Hoofdstuk 1 | Begripsomschrijvingen | |
2.1.1 | Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder: | |
2.1.1.1 | aanlegkosten: de aannemingssom, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012; Stcrt.2012,1567), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de kosten die voortvloeien uit de aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het aanleggen) van de werken of de werkzaamheden, de omzetbelasting daarin niet begrepen, en als de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van de werken of de werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting daarin niet begrepen. | |
2.1.1.2 | bouwkosten: de aannemingssom, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012; Stcrt. 2012,1567), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de kosten die voortvloeien uit aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het bouwen) van de bouwwerken, de omzetbelasting daarin niet begrepen, en als het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting daarin niet begrepen; | |
2.1.1.3 | Wabo: Wet Algemene bepalingen omgevingsrecht | |
2.1.2 | In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omgeschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld. | |
2.1.3 | In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld. | |
| | |
Hoofdstuk 2 | Vooroverleg/ beoordeling conceptaanvraag | |
2.2 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: | |
2.2.1 | tot het houden van vooroverleg in verband met het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project in het kader van de Wabo vergunbaar is | €0,00 |
2.2.2 | tot het beoordelen van een conceptaanvraag (o.a. schetsplan) om een omgevingsvergunning: | €106,75 |
| | |
Hoofdstuk 3 | Omgevingsvergunning | |
2.3 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd. | |
2.3.1 | Bouwactiviteiten | |
2.3.1.1 | Als de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk als tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: | |
2.3.1.1.1 | als de bouwkosten minder dan €5.000,-- bedragen | €183,30 |
2.3.1.1.2 | als de bouwkosten €5.000,-- tot €20.000,-- bedragen: vermeerderd met: van het bedrag waarmee die bouwkosten €5.000,-- te boven gaan | €183,30 3,50% |
2.3.1.1.3 | als de bouwkosten €20.000,-- tot €50.000,-- bedragen: vermeerderd met: van het bedrag waarmee die bouwkosten €20.000,-- te boven gaan | €733,25 3,25% |
2.3.1.1.4 | als de bouwkosten €50.000,-- tot €100.000,-- bedragen: vermeerderd met: van het bedrag waarmee die bouwkosten €50.000,-- te boven gaan | €1.754,60 3,00% |
2.3.1.1.5 | als de bouwkosten meer dan €100.000,-- bedragen: vermeerderd met: van het bedrag waarmee die bouwkosten €100.000,-- te boven gaan | €3.325,95 2,75% |
2.3.1.2 | Achteraf ingediende aanvraag Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, als de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteit: van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges, met dien verstande dat de verhoging niet meer bedraagt dan | 25% €1.571,30 |
2.3.1.3 | Beoordeling aanvullende gegevens Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van aanvullende gegevens die worden ingediend nadat de in dat onderdeel bedoelde aanvraag al in behandeling is genomen: | €106,75 |
2.3.2 | Aanlegactiviteiten | |
2.3.2.1 | Als de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk als tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteit: van de aanlegkosten, met een minimum van: en een maximum van: | 1,75% €183,30 €20.950,00 |
2.3.3 | Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit | |
2.3.3.1 | Als de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1 en het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk als tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: | |
2.3.3.2 | als artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1°, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking): het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag verhoogd met: | |
2.3.3.2.1 | als de bouwkosten minder dan €5.000 bedragen | €186,80 |
2.3.3.2.2 | als de bouwkosten €5.000,-- of meer, doch minder dan €20.000,-- bedragen | €266,90 |
2.3.3.2.3 | als de bouwkosten €20.000,-- of meer doch minder dan €50.000,-- bedragen | €427,05 |
2.3.3.2.4 | als de bouwkosten €50.000,-- of meer doch minder dan €100.000,- bedragen | €640,50 |
2.3.3.2.5 | Als de bouwkosten €100.000,-- of meer bedragen | €1.067,55 |
2.3.3.3 | als artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2°, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking): het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag verhoogd met: | |
2.3.3.3.1 | als de bouwkosten minder dan €5.000,-- bedragen | €213,45 |
2.3.3.3.2 | als de bouwkosten €5.000,-- of meer, doch minder dan €20.000,-- bedragen | €373,65 |
2.3.3.3.3 | als de bouwkosten €20.000,-- of meer doch minder dan €50.000,-- bedragen | €640,50 |
2.3.3.3.4 | als de bouwkosten €50.000,-- of meer doch minder dan €100.000,- bedragen | €854,05 |
2.3.3.3.5 | als de bouwkosten € 100.000,-- of meer bedragen | €1.281,00 |
2.3.3.4 | als artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking): het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag verhoogd met: (voormalig projectbesluit) | €7.090,15 |
2.3.3.5 | Het in 2.3.3.4 genoemde bedrag wordt voorts verhoogd als ten aanzien van de aanvraag een onderbouwing moet worden opgesteld waarbij externe advieswerkzaamheden moeten worden verricht (adviezen over bijvoorbeeld flora en fauna wetgeving, watertoets, cultuurhistorie, archeologie) met een bedrag blijkend uit een begroting die ter zake door of vanwege burgemeester en wethouders is opgesteld. Dit bedrag wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager medegedeeld. | |
2.3.3.6 | als artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking): het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag verhoogd met: | €427,00 |
2.3.3.7 | als artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan): het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag verhoogd met: | €378,40 |
2.3.3.8 | als de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving): het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag verhoogd met: | €378,40 |
2.3.3.9 | als de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving): het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag verhoogd met: | €378,40 |
2.3.3.10 | als artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit): het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag verhoogd met: | €378,40 |
2.3.4 | Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit Als de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk als tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: | |
2.3.4.1 | als artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking): | €266,90 |
2.3.4.2 | als artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking): | €427,05 |
2.3.4.3 | als artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking): | €7.090,15 |
2.3.4.4 | Het in 2.3.4.3 genoemde bedrag wordt voorts verhoogd als ten aanzien van de aanvraag een onderbouwing moet worden opgesteld waarbij externe advieswerkzaamheden moeten worden verricht (adviezen over bijvoorbeeld flora en fauna wetgeving, watertoets, cultuurhistorie, archeologie) met een bedrag blijkend uit een begroting die ter zake door of vanwege burgemeester en wethouders is opgesteld. Dit bedrag wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager medegedeeld. | |
2.3.4.5 | als artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking): | €427,05 |
2.3.4.6 | als artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan): | €378,40 |
2.3.4.7 | als de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving): | €378,40 |
2.3.4.8 | als de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving): | €378,40 |
2.3.4.9 | als artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit): | €378,40 |
2.3.5 | In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid Als de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk als tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteit: | |
2.3.5.1 | inrichtingen, al dan niet gebouwd, met een bruto vloeroppervlakte tot 100 m² | €266,90 |
2.3.5.2 | van 100 m² tot 500 m² vermeerderd met € 1,28 per m² voor zover het bruto vloeroppervlak de 100 m² te boven gaat | €266,90 |
2.3.5.3 | van 500 m² tot 2.000 m² vermeerderd met € 0,76 per m² voor zover het bruto vloeroppervlak de 500 m² te boven gaat | €803,25 |
2.3.5.4 | van 2.000 m² tot 5.000 m² vermeerderd met € 0,51 per m² voor zover het bruto vloeroppervlak de 2.000 m² te boven gaat | €2.001,60 |
2.3.5.5 | van 5.000 m² tot 50.000 m² vermeerderd met € 0,05 per m² voor zover het bruto vloeroppervlak de 5.000 m² te boven gaat | €3.602,95 |
2.3.5.6 | boven 50.000 m² | €6.004,90 |
2.3.6 | Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten | |
2.3.6.1 | Als de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een rijks- provinciaal of gemeentelijk monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, of op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder b, van de Wabo met betrekking tot een krachtens provinciale verordening of de Monumentenverordening gemeente Aa en Hunze aangewezen monument, waarvoor op grond van die provinciale verordening of van de gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief: | |
2.3.6.1.1 | voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument: | €183,30 |
2.3.6.1.2 | voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht: | €183,30 |
2.3.6.2 | Als de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder h, van de Wabo, op het slopen van een bouwwerk in een krachtens provinciale verordening of de Monumentenverordening gemeente Aa en Hunze aangewezen stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder c, van de Wabo, waarvoor op grond van die provinciale verordening of van de gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief: | €183,30 |
2.3.7 | Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads- of dorpsgezicht | |
2.3.7.1 | Als de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk als tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: | €183,30 |
2.3.8 | Aanleggen of veranderen weg Als de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder d, van de Wabo, in samenhang met een bepaling in een provinciale verordening of Algemene plaatselijke verordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk als tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: | €0,00 |
2.3.9 | Uitweg/inrit Als de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo, in samenhang met een bepaling in een provinciale verordening of Algemene plaatselijke verordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk als tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: | €0,00 |
2.3.10 | Kappen Als de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, in samenhang met een bepaling in een provinciale verordening of Algemene plaatselijke verordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk als tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: | €0,00 |
2.3.11 | Opslag van roerende zaken Als de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op de opslag van roerende zaken in een bepaald gedeelte van de provincie of de gemeente, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder j of k, van de Wabo in samenhang met een bepaling in een provinciale verordening of van de Algemene plaatselijke verordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk als teven sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: | |
2.3.11.1 | als de activiteit bestaat uit het daar opslaan van roerende zaken: | €0,00 |
2.3.11.2 | als de activiteit bestaat uit het als eigenaar, beperkt gerechtigde of gebruiker van een onroerende zaak toestaan of gedogen dat daar roerende zaken worden opgeslagen: | €0,00 |
2.3.12 | Natura 2000-activiteiten | |
2.3.12.1 | Als de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder a, van het Besluit omgevingsrecht (Natura 2000-activiteit) bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk als tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: | €183,30 |
2.3.13 | Flora- en fauna-activiteiten (bescherming van soorten) | |
2.3.13.1 | Als de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder b, van het Besluit omgevingsrecht (flora-en fauna-activiteit) bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk als tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: | €183,30 |
2.3.14 | Andere activiteiten Als de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling: | |
2.3.14.1 | behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk als tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: | €183,30 |
2.3.14.2 | behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk als tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: | |
2.3.14.2.1 | als het een gemeentelijke verordening betreft: het bedrag dat op grond van deze tarieventabel voor de betreffende vergunning of ontheffing verschuldigd is als de activiteit zou worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning; | |
2.3.14.2.2 | als het een provinciale of waterschapsverordening betreft: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Als een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. | |
2.3.15 | Omgevingsvergunning in twee fasen Als de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief: | |
2.3.15.1 | voor het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft; | |
2.3.15.2 | voor het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft. | |
2.3.16 | Beoordeling rapporten en adviezen Onverminderd het bepaalde in voorgaande onderdelen bedraagt het tarief, als krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een of meer rapporten en of adviezen worden beoordeeld: | |
2.3.16.1 | voor de beoordeling van een historisch bodemonderzoek | €157,15 |
2.3.16.2 | voor de beoordeling van een archeologisch (bodem) rapport | €314,25 |
2.3.16.3 | voor de beoordeling van een verkennend bodemonderzoek | €261,90 |
2.3.16.4 | voor een nader onderzoek naar aanleiding van een verkennend bodemonderzoek | €419,00 |
2.3.16.5 | Voor de beoordeling van een rapport Arecheologische waarden | €314,25 |
2.3.16.6 | Voor de beoordeling van een rapport Beschermwaardige houtopstand | €157,15 |
2.3.16.7 | Voor de beoordeling van een Erfinrichtingsplan | €157,15 |
2.3.16.8 | Voor de beoordeling van een Landschappelijk inpassingsplan | €157,15 |
2.3.16.9 | Voor de beoordeling van een Onderzoek aardkundige waarden | €419,00 |
2.3.16.10 | Voor de beoordeling van een Ecologisch onderzoek | €157,15 |
2.3.16.11 | Voor de beoordeling van een Flora en Fauna onderzoek | €157,15 |
2.3.16.12 | Voor de beoordeling van een Cultuurhistorische waarden | €419,00 |
2.3.16.13 | Voor de beoordeling van een Landschapswaarden | €157,15 |
2.3.16.14 | Voor de beoordeling van een Natuurlijke waarden | €157,15 |
2.3.16.15 | Voor de beoordeling van een Onderzoek geomorfologische waarden | €419,00 |
2.3.16.16 | Voor de beoordeling van een Advies waterbeheerder voor waterhuishoudkundige situatie | €314,25 |
2.3.16.17 | Voor de beoordeling van een Advies geluidrapport | €314,25 |
2.3.16.18 | Voor de beoordeling van een Milieukundig advies | €314,25 |
2.3.16.19 | Voor de beoordeling van een Bedrijfsrapport | €314,25 |
2.3.16.20 | Voor de beoordeling van een Verzoek mantelzorg | €157,15 |
2.3.16.21 | Voor de beoordeling van een Verkeerskundig onderzoek | €157,15 |
2.3.16.22 | Voor de beoordeling van een Stedenbouwkundig advies | €419,00 |
2.3.16.23 | Voor de beoordeling van een Advies van de leidingbeheer(s) nutsvoorzieningen (gas-, water- en hoogspanningsleidingen) | €157,15 |
2.3.16.24 | Voor de beoordeling van een advies of rapport Maatschappelijk en/of Economisch rapport (i.v.m. beoordelen invloed van werken i.r.t. andere voorkomende waarden) | €157,15 |
2.3.16.25 | Voor de beoordeling van een i.v.m. rapport/advies i.v.m. vrijwaringszone radiotelescopen (Astron) | €157,15 |
2.3.17 | Advies | |
2.3.17.1 | Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als een daartoe bij wettelijk voorschrift aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. | |
2.3.17.2 | Als een begroting als bedoeld in 2.3.17.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. | |
2.3.18 | Verklaring van geen bedenkingen | |
2.3.18.1 | Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo: | |
2.3.18.1.1 | als de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: | €320,20 |
2.3.18.1.2 | als een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. | |
2.3.18.2 | Als een begroting als bedoeld in 2.3.18.1.2 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. | |
| | |
Hoofdstuk 4 | Vermindering | |
2.4.1 | Als de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op meer dan vijf activiteiten, bestaat aanspraak op vermindering van leges, met uitzondering van het legesdeel in verband met adviezen of verklaringen van geen bedenkingen als bedoeld in de onderdelen 2.3.17 en 2.3.18. De vermindering bedraagt: | |
2.4.1.1 | bij 5 tot 10 activiteiten: van de voor die activiteiten verschuldigde leges; | 2% |
2.4.1.2 | bij 10 tot 15 activiteiten: van de voor die activiteiten verschuldigde leges; | 3% |
2.4.1.3 | bij 15 of meer activiteiten: van de voor die activiteiten verschuldige leges. | 5% |
| | |
Hoofdstuk 5 | Teruggaaf | |
2.5.1 | Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten Als een aanvrager zijn aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloop-activiteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: | |
2.5.1.1 | als de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van vier weken na het in behandeling nemen ervan van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges; | 75% |
2.5.1.2 | als de aanvraag wordt ingetrokken na een termijn van vier weken na het in behandeling nemen ervan van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges; | 50% |
2.5.1.3 | als de aanvraag om een vergunning niet-ontvankelijk wordt verklaard, dan wel buiten behandeling wordt gesteld van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges; | 50% |
2.5.1.4 | als de aanvraag om een vergunning wordt ingetrokken op verzoek van Bouw- en Woningtoezicht, in het belang van de procedure, van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges; | 100% |
2.5.2 | Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten | |
2.5.2.1 | Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 26 weken na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt: van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges. | 50% |
2.5.2.2 | als de aanvraag tot het verlenen van een vergunning wordt ingetrokken als gevolg van bijzondere omstandigheden in de privésfeer | 100% |
2.5.3 | Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten | |
2.5.3.1 | Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 of 2.3.7 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges. | 50% |
2.5.3.2 | Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.5.3.1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak. | |
2.5.4 | Minimumbedrag voor teruggaaf Een bedrag minder dan €150,00 wordt niet teruggegeven. | |
2.5.5 | Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.3.16, 2.3.17 en 2.3.18 wordt geen teruggaaf verleend | |
| | |
Hoofdstuk 6 | Intrekking omgevingsvergunning | |
2.6 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het geheel of gedeeltelijk intrekken van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.33, tweede lid, onder b, van de Wabo, tenzij onderdeel 2.5.2 van toepassing is: | €0,00 |
| | |
Hoofdstuk 7 | Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project | |
2.7 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project: | €183,30 |
| | |
Hoofdstuk 8 | Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten | |
2.8.1 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening | €7.090,15 |
2.8.2 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a en of b, van de Wet ruimtelijke ordening: | €2.769,75 |
2.8.3 | Genoemde bedragen worden voorts verhoogd als ten aanzien van de aanvraag een onderbouwing moet worden opgesteld waarbij externe advieswerkzaamheden moeten worden verricht (adviezen over bijvoorbeeld flora en fauna wetgeving, watertoets, cultuurhistorie, archeologie), met een bedrag blijkend uit een begroting die ter zake door of vanwege burgemeester en wethouders is opgesteld. Dit bedrag wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager medegedeeld. | |
| | |
Hoofdstuk 9 | Wijziging ten naamstelling | |
2.9 | Het tarief voor het overschrijven van de vergunning op een andere naam, zonder dat de vergunning wordt gewijzigd, bedraagt: | €183,30 |
| | |
Hoofdstuk 10 | In deze titel niet benoemde beschikking | |
2.10 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een andere, in deze titel niet benoemde beschikking: | €183,30 |