak over beschikt. Dan geldt dat aan de betreffende detailhandels- of horecazaak 1 parkeervergunning per 70 vierkante meter bruto vloeroppervlak kan worden verleend. Hiermee wordt tegemoet gekomen aan grote detailhandelszaken die veel personeel in dienst hebben. De basis voor de hier aangehouden 70 vierkante meter is het gebruikte criterium voor parkeervergunningen Zakelijk, waarbij er rekening mee is gehouden dat detailhandel vooral in de binnenstad gevestigd is en vaak op drukkere locaties gevestigd is. Het bruto vloeroppervlak is het totaal aantal vierkante meters waarover een bedrijf kan beschikken en kan derhalve hoger zijn dan het aantal vierkante meters dat effectief wordt gebruikt. Deze gegevens kunnen bijvoorbeeld herleid worden uit een plattegrondtekening van een bedrijf. Indien een detailhandels- of horecazaak beschikt over parkeergelegenheid op eigen terrein wordt het maximaal aantal te verlenen parkeervergunningen gereduceerd met het feitelijk aantal plaatsen op eigen terrein van het bedrijf (tweede lid onderdeel a). Indien een detailhandels- of horecazaak op basis van een contract met de gemeente Nieuwegein afspraken heeft gemaakt over het aantal parkeerplaatsen dat gerealiseerd had moeten worden (maar nog niet zijn gerealiseerd), worden deze nog te realiseren parkeerplaatsen in mindering gebracht op het maximaal te verlenen parkeergunningen Detailhandel en Horeca. In dit geval heeft een bedrijf de mogelijkheid om de gemeente een afkoopsom te betalen ten behoeve van de aanleg van openbare parkeerplaatsen (tweede lid, onderdeel b).
Bezoekers van bedrijven en scholen kunnen aanspraak maken op een bezoekerspas Zakelijk.
Op grond van de tarieventabel bij de geldende parkeerbelastingverordening geldt een gereduceerd tarief voor de bezoekerspas Zakelijk. Het gebruik van een bezoekerspas is gemaximeerd en bedraagt 150, 300 of 500 uren per kwartaal, afhankelijk van de parkeerzone waarin een bedrijf dat de bezoekersregeling gebruikt is gevestigd. Dit is gedaan om de parkeerbalans in de parkeerzone in tact te houden. De variatie in de maxima is ingesteld omdat per parkeerzone de (zakelijk) parkeertarieven verschillen.
Een arts of andere zorgverlener dient zijn patiënten met gemak te kunnen bereiken. Vanuit deze optiek is het mogelijk dat een arts (en andere zorgverleners) een parkeervergunning Zorg kan aanvragen.
Mantelzorg is een vorm van zorg die de laatste jaren steeds meer uitgeoefend worden. Het met gemak kunnen parkeren bij de bewoner die mantelzorg behoeft is hier de hoofdreden geweest om dit type parkeervergunning te kunnen aanvragen.
De begrenzing van het westelijk deelgebied in parkeerzone B2 wordt in de tarieventabel behorende bij de geldende parkeerbelastingverordening aangeduid als “ten westen van de trambaan”.
Per aanvraag worden maximaal vier (4) parkeervergunningen Marktkooplieden verleend. De reden hiervoor is dat marktkooplieden hun te verkopen waar in aanhanger of iets dergelijks vervoeren en daarom extra parkeerruimte nodig hebben.
Parkeervergunningen voor aanbieders van motorvoertuigen bestemd voor autodate worden verleend met het oog op de bijdrage die daardoor kan worden geleverd aan het selectief gebruik van de auto.
In het derde lid wordt daarom uitdrukkelijk bepaald dat per autodateplaats maximaal één autodateparkeervergunning wordt verleend. Het selectief gebruik wordt verder benadrukt doordat op een parkeervergunning Autodelen maximaal één kenteken wordt vermeld.
De aanvraag voor deze parkeervergunning wordt door de aanbieder ingediend.
Om oneigenlijk gebruik te voorkomen wordt in dit artikel geregeld dat per vijf parkeerplaatsen op eigen terrein twee parkeervergunningen Kantoorgarages wordt verleend.
In het eerste lid wordt bepaald dat de volgende parkeervergunningen jaarlijks worden verlengd, mits
de belasting voor parkeervergunning daarvoor binnen de in de parkeervergunning bedoelde termijn is
Indien alle te verlenen parkeervergunningen Zakelijk worden verleend (uitgifteplafond) dan is er geen ruimte voor nieuwe aanvragen gedurende het kalenderjaar. Om bedrijven te faciliteren en de administratieve lasten te beperken wordt 70 procent van de aan hun verleende parkeervergunningen jaarlijks automatisch verlengd (tweede lid). Dezelfde motivering ligt ten grondslag aan het bepaalde in het derde en vierde lid. In deze leden worden alleen de maximale aantallen aangeduid.
Een derde en vierde bewonersparkeervergunning, een parkeervergunning Mantelzorg, een parkeervergunning Marktkooplieden en een werkparkeervergunning moeten elk jaar opnieuw worden aangevraagd. De reden hiervoor is dat bij de aanvraag de feitelijke omstandigheden van de aanvrager, die getoetst worden aan de criteria voor de uitgifte jaarlijks in verhouding met de overige parkeervergunningen meer onderhevig zijn aan veranderingen. Hierdoor wordt het redelijk geacht dat dit soort parkeervergunningen jaarlijks opnieuw moeten worden aangevraagd.
Hierbij wordt benadrukt dat de aanvragen voor een eerste tot en met vierde bewonersvergunning en parkeervergunning Zakelijk die op een wachtlijst zijn geplaatst niet opnieuw hoeven te worden aangevraagd. Dit blijkt ook uit het bepaalde in artikel 6 en artikel 11.
In dit artikel wordt bepaald dat voor alle soort parkeervergunningen geldigheidsduurbeperkingen mogelijk zijn (parkeerzones en of dagen). Deze beperkingen moeten nadrukkelijk in de parkeervergunning worden opgenomen.
Indien een parkeervergunning gedurende een kalenderjaar wordt ingetrokken, wordt een nieuwe
aanvraag voor een parkeervergunning pas bij de aanvang van het daarop volgend kalenderjaar ingediend. Het wordt redelijk en billijk geacht dat indien een parkeervergunning op grond van een van de intrekkingsgronden als bedoeld in artikel 6 van de Parkeerverordening 2019 wordt ingetrokken, dat pas in het daaropvolgende kalenderjaar een nieuwe parkeervergunning kan worden ingediend.
Om de afhandeling van de aanvragen te bespoedigen en te verduidelijken voor de aanvrager wordt gebruikt gemaakt van diverse aanvraagformulieren. De aanvrager kan er voor kiezen een aanvraagformulier op de gebruikelijke wijze op te sturen of langs te brengen. Men mag het aanvraagformulier ook met een e-mailbericht versturen, inclusief benodigde documenten.
Dit besluit heeft onmiddellijke werking. Door te bepalen dat het oude besluit wordt ingetrokken, wordt bewerkstelligd dat het nieuwe regime ook geldt voor parkeervergunningen die voor de inwerkingtreding van dit besluit zijn verleend.