Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Zandvoort

Verordening Marktgelden 2019

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieZandvoort
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening Marktgelden 2019
CiteertitelVerordening Marktgelden 2019
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerpmarktgelden

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 216 van de Gemeentewet
  2. artikel 229, eerste lid, van de Gemeentewet
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

22-12-201801-01-2020Nieuwe regeling

18-12-2018

gmb-2018-277738

2018785963

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening Marktgelden 2019

De raad van de gemeente Zandvoort:

 

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 13 november 2018;

 

gelet op de overwegingen van de raadscommissie van 4 december 2018

 

gelet op artikel 216 en 229 eerste lid, aanhef en onderdelen a en b van de Gemeentewet;

besluit de volgende verordening, vast te stellen:

 

Verordening marktgelden 2019

 

1.1 BEGRIPSBEPALINGEN

Artikel 1 Begripsbepalingen

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    dag: de periode van 9.00 uur tot 16.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • b.

    maand: een kalendermaand;

  • c.

    kalenderkwartaal: de periode van drie aaneengesloten volle kalendermaanden;

  • d.

    kalenderjaar: de periode van 1 januari tot en met 31 december;

  • e.

    kilowattuur: de arbeid die wordt verricht of de energie die wordt verbruikt als een vermogensbron een kilowatt (1.000 watt) gedurende 1 uur moet leveren.

  • f.

    het college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Zandvoort;

  • g.

    markt: een door het college aangewezen gedeelte van de openbare weg bestemd voor een door het college ingestelde warenmarkt;

  • h.

    marktterrein: het terrein waar de markt wordt gehouden;

  • i.

    marktplaats: plaats op de markt, bestemd voor het uitoefenen van de markthandel;

  • j.

    vaste marktplaats: een marktplaats die voor de gehele tijdsduur van de vergunning ter beschikking is gesteld aan een vergunninghouder;

  • k.

    losse marktplaats: een marktplaats die per marktdag ter beschikking wordt gesteld aan een vergunninghouder, omdat deze niet als vaste marktplaats is toegewezen of ingenomen;

  • l.

    ambtenaar belast met de heffing: de gemeenteambtenaar die door het college is aangewezen als de in artikel 231, tweede lid, onderdeel b, van de Gemeentewet bedoelde ambtenaar belast met de heffing van de gemeentelijke belastingen.

1.2 NORMSTELLING

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam "marktgelden" wordt een recht geheven voor het innemen van een marktplaats op de als marktterrein aangewezen gemeentegrond en voor het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten, en de daarmee verband houdende handelingen en/of het gebruik van verstrekte hulpmiddelen.

Artikel 3 Belastingplicht

  • 1.

    Dit recht wordt geheven van degene aan wie een marktplaats op het marktterrein is toegewezen.

Artikel 4 Heffingsmaatstaf en belastingtarief

1.

Het recht als bedoeld in artikel 2 bedraagt:

a.

voor een vaste marktplaats:

 

 

per kalenderjaar

€ 53,20

per toegewezen m2

 

 

per kwartaal

€ 14,78

per toegewezen m2

b.

voor een losse marktplaats, per dag

€ 1,64

per toegewezen m2

c.

voor de elektrakosten per toegewezen vaste en losse marktplaats

€ 0,36

per kilowattuur exclusief omzetbelasting

d.

per vergunninghouder per kalenderjaar

€ 29,23

als bijdrage aan het Ondernemersfonds

2.

Voor de berekening van het recht wordt een gedeelte van de in het eerste lid bedoelde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 5 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang

  • 1.

    Het recht als bedoeld in artikel 2 is verschuldigd bij het begin van het kalenderjaar, het kwartaal of de dag.

  • 2.

    Indien het recht wordt bepaald per kwartaal als bedoeld in artikel 4, eerste lid, letter a, en de belastingplicht in de loop van het kwartaal eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel derde gedeelten van het ingevolge artikel 4, eerste lid, letter a, berekende bedrag als er na het tijdstip van beëindiging van de belastingplicht nog volle maanden overblijven.

  • 3.

    Indien het recht wordt bepaald per jaar als bedoeld in artikel 4, eerste lid, letter a, en de belastingplicht in de loop van het jaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van het ingevolge artikel 4, eerste lid, letter a, berekende bedrag als er na het tijdstip van beëindiging van de belastingplicht nog volle maanden overblijven.

Artikel 6 Wijze van heffing

Het recht wordt geheven bij wege van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een nota of andere schriftuur, waarop het gevorderde bedrag is vermeld.

Artikel 7 Termijnen van betaling

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moet het recht, ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6 wordt uitgereikt, worden betaald op het moment van uitreiken van de in artikel 6 bedoelde kennisgeving.

  • 2.

    Ingeval de kennisgeving wordt toegezonden, moet het recht worden betaald binnen 14 dagen na dagtekening van de schriftelijke kennisgeving.

  • 3.

    Met betrekking tot een ingevolge artikel 2, tweede lid, onderdeel c, van de Invorderingswet 1990 met een belastingaanslag gelijkgestelde beschikking inzake een bestuurlijke boete is het eerste lid van overeenkomstige toepassing.

  • 4.

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in de voorgaande leden gestelde termijnen.

Artikel 8 Nadere regels door het college

Het college kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van marktgelden.

Artikel 9 Kwijtschelding

Bij de invordering van marktgelden wordt geen kwijtschelding verleend.

 

1.3 OVERGANGS- EN SLOTBEPALINGEN

Artikel 10 Bevoegdheden

De ‘ambtenaar belast met de heffing’ is belast met de uitvoering van deze verordening.

Artikel 11 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    De ‘Verordening marktgelden 2018’, vastgesteld bij raadsbesluit van 19 december 2017, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 3.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2019.

  • 4.

    Deze verordening wordt aangehaald als “Verordening marktgelden 2019”.

 

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 18 december 2018

De griffier,

De voorzitter,