Organisatie | Noordwijkerhout |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Noordwijkerhout houdende regels omtrent tarieven marktstandplaatsen Marktgeldverordening 2019 |
Citeertitel | Marktgeldverordening 2019 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Deze regeling vervangt de Verordening op de heffing en invordering van marktgelden 2017.
De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2019.
artikel 229, eerste lid, van de Gemeentewet
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
28-12-2018 | 22-12-2020 | nieuwe regeling | 13-12-2018 | Z-18-48552/91821 |
De raad van de gemeente Noordwijkerhout,
gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdeel a, van de Gemeentewet
en gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 13 november 2018,
besluit vast te stellen de volgende verordening:
Verordening op de heffing en invordering van marktgelden 2019
Onder de naam ‘marktgeld’ wordt een recht geheven voor het innemen van een standplaats, als bedoeld in artikel 1 van de Marktverordening Noordwijkerhout, op het voor het houden van de wekelijkse warenmarkt bestemde terrein.
Het recht als bedoeld in artikel 2 is verschuldigd door de belanghebbende op een standplaats, of bij ontstentenis van deze, door diens plaatsvervanger.
Het recht wordt geheven naar de frontbreedte van de standplaats verhoogd met vaste bedragen per standplaats.
Artikel 7 Ontstaan van de belastingschuld
Het recht is verschuldigd bij het begin van het heffingstijdvak of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.
Artikel 10 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van het marktgeld.
De ‘Verordening op de heffing en invordering van marktgelden 2017’ van 14 december 2017 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 12, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.