Overheidsorganisatie | Gemeente Haaksbergen |
---|---|
Officiële naam regeling | Verordening forensenbelasting 2011 (9.7c) |
Citeertitel | Verordening forensenbelasting 2011 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen
Regeling gemeentelijke belastingen 2002
Datum inwerking- treding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerking- treding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2011 | 04-02-2011 | Nieuwe regeling (tevens intrekking) | 22-12-2010 Tc Tubantia, 31-12-2010 | Onbekend | |
01-01-2011 | 01-01-2012 | Nieuwe regeling (tevens intrekking) | 22-12-2010 Tc Tubantia, 31-12-2010 | Onbekend | |
04-02-2011 | 01-01-2011 | Art. 5 | 26-01-2011 Rond Haaksbergen, 03-02-2011 |
Onderwerp: Verordening forensenbelasting 2011
Samenvatting
Deze verordening bevat de voorwaarden en tarieven van heffing en invordering van natuurlijke personen, die, zonder in de gemeente een hoofdverblijf hebben, er op meer dan 90 dagen van het belastingjaar voor zichzelf of hun gezin een gemeubileerde woning beschikbaar houden.
De gemeenteraad van Haaksbergen;
voorstel van het college van: 23 november 2010
wettelijke basis: bepalingen van de Gemeentewet (artikel 223) en de Algemene wet bestuursrecht
besluit:
vast te stellen de
Verordening forensenbelasting 2011
Begripsomschrijvingen
Deze verordening verstaat onder:
woning: een gemeubileerde woning als bedoeld in artikel 223 van de Gemeentewet;
Verordening op de heffing en invordering van onroerende-zaakbelastingen:
de Verordening op de heffing en invordering van onroerende-zaakbelastingen in de gemeente Haaksbergen;
belastingplichtige : de natuurlijke persoon, die, zonder in de gemeente hoofdverblijf te hebben, er op meer dan 90 dagen van het belastingjaar voor zich of zijn gezin een gemeubileerde woning beschikbaar houdt.
Belastbaar feit en belastingplicht
Onder de naam 'forensenbelasting' wordt een directe belasting geheven van de natuurlijke personen, die, zonder in de gemeente hoofdverblijf te hebben, er op meer dan 90 dagen van het belastingjaar voor zich of hun gezin een gemeubileerde woning beschikbaar houden.
Of iemand in de gemeente hoofdverblijf heeft, wordt naar de omstandigheden beoordeeld.
Vrijstellingen
Niet belastingplichtig is degene die ter tijdelijke waarneming van een openbare betrekking of ter bijwoning van de vergaderingen van een vertegenwoordigend openbaar lichaam, waarvan hij het lidmaatschap bekleedt, dan wel ingevolge last of bevel van de overheid, buiten de gemeente van zijn hoofdverblijf verblijft.
Maatstaf van heffing
De belasting wordt geheven naar de heffingsmaatstaf voor de onroerende-zaakbelastingen zoals die voor het belastingobject waarvan de woning deel uitmaakt voor het belastingjaar is vastgesteld.
Ingeval geen heffingsmaatstaf voor de onroerende-zaakbelastingen is vastgesteld, wordt de belasting berekend naar de waarde in het economische verkeer.
De vaststelling van de waarde in het economische verkeer geschiedt overeenkomstig de regels voor de in de artikelen 220 tot en met 220h van de Gemeentewet bedoelde belastingen.
Belastingtarief
De forensenbelasing bedraagt per jaar voor een in artikel 1 bedoelde gemeubileerde woning, waarvan de waarde in het economisch verkeer:
niet meer bedraagt dan € 71.000,-- € 125,--;
van € 71.000,-- tot en met € 192.000,-- € 190,--;
van € 192.000,-- tot en met € 239.000,-- € 282,--;
van € 239.000,-- of meer € 425,--.
met dien verstande dat voor iedere volle € 71.000,-- boven de waarde van € 239.000,--
€ 217,00 verschuldigd is. De belasting kan maximaal € 1.205,-- bedragen.
Belastingjaar
Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.
Wijze van heffing
De forensenbelasting wordt bij wege van aanslag geheven.
Aanmeldingsplicht
De belastingplichtige als bedoeld in artikel 1 is gehouden na het in werking treden van deze verordening het voor de eerste maal beschikken over een gemeubileerde woning, als bedoeld in artikel 1, schriftelijk aan te melden bij het college.
Termijnen van betaling
In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagen worden betaald in twee gelijke termijnen waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en de tweede twee maanden later.
De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.
Nadere regels door het college
Het college kan nadere regels geven over de heffing en invordering van de forensenbelasting.
Inwerkingtreding
Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2011.
De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2011.
Op het moment dat deze verordening in werking treedt, wordt de op 16 december 2009 vastgestelde Verordening forensenbelasting 2010 ingetrokken.
Citeertitel
Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening forensenbelasting 2011.
Aldus besloten in de openbare raadsvergadering van 22 december 2010.
mr. G. Raaben, drs. K.B. Loohuis
griffier, voorzitter