Organisatie | Krimpenerwaard |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en invordering van marktgelden 2019 |
Citeertitel | Verordening marktgelden Krimpenerwaard 2019 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen
artikel 229, eerste lid, van de Gemeentewet
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
13-12-2018 | 01-01-2020 | Nieuwe regeling | 13-11-2018 |
Onder de naam “marktgelden” worden rechten geheven voor het ter beschikking stellen van een standplaats op een markt gedurende de voor de markt aangewezen tijd en voor het genot van door de gemeente verleende diensten of het gebruik van door de gemeente verstrekte hulpmiddelen die met de standplaats verband houden.
De marktgelden bedragen per strekkende meter frontbreedte voor het ter beschikking stellen van een standplaats op de markt:
De marktgelden worden geheven door middel van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld. Het gevorderde bedrag wordt door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.
Artikel 8 Termijnen van betaling
Artikel 9 Ontstaan van de belastingschuld en ontheffing
Als de belastingplicht voor de marktgelden voor een vaste standplaats in de loop van het belastingtijdvak aanvangt, zijn de marktgelden verschuldigd over zoveel dertiende gedeelten van de voor dat tijdvak verschuldigde marktgelden als er in dat tijdvak, na de aanvang van de belastingplicht en met inbegrip van de kalenderweek van aanvang, nog kalenderweken overblijven.
Als de belastingplicht voor de marktgelden voor een vaste standplaats in de loop van het belastingtijdvak eindigt wegens intrekking van de vaste standplaatsvergunning, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel dertiende gedeelten van de voor dat tijdvak verschuldigde marktgelden als er in dat tijdvak, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalenderweken overblijven, tenzij het bedrag van de ontheffing minder bedraagt dan € 10,00.
Als van een vaste standplaats door buitengewone omstandigheden buiten de wil van belanghebbende gedurende vier of meer aaneengesloten kalenderweken van het belastingtijdvak geen gebruik is gemaakt, bestaat aanspraak op teruggaaf van de marktgelden die betrekking hebben op die kalenderweken. De teruggaaf bedraagt zoveel dertiende gedeelten van de voor dat tijdvak verschuldigde marktgelden als er aaneengesloten kalenderweken zijn waarin geen gebruik van de vaste standplaats is gemaakt, tenzij het bedrag van de teruggaaf minder bedraagt dan € 10,00.
Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de marktgelden.